Samenstelling
Acetylcysteïne Oogdruppels FNA XGVS Formularium der Nederlandse Apothekers
- Toedieningsvorm
- Oogdruppels (5%)
- Sterkte
- 50 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- flacon 10 ml
(Oculoguttae acetylcysteini 5%) Conserveermiddel: benzalkoniumchloride.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Gelodurat XGVS OTC Pohl-Boskamp bv
- Toedieningsvorm
- Capsule, maagsapresistent
- Sterkte
- 300 mg
Bevat tevens: sorbitol 39 mg.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Fluimucil inhalatievloeistof XGVS Zambon Nederland bv
- Toedieningsvorm
- Vernevelvloeistof
- Sterkte
- 100 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- ampul 4 ml
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Keratoconjunctivitis sicca op dezelfde manier behandelen als droge ogen; indifferente middelen/kunsttranen geven veelal verlichting van de klachten. ’s Nachts altijd een indifferente oogzalf geven; zie voor meer informatie de NHG-standaard Rood oog en oogtrauma (2017).
Advies
Er zijn geen aanwijzingen dat de toepassing van mucolytica bij incidentele acute bronchitis van klinisch nut is.
Advies
Exacerbatie van chronische luchtwegaandoeningen: Indien een mucolyticum wordt toegepast bij de behandeling van een acute exacerbatie bij een ernstige chronische luchtwegaandoening, die gepaard gaat met de productie van taai, moeilijk te verwijderen slijm, kan hoogstens verbetering van de subjectieve symptomen worden verwacht. Er is geen plaats meer voor de (routinematige) toepassing van acetylcysteine bij de onderhoudsbehandeling van cystische fibrose.
Bij COPD is verreweg de belangrijkste interventie stoppen met roken, naast andere leefstijladviezen zoals meer bewegen. De medicamenteuze behandeling is symptomatisch en een aanvulling op niet-medicamenteuze adviezen; bij weinig klachten of beperkingen kan medicatie achterwege blijven. Behandel infrequente dyspneuklachten bij iemand die geen longaanval heeft gehad, met ‘zo nodig’-gebruik van een kortwerkende luchtwegverwijder, dit is een kortwerkende β2-receptoragonist (SABA) of muscarine-antagonist (SAMA). Behandel regelmatige dyspneuklachten met een onderhoudsbehandeling van één of meer langwerkende luchtwegverwijders, zoals een langwerkende β2-receptoragonist (LABA) en/of muscarine-antagonist (LAMA). Overweeg een inhalatiecorticosteroïd (ICS) alléén bij frequente longaanvallen (≥ 2 per jaar), ondanks behandeling met één of meer langwerkende luchtwegverwijders.
Acetylcysteïne heeft geen plaats in de behandeling van COPD, omdat het onzeker is of het een voordeel heeft boven placebo voor patiënten met COPD.
Voor een optimaal effect van geneesmiddelen bij COPD is een juiste inhalatietechniek onontbeerlijk. Houd rekening met: patiëntgebonden factoren zoals coördinatie en inspiratiekracht, en milieuaspecten (aerosolen bevatten in verschillende mate een sterk milieubelastend broeikasgas).
Indicaties
- Keratoconjunctivitis sicca
Indicaties
- Symptomatische behandeling van acute bronchitis, indien de viscositeit van het bronchussecreet moet worden verminderd om verwijdering ervan makkelijker te maken.
Indicaties
- Aandoeningen van de luchtwegen, waarbij de viscositeit van het bronchussecreet minder moet worden om het verwijderen ervan te makkelijker te maken zoals bij:
- bronchitis;
- emfyseem;
- mucoviscidose;
- bronchiëctasieën.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Keratoconjunctivitis sicca:
Volwassenen en kinderen:
1 druppel in het aangedane oog 3–4×/dag.
Druk de traanbuis 1–3 minuten dicht tijdens en direct na toediening; dit voorkomt dat de oogdruppel afvloeit naar de neus- en keelholte wat systemische reacties tot gevolg kan hebben.
Bij gebruik van meerdere soorten oogpreparaten deze toedienen met een interval van ten minste vijf minuten. De oogdruppels die het minste irritatie geven als eerste en viskeuze oogdruppels of oogzalven als laatste toedienen.
Doseringen
Acute bronchitis
Volwassenen en kinderen ≥ 12 jaar
300 mg 3 à 4×/dag. De capsules innemen een half uur vóór de maaltijd en de laatste dosis vóór het slapen gaan. Maximaal 14 dagen achtereen gebruiken.
De capsules niet kauwen of fijnmalen.
Doseringen
Als mucolyticum
Volwassenen
Als verneveling 300–2100 mg (3–21 ml) elke 2–6 uur; gewoonlijk 600–900 mg 3–4×/dag. als directe instillatie 100–400 mg (1–4 ml) elke 1–4 uur
Kinderen > 2 jaar
300–600 mg (3–6 ml) 2–3×/dag.
Toediening
- De aerosol bij voorkeur met glazen of kunststof apparatuur toedienen; bij gebruik van apparatuur met metalen en/of rubberen delen dienen deze zorgvuldig met water te worden gespoeld.
- De druppelgrootte moet liggen tussen 2–5 micrometer.
- Het is aan te raden de ampul alleen te openen op het moment van gebruik. De geopende ampul dient binnen 24 uur te worden gebruikt.
- Het gebruik van een huishoudelijke nevelaar is uitgesloten.
Bijwerkingen
Wazig zien, irritatie, brandend gevoel en tranende ogen na het druppelen. Overgevoeligheidsreacties zoals roodheid en huiduitslag.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): abdominaal ongemak.
Soms (0,1-1%): misselijkheid, braken, diarree.
Zelden (0,01-0,1%): urticaria, exantheem, allergische reacties.
Zeer zelden (< 0,01%): ademhalingsklachten, orthostatische hypotensie. Bestaande nier- of galstenen kunnen worden geactiveerd.
Verder is gemeld: dysgeusie.
Bijwerkingen
Soms (0,1-1%): overgevoeligheid. Tachycardie. Urticaria, huiduitslag, angio-oedeem, jeuk. Koorts. Hoofdpijn. Verlaagde bloeddruk. Oorsuizen. Stomatitis, misselijkheid, braken, buikpijn, diarree.
Zelden (0,01-0,1%): dyspepsie. Bronchospasmen, dyspneu.
Zeer zelden (< 0,01%): anafylactische reacties (incl. shock). Bloedingen.
Verder zijn gemeld: gezichtsoedeem, Stevens-Johnsonsyndroom, toxische epidermale necrolyse. Verlaagde bloedplaatjesaggregatie. Rinorroe.
Interacties
In vitro is inactivering van antibiotica geconstateerd bij mengen met acetylcysteïne; hiermee rekening houden indien ook oogdruppels met antibiotica worden gegeven.
Interacties
Het mengen met antibiotica, in het bijzonder met β-lactamantibiotica, vermijden in verband met mogelijke inactivering hiervan in vitro.
Gelijktijdig gebruik met hoestprikkeldempende geneesmiddelen kan leiden tot ophoping van bronchussecreet.
Acetylcysteine kan het vasodilatatoire effect van nitroglycerine versterken en leiden tot hypotensie en verwijding van arteria temporalis; patiënten controleren op (ernstige) hypotensie en waarschuwen voor het mogelijk optreden van hoofdpijn.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Beperkte hoeveelheid gegevens van oraal gebruik bij mensen wijst niet op een risico voor het kind. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Kan (voor zover bekend zonder gevaar) volgens voorschrift worden gebruikt.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Weeg het risico van het gebruik van dit middel in combinatie met het geven van borstvoeding af.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Dit geneesmiddel kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Farmacologisch effect: Met het gebruik van acetylcysteïne als mucolyticum tijdens lactatie bestaat veel ervaring, nadelige effecten op de zuigeling zijn niet gemeld.
Advies: Kan volgens voorschrift worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, bij dieren.
Advies: Gebruik ontraden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend, maar bij therapeutische doses worden er geen nadelige effecten op de zuigeling verwacht.
Advies: Dit geneesmiddel kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Contra-indicaties
- overgevoeligheid voor 1,8-cineol;
- kinderen < 30 maanden, omdat 1,8-cineol (in etherische olie) laryngospasmen kan veroorzaken;
- kinderen met een geschiedenis van (koorts)convulsies.
Contra-indicaties
Van dit geneesmiddel zijn geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.
Waarschuwingen en voorzorgen
Bij droge ogen of een beschadigde cornea is nauwlettend toezicht vereist, omdat het conserveermiddel benzalkoniumchloride bij langdurig gebruik keratitis punctata en/of toxische ulceratieve keratopathie kan veroorzaken.
Contactlenzen: benzalkoniumchloride kan zachte contactlenzen doen verkleuren en vanuit de traanfilm worden opgenomen in de zachte contactlens. Geen zachte contactlenzen dragen tijdens behandeling met acetylcysteïne oogdruppels.
Waarschuwingen en voorzorgen
Niet gebruiken bij COPD en/of longemfyseem.
Wees voorzichtig bij ontstekingen en zweren van het maag-darmkanaal. Myrtol mag maximaal 14 dagen achtereen gebruikt worden.
Raadpleeg een arts bij aanhoudende klachten of bij dyspneu, koorts en purulent sputum.
Vanwege gebrek aan ervaring wordt het gebruik van myrtol bij kinderen < 12 jaar afgeraden.
Waarschuwingen en voorzorgen
Alleen onder geneeskundig toezicht toedienen. Na toediening kan het volume van het bronchussecreet zo sterk toenemen, dat het bij patiënten met zwakke hoestreflex (ouderen, verzwakte patiënten) noodzakelijk kan zijn het slijm mechanisch te verwijderen; zo kan een te snel vervloeien van exsudaten endotracheale aspiratie vereisen.
Bronchospasmen Bij astmapatiënten kunnen ernstige bronchospasmen optreden.
Histamine-intolerantie: Acetylcysteïne heeft een matig effect op het histamine-metabolisme. Voorzichtig toepassen bij langdurige behandeling van patiënten met een histamine-intolerantie, aangezien intolerantieverschijnselen (zoals hoofdpijn, vasomotore rinitis en jeuk) voor kunnen doen.
Ulcus pepticum: Wees voorzichtig bij (een voorgeschiedenis van) ulcus pepticum, in het bijzonder bij gelijktijdig gebruik van middelen die het maag-darmslijmvlies kunnen irriteren.
Huidreacties: Ernstige huidreacties zijn gemeld. Wanneer zich nieuwe veranderingen aan de huid voordoen, de behandeling staken.
Hulpstoffen: Wees voorzichtig met natrium, in de vernevelvloeistof, bij een natriumarm dieet.
Overdosering
Symptomen
Misselijkheid, braken en kramp optreden; in ernstige gevallen coma en ademhalingsstoornissen en zelden cardiovasculaire complicaties.
Voor meer informatie over een vergiftiging met myrtol neem contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Acetylcysteïne verdunt taaie en ingedroogde traanvloeistof en vangt bepaalde schadelijke stoffen (radicalen) weg. Het kan de viscositeit van slijm verminderen door depolymerisatie, waarbij de in het slijm aanwezige disulfidebruggen tussen de macromoleculen worden geopend.
Eigenschappen
Mucolyticum. In dierexperimenteel onderzoek is activering van de secretieproductie aangetoond.
Kinetische gegevens
T max | 2–3 uur |
Metabolisering | voornamelijk hydroxylering, gevolgd door gehele of gedeeltelijke glucuronidering. |
Eliminatie | voornamelijk als metabolieten via de urine; een klein gedeelte via de ademlucht. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Mucolyticum. Het kan de viscositeit van het bronchiaalslijm verminderen door depolymerisatie, waarbij de, in het slijm aanwezige, disulfidebruggen tussen de macromoleculen worden geopend. Verder: reductie van hyperplasie van mucosacellen; toename van de productie van oppervlakte-actieve stoffen door stimulatie van type-II-pneumocyten; stimulatie van de mucociliaire activiteit, leidend tot een verbeterde mucociliaire klaring.
Het geneesmiddel heeft een lichte zwavelgeur.
Kinetische gegevens
Resorptie | volledig. |
F | 10%. |
T max | 2–4 uur. |
V d | 0,33–0,47 l/kg. |
Metabolisering | Uitgebreid via darmwand en lever, tot cysteïne (actieve metaboliet) en diacetylcysteïne (inactieve metaboliet). |
T 1/2el | 6,25 (4,6–10,6) uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
acetylcysteïne (bij oogaandoening) hoort bij de groep Middelen voor oculair gebruik, overige.
- bibrocathol (S01AX05) Vergelijk
- ciclosporine (bij oogaandoening) (S01XA18) Vergelijk
- idebenon (N06BX13) Vergelijk
- mercaptamine (bij oogaandoening) (S01XA21) Vergelijk
- natriumchloride (oogwassing) (S01XA20) Vergelijk
- natriumchloride hypertoon (S01XA03) Vergelijk
- natriumedetaat (S01XA05) Vergelijk
- ocriplasmine (S01XA22) Vergelijk
- voretigeen neparvovec (S01XA27) Vergelijk
Groepsinformatie
myrtol hoort bij de groep mucolytica.
Groepsinformatie
acetylcysteïne (inhalatie) hoort bij de groep mucolytica.