Samenstelling
Calcipotriol Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Zalf (0,005%)
- Sterkte
- 50 microg/g
- Verpakkingsvorm
- 60 g
Bevat tevens: propyleenglycol.
- Toedieningsvorm
- Lotion (0,005%)
- Sterkte
- 50 microg/g
- Verpakkingsvorm
- 60 ml
Bevat tevens: propyleenglycol.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Cholecalciferol XGVS Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet, sommige filmomhuld
- Sterkte
- 800 IE
Cholecalciferol Will-Pharma bv
- Toedieningsvorm
- Tablet, filmomhuld
- Sterkte
- 7000 IE, 30.000 IE
Colecalciferol benferol XGVS Goodlife Fertility
- Toedieningsvorm
- Capsule
- Sterkte
- 800 IE
Colecalciferol benferol Goodlife Fertility
- Toedieningsvorm
- Capsule
- Sterkte
- 5600 IE, 25.000 IE, 50.000 IE, 100.000 IE
Colecalciferol drank FNA Formularium der Nederlandse Apothekers
- Toedieningsvorm
- Drank
- Sterkte
- 50.000 IE/ml
- Verpakkingsvorm
- 100 ml met doseerspuit, 0,5 ml, 1 ml met wegwerpdoseerspuit (50.000 IE = 1,25 mg), 2 ml met wegwerpdoseerspuit (100.000 IE = 2,5 mg), 10 ml
D-Cura Galephar Netherlands bv
- Toedieningsvorm
- Capsule
- Sterkte
- 25.000 IE
25.000 IE = 625 microg.
- Toedieningsvorm
- Druppels
- Sterkte
- 2400 IE/ml
- Verpakkingsvorm
- ampul 10 ml
1 ml = 60 microg.
- Toedieningsvorm
- Drank
- Sterkte
- 25.000 IE/ml
- Verpakkingsvorm
- ampul 1 ml
1 ml = 625 microg.
- Toedieningsvorm
- Drank
- Sterkte
- 100.000 IE/ml
- Verpakkingsvorm
- ampul 1 ml
1 ml = 2,5 mg.
Devaron XGVS OTC Valwater bv
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 400 IE
400 IE = 10 microg.
Divisun XGVS Mylan bv
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 800 IE
800 IE = 20 microg.
Divisun Mylan bv
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 4000 IE
4000 IE = 100 microg.
Osferol-D3 Pharma Patent Kft
- Toedieningsvorm
- Tablet, filmomhuld
- Sterkte
- 7.000IE, 30.000 IE
7.000 IE = 175 microg; 30.000 IE = 750 microg.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Paricalcitol XGVS Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof
- Sterkte
- 5 microg/ml
- Verpakkingsvorm
- flacon 1 ml
Bevat tevens: ethanol (276 mg/ml) en propyleenglycol (310,8 mg/ml).
Zemplar XGVS Abbvie bv
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof
- Sterkte
- 5 microg/ml
- Verpakkingsvorm
- ampul 1 ml
Bevat tevens: ethanol (160 mg/ml) en propyleenglycol (312 mg/ml).
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Behandel psoriasis in eerste instantie lokaal met indifferente middelen, zo nodig gecombineerd met een klasse 3-corticosteroïd. Voeg bij onvoldoende effect een lokaal vitamine D-analoog (calcipotriol, calcitriol) toe. Stap bij onvoldoende effect hiervan over op een klasse 4-corticosteroïd. Bouw na max. 4 weken het dagelijks gebruik van corticosteroïden en vitamine D-analoga af tot een intermitterende behandeling. Continueer de indifferente middelen dagelijks. Om een schilferlaag te verwijderen kan een ontschilferingsmiddel worden toegepast. Bij kinderen en bij toepassing in het gezicht of in huidplooien heeft een klasse 2-corticosteroïd de voorkeur. De keuze voor een applicatievorm is afhankelijk van de locatie van de huidafwijkingen (o.a. wel of niet behaarde hoofdhuid) en in belangrijke mate ook van de voorkeur van de patiënt. Bij onvoldoende resultaat van een lokale therapie, worden in de tweedelijnszorg intensievere vormen van lokale behandeling, lichttherapie of systemische middelen toegepast. Zie voor meer informatie de NVDV-richtlijn Psoriasis (pdf 5 MB).
Advies
Vitamine D-deficiëntie: Pas bij ouderen > 70 jaar met een calcidiolspiegel < 75 nmol/liter (of een ernstige verdenking op vitamine D-deficiëntie) colecalciferol (vitamine D3) toe. Start hierbij met een hoge oplaaddosis, gevolgd door een veel lagere onderhoudsdosering.
Voor toepassing ter preventie van vitamine D-deficiëntie in het algemeen, en bij de behandeling van personen < 70 jaar met een (ernstige verdenking op) vitamine D-deficiëntie is nog geen advies vastgesteld.
Osteoporose: Kies bij de behandeling van osteoporose in eerste instantie uit de bisfosfonaten alendroninezuur en risedroninezuur in combinatie met colecalciferol (vitamine D3) en, afhankelijk van de dagelijkse inname van de patiënt, calcium. Bij het bestaan van een contra-indicatie of intolerantie zijn zoledroninezuur of denosumab alternatieven, en wanneer hiermee niet wordt uitgekomen, ibandroninezuur of raloxifeen. Kies voor teriparatide bij het bestaan van een contra-indicatie of intolerantie voor bovengenoemde middelen, of bij het optreden van een derde fractuur tijdens de behandeling. Strontium geldt als laatste mogelijkheid, wanneer overige therapieën geen optie zijn en er geen vergroot risico is van cardiovasculaire aandoeningen.
Bij hypocalciëmie van parathyrogene oorsprong heeft dihydrotachysterol de voorkeur.
Advies
Behandel, indien mogelijk, de oorzaak van chronische nierschade. Start daarnaast behandeling om het grotere risico van (vnl. cardiovasculaire) morbiditeit te verminderen en progressie van nierschade te voorkomen of beperken. Behandel de complicaties van nierschade en start eventueel niervervangende therapie (dialyse).
Vitamine D-preparaten worden toegepast bij aan chronische nierinsufficiëntie gerelateerde verstoringen in de parathyroïdhormoon- en calciumhuishouding. Paricalcitol heeft hierbij geen voordelen boven de andere vitamine D-preparaten alfacalcidol of calcitriol. Let verder op het kostenaspect.
Indicaties
- Licht tot matig ernstige psoriasis vulgaris op de hoofdhuid (lotion) en elders op het lichaam (zalf), als lokale behandeling.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Vitamine D-deficiëntie:
- Behandeling van een vastgestelde vitamine D-deficiëntie;
- Profylaxe van vitamine D-deficiëntie vanwege een deficiënt dieet of onvoldoende blootstelling aan zonlicht.
- Als adjuvans bij osteoporosetherapie bij (kans op) vitamine D-deficiëntie, bij voorkeur in combinatie met calcium.
- Bij kinderen:
- als profylaxe van vitamine D-deficiëntie;
- toegepast bij cystische fibrose;
- als behandeling van vitamine D-deficiëntie (bv. rachitis).
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Preventie en behandeling van secundaire hyperparathyroïdie bij volwassen patiënten met chronische nierinsufficiëntie (stadium 5) die hemo- of peritoneaaldialyse ondergaan;
Gerelateerde informatie
Dosering
Psoriasis vulgaris:
Volwassenen:
Volgens de fabrikant:
Lotion: bij monotherapie: 2×/dag ('s morgens en 's avonds) op de hoofdhuid aanbrengen, max. 60 ml/week. Bij gelijktijdig gebruik met een zalf of gel die calcipotriol bevat elders op het lichaam: totale dosis calcipotriol max. 5 mg/week (bv. 40 ml lotion 0,005% en 60 g zalf of gel 0,005%). Maximale behandelduur 22 weken.
Zalf: bij monotherapie: 2×/dag ('s morgens en 's avonds) als een dunne laag aanbrengen op de aangedane huid van de ledematen of romp en zachtjes inwrijven. Als onderhoudsbehandeling kan de dosering afhankelijk van het effect worden verminderd tot 1×/dag. Max. 100 g zalf per week aanbrengen. Bij gelijktijdig gebruik met een lotion of gel die calcipotriol bevat op de hoofdhuid: totale dosis calcipotriol max. 5 mg/week (bv. 60 g zalf 0,005% en 40 ml gel of lotion 0,005%). Behandelduur: afhankelijk van het klinisch beeld (effect treedt op na uiterlijk 4–8 weken). De behandeling kan herhaald worden.
Combinatietherapie: calcipotriolzalf of -lotion 1×/dag ‘s morgens en het lokale corticosteroïd 1×/dag 's avonds aanbrengen.
De NVDV-richtlijn Psoriasis (pdf 5 MB, 2017) haalt op p. 37 dezelfde doseerfrequentie en max. hoeveelheden (100 g/week, 15 g/dag) aan, alsmede dat de langetermijnbehandeling met inachtneming hiervan effectief en veilig is (zie evt. ook p. 39/40).
Volwassenen en kinderen > 2 jaar
Volgens de NHG-Standaard Psoriasis (2014) als combinatietherapie: lotion (hoofdhuid) of zalf (lichaam) 1×/dag ’s ochtends aanbrengen in combinatie met een lokaal corticosteroïd 1×/dag ’s avonds gedurende 4 weken. Maximale totale hoeveelheid van een vitamine D 3-analoog (calcipotriol, calcitriol) per week: kinderen 2–6 jaar, max. 30 g/week; kinderen 6–10 jaar, max. 50 g/week en volwassenen en kinderen >10 jaar, max. 100 g/week gebruiken.
Toedieningsinformatie: Niet aanbrengen op het gezicht omdat huidirritatie kan optreden. Na gebruik de handen wassen om onbewuste overbrenging naar het gezicht, de mond en de ogen te voorkomen.
Dosering
Vitamine D-deficiëntie:
Ouderen (> 70 j.)
Volgens de Werkgroep Klinische Gerontofarmacologie (WKGF) van de Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie: controleer vooraf de calciumspiegel (voor albumine gecorrigeerd); bij hypercalciëmie ná de vitamine D-suppletie opnieuw controleren. Bij een hypercalciëmie > 2,8 mmol/l en de afwezigheid van hyperparathyroïdie; eerst de calciumwaarde normaliseren alvorens de suppletie te beginnen. Bepaal de calcidiolspiegel en bereken het vitamine D 3-tekort in IE (deze formule is opgesteld op basis van onderzoek bij proefpersonen zonder malabsorptie en met een GFR > 60 ml/min): tekort aan IE colecalciferol = 40 × (75 – gemeten calcidiolspiegel) × lichaamsgewicht in kg. De oplaaddosis is vervolgens 25.000 IE 1×/week totdat dit berekende tekort is aangevuld.
De onderhoudsdosis is 800 IE/dag (òf 5600-7000 IE/week òf 25.000 IE/maand). Controleer na 6 maanden de calcidiolspiegel: bij een calcidiolspiegel > 75 nmol/l de dosering handhaven, bij een calcidiolspiegel < 75 nmol/l de dosering verhogen en na zes maanden opnieuw controleren.
Als controle van de calcidiolspiegel niet mogelijk òf wenselijk is, kan het volgende doseerschema worden gevolgd: oplaaddosis colecalciferol 25.000 IE 1×/week, gedurende 6 weken. Onderhoudsbehandeling: colecalciferol 1600 IE/dag (òf 2× 5600 IE/week òf 25.000 IE per 2 weken).
Bij nierfunctiestoornis, standpunt WKGF: opladen en onderhoudsbehandeling zoals hierboven beschreven. Controleer na 4 weken de serumcalcium- en fosfaatspiegel; verhoog de dosering bij hypocalciëmie en/of stijging van de PTH-spiegel tot > 2× de normaalwaarde. Controleer na 3 maanden de PTH-waarde: indien boven de streefwaarde; colecalciferol handhaven en alfacalcidol (vit. D) of calcitriol toevoegen. Zie ook het WKGF-standpunt vitamine D-suppletie bij ouderen (via docplayer).
Volwassenen (tot 70 j.):
De dosering is individueel en op geleide van bloedspiegel en calciumspiegel. Voor de toepassing bij volwassenen komen verschillende doseringen voor in de literatuur. Er zijn preparaten voor dagelijks, wekelijks en maandelijks gebruik. Voorts is er verschil tussen de behandeling van een vastgestelde deficiëntie (hoge dosering) en profylaxe van deficiëntie (lagere dosering). Mogelijk kan de formule m.b.t. deficiëntie bij ouderen (zie het voorschrift hierboven) gebruikt worden voor alle volwassenen. De verderop genoemde doseringen zijn een handreiking. Behandeling volwassenen: dagelijkse dosering: aanvankelijk 800–4000 IE (20–100 microg)/dag; overweeg bij een hogere begindosering na één maand een dosisverlaging. In de literatuur wordt voorts vermeld: 10.000 IE (0,25 mg) 1×/dag gedurende 8–12 weken. Fabrikanten Colecalciferol Benferol en D-cura: aanbevolen begindosering: òf eenmalig 100.000 IE òf 2× 50.000 of 4× 25.000 IE verdeeld over de eerste week; de vervolgdosering is veelal lager, op geleide van serumconcentraties 25-hydroxycalciferol en calcium.
Osteoporose:
Volwassenen:
Volgens de fabrikant: 800–1000 IE/dag (óf 5600-7000 IE/week óf 25.000 IE/maand). Maximaal 2.000 IE/dag (bij fragiele ouderen met groot val- en fractuurrisico) of equivalente wekelijkse of maandelijkse dosis (14.000 IE/week respectievelijk 60.000 IE/maand).
Kinderen:
Kinderen 0–4 jaar als profylaxe van rachitis:
Volgens het Kinderformularium van het NKFK ( colecalciferol): 400 IE/dag; bij neonaten < 37 weken met een lichaamsgewicht< 1250 gram: 600 IE/dag. Houd bij jonge kinderen rekening met de hoeveelheid vitamine D in zuigelingenmelk of opvolgmelk.
Kinderen 4–12 jaar:
400 IE/dag.
Kinderen van 12–18 jaar:
400–800 IE/dag. Afhankelijk van de ernst van de aandoening en de respons op de behandeling. Alleen toedienen onder medisch toezicht.
Kinderen van 1 maand–18 jaar met cystische fibrose:
Volgens het Kinderformularium van het NKFK ( colecalciferol): 800 IE/dag, de dosis aanpassen op geleide van bloedspiegels.
Kinderen van 1 maand–18 jaar met vitamine D-deficiëntie (bv. rachitis):
Volgens het Kinderformularium van het NKFK ( colecalciferol): begindosering: 1000–2000 IE (25–50 microg)/dag in 1 dosis gedurende 2–4 weken. Onderhoudsdosering: 400 IE/dag.
Kinderen ≥ 3 maand met nierfunctiestoornis:
Volgens het Kinderformularium van het NKFK ( colecalciferol): is dosisaanpassing bij een creatinineklaring ≥ 10 ml/min/1,73 m² niet nodig; bij een creatinineklaring < 10 ml/min/1,73 m² kan geen algemeen advies gegeven worden.
Verminderde nierfunctie: geen dosisaanpassing nodig, wel is controle nodig van de volgende serumspiegels: 25-OH-vitamine D3, calcium en fosfaat. Bij een ernstige nierinsufficiëntie (creatinineklaring < 30 ml/min) wordt vitamine D in de vorm van colecalciferol niet normaal gemetaboliseerd; gebruik een andere vorm van vitamine D.
Verminderde leverfunctie: geen dosisaanpassing nodig.
Toedieningsinformatie: de Devaron® tablet zonder kauwen doorslikken of oplossen in melk, pap of andere vloeistof. De Divisun® tablet mag worden fijngemaakt. De capsules zonder kauwen heel doorslikken met water.
Dosering
Secundaire hyperparathyroïdie bij dialysepatiënten:
Volwassenen:
Intraveneus: Toedienen tijdens de dialyse (niet vaker dan elke twee dagen). Begindosis (in microg) = uitgangswaarde iPTH-spiegel in pg/ml (of pmol/l) gedeeld door 80 (of 8). Maximum begindosis in klinisch onderzoek was 40 microg.
Titratiedosis: dosisaanpassing elke 2–4 weken. Aanbevolen doseringsrichtlijn: indien de iPTH-spiegel t.o.v. de uitgangswaarde gelijk blijft of toeneemt óf afneemt met < 30%: de dosering met 2–4 microg verhogen; indien de spiegel afneemt met ≥ 30%, ≤ 60%: geen dosisaanpassing; indien de spiegel afneemt met > 60% óf iPTH-spiegel < 15,9 pmol/l (150 pg/ml): dosering met 2–4 microg verlagen. Bij hypercalciëmie of verhoogd Ca × P de dosering van op calcium gebaseerde fosfaatbinders, indien in gebruik, verlagen of stoppen. Bij hypercalciëmie of indien Ca × P langdurig > 5,2 mmol²/l² (65 mg²/dl²), de dosering paricalcitol verlagen of stoppen totdat normalisatie van deze parameters is opgetreden. Vervolgens de behandeling met een lagere dosis hervatten.
Aanvaard streefbereik voor iPTH-spiegels bij dialysepatiënten: < 1½–3× de niet-uremische bovengrens van normaal (15,9–31,8 pmol/l [150–300 pg/ml]). Terwijl de iPTH het beoogde bereik nadert, kunnen kleine, individuele dosesaanpassingen nodig zijn om een stabiele iPTH te verkrijgen.
Ouderen: beperkte ervaring bij ouderen ≥ 65 jaar laat geen verschillen in werkzaamheid en veiligheid zien t.o.v. niet-ouderen.
Verminderde leverfunctie: bij lichte tot matige leverinsufficiëntie zijn de ongebonden concentraties paricalcitol vergelijkbaar bij gezonde proefpersonen; in dergelijke gevallen van leverinsufficiëntie is geen dosisaanpassing nodig. Er is geen ervaring bij patiënten met een ernstige leverinsufficiëntie; zie ook de rubriek Waarschuwingen en voorzorgen.
Toedieningsinformatie: De injectievloeistof toedienen via een hemodialysetoegang als i.v.-bolus.
Bijwerkingen
Lokaal: Vaak (1-10%): huidirritatie, jeuk, brandend gevoel, erytheem, (contact)eczeem, afschilfering van de huid, verergering van de psoriasis, bulleuze huidreacties.
Soms (0,1-1%): folliculitis, droge huid, huiduitslag (incl. erythemateuze, morbilliforme, (maculo)papuleuze, pustuleuze huidreacties. Pijn op de plaats van aanbrengen.
Zelden (0,01–0,1%): voorbijgaande veranderingen in huidpigmentatie, urticaria, huidoedeem, seborroïsch eczeem, fotosensibilisatie.
Systemisch: Zelden (0,01–0,1%): overgevoeligheidsreacties (waaronder faciaal of peri-orbitaal oedeem, angio-oedeem). Hypercalciëmie, hypercalciurie.
Bijwerkingen
Soms (0,1-1%): hypercalciëmie, hypercalciurie.
Zeer zelden (< 0,01%): jeuk, huiduitslag, urticaria.
Verder zijn gemeld: overgevoeligheidsreacties zoals angio-oedeem of larynxoedeem. Misselijkheid, buikpijn, diarree, flatulentie, obstipatie.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): hoofdpijn. Smaakstoornis. Jeuk. Hypoparathyroïdie, hypercalciëmie, hyperfosfatemie.
Soms (0,1-1%): hypo- of hypertensie, aritmie, atriumflutter, hartstilstand. Overgevoeligheid. Infectie, sepsis. Keelontsteking, griep. Neusbloeding, hoesten, dyspneu, astma, pneumonie, longoedeem. Coma, CVA, voorbijgaand ischemisch infarct, syncope, myoclonus, hypo-esthesie, paresthesie, duizeligheid, ataxie. Verwardheid, delirium, depersonalisatie, agitatie, slapeloosheid, nervositeit. Glaucoom, conjunctivitis. Ooraandoening. Droge mond, dysfagie, misselijkheid, braken, dyspepsie, buikpijn, obstipatie, gastritis, colitis, diarree, rectale bloeding. Urticaria, vesiculobulleuze dermatitis, alopecia, hirsutisme, hyperhidrose. Lymfadenopathie. Gewrichtspijn, gewrichtsstijfheid, rugpijn, spiertrekkingen, spierpijn. (Perifeer) oedeem, pijn op de injectieplaats, pijn op de borst, koorts, krachteloosheid, malaise, dorst. Borstkanker. Impotentie. Vaginale infectie. Gewichtsafname, verminderde eetlust. Anemie, leukopenie. Verlengde bloedingstijd, abnormale leverenzymwaarden. Hyperparathyroïdie, hyperkaliëmie, hypocalciëmie.
Verder zijn gemeld: larynxoedeem, angio-oedeem. Maag-darmbloeding.
Interacties
Gelijktijdig gebruik met systemische vitamine D-producten, calciumsupplementen of andere middelen die de serumcalciumconcentratie kunnen verhogen, zoals thiazide-diuretica, oestrogenen, anabole steroïden en parathyroïdhormonen of parathyroïdhormoonanalogen, kunnen het risico op klinisch significante hypercalciëmie vergroten.
Niet gelijktijdig aanbrengen met salicylzuur vanwege de kans op inactivatie van calcipotriol.
Interacties
Gelijktijdige behandeling met fenytoïne, fenobarbital, primidon, rifampicine en glucocorticosteroïden kan de werking van colecalciferol verminderen door verlaging van de plasmaconcentratie. Colestyramine, orlistat en paraffine(olie) kunnen de opname van colecalciferol verminderen. Volgens de fabrikant van D-cura kan isoniazide het effect van colecalciferol verminderen door inhibitie van de metabole activatie ervan, en kunnen imidazool-antimycotica de activiteit van colecalciferol beïnvloeden door de conversie van 25-hydroxycolecalciferol naar 1,25-dihydroxycolecalciferol (in de nier) te remmen.
De combinatie van vitamine D en calcium met digoxine kan leiden tot hartritmestoornissen; bij toepassing is controle op calciumspiegel (in serum en eventueel urine) en ECG nodig.
Thiaziden vermeerderen de kans op hypercalciëmie als gevolg van verminderde renale calciumexcretie; bij langdurige combinatie calcium in serum (en eventueel urine) regelmatig controleren.
De capsules vanaf 25.000 IE en drank (vanwege hoge dosering) niet combineren met calcium, bij patiënten met een ernstig gestoorde nierfunctie.
Interacties
Niet combineren met fosfaat of vitamine D-gerelateerde geneesmiddelen, vanwege toenemende kans op hypercalciëmie en verhoging van het (Ca × P)-product. Hoge doses calciumbevattende preparaten of thiazide-diuretica vermeerderen de kans op hypercalciëmie eveneens.
Bij gelijktijdig gebruik van magnesiumbevattende preparaten (bv. antacida) kan hypermagnesiëmie optreden.
Bij gelijktijdig gebruik van aluminiumbevattende preparaten (bv. antacida, fosfaatbinders) kan de concentratie van aluminium stijgen.
Bij combinatie met de sterke CYP3A4-remmer ketoconazol treedt bijna een verdubbeling op van de gemiddelde halfwaardetijd van paricalcitol; controleer het serumcalcium en -fosfaat extra.
Een eventuele hypercalciëmie kan predisponeren voor een digoxinevergiftiging.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren na orale toediening schadelijk gebleken.
Farmacologisch effect: Hoewel bij lokaal gebruik resorptie via de huid gering is zijn nadelige effecten bij de foetus niet uit te sluiten.
Advies: Volgens de fabrikant veiligheidshalve gebruik ontraden.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij dieren in zeer hoge doseringen reproductietoxiciteit. Bij de mens (uit beperkte hoeveelheid gegevens) geen aanwijzingen voor teratogeniteit in therapeutische doses. Er is onvoldoende bekend over de veiligheid van hoge (twee)wekelijkse of maandelijkse doses.
Farmacologisch effect: Vitamine D-tekort bij de moeder gedurende het 3e trimester kan leiden tot vitamine D-deficiëntie bij het ongeboren kind. Na de geboorte kan dit leiden tot hypocalciëmie en convulsies, rachitis en mogelijk tot spierzwakte, groeivertraging, vertraagde botrijping, fracturen en afwijkende aanleg van tandglazuur. Dit is vooral gemeld bij neonaten van donker gepigmenteerde en gesluierde vrouwen. Hoge dosering vitamine D bij de moeder kan leiden tot hypercalciëmie bij het kind, met als mogelijk gevolg lichamelijke en mentale retardatie, supravalvulaire aortastenose en retinopathie bij het kind.
Advies: Alleen toepassen bij een vastgestelde vitamine D-deficiëntie. De aanbevolen dagelijkse inname bij zwangeren is 400 IE. Hogere dagelijkse doses kunnen nodig zijn, echter maximaal 4000 IE/dag. Gebruik van (twee)wekelijkse of maandelijkse doses (doseringen vanaf 5.600 IE) wordt vanwege de hoge dosering ontraden.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren verhoogt het in hoge doseringen de peri- en postnatale sterfte.
Advies: Gebruik ontraden.
Overig: De fabrikant raadt paricalcitol injecties af bij vruchtbare vrouwen die geen anticonceptie gebruiken. Wees voorzichtig met ethanol bij zwangerschap.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend bij mens en dier.
Farmacologisch effect: Gezien de geringe resorptie via de huid is het bij beperkt gebruik (klein oppervlak, kortdurend) niet waarschijnlijk dat nadelige effecten bij de zuigeling zullen optreden. Bij uitgebreid gebruik (langdurig gebruik, grote hoeveelheden, op grote huidoppervlakten of op beschadigde huid) neemt de geresorbeerde hoeveelheid toe.
Advies: Kan bij beperkt (klein oppervlak, kortdurend) gebruik waarschijnlijk veilig gebruikt worden. Niet gebruiken bij langdurig gebruik en/of gebruik op grote oppervlakken.
Overig: Vermijd toepassing op de borst of rondom de tepels om orale opname door de zuigeling te voorkomen. Indien behandeling noodzakelijk is, moeten de borst en tepels goed worden schoongemaakt vóór het voeden
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, in kleine hoeveelheden.
Farmacologisch effect: Suppletie bij de moeder leidt nauwelijks tot toename van vitamine D in de moedermelk, deze stijgt pas substantieel bij inname van > 4000 IE dag. De ervaring met zeer hoge (twee)wekelijkse of maandelijkse doseringen is beperkt. Het ontstaan van hypercalciëmie bij de zuigeling is mogelijk.
Advies: Kan veilig volgens het voorschrift voor de dagelijkse toediening gebruikt worden. Gebruik van de hoge wekelijkse of maandelijkse doseringen wordt afgeraden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend bij de mens. Ja, bij dieren. Een nadelig effect bij de zuigeling kan niet worden uitgesloten.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Contra-indicaties
- stoornissen van het calciummetabolisme;
- hypercalciëmie;
- ernstig gestoorde nier- of leverfunctie.
Contra-indicaties
- hypercalciëmie, hypercalciurie;
- nefrolithiase (tenzij de calciumexcretie geen bijdrage aan de steenvorming levert), nefrocalcinose;
- ernstige nierfunctiestoornis;
- hyperparathyroïdie;
- pseudohypoparathyroïdie (omdat daarbij de behoefte aan vitamine D is afgenomen);
- hypervitaminose D;
- drank en capsules vanaf 25.000 IE bij kinderen tot 18 jaar.
Contra-indicaties
- vitamine D-toxiciteit;
- hypercalciëmie.
Waarschuwingen en voorzorgen
Hypercalciëmie kan optreden wanneer de maximale wekelijkse dosering (100 g) wordt overschreden. De maximale dosering niet overschrijden, niet gebruiken onder occlusie of in combinatie met penetratiebevorderende stoffen vanwege de kans op hypercalciëmie (zie ook Overdosering). Het serumcalcium normaliseert echter snel wanneer de behandeling wordt gestaakt.
Beperk of vermijd overvloedige blootstelling aan natuurlijk of kunstmatig zonlicht.
Onderzoeksgegevens: De veiligheid en werkzaamheid zijn niet vastgesteld bij:
- een ernstige nier- of leverfunctiestoornis;
- kinderen.
Waarschuwingen en voorzorgen
Bepaal bij doseringen hoger dan 10.000 IE/dag de plasmawaarden van calcium, fosfaat, magnesium, creatinine en alkalische fosfatase. En daarnaast het calciumgehalte in de urine; dit dient niet hoger dan 7,5 mmol/etmaal (300 mg/etmaal) te zijn, is dit het geval dan de dosering verlagen of de behandeling (tijdelijk) staken. Wees voorzichtig bij nierstenen in de voorgeschiedenis.
Bij langdurige behandeling de calciumspiegel in serum (en eventueel in de urine) en het serumcreatinine volgen, dit is met name belangrijk bij ouderen die behandeld worden met hartglycosiden (digoxine) en diuretica en bij nierstenen in de voorgeschiedenis.
Bij licht tot matig gestoorde nierfunctie de calcium-, fosfaat- en 25-OH-vitamine D3-serumspiegels controleren (zie voor meer informatie over deze controle op p. 4 van het standpunt vitamine D-suppletie bij kwetsbare ouderen van de Werkgroep Klinische Gerontofarmacologie); calcificatie van weke weefsels kan optreden.
Bij sarcoïdose kan het metabolisme van vitamine D in de actieve vorm verhoogd zijn, controleer het calciumgehalte in serum en urine.
Bij chronische darm- of pancreasaandoeningen kan de opname van oraal toegediend colecalciferol tekortschieten. Hier dan ook op geleide van de 25-OH-vitamine D3-serumspiegel het toedieningsbeleid van vitamine D nader bepalen.
Voor een optimale werkzaamheid van vitamine D is een calciuminname van 800–1000 mg/dag noodzakelijk.
Plotselinge verhoging van de calciuminname kan leiden tot hypercalciëmie.
Onderzoeksgegevens en ervaring: toediening eenmaal per week of maand heeft volgens sommige fabrikanten hetzelfde effect als dagelijkse toediening, vanwege de farmacokinetische parameters van vitamine D. De meeste ervaring uit gerandomiseerde gecontroleerde studies is echter afkomstig van dagelijkse doseringen.
Waarschuwingen en voorzorgen
Oversuppressie van parathyroïdhormoon kan resulteren in een verhoogde calciumconcentratie wat kan leiden tot metabole botziekte. Chronische hypercalciëmie kan ook in verband worden gebracht met gegeneraliseerde vasculaire verkalking en andere weke delen verkalking. Indien de dosering is vastgesteld, het serumcalcium en –fosfaat elke maand meten, de intacte PTH (iPTH) in het serum elke drie maanden. Bij dosisaanpassingen kan het nodig zijn vaker laboratoriumonderzoek uit te voeren.
In pre-dialysepatiënten kan paricalcitol het serumcreatinine verhogen (en daardoor de geschatte GFR verminderen) zonder de echte glomerulaire filtratiesnelheid (GFR) te veranderen.
De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen (< 18 j.) zijn niet vastgesteld.
Hulpstoffen:
- Wees voorzichtig met ethanol bij alcoholisme, leverziekte, epilepsie, zwangerschap en lactatie. Ethanol kan een effect op andere medicatie hebben. Wees bij risicogroepen voorzichtig met gelijktijdig gebruik van andere middelen die ethanol of propyleenglycol bevatten.
- Propyleenglycol bij een leverfunctiestoornis alleen gebruiken bij extra controle op achteruitgang.
Overdosering
Het aanbrengen van grotere hoeveelheden dan aanbevolen kan leiden tot verhoogde serumcalciumspiegels (zie ook Waarschuwingen en voorzorgen).
Symptomen
Hypercalciëmie: anorexie, misselijkheid, braken, obstipatie, hypotonie, depressie, lethargie, coma.
Neem voor informatie over een vergiftiging met calcipotriol contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Overdosering
Chronisch gebruik (1–2 maanden) van 40.000–100.000 IE per dag bij volwassenen en 1000 IE per dag bij kinderen leidt veelal tot intoxicatie. De bovenlimiet wordt ook wel gesteld op 4000 IE per dag voor volwassenen. Bij overdosering ontstaat hypercalciëmie. Bij chronische overdosering kan de hypercalciëmie tot 2 maanden na het staken aanhouden.
Symptomen
vroege symptomen van hypercalciëmie: gevoel van zwakte, duizeligheid, vermoeidheid, ataxie, spier- en botpijn, hoofdpijn, droge mond, dorst, polydipsie en polyurie, anorexie, misselijkheid, braken, diarree, obstipatie, jeuk, hartkloppingen/ritmestoornissen, psychische symptomen en bewustzijnsstoornissen; late symptomen: nierfunctiestoornis, gewichtsverlies, osteoporose bij volwassenen, groeiremming bij kinderen, neerslagen in nieren (nierstenen, nefrocalcinose), bloedvaten of andere weefsels en organen, convulsies. Extreme hypercalciëmie kan leiden tot coma en overlijden.
Therapie
acute ernstige hypercalciëmie is levensbedreigend. Vochttekort corrigeren. Geforceerde diurese met een natriumchloride-oplossing en een lisdiureticum (furosemide) kan de calciumspiegel snel verlagen (de calciumexcretie neemt hierdoor toe). Daarnaast kunnen calcitonine en dialyse (met een calciumvrij dialysaat) worden toegepast. Ook bisfosfonaten en corticosteroïden kunnen worden gebruikt om de calciumspiegel te verlagen. Het eventuele gebruik van thiazide-diuretica, lithium, vitamine A en digoxine dient te worden stopgezet.
Zie voor meer informatie over symptomen en behandeling de stofmonografie vitamine D3 op vergiftigingen.info (zoek bv. op colecalciferol).
Overdosering
Symptomen
hypercalciëmie, hypercalciurie, hyperfosfatemie, oversuppressie van parathyroïdhormoon.
Therapie
bij significante hypercalciëmie onmiddellijke dosisverlaging of staken, calciumarm dieet, staken van calciumsupplementen, aandacht voor en behandeling van afwijkingen in vocht- en elektrolytbalans, ECG-afwijkingen (cruciaal bij digoxine-gebruik). Hemodialyse of peritonale dialyse tegen een calciumvrij dialysaat.
Neem voor informatie over een vergiftiging met paricalcitol contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Calcipotriol is een synthetisch vitamine D3-derivaat. Het remt de proliferatie en stimuleert de differentiatie van epidermale keratinocyten.
Werking: na 2–4 weken (afname huidschilfering, later ook afname erytheem), maximaal na 6–8 weken.
Kinetische gegevens
Resorptie | < 1% indien aangebracht op de huid met psoriasislaesies (zalf). |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Colecalciferol (vitamine D3) speelt een rol bij de skeletopbouw en -instandhouding, onder andere door handhaving van de calcium/fosfaatspiegel. Het bevordert de fosfaat- en calciumabsorptie uit het maag-darmkanaal en de terugresorptie van calcium door de nieren. Verder heeft het belangrijke functies bij de mineralisatie van het bot, de botvorming en de botresorptie. De actieve vorm van vitamine D is calcitriol.
Kinetische gegevens
Resorptie | vrijwel volledig met voedsellipiden. |
Metabolisering | in de lever hydroxylering tot 25-hydroxycolecalciferol (= calcidiol). In deze vorm wordt het opgeslagen in vet- en spierweefsel, vervolgens naar behoefte voornamelijk in de nieren gehydroxyleerd tot het actieve 1,25-dihydroxycolecalciferol (= calcitriol) en bij een adequate calcitriolconcentratie tot 24,25-dihydroxycolecalciferol, dat minimale biologische activiteit heeft. Calcitriol wordt gemetaboliseerd tot 1,24,25-trihydroxycolecalciferol en calcitroïnezuur. |
Eliminatie | als metabolieten vnl. met de feces, klein deel met de urine. |
T 1/2el | schijnbare eliminatiehalfwaardetijd ca. 50 dagen. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Synthetisch vitamine D-analoog van calcitriol met modificaties aan de zijketen (D2) en de A-(19-nor-)ring die selectieve vitamine D-receptor (VDR)-activatie mogelijk maakt. Het verhoogt selectief de VDR-expressie in de bijschildklier zonder de VDR-expressie in de darmen te verhogen en is minder actief op botresorptie. Het verhoogt ook de calcium-sensing receptor (CaSR) in de bijschildklier. Door remming van de proliferatie van de bijschildklier reduceert het de parathyroïdhormoon (PTH)-concentratie, met minimaal effect op de calcium- en fosfaatconcentratie. Daarnaast acteert het direct op botcellen, waardoor de botdichtheid behouden blijft en mineralisatie-oppervlakten verbeteren.
Kinetische gegevens
V d | ca. 0,5 l/kg. |
Eiwitbinding | > 99,9%. |
Metabolisering | hepatisch en extrahepatisch: o.a. via mitochondriaal CYP24, alsook CYP3A4 en UGT1A4. |
Eliminatie | vnl. als metabolieten; ca. 70–74% via de gal met de feces, 16–18% met de urine. Paricalcitol wordt nauwelijks verwijderd door dialyse. |
T 1/2el | ca. 5–7 uur bij gezonde personen, ca. 15 uur bij hemodialysepatiënten. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
calcipotriol hoort bij de groep vitamine d en analoga.
Groepsinformatie
colecalciferol hoort bij de groep vitamine d en analoga.
Groepsinformatie
paricalcitol hoort bij de groep vitamine d en analoga.