Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Carteabak (hydrochloride) Théa Pharma bv

Toedieningsvorm
Oogdruppels (2%)
Sterkte
20 mg/ml
Verpakkingsvorm
5 ml

Conserveermiddel: geen.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Behandeling van glaucoom dient door een oogarts te gebeuren. Bij open-kamerhoekglaucoom bestaat behandeling uit lokale medicamenteuze therapie en/of laserbehandeling. Indien de oogboldruk onvoldoende verlaagd wordt door deze behandeling, kan operatieve interventie noodzakelijk zijn. Bij de medicamenteuze behandeling zijn oogdruppels met een prostaglandine-analoog eerste keus. Bij onvoldoende effect van of intolerantie voor een prostaglandine-analoog wordt eerst een β-blokker als monotherapie aanbevolen. Alternatieven voor bovenstaande monotherapie zijn monotherapie met een lokale koolzuuranhydraseremmer of α2-agonist. Wanneer monotherapie onvoldoende effect heeft, worden geneesmiddelen met verschillende aangrijpingspunten gecombineerd. Bij nauwe-kamerhoekglaucoom kiest men voor een laserbehandeling en/of een operatie, ondersteund door een medicamenteuze behandeling.

Indicaties

Verlaging van de intra-oculaire druk bij:

  • Oculaire hypertensie;
  • Open-kamerhoekglaucoom.

Gerelateerde informatie

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Open-kamerhoekglaucoom en oculaire hypertensie

Volwassenen (incl. ouderen)

1 druppel 2×/dag in het aangedane oog. Soms is toediening eenmaal per dag voldoende.

Vergeten dosis: Behandeling volgens schema voortzetten met de volgende dosis.

Wanneer wordt overgeschakeld van een ander antiglaucoommiddel naar carteolol, het gebruik van het andere middel staken en de volgende dag starten met carteolol.

Toediening

  • Druk de traanbuis 1–3 minuten dicht tijdens en direct na toediening; dit voorkomt dat de oogdruppel afvloeit naar de neus- en keelholte wat systemische reacties tot gevolg kan hebben.
  • Bij gebruik van meerdere soorten oogpreparaten deze toedienen met een interval van ten minste vijf minuten. De oogdruppels die de minste irritatie geven als eerste en viskeuze oogdruppels of oogzalven als laatste toedienen.

Bijwerkingen

Lokaal

Gemeld zijn: oogklachten (irritatie, jeuk, branden, tranen, roodheid, droogte, wazig zien), diplopie, veranderde refractie, keratitis, cornea-erosie, verminderde gevoeligheid van de cornea, blefaritis, ptosis.

Systemisch

Gemeld zijn: depressie, slapeloosheid, slaapstoornis, geheugenverlies. Vermoeidheid. Hoofdpijn, duizeligheid, syncope, paresthesie, verergering myasthenia gravis, CVA, cerebrale ischemie. Pijn op de borst, bradycardie, hartkloppingen, aritmie, AV-blok, (congestief) hartfalen, oedeem, hartstilstand. Hypotensie, fenomeen van Raynaud, claudicatio intermittens, koude acra. Verergering bronchospasme, dyspneu, hoest. Misselijkheid, braken, dyspepsie, dysgeusie, droge mond, buikpijn, diarree. Allergische reacties (zoals jeuk, lokale en gegeneraliseerde huiduitslag, urticaria, angio-oedeem, anafylactische reactie). Alopecia, psoriaforme uitslag of exacerbatie van psoriasis. Spierpijn. Seksuele disfunctie, verminderd libido, erectiestoornis. Hypoglykemie. Positieve antinucleaire antilichamen.

Interacties

Bij gelijktijdig gebruik van (lokale en systemische) β-blokkers, calciumantagonisten, middelen die catecholaminedepletie veroorzaken, digoxine, klasse I-anti-aritmica, amiodaron en parasympathicomimetica kan een additief effect optreden met onder andere hypotensie en/of bradycardie tot gevolg.

β-Blokkers kunnen het hypoglykemisch effect van bloedglucoseverlagende middelen versterken.

β-Blokkers voor oculair gebruik kunnen de werking van systemische β–agonisten zoals adrenaline blokkeren. Een enkele keer is mydriase vermeld na gelijktijdige toediening met adrenaline (epinefrine).

Zwangerschap

Teratogenese: Zowel bij mens als bij dieren, onvoldoende gegevens. Er zijn bij gebruik van systemische β-blokkers bij de mens geen aanwijzingen voor een groter risico op aangeboren afwijkingen.

Farmacologisch effect: Systemisch toegepaste β-blokkers kunnen in het laatste trimester of tijdens de partus bij foetus of pasgeborene farmacologische effecten geven zoals bradycardie, hypoglykemie en hypotensie. Bij gebruik van de oogdruppels is de systemische blootstelling gering, desondanks zijn de beschreven effecten niet uit te sluiten.

Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt. Controleer op farmacologische effecten bij de foetus of pasgeborene, zoals bradycardie, hypoglykemie en hypotensie. Door de traanbuis korte tijd (1–3 minuten) dichtgedrukt te houden na toediening van de oogdruppel kan de systemische absorptie beperkt worden.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja, in zeer geringe mate.

Farmacologisch effect: De systemische blootstelling aan carteolol vanuit de oogdruppel bij de moeder is laag, waardoor nadelige effecten bij de zuigeling via de moedermelk onwaarschijnlijk zijn.

Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.

Contra-indicaties

  • (actuele of doorgemaakte) astma en andere ernstige obstructieve longaandoeningen (COPD);
  • manifest hartfalen, cardiogene shock, sinusbradycardie, sick-sinus-syndroom, sinoatriaal blok, tweede- en derdegraads AV-blok zonder pacemaker;
  • onbehandeld feochromocytoom;
  • overgevoeligheid voor β-blokkers.

Waarschuwingen en voorzorgen

Bij ernstige cardiovasculaire stoornissen (zoals coronaire hartziekte, Prinzmetal-angina-pectoris en hartfalen) en hypotensie is kritische evaluatie noodzakelijk. Wees voorzichtig bij een eerstegraads AV–blok vanwege een negatief effect op de AV–geleiding. De dosering verlagen indien het hartritme daalt beneden 50–55 slagen per minuut in rust en/of bradycardie-gerelateerde symptomen optreden. Bij coronaire hartziekten de behandeling geleidelijk stopzetten. Door β-blokkers kan de kans op rebound–hypertensie toenemen.

Niet gebruiken bij astma/ernstige COPD (zie ook de rubriek Contra-indicaties). Wees voorzichtig bij lichte/matige COPD. Overlijden door bronchospasmen bij astma is waargenomen na toediening van sommige oculaire β-blokkers.

β-Blokkers kunnen symptomen maskeren van hypoglykemie en hyperthyroïdie. Wees voorzichtig bij labiele diabetes/spontane hypoglykemie. Patiënten die vermoedelijk thyrotoxicose ontwikkelen nauwlettend observeren.

Wees voorzichtig bij ernstige perifere circulatiestoornissen zoals ernstige vormen van het fenomeen van Raynaud.

Wees voorzichtig bij myasthenia gravis vanwege verergering van de spierzwakte zich uitend in ptosis en diplopie.

Bij een voorgeschiedenis van atopie of ernstige anafylactische reactie op allergenen kan tijdens gebruik van een β-blokker een versterkte reactie optreden bij herhaalde blootstelling aan die allergenen. Een opgetreden anafylaxie is vaak matig of slecht te beïnvloeden met de gebruikelijke hoeveelheid adrenaline.

Bij acuut gesloten-kamerhoekglaucoom carteolol oogdruppels samen met een mioticum geven.

Na glaucoomingrepen is bij toepassing van kamerwaterremmende therapie (timolol, acetazolamide) loslating van de choroidea gemeld.

Wees voorzichtig bij droge ogen en bij gebruik van contactlenzen, omdat β-blokkers de traanvochtsecretie kunnen verminderen. Contactlenzen kunnen mogelijk minder goed worden verdragen.

Bij kinderen zijn de werkzaamheid en veiligheid niet vastgesteld.

Hulpstoffen: Fosfaathoudende oogdruppels kunnen bij een ernstig beschadigde cornea leiden tot corneacalcificaties.

Overdosering

Neem voor informatie over een vergiftiging met carteolol contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Niet-selectieve β-blokker met intrinsieke sympathicomimetische activiteit en met geringe membraanstabiliserende werking. Toegediend in het oog verlaagt het de oogdruk door secretie van kamervocht te verminderen. Werking: binnen enkele min, max. na 2–4 uur, werkingsduur: ten minste 24 uur. De werking is te evalueren na circa 4 weken.

Groepsinformatie

carteolol hoort bij de groep bètablokkers, oculair.