Samenstelling
Dantrium capsule (Na-zout) Norgine bv
- Toedieningsvorm
- Capsule
- Sterkte
- 25 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Inhibin (hydrobromide) XGVS Mylan bv
- Toedieningsvorm
- Dragee
- Sterkte
- 100 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Gewezen wordt op het beperkte indicatiegebied en de mogelijk hepatotoxische bijwerkingen van dantroleen.
Voor de toepassing van orale spasmolytica bij spasticiteit zie de richtlijnen op revalidatiegeneeskunde.nl
Voor de behandeling van maligne hyperthermie staat op anesthesiologie.nl een protocol.
Advies
Voor de plaatsbepaling van hydrokinine in de behandeling van nachtelijke spierkrampen, zie Nachtelijke beenkrampen van de NHG-standaard Slaapproblemen en slaapmiddelen.
Indicaties
- Chronische spasticiteit als gevolg van aandoeningen van de centraal motorische zenuwbanen die niet reageren op andere anti-spastische medicatie;
- Pre- en postoperatieve profylaxe van maligne hyperthermie bij een toegenomen kans op het ontwikkelen hiervan (zoals familiaire predispositie, maligne hypertermie in de voorgeschiedenis, primaire spierziekten);
- Postcrisis profylaxe na een i.v.-behandeling van maligne hyperthermie met dantroleen (parenteraal).
Indicaties
- Nachtelijke spierkrampen, indien medicamenteuze therapie noodzakelijk is.
Dosering
Chronische spasticiteit:
In het algemeen:
In het begin lage doseringen geven, waarna ze geleidelijk worden verhoogd totdat het beoogde effect is bereikt.
Volwassenen:
Begindosering: 25 mg een à tweemaal per dag; deze dosis in stappen van 25–50 mg iedere 4–7 dagen verhogen. Onderhoudsdosis: 200–300 mg per dag, max. 400 mg/dag verdeeld over 3–4 giften, indien nodig in 2.
Kinderen
Begindosering: volgens de fabrikant: 0,5 mg/kg lichaamsgewicht per dag; deze dosis in stappen van 0,5–1 mg/kg/dag iedere 4–7 dagen verhogen. Onderhoudsdosis: 3–8 mg/kg/dag; maximaal 12 mg/kg lichaamsgewicht met een maximum van 400 mg/dag. Bij voorkeur wordt de dagdosering verdeeld over 3–4 giften, indien nodig in 2. Volgens het Kinderformularium van het NKFK vanaf 1 maand tot 18 jaar: begin met 1 mg/kg lichaamsgewicht in 1 dosis per dag; de onderhoudsdosis is 1,5–8 mg/kg/dag in 4 doses met de titratie op dezelfde wijze (wekelijks verhogen) en dezelfde maximale doseringen als hiervoor genoemd.
Preventief bij maligne hyperthermie, pre-operatief:
Volwassenen en kinderen:
Volgens de fabrikant: 4–8 mg/kg/dag verdeeld over 3–4 giften, gedurende 1–2 dagen voor de ingreep met de laatste dosis 3–5 uur vóór de operatie. Zie ook de link naar het protocol in rubriek Advies.
Postcrisis profylaxe na i.v.-behandeling:
Volwassenen en kinderen:
4–8 mg/kg/dag verdeeld over 3–4 giften gedurende 1–3 dagen.
Dosering
Nachtelijke spierkrampen
Volwassenen:
200 mg bij de avondmaaltijd, gevolgd door 100 mg voor het slapen gaan, gedurende 14 dagen. Indien de krampen terugkomen, kan opnieuw hydrokinine worden gegeven. De dosis niet verhogen, omdat het niet aannemelijk is dat dit de werkzaamheid vergroot; ook is de kans op optreden van cinchonisme groter (zie rubriek Bijwerkingen).
Bij een mogelijk beperkte metabole capaciteit, zoals bij ouderen, jongeren (< 18 jaar), patiënten met lever- of nierfunctiestoornissen, zijn er geen gegevens beschikbaar of een dosisaanpassing nodig is.
Toedieningsinformatie: de omhulde tablet innemen zonder kauwen, met een ruime hoeveelheid vloeistof.
Bijwerkingen
Meest frequent aan het begin van de behandeling en dosisafhankelijk: sufheid, duizeligheid, malaise, vermoeidheid, spierzwakte en diarree. Stijging van leverenzymwaarden. Hepatitis, meestal na 3–12 maanden behandeling.
Zeer zelden: anafylaxie. Tachycardie, wisselende bloeddruk, flebitis, hartfalen. Dyspneu, respiratoire depressie, pleurale effusie met pericarditis. Slikstoornis, veranderde smaak, anorexie, andere maag-darmklachten dan diarree; maagirritatie, misselijkheid, braken, buikkrampen, obstipatie, bloeding. Nervositeit, paresthesie, verwardheid, depressie, slapeloosheid. Spreekstoornis, kwijlen, hoofdpijn, convulsies. Visusstoornis, toegenomen traanproductie. Veranderd mictiepatroon, urine-incontinentie en/of nycturie, hematurie, kristalurie. Erectiestoornis. Myalgie, rugpijn. Koorts, rillingen. Huiduitslag (eczemateuze, acne, urticaria), jeuk, abnormale haargroei, hyperhidrose en mogelijk fotosensibilisatie. Anemie, leukopenie, trombocytopenie.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): misselijkheid, braken, bittere smaak of droge mond.
Vaak (1-10%): onrust. Tinnitus. Dyspepsie, diarree. Huiduitslag. Cinchonisme (in hogere doseringen): oorsuizen, duizeligheid, gehoorstoornissen, hoofdpijn, visusstoornissen (zelfs blindheid).
Zeer zelden (< 0,01%): fotosensibilisatie.
Verder zijn gemeld: hartgeleidingsstoornissen, ventriculaire tachycardie. Allergisch astma. Hemolytische anemie, agranulocytose, trombocytopenie.
Interacties
Mogelijk sneller optreden van leverfunctiestoornissen bij gelijktijdig gebruik van hepatotoxische stoffen of van oestrogenen (vooral bij vrouwen ouder dan 35 jaar).
Voorzichtig bij gelijktijdig gebruik van sedativa of alcohol, omdat zich een toegenomen sedatief effect kan voordoen.
Aanbevolen wordt ten tijde van maligne hyperthermie dantroleen niet te combineren met calciumantagonisten zoals verapamil, omdat bij patiënten gevoelig voor maligne hyperthermie bij deze combinatie myocardiale depressie en hyperkaliëmie zijn waargenomen.
Tolbutamide verhoogt in vitro de plasmabinding van dantroleen.
Interacties
Comedicatie met andere kinine-derivaten is gecontra-indiceerd. Interacties met hydrokinine zijn niet onderzocht in klinische studies; gezien de grote overeenkomst in chemische structuur is het mogelijk dat interacties die gelden voor kinine, ook gelden voor hydrokinine.
Kinine en mogelijk ook hydrokinine kunnen de concentratie van carbamazepine en fenobarbital verhogen; bij combinatie de patiënt zorgvuldig controleren.
Kinine kan de werking van anticoagulantia en spierrelaxantia (zoals pancuronium en succinylchloride) versterken en de toxiciteit van digoxine verhogen.
Kinine en diverse kinine-derivaten inhiberen in vitro de activiteit van CYP2D6, mogelijk kunnen geneesmiddelen die in belangrijke mate door dit enzym worden gemetaboliseerd in effect en in bijwerkingen toenemen.
Zwangerschap
Dantroleen passeert de placenta.
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. De veiligheid tijdens de zwangerschap is niet vastgesteld.
Advies: Alleen op strikte indicatie toepassen.
Zwangerschap
Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren, onvoldoende gegevens. Uit waarnemingen bij de mens zijn aanwijzingen verkregen dat het verwante kinine schadelijk kan zijn voor de vrucht; in hoge doses kan het abortief werken, ook zijn er afwijkingen in het gehoor- en gezichtsvermogen gemeld. Over het gebruik van kinine in lage doseringen is een relatief beperkte hoeveelheid gegevens, deze gegevens wijzen niet op een toegenomen kans op aangeboren afwijkingen.
Advies: Gebruik is gecontra-indiceerd.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Er zijn aanwijzingen dat dantroleen overgaat in de moedermelk. Een nadelig effect bij de zuigeling kan niet worden uitgesloten.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Lactatie
Overgang in moedermelk: Onbekend. Het verwante cinchona-alkaloïd kinine gaat over in de moedermelk.
Farmacologisch effect: Bij gebruik van kinine is er een kans op hemolyse bij G6PD-deficiënte zuigelingen. Een nadelig effect van hydrokinine bij de zuigeling kan niet worden uitgesloten.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden vanwege onvoldoende gegevens. NB. het gebruik van hydrokinine tijdens lactatie is volgens de fabrikant gecontra-indiceerd.
Contra-indicaties
- chronische of acute leveraandoeningen zoals gestoorde leverfunctie, hepatitis, cirrose;
- cardiale aandoeningen;
- wanneer de spastische toestand een onmisbare rol vervult bij het verrichten of handhaven van de lichamelijke functies (bv. rechtop staan, bewaren van evenwicht, bij verplaatsing, etc.).
Contra-indicaties
- tinnitus;
- neuritis optica;
- myasthenia gravis;
- G6PD-deficiëntie;
- overgevoeligheid voor cinchona-alkaloïden.
Zie voor meer contra-indicaties ook de rubrieken Interacties, Zwangerschap en Lactatie.
Waarschuwingen en voorzorgen
Het risico op leverlijden is groter bij hoge doses (> 12 mg/kg/dag of > 300 mg), bij vrouwen, boven de 35 jaar, bij gebruik van oestrogenen en andere stoffen die levercomplicaties kunnen veroorzaken. Aan het begin van de behandeling en bij langdurige behandeling om de 2–3 maanden de leverfuncties controleren. Bij gestoorde leverfunctie de therapie onderbreken; indien na eventuele herstart de leverfunctie opnieuw verslechtert het gebruik definitief staken. Instrueer de patiënt zich te melden bij symptomen van leverlijden waaronder plotse onverklaarde vermoeidheid of lusteloosheid, anorexie, misselijkheid, braken, gegeneraliseerde jeuk, geelzucht of ontkleurde ontlasting.
Wees voorzichtig bij een gestoorde longfunctie, vooral bij obstructieve longziekten.
Bij ernstige diarree kan verlaging van de dosering of onderbreken van de therapie noodzakelijk zijn. Wanneer de diarree na een herstart terugkomt, is het aan te raden voorgoed van de therapie af te zien.
Tijdens de behandeling zonnebaden vermijden, vanwege fotosensibilisatie.
Er zijn onvoldoende gegevens over toepassing bij kinderen < 2 jaar.
Dit middel kan invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen. Raadpleeg ‘Rij Veilig met Medicijnen’ van het IVM.
Waarschuwingen en voorzorgen
Voorzichtig bij ouderen, bij atriumfibrilleren of een AV-blok, of een lever- of nierfunctiestoornis. Wees ook voorzichtig bij aandoeningen die predisponeren voor QT-verlenging.
Naast zonlicht kan ook kunstmatig UV-straling (zonnebank) klachten van overgevoeligheid veroorzaken.
Bij jongeren < 18 jaar voorzichtig zijn vanwege gebrek aan ervaring; er zijn geen gegevens beschikbaar of een dosisaanpassing nodig is. Niet toepassen bij kinderen onder 12 jaar.
Overdosering
Symptomen
wijzigingen in het bewustzijn (lethargie, coma), spierzwakte, braken, diarree, kristalurie.
Voor meer informatie over een vergiftiging met oraal toegediend dantroleen neem contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Overdosering
Symptomen
behalve cinchonisme (zie rubiek Bijwerkingen) ook hypotensie, (ventriculaire) tachycardie, geleidingsstoornissen, delirium, convulsies en coma.
Voor meer informatie over een vergiftiging met hydrokinine neem contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Eigenschappen
Dantroleen is een perifeer werkend spierrelaxans met een directe werking op de dwarsgestreepte musculatuur; ook op het hart en mogelijk op de gladde spieren wordt invloed uitgeoefend. Het grijpt in op de contractiele respons van de skeletspier voorbij de neuromusculaire synaps, in de spier zelf. Dit gebeurt waarschijnlijk door remming van de afgifte van calciumionen vanuit het sarcoplasmatisch reticulum, dit geeft relaxatie van de spier. Het effect lijkt meer uitgesproken in snelle dan in trage spiervezels, maar is over het algemeen merkbaar in beide. Totale verlamming kan niet optreden, omdat dantroleen zich hoofdzakelijk beperkt tot het verminderen van de abnormale spanningstoestand van de spier. De contractiliteit van het hart kan afnemen met als gevolg een verminderd slag- en hartminuutvolume.
Werking: na 1–2 uur. Werkingsduur: 8–12 uur.
Kinetische gegevens
Resorptie | traag en onvolledig. |
T max | ca. 3–4 uur. |
F | 70–78% |
Eiwitbinding | ca. 80% |
Metabolisering | waarschijnlijk door microsomale (CYP-)enzymen in de lever, tot o.a. de metabolieten 5-hydroxydantroleen en acetylamino-dantroleen. |
Eliminatie | 50–60% met de urine waarvan < 1% onveranderd, 30% met de feces. |
T 1/2el | 12 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Hydrokinine, een cinchona-alkaloïd evenals kinine en kinidine, versterkt de spiercontractie als respons op een enkelvoudige maximale stimulus, maar het verlengt de refractaire periode van de spier waardoor de respons op tetanische stimulatie vermindert. Kinine verlaagt de prikkelbaarheid van de motorische eindplaat waardoor reacties op herhaalde zenuwstimulatie en acetylcholine geringer zijn. In hoeverre deze waarnemingen klinisch relevant zijn is onduidelijk.
Kinetische gegevens
F | 80–90%. |
T max | ca. 1,4 uur. |
V d | 1,2 l/kg. |
Eiwitbinding | ca. 91% |
Metabolisering | waarschijnlijk in de lever via hydroxylering. |
Eliminatie | met de urine als metaboliet, 20% onveranderd. Hemodialyse en hemoperfusie hebben naar verwachting weinig effect op de serumspiegel, gezien de hoge eiwitbinding. |
T 1/2el | sterk variabel, van 5–17 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
dantroleen (oraal) hoort bij de groep spierrelaxantia, direct werkend.
Groepsinformatie
hydrokinine hoort bij de groep spierrelaxantia, direct werkend.