Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

hydrocortisonacetaat (bij aambeien)

corticosteroïden, cutaan/oromucosaal D07AA02

Sluiten

mometason (in de dermatologie)

corticosteroïden, cutaan/oromucosaal D07AC13

Sluiten

Samenstelling

Alleen de belangrijkste hulpstoffen worden genoemd. Raadpleeg altijd de productinformatie van CBG/EMA voor een compleet overzicht van hulpstoffen.

Hydrocortison Vaselinecrème FNA (gemicroniseerd) Formularium der Nederlandse Apothekers

Toedieningsvorm
Crème (1%)
Sterkte
10 mg/g
Verpakkingsvorm
30 g

Basis: vaselinecetomacrogolcrème (Cremor vaselini hydrocortisoni 1% FNA).

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Alleen de belangrijkste hulpstoffen worden genoemd. Raadpleeg altijd de productinformatie van CBG/EMA voor een compleet overzicht van hulpstoffen.

Elocon (furoaat) Merck Sharp & Dohme bv

Toedieningsvorm
Lotion (0,1%)
Sterkte
1 mg/g
Verpakkingsvorm
100 ml

Bevat tevens: isopropylalcohol en propyleenglycol.

Toedieningsvorm
Vet, wateremulgerende zalf (0,1%) 'zalf'
Sterkte
1 mg/g
Verpakkingsvorm
30 g

Bevat tevens: propyleenglycol.

Toedieningsvorm
Wateremulgerende zalf (0,1%) 'crème'
Sterkte
1 mg/g
Verpakkingsvorm
30 g

Mometason (furoaat) Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Crème (0,1%)
Sterkte
1 mg/g
Verpakkingsvorm
30 g

Bevat tevens: propyleenglycol en butylhydroxytolueen.

Toedieningsvorm
Lotion (0,1%)
Sterkte
1 mg/g
Verpakkingsvorm
60 ml, 100 ml

Bevat tevens: isopropylalcohol en propyleenglycol.

Toedieningsvorm
Vet, wateremulgerende zalf (0,1%) 'zalf'
Sterkte
1 mg/g
Verpakkingsvorm
15 g

Bevat tevens: propyleenglycol en butylhydroxytolueen.

Toedieningsvorm
Wateremulgerende zalf (0,1%) 'crème'
Sterkte
1 mg/g
Verpakkingsvorm
15 g, 30 g
Toedieningsvorm
Zalf (0,1 %)
Sterkte
1 mg/g
Verpakkingsvorm
30 g

Bevat tevens: propyleenglycol en butylhydroxytolueen.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Voor de symptomatische behandeling van hemorroïden volstaan bij de meeste patiënten conservatieve maatregelen, zoals het vermijden van persen, het niet uitstellen van toiletgang bij aandrang, eten van vezelrijke voeding en innemen van 1,5-2 liter vocht per dag. Pas eventueel lokale therapie toe ter verlichting van klachten als pijn, zwelling en jeuk. Daarbij hebben indifferente middelen, zoals vaselinecetomacrogol of zinksulfaatvaselinecrème of zinkoxidezetpillen, de voorkeur omdat er minder kans is op bijwerkingen. Pas bij onvoldoende verlichting hiermee als tweede keus eventueel kortdurend hydrocortison- of lidocaïnevaselinecrème toe.

Advies

Behandel psoriasis in eerste instantie lokaal met indifferente middelen, zo nodig gecombineerd met een klasse 3-corticosteroïd. Voeg bij onvoldoende effect een lokaal vitamine D-analoog toe. Stap bij onvoldoende effect hiervan over op een klasse 4-corticosteroïd. Bouw na max. 4 weken het dagelijks gebruik van corticosteroïden en vitamine D-analoga af tot een intermitterende behandeling. Continueer de indifferente middelen dagelijks. Om een schilferlaag te verwijderen kan een ontschilferingsmiddel worden toegepast. Bij kinderen en bij toepassing in het gezicht of in huidplooien heeft een klasse 2-corticosteroïd de voorkeur. De keuze voor een applicatievorm is afhankelijk van de locatie van de huidafwijkingen (o.a. wel of niet behaarde hoofdhuid) en in belangrijke mate ook van de voorkeur van de patiënt. Bij onvoldoende resultaat van een lokale therapie, worden in de tweedelijnszorg intensievere vormen van lokale behandeling, lichttherapie of systemische middelen toegepast. Zie voor meer informatie de NVDV-richtlijn Psoriasis.

De basisbehandeling van constitutioneel eczeem is het dagelijks gebruiken van indifferente middelen. Bij matig eczeem daarnaast behandelen met klasse 1- of klasse 2-corticosteroïden. Bij ernstig eczeem heeft kortdurend dagelijks gebruik (tot 2 à 3 weken) met klasse 3-corticosteroïden de voorkeur, in het gezicht of in huidplooien hebben klasse 1- of klasse 2-corticosteroïden de voorkeur. Bij verbetering corticosteroïden afbouwen. Overweeg pulse-therapie met klasse 2-corticosteroïden bij frequente recidieven van ernstig eczeem. Bij de keuze van de zalf- of crèmebasis is de ervaring en voorkeur van de patiënt doorslaggevend. Als lokale therapie onvoldoende effect sorteert, kunnen in de tweedelijnszorg intensievere vormen van lokale behandeling, lichttherapie of systemische middelen worden toegepast.

Naast de standaardtoepassing kan in de tweedelijnszorg bij actieve huidlaesies bij kinderen (1–15 jaar) met matig tot ernstig constitutioneel eczeem die niet reageren op conventionele behandeling, de verdunde zalf (tot max. 15%) volgens de 'wet wrap'-methode worden toegepast gedurende max. 2 weken.

Bij contacteczeem primair de betreffende contactstoffen (allergisch, irritatief) identificeren en deze zoveel mogelijk vermijden. Vaak betreffen het milde reacties (schilfering, geringe roodheid) waarbij toepassing van een indifferent middel enkele keren per dag zal voldoen. Bij ernstigere contactreacties is toevoeging van dermatocorticosteroïden aangewezen, of eventueel een kortdurende behandeling met prednis(ol)on oraal. Indien het eczeem tot rust is gekomen kan het dermatocorticosteroïd geleidelijk worden afgebouwd. Houd rekening met eventuele lokale en systemische bijwerkingen bij het gebruik van (dermato)corticosteroïden.

Indicaties

  • Aambeien.

Gerelateerde informatie

  • aambeien

Indicaties

Behandeling van ontstekingsverschijnselen en jeuk van steroïdgevoelige, niet-infectieuze dermatosen, zoals:

  • Eczeem zoals gelichenificeerd eczeem, constitutioneel eczeem en contacteczeem;
  • Psoriasis;
  • Pustulosus palmaris et plantaris;
  • Lichen planus;
  • Lichen sclerosus et atrophicus;
  • Granuloma annulare;
  • Lupus erythematodes discoides;
  • Mycosis fungoides.

Gerelateerde informatie

  • constitutioneel eczeem
  • contacteczeem
  • psoriasis

Dosering

Klap alles open Klap alles dicht

Aambeien:

Volwassenen:

volgens de NHG-standaard Rectaal bloedverlies: 2×/dag aanbrengen gedurende max. 2 weken.

Dosering

De lotion kan worden toegepast op gebieden die voor de 'zalf' en 'crème' moeilijk toegankelijk zijn, met inbegrip van de behaarde huid. De wateremulgerende zalf ('crème') is waterafwasbaar en heeft een minder vette basis dan de vette, wateremulgerende zalf ('zalf').

Klap alles open Klap alles dicht

Steroïdgevoelige dermatosen:

Volwassenen en kinderen ≥ 2 jaar:

1×/dag dun aanbrengen op de aangedane huid en zacht inmasseren; bij verbetering de dosering afbouwen tot enkele malen per week. Hierbij de algemene richtlijnen voor het aanbrengen van corticosteroïdpreparaten in acht nemen en doseren aan de hand van vingertopeenheden (VTE), kinderen > 2 jaar max. 50 g per week, volwassenen max. 100 g per week. Niet op grote huidoppervlakken toepassen: volwassenen max. 20 % van het lichaamsoppervlak, kinderen ≥ 2 jaar max. 10 % van het lichaamsoppervlak. Bij kinderen niet onder occlusie toepassen. Maximaal 3 weken gebruiken.

Toedieningsinformatie: niet toepassen op de oogleden en wees voorzichtig met het gebruik op andere plekken in het gelaat en op de genitaliën. Indien gebruik op de gezichtshuid noodzakelijk is dan maximaal 5 dagen toepassen; niet gebruiken onder occlusie op de gezichtshuid (zie voor meer details de rubriek Waarschuwingen en Voorzorgen). Breng een indifferent middel één uur na het corticosteroïdpreparaat aan.

Bijwerkingen

Zelden lokale overgevoeligheidsverschijnselen, eczeem, lokale huidinfecties. Bij langdurig gebruik huidatrofie, striae op de nates, purpura, teleangiëctasieën en depigmentatie.

  • Informatie bijwerkingen Lareb
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Lokaal: Soms (0,1-1%): huidklachten (droogheid, irritatie), dermatitis, periorale dermatitis, huidmaceratie, miliaria.

Zeer zelden (< 0,01%): andere huidklachten (jeuk, branderigheid), folliculitis, teleangiectasieën.

Verder zijn gemeld: pijn op de plaats van aanbrengen, contacteczeem, acneïforme dermatitis, rosacea. Huidatrofie (vaak irreversibel) met dunner worden van de huid, purpura en striae. Depigmentatie en hypopigmentatie, vertraagde wondgenezing, furunkel, infectie, hypertrichose, paresthesie. Wazig zien, centrale chorioretinopathie (het is niet bekend of dit een lokaal of systemisch effect betreft).

Systemisch: bij kinderen is intracraniële hypertensie (uitstulpende fontanellen, hoofdpijn en bilateraal papiloedeem) gemeld.

  • Informatie bijwerkingen Lareb
  • Meldformulier bijwerkingen

Zwangerschap

Corticosteroïden passeren de placenta.

Teratogenese: Ruime ervaring bij de mens wijst uit dat lokaal gebruik van hydrocortisonacetaat geen nadelige effecten heeft. Hydrocortisonacetaat wordt via de intacte huid in geringe mate systemisch geresorbeerd.

Advies: Kan bij aambeien kortdurend volgens voorschrift worden gebruikt.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Corticosteroïden passeren de placenta.

Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren onvoldoende gedocumenteerde gegevens (lokaal gebruik). Bij de mens is bij lokaal gebruik van met name klasse 1 en 2 corticosteroïden op de huid geen toegenomen kans op congenitale afwijkingen aangetoond. De resorptie vanuit de huid is laag. Systemische blootstelling is echter mogelijk bij langdurig lokaal gebruik, gebruik onder occlusie en gebruik op grote of beschadigde huidoppervlakken.

Farmacologisch effect: Theoretisch bestaat er kans op het optreden van intra-uteriene groeivertraging en op bijnierschorsinsufficiëntie bij de pasgeborene, met name bij sterk werkende corticosteroïden, langdurig lokaal gebruik, gebruik onder occlusie en gebruik op grote huidoppervlakken.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken; vermijd langdurig gebruik, gebruik onder occlusie en gebruik op grote en beschadigde oppervlakken.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend. Bij kortdurende toepassing op een klein onbeschadigd huidoppervlak zullen geen relevante bloedspiegels bij de moeder optreden en lijkt het risico van een ongewenst effect bij de zuigeling onwaarschijnlijk.

Advies: Kan bij aambeien kortdurend volgens voorschrift worden gebruikt.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend. Bij uitgebreid gebruik (langdurig, op een groot huidoppervlak) kan het optreden van relevante bloedspiegels bij de moeder en het risico van een ongewenst effect bij de zuigeling niet worden uitgesloten.

Advies: Bij langdurig gebruik of gebruik op grote huidoppervlakken wordt het geven van borstvoeding ontraden.

Overig: Vermijd toepassing op of rondom de tepels om orale opname door de zuigeling te voorkomen. Indien behandeling noodzakelijk is, moeten de tepels goed worden schoongemaakt vóór het voeden.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Contra-indicaties

  • bacteriële, virale of schimmelinfecties rond de anus;
  • bloedende aambeien;
  • huidatrofie.

Contra-indicaties

  • onbehandelde huidinfecties, veroorzaakt door een bacterie, virus, schimmel, of parasiet;
  • ulcereuze huidaandoeningen en wonden;
  • ichtyose, acne vulgaris, rosacea, juveniele plantaire dermatose, dermatitis perioralis, striae, huidatrofie, fragiliteit van de huidvaten;
  • perianale en -genitale jeuk, luieruitslag;
  • tuberculose, syfilis of reacties op vaccins;
  • overgevoeligheid voor corticosteroïden.

Waarschuwingen en voorzorgen

Bij bloedende aambeien, irritatie of uitblijven van verbetering het gebruik staken. De resorptie van corticosteroïden kan sterk verhoogd zijn bij toepassing op de huid rond de genitaliën of in huidplooien.

Waarschuwingen en voorzorgen

Toedieningsinformatie: niet toepassen op de oogleden, vanwege risico van contaminatie van de conjunctiva met kans op het ontstaan van glaucoma simplex of subcapsulair cataract. Vermijd contact met de ogen. Wees voorzichtig bij gebruik in huidplooien, op het gelaat en op de genitaliën vanwege de toegenomen kans op lokale bijwerkingen; het wordt aanbevolen voor deze toepassingen zwak tot matig sterk werkende corticosteroïden te gebruiken. Indien gebruik op de gezichtshuid noodzakelijk is dan maximaal 5 dagen toepassen; niet gebruiken onder occlusie op de gezichtshuid. Wees voorzichtig bij het gebruik onder occlusie (niet onder luiers gebruiken) op andere lichaamsdelen, in huidplooien en op grote en beschadigde huidoppervlakken vanwege de toegenomen kans op systemische bijwerkingen.

Overgevoeligheidsreacties kunnen lijken op de symptomen waarvoor behandeld wordt. Bij contactallergie wordt zelden een ernstige reactie gezien, omdat het corticosteroïd de reactie gelijktijdig onderdrukt; wees bedacht op contactallergie/overgevoeligheidsreactie indien de huidaandoening niet (meer) reageert op een op zich juiste behandeling. De behandeling staken als ernstige irritatie of overgevoeligheid optreedt.

Om reboundeffecten te voorkómen, langdurige lokale behandeling met dermatocorticosteroïden geleidelijk afbouwen.

Huidinfecties: het (onjuist) gebruik van corticosteroïden kan bacteriële-, parasitaire-, virus- en schimmelinfecties maskeren. Als laesies secundair geïnfecteerd raken, moeten deze adequaat behandeld worden; bij verergering van de infectie de behandeling met corticosteroïden staken.

De behandeling van psoriasis met dermatocorticosteroïden zorgvuldig controleren vanwege kans op recidieven (tolerantie), het ontstaan van gegeneraliseerde pustuleuze psoriasis en de ontwikkeling van lokale en/of systemische toxiciteit (a.g.v. verminderde huidbarrière).

Systemische bijwerkingen: wees bedacht op systemische bijwerkingen en (reversibele) onderdrukking van de hypothalamus-hypofyse-bijnierschors-as mogelijk gepaard gaande met glucocorticosteroïde-insufficiëntie na het (abrupt) stopzetten van langdurige behandeling van met name (zeer) sterk werkende dermatocorticosteroïden. Langdurige behandeling met (zeer) sterk werkzame dermatocorticosteroïden geleidelijk staken of overstappen op een minder sterk werkend corticosteroïd.

Overweeg bij verandering in het gezichtsvermogen na langdurige behandeling van grote oppervlakken met (met name sterk werkende) dermatocorticosteroïden door te verwijzen naar een oogarts. Die kan dan de mogelijke oorzaken beoordelen waaronder cataract, glaucoom of zeldzame ziekten zoals centrale sereuze chorioretinopathie (CSCR), die zijn gemeld na gebruik van systemische en lokale corticosteroïden.

Kinderen hebben een relatief groot huidoppervlak en dunne huid. Langdurig gebruik op grote oppervlakken kan bij hen sneller leiden tot systemische bijwerkingen, bijnierschorssuppressie en ook tot groeihormoonsuppressie; bij langdurig gebruik op grote oppervlakken wordt aanbevolen regelmatig lengte en gewicht te controleren en de plasmacortisolspiegel te bepalen. Niet gebruiken onder occlusie (luiers) bij kinderen. De veiligheid en werkzaamheid van mometason bij kinderen < 2 jaar zijn niet vastgesteld; gebruik bij hen wordt ontraden.

Eigenschappen

Zwak werkend corticosteroïd, klasse 1. Lokale corticosteroïden hebben een anti-inflammatoir, jeukstillend en vasoconstrictief effect, wat mogelijk invloed heeft op jeuk- en pijnklachten.

Eigenschappen

Sterkwerkend corticosteroïd; klasse 3. Corticosteroïden uit klasse 2 en 3 (matig sterk resp. sterk werkend) hebben een anti-inflammatoire, vasoconstrictieve en antimitotische werking. Zij onderdrukken de ontstekingsreactie en de symptomen van verschillende – vaak met jeuk gepaard gaande – huidaandoeningen. Verder remmen zij de celdelingen van de epidermis en de aanmaak van bindweefselcomponenten.

Kinetische gegevens

Resorptie mometasonfuroaat kan systemisch worden opgenomen via een intacte, gezonde huid; ca. 0,4–0,7%. Occlusie en pathogene processen als ontsteking en beschadiging van de huid verhogen de percutane resorptie.
Eliminatie vnl. via de urine.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

hydrocortisonacetaat (bij aambeien) hoort bij de groep corticosteroïden, cutaan/oromucosaal.

  • betamethason (in de dermatologie) (D07AC01) Vergelijk
  • betamethason in propyleenglycol (D07AC01) Vergelijk
  • clobetasol (D07AD01) Vergelijk
  • clobetason (D07AB01) Vergelijk
  • desoximetason (D07AC03) Vergelijk
  • flumetason (D07AB03) Vergelijk
  • fluticason (in de dermatologie) (D07AC17) Vergelijk
  • hydrocortison (in de dermatologie) (D07AA02) Vergelijk
  • hydrocortisonbutyraat (D07AB02) Vergelijk
  • mometason (in de dermatologie) (D07AC13) Vergelijk
  • triamcinolon (mondpasta) (A01AC01) Vergelijk
  • triamcinolonacetonide (in de dermatologie) (D07AB09) Vergelijk

Groepsinformatie

mometason (in de dermatologie) hoort bij de groep corticosteroïden, cutaan/oromucosaal.

  • betamethason (in de dermatologie) (D07AC01) Vergelijk
  • betamethason in propyleenglycol (D07AC01) Vergelijk
  • clobetasol (D07AD01) Vergelijk
  • clobetason (D07AB01) Vergelijk
  • desoximetason (D07AC03) Vergelijk
  • flumetason (D07AB03) Vergelijk
  • fluticason (in de dermatologie) (D07AC17) Vergelijk
  • hydrocortison (in de dermatologie) (D07AA02) Vergelijk
  • hydrocortisonacetaat (bij aambeien) (D07AA02) Vergelijk
  • hydrocortisonbutyraat (D07AB02) Vergelijk
  • triamcinolon (mondpasta) (A01AC01) Vergelijk
  • triamcinolonacetonide (in de dermatologie) (D07AB09) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • corticosteroïden, cutaan/oromucosaal

Indicaties

  • aambeien

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • corticosteroïden, cutaan/oromucosaal

Indicaties

  • constitutioneel eczeem
  • contacteczeem
  • psoriasis

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Kinderformularium (NKFK)
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".