Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

idarubicine

antracyclinederivaten L01DB06

Sluiten

doxorubicine in niet-gepegyleerde liposomen

antracyclinederivaten L01DB01

Sluiten

Samenstelling

Alleen de belangrijkste hulpstoffen worden genoemd. Raadpleeg altijd de productinformatie van CBG/EMA voor een compleet overzicht van hulpstoffen.

Idarubicine (hydrochloride) XGVS Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Concentraat voor infusievloeistof
Sterkte
1 mg/ml
Verpakkingsvorm
flacon 5 ml, 10 ml, 20 ml

Zavedos (hydrochloride) XGVS Pfizer bv

Toedieningsvorm
Concentraat voor infusievloeistof
Sterkte
1 mg/ml
Verpakkingsvorm
flacon 5 ml, 10 ml, 20 ml

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Alleen de belangrijkste hulpstoffen worden genoemd. Raadpleeg altijd de productinformatie van CBG/EMA voor een compleet overzicht van hulpstoffen.

Myocet (hydrochloride, in niet-gepegyleerde liposomen) XGVS Teva Nederland bv

Toedieningsvorm
Poeder voor infusievloeistof
Sterkte
50 mg
Verpakkingsvorm
met flacon liposomen 1,9 ml en buffer 3 ml

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Voor de behandeling van acute lymfatische leukemie bij volwassenen staat op hovon.nl de geldende behandelrichtlijn (2020) en van acute lymfatische leukemie bij kinderen op Skion.nl.

Voor de behandeling van acute myeloïde leukemie staat op hovon.nl de geldende behandelrichtlijn (concept 2018).

Advies

Voor de behandeling van mammacarcinoom staat op oncoline de geldende behandelrichtlijn.

Indicaties

Volwassenen

  • Acute myeloïde leukemie (AML), voor remissie-inductie:
    • als eerstelijnsbehandeling;
    • bij recidief of refractaire patiënten.
  • Acute lymfatische leukemie (ALL) als tweedelijnsbehandeling.

Kinderen

  • Acute myeloïde leukemie (AML), voor remissie-inductie als eerstelijnsbehandeling, in combinatie met cytarabine;
  • Acute lymfatische leukemie (ALL) als tweedelijnsbehandeling.

Indicaties

  • In combinatie met cyclofosfamide bij eerstelijnsbehandeling van gemetastaseerd mammacarcinoom bij volwassen vrouwen.

Dosering

Bij een hoge tumorlast vóór en tijdens de behandeling maatregelen nemen ter preventie van uraatnefropathie zoals een adequate hydratie, alkaliseren van de urine en zonodig toedienen van allopurinol of rasburicase; tevens de nierfunctie bewaken. Dit vanwege het mogelijk optreden van het tumorlysissyndroom.

Klap alles open Klap alles dicht

Acute myeloïde leukemie:

Volwassenen:

i.v. 12 mg/m² lichaamsoppervlak per dag gedurende 3 dagen in combinatie met cytarabine. Een alternatief schema is: idarubicine 8 mg/m² lichaamsoppervlak per dag gedurende 5 dagen (zowel in mono- als combinatietherapie).

Kinderen:

i.v. 10–12 mg/m² lichaamsoppervlak per dag gedurende 3 dagen in combinatie met cytarabine.

Acute lymfatische leukemie:

Volwassenen:

i.v. 12 mg/m² lichaamsoppervlak per dag gedurende 3 dagen (zowel in mono- als combinatietherapie).

Kinderen:

i.v. 10 mg/m² lichaamsoppervlak per dag gedurende 3 dagen (zowel in mono- als combinatietherapie).

Verminderde nierfunctie: er kan geen specifiek doseeradvies worden gegeven vanwege onvoldoende gegevens. Verlaag de dosis met 50% bij een creatininespiegel tot 176,8 micromol/l (afgerond 180 micromol/l). Gebruik bij een ernstig verminderde nierfunctie is gecontra-indiceerd.

Verminderde leverfunctie: er kan geen specifiek doseeradvies worden gegeven vanwege onvoldoende gegevens. Verlaag de dosis met 50% bij een bilirubineconcentratie tot 34,2 micromol/l (afgerond 30 micromol/l). Gebruik bij een ernstig verminderde leverfunctie is gecontra-indiceerd.

Toedieningsinformatie: Het concentraat voor infusie kan worden verdund met 0,9% NaCl- of 5% glucose-oplossing en via een i.v. infuus worden toegediend. Ook kan het concentraat onverdund langzaam via een vrij lopend i.v. infuus (0,9% NaCl of 5% glucose) over een periode van 5–10 minuten worden toegediend; dit beperkt de kans op trombose of periveneuze extravasatie. Géén bolusinjectie geven vanwege het gevaar van extravasatie met ernstige complicaties, dat zelfs kan optreden indien voldoende bloed wordt opgetrokken in de spuit. Om tromboflebitis te voorkómen opeenvolgende toedieningen op verschillende plaatsen geven.

Dosering

Let op: niet-gepegyleerd liposomaal doxorubicine mag niet onderling verwisseld worden met andere formuleringen van doxorubicine, vanwege het verschil in farmacokinetisch profiel en doseringen.

Klap alles open Klap alles dicht

Gemetastaseerd mammacarcinoom:

Volwassenen (incl. ouderen):

De aanbevolen aanvangsdosis is 60–75 mg/m² lichaamsoppervlak om de 3 weken in combinatie met cyclofosfamide 600 mg/m². Vanwege bijwerkingen kan uitstel en/of dosisverlaging (van zowel Myocet als cyclofosfamide) nodig zijn.

Ernstige bijwerkingen: zie voor dosisaanpassingen en richtlijnen voor uitstel of stopzetting van de behandeling bij (ernstige) bijwerkingen (hematologische toxiciteit, mucositis, cardiotoxiciteit) de officiële productinformatie CBG/EMA (rubriek 4.4).

Verminderde nierfunctie: een dosisaanpassing is niet nodig.

Verminderde leverfunctie: op basis van relatief weinig gegevens bij patiënten met levermetastasen is de volgende algemene richtlijn opgesteld voor het doseren bij een verminderde leverfunctie. Bilirubine < ULN én ASAT verhoogd: overweeg een reductie van de dosis van 25%; bilirubine > ULN maar < 50 micromol/l én ASAT verhoogd: reduceer de dosis met 50%; bilirubine > 50 micromol/l: vermijd toediening, indien echter gebruik noodzakelijk is, dan de dosis reduceren met 75%.

Toedieningsinformatie: Myocet reconstitueren en verder verdunnen volgens de aanwijzingen van de fabrikant tot een concentratie van 0,4–1,2 mg/ml. Alleen i.v. toedienen via een centrale of perifere vene gedurende 1 uur, waarbij gewaakt wordt voor extravasatie. Bij extravasatie infusie onmiddellijk staken en de aangetaste plaats gedurende 30 min koelen. Infuus voortzetten in een andere vene.

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): misselijkheid, braken, mucositis/stomatitis, diarree, maagpijn. Anorexia. Alopecia. Koorts, rillingen, hoofdpijn. (Ernstige) beenmergsuppressie, anemie, ernstige leukopenie, (febriele) neutropenie, granulocytopenie, trombocytopenie. Infectie. Rode verkleuring van de urine gedurende 1–2 dagen na de behandeling.

Vaak (1-10%): cardiomyopathie, sinustachycardie, tachyaritmieën, bradycardie, asymptomatische reductie van de linker ventrikel ejectiefractie, congestief hartfalen. Hemorragie. Lokale flebitis, tromboflebitis. Gastro-intestinale bloedingen, buikpijn. Huiduitslag, jeuk, ‘radiation recall’-dermatitis. Stijging van leverenzymwaarden, bilirubine verhoogd.

Soms (0,1-1%): ECG-afwijking, myocardinfarct. Shock. Sepsis/septikemie. Oesofagitis, colitis (waaronder ernstige enterocolitis/neutropene enterocolitis met perforatie). Secundaire leukemieën (AML, MDS). Huid- en nagelhyperpigmentatie, urticaria, (ernstige) cellulitis, weefselnecrose. Dehydratie. Hyperurikemie.

Zelden (0,01-0,1%): cerebrale hemorragie.

Zeer zelden (< 0,01%): anafylaxie. Pericarditis, myocarditis, atrioventriculair blok, bundeltakblok. Trombo-embolie, opvliegers. Erosies/ulceraties van in de maag. Erytheem van de extremiteiten.

Verder zijn gemeld: tumorlysissyndroom. Ventriculaire disfunctie, maligne aritmieën, galop-ritme. Dyspneu, longoedeem. Trombo-embolische complicaties waaronder longembolie. Hepatomegalie. Ascites, (enkel)oedeem. Weefselhypoxie, periveneuze extravasatie. Pancytopenie.

  • Informatie bijwerkingen Lareb
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): infecties. Mucositis, misselijkheid, braken, diarree. Anorexie. Alopecia. Asthenie, koorts, rillingen. (Febriele) neutropenie, trombocytopenie, anemie, leukopenie.

Vaak (1-10%): cardiomyopathie, hartritmestoornissen, congestief hartfalen. Pijn op de borst, dyspneu, bloedneus. Oesofagitis, obstipatie. Huiduitslag, nagelaandoening. Duizeligheid, hoofdpijn. Opvliegers. Slapeloosheid. Rugpijn, spierpijn. Gewichtsverlies. Lymfopenie, pancytopenie. Dehydratie, hypokaliëmie. Verhoogde transaminasewaarden.

Soms (0,1-1%): pericardeffusie. Hypotensie. Faryngitis, pneumonitis, pleurale effusie, hemoptoë. (Neutropene) sepsis. Herpes zoster. Agitatie, abnormale gang, dysfonie. Slaperigheid. Spierzwakte. Maagzweer. Geelzucht. Hemorragische cystitis, oligurie. Jeuk, folliculitis, droge huid, purpura. Malaise. Reactie op de injectieplaats (o.a. infectie). Hyperglykemie, verhoogde waarden alkalische fosfatase en bilirubine.

Verder is gemeld: hand-voetsyndroom.

  • Informatie bijwerkingen Lareb
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

Niet gelijktijdig gebruiken met levende, verzwakte vaccins, vanwege de kans op systemische, mogelijk dodelijke, gegeneraliseerde vaccinatieziekte; vaccinatie met het gele koortsvaccin is gecontra-indiceerd. Het respons op gedood of geïnactiveerd vaccin kan verminderen.

De cardiotoxiciteit wordt versterkt door voorafgaande, gelijktijdige of toekomstige bestraling in het mediastinale gebied of door gebruik van andere antracyclinederivaten of andere potentieel cardiotoxische geneesmiddelen (bv. paclitaxel, 5-fluoro-uracil, cyclofosfamide) of met middelen die de hartfunctie beïnvloeden zoals calciumantagonisten.

Idarubicine wordt voornamelijk door CYP2C9 en CYP2D6 gemetaboliseerd, idarubicinespiegels nemen daarom toe als deze enzymen geremd worden (bv. fluconazol, amiodaron (beide sterke remmers van CYP2C9) en fluoxetine, paroxetine, bupropion, kinidine, cinacalcet (alle sterke remmers van CYP2D6)).

Een additief myelosuppressief effect kan optreden wanneer tegelijkertijd of binnen 2–3 weken voor de behandeling met idarubicine radiotherapie wordt gegeven, of wanneer gecombineerd wordt met andere geneesmiddelen met een myelosuppressieve werking.

Combinatie met anticoagulantia vermeerdert de kans op bloedingen door idarubicine.

Interacties

Er zijn geen specifieke geneesmiddelonderzoeken naar interacties uitgevoerd, waarschijnlijk is sprake van interactie met stoffen waarvan bekend is dat ze interactie vertonen met conventionele doxorubicine, zie doxorubicine#interacties.

Gelijktijdige behandeling met andere liposomale middelen, geneesmiddelen die met lipiden een complex vormen, of intraveneuze vetemulsies zouden het farmacokinetische profiel van liposomaal doxorubicine kunnen wijzigen.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Idarubicine heeft mutagene, carcinogene en teratogene eigenschappen bij dieren.

Advies: Gebruik ontraden.

Vruchtbaarheid: Raad een man of vrouw voorafgaand aan de behandeling aan om advies in te winnen over cryopreservatie van sperma of eicellen, omdat idarubicine mutagene eigenschappen bezit (en bij de man tevens tot infertiliteit kan leiden). Genetisch advies wordt aanbevolen voor patiënten met een kinderwens.

Overige: Een vruchtbare vrouw of man dient adequate anticonceptieve maatregelen te nemen gedurende én tot ten minste zes maanden na de therapie.

Zwangerschap

Doxorubicine passeert de placenta.

Teratogenese: Bij de mens aanwijzingen voor schadelijkheid. Bij dieren is doxorubicine embryotoxisch, foetotoxisch en teratogeen gebleken.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

Overige: Een vruchtbare vrouw dient adequate anticonceptieve maatregelen te nemen gedurende en ten minste 6 maanden na de therapie. Controleer een vrouw die tot 20 jaar tevoren met doxorubicine is behandeld en zwanger is, op cardiale bijwerkingen.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend. Gezien de werkingen van idarubicine en het feit dat het ook oraal kan worden opgenomen, kan een nadelig effect bij de zuigeling niet worden uitgesloten.

Advies: Het geven van borstvoeding is gecontra–indiceerd.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Van sommige antracyclinederivaten is bekend dat ze overgaan in de moedermelk. Potentieel ernstige bijwerkingen bij de zuigeling kunnen niet worden uitgesloten. Advies: Het geven van borstvoeding ontraden.

Contra-indicaties

  • ernstige lever- of nierfunctiestoornis;
  • niet onder controle gebrachte infectie;
  • ernstige hartaandoeningen:
    • cardiomyopathie;
    • recent doorgemaakt myocardinfarct;
    • myocardinsufficiëntie;
    • hartaritmieën.
  • aanhoudende beenmergsuppressie;
  • versterkte bloedingsneiging;
  • eerdere behandeling met een maximale cumulatieve dosis idarubicine en/of andere antracyclinen en antraceendionen;
  • overgevoeligheid voor antracyclinen.

Zie voor meer contra-indicaties de rubrieken Lactatie en Interacties.

Contra-indicaties

Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.

Waarschuwingen en voorzorgen

Cardiotoxiciteit: de hartfunctie vóór, tijdens en na behandeling controleren door middel van ECG, echocardiografie en/of meting van de ejectiefractie (MUGA-scan). De cardiotoxiciteit kan zich uiten in vroege en/of late complicaties. Vroege complicaties treden meestal binnen 24–48 uur na start van de behandeling op en uiten zich meestal als sinustachycardie en/of niet-specifieke afwijkingen in het ECG, zoals ST-T-veranderingen. Ook kunnen tachy-aritmieën ontstaan zoals premature ventrikelcontractie, ventriculaire tachycardie, maar ook bradycardie en atrioventriculair of interventriculair blok (acute toxiciteit van voorbijgaande aard). Late complicaties zijn in het algemeen irreversibel en vaak levensbedreigend. Zij treden meestal op aan het einde van de behandeling of 2–3 maanden na de behandeling; er zijn echter ook meldingen van complicaties na meer maanden of zelfs jaren na beëindiging van de behandeling. Late complicaties zijn cardiomyopathie, pericarditis en myocarditis. De cardiomyopathie manifesteert zich door verlaging van de LVED en verschijnselen van congestief hartfalen (bv. dyspneu, longoedeem, pleurale effusie, oligurie, ascites, en galopritme, waarbij cardiomegalie en hepatomegalie optreden). Afvlakking en verwijding van het QRS-complex tot onder de normaalwaarden kunnen eveneens een aanwijzing zijn voor cardiomyopathie. Bij eerste tekenen van een verminderde hartfunctie de behandeling direct staken en heroverwegen. Levensbedreigend hartfalen door de cardiomyopathie is de dosisbeperkende toxiciteit van idarubicine. De incidentie van cardiotoxiciteit/cardiomyopathie neemt sterk toe na een (levenslang) cumulatieve dosis van antracyclinen 550 mg/m² (doxorubicine of equivalente doses van andere antracyclinen) bij volwassenen zonder risicofactoren. Bij aanwezigheid van risicofactoren voor cardiotoxiciteit en bij kinderen gelden andere maximale cumulatieve doses. Risicofactoren voor het ontstaan van cardiomyopathie zijn tevens gelijktijdige radiotherapie van het mediastinum, bestaand cardiovasculair lijden, eerdere behandeling met antracyclinen/verwante middelen, gelijktijdige behandeling met andere cardiotoxische geneesmiddelen/cytostatica (zie ook de rubriek Interacties); cardiotoxiciteit treedt ook sneller op bij kinderen en bij ouderen. Kinderen zijn verhoogd gevoelig voor myocardbeschadiging; zij dienen langdurig cardiologisch vervolgd te worden. Hypokaliëmie vergroot eveneens de cardiotoxiciteit.

Hematologische toxiciteit: voorafgaand aan en tijdens iedere behandelcyclus het hematologisch profiel controleren, incl. differentiële telling van witte bloedcellen (WBC). Leukopenie en granulocytopenie (neutropenie) zijn altijd ernstig en zijn de meest voorkomende acute dosisbeperkende toxiciteit. Ook anemie en/of trombocytopenie kan voorkomen. De nadir neutropenie en trombocytopenie van ligt tussen dag 10–14 met een herstel binnen 14–21 dagen.

Secundaire leukemie met of zonder pre-leukemische fase is gemeld bij gebruik van antracyclinen. Risicofactoren hiervoor zijn een zware voorbehandeling of een gelijktijdige behandeling met cytostatica met een schadelijke werking op het DNA, verhoging van de dosis van het antracycline en gelijktijdige radiotherapie. Secundaire leukemie treedt doorgaans 1–3 jaar na behandeling op.

Door lysis van een grote hoeveelheid maligne cellen kan het tumorlysissyndroom optreden met kans op nierfalen met een verminderde diurese en verhoging ureum en creatinine, hyperkaliëmie, hyperurikemie, hyperfosfatemie, hypocalciëmie (met als gevolg convulsies), verhoging LDH, hypo-/hypertensie en ritmestoornissen. Risicofactoren voor het optreden van het syndroom zijn hoge tumorlast (bv. groot tumorvolume, hoge concentraties circulerende maligne cellen), hypovolemie, gestoorde nierfunctie, een verhoogde serumfosfaat, urinezuurspiegel en/of lactaatdehydrogenasespiegel voorafgaand aan de behandeling. Controleer daarom zorgvuldig de bloedconcentraties urinezuur, creatinine, kalium en calciumfosfaat, vooral na de eerste behandeling. Vóór en tijdens de behandeling maatregelen nemen ter preventie van uraatnefropathie zoals een adequate hydratie, alkaliseren van de urine en zonodig toedienen van allopurinol of rasburicase.

Maag-darmtoxiciteit: idarubicine heeft een hoog emetogeen potentieel, waarbij ook dehydratie kan optreden; anti-emetische profylaxe wordt aanbevolen. Mucositis/stomatitis treedt doorgaans snel na toediening op en kan in ernstige gevallen in de loop van enkele dagen verergeren tot slijmvliesulceraties; meestal is er herstel rond de derde week van de behandeling. Darmperforatie kan ook optreden. Staak de behandeling bij optreden van colitis of (neutropenische) enterocolitis. Toediening van idarubicine bij actieve ziekte van het maag-darmkanaal en bij verhoogde kans op maag-darmbloeding of perforatie wordt sterk afgeraden.

Bij extravasatie treedt lokaal een stekend of branderig op en is er kans op tromboflebitis en ernstige progressieve weefselnecrose. Staak onmiddellijk de toediening; koelen van het gebied gedurende 24 uur kan het ongemak verminderen. Geef binnen 6 uur een i.v. infusie met dexrazoxaan. Controleer de patiënt gedurende enkele weken zorgvuldig; operatieve maatregelen kunnen nodig zijn. Zie ook de NVZA crashkaart.

De lever- en nierfunctie vóór en tijdens de behandeling regelmatig controleren. Overweeg een dosisverlaging bij een verminderde nier- of leverfunctie; gebruik bij een ernstig verminderde nier- of leverfunctie is gecontra-indiceerd.

Waarschuwingen en voorzorgen

Cardiotoxiciteit: de hartfunctie (incl. meting van de ejectiefractie; LVEF) vóór, tijdens en na behandeling controleren door middel van ECG, echocardiografie en/of scintigrafie (bv. middels MUGA-scan). De cardiotoxiciteit kan zich uiten in vroege en/of late complicaties. Vroege complicaties treden in het algemeen binnen 24–48 uur na start van de behandeling op en uiten zich meestal als sinustachycardie en/of afwijkingen in het ECG, zoals niet-specifieke ST-T-veranderingen. Afvlakking en verwijding van het QRS-complex tot buiten de normaalwaarden kunnen een aanwijzing zijn voor door doxorubicine geïnduceerde cardiomyopathie. Bij eerste tekenen van een verminderde hartfunctie de behandeling direct staken en heroverwegen. Late complicaties zijn in het algemeen irreversibel en vaak levensbedreigend. Zij treden meestal op aan het einde van de behandeling of 2–3 maanden er na; er zijn echter ook meldingen van complicaties na meer maanden of zelfs jaren na beëindiging van de behandeling. Late complicaties zijn cardiomyopathie, pericarditis en myocarditis. De cardiomyopathie manifesteert zich door verlaging van de LVEF en verschijnselen van congestief hartfalen (bv. dyspneu, longoedeem, pleurale effusie, oligurie, ascites, en galopritme, waarbij ook cardiomegalie en hepatomegalie optreden). Levensbedreigend hartfalen door de cardiomyopathie is de dosisbeperkende toxiciteit van doxorubicine. De incidentie van hartfalen loopt langzaam op tot een cumulatieve dosis van 450–550 mg/m² (dwz. conventioneel doxorubicine en equivalente doses van verwante stoffen); boven deze cumulatieve dosis stijgt de incidentie sterk. Bij aanwezigheid van risicofactoren voor cardiotoxiciteit gelden lagere maximale cumulatieve doses. Risicofactoren als leeftijd, bestraling van het mediastinum, een geschiedenis van of bestaand cardiovasculair lijden en voorgaande of gelijktijdige behandeling met verwante antracycline-analogen of andere cardiotoxische middelen.

Controleer in verband met myelosuppressie vóór en tijdens behandeling nauwgezet het volledig bloedbeeld. Niet toedienen bij een absoluut neutrofielenaantal (ANC) < 1,5×109/l of een trombocytenaantal < 100×109/l voorafgaand aan de volgende cyclus. Uitstel van een dosis en verlaging ervan kan nodig zijn.

De leverfunctie (ASAT, ALAT, alkalische fosfatase, bilirubine) vóór en tijdens behandeling controleren. Een dosisaanpassing kan nodig zijn, zie de rubriek Doseringen.

Bij een verminderde nierfunctie is geen dosisaanpassing nodig omdat doxorubicine grotendeels met de gal en feces wordt uitgescheiden. De farmacokinetiek van Myocet is niet klinisch onderzocht bij patiënten.

Bestraling vóór, tijdens of na de behandeling versterkt de cardiotoxiciteit en hepatotoxiciteit ('radiation recall'-reactie); doxorubicine versterkt de (lokale) bijwerkingen van radiotherapie, ook als de behandeling geruime tijd na beëindiging van de radiotherapie aanvangt.

Hulpstoffen: Wees voorzichtig met natrium (in infusievloeistof) bij een natriumbeperkt dieet.

Bij kinderen < 18 jaar zijn de veiligheid en werkzaamheid niet onderzocht.

Overdosering

Neem voor meer informatie over een vergiftiging met doxorubicine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Synthetisch antracyclinederivaat met oncolytische werking. Idarubicine is een analogon van daunorubicine, maar is lipofieler en heeft daardoor een snellere cellulaire opname dan daunorubicine en doxorubicine. De cytotoxische werking berust op complexvorming met DNA door intercalatie, wat uiteindelijk resulteert in remming van de synthese van DNA en RNA, en op interactie met het enzym topo-isomerase II, wat resulteert in DNA-breuken.

Kinetische gegevens

V d tot ca. 1500 l/m² of 13 l/kg.
Eiwitbinding ca. 97% (idarubicine), 94% (idarubicinol).
Metabolisering in de lever vnl. door CYP2C9 en CYP2D6; de belangrijkste actieve metaboliet is idarubicinol.
Overig Idarubicine en idarubicinol hopen zich bij leukemiepatiënten binnen enkele minuten na i.v.-injectie op in leukocyten en myelocyten in een concentratie die 100× groter is dan in plasma.
Eliminatie via gal en urine, vnl. als idarubicinol.
T 1/2el ca. 14 uur (idarubicine), 41–69 uur (idarubicinol).

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

In liposomen ingekapseld doxorubicine-citraatcomplex. Antracycline antibioticum met oncolytische werking, geïsoleerd uit een stam van Streptomyces peucetius. Verstoort het mitoseproces; de vroege profase door lage doses, de mitose door hoge doses. De nucleïnezuursynthese (DNA, RNA) wordt geremd.

Kinetische gegevens

Overig Liposomaal doxorubicine verdeelt zich hoofdzakelijk extracellulair, in tegenstelling tot doxorubicine dat een uitgebreide weefseldistributie heeft. Daardoor wordt bij liposomaal doxorubicine een hogere plasmaconcentratie aan totaal doxorubicine bereikt, maar een lagere plasmaconcentratie dan vrij doxorubicine. Vrij doxorubicine ontstaat na extravasatie van de liposomen in het weefselcompartiment.
V d 0,8 ± 0,9 l/kg (totaal doxorubicine).
Metabolisering gedeeltelijk, via CYP450 in de lever tot o.a. het werkzame doxorubicinol.
Eliminatie vnl. via de gal en feces.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

idarubicine hoort bij de groep antracyclinederivaten.

  • daunorubicine (L01DB02) Vergelijk
  • doxorubicine (L01DB01) Vergelijk
  • doxorubicine in gepegyleerde liposomen (L01DB01) Vergelijk
  • doxorubicine in niet-gepegyleerde liposomen (L01DB01) Vergelijk
  • epirubicine (L01DB03) Vergelijk
  • mitoxantron (L01DB07) Vergelijk
  • pixantron (L01DB11) Vergelijk

Groepsinformatie

doxorubicine in niet-gepegyleerde liposomen hoort bij de groep antracyclinederivaten.

  • daunorubicine (L01DB02) Vergelijk
  • doxorubicine (L01DB01) Vergelijk
  • doxorubicine in gepegyleerde liposomen (L01DB01) Vergelijk
  • epirubicine (L01DB03) Vergelijk
  • idarubicine (L01DB06) Vergelijk
  • mitoxantron (L01DB07) Vergelijk
  • pixantron (L01DB11) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • antracyclinederivaten

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • antracyclinederivaten

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • Kinderformularium (NKFK)
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".