Samenstelling
Otalgan (hydrochloride) XGVS OTC Cooper Consumer Health International
- Toedieningsvorm
- Oordruppels
- Sterkte
- 5 mg/g
- Verpakkingsvorm
- 12 g
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Tetracaïne Minims XGVS Bausch & Lomb
- Toedieningsvorm
- Oogdruppels (0,5%)
- Sterkte
- 5 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 0,5 ml
- Toedieningsvorm
- Oogdruppels (1%)
- Sterkte
- 10 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 0,5 ml
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Ophtesic (hydrochloride) Laboratoires Doliage
- Toedieningsvorm
- Ooggel
- Sterkte
- 20 mg/g
- Verpakkingsvorm
- tube 3,5 g
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Bij de behandeling van otitis externa gaat de voorkeur uit naar zure oordruppels met een corticosteroïd. In geval van een trommelvliesperforatie komen aluminiumacetotartraat 1,2% oordruppels als eerste in aanmerking. Als na 3 weken het effect uitblijft, behandel dan op geleide van een kweek en resistentiebepaling.
Bij de behandeling van otitis media acuta gaat de voorkeur uit naar een afwachtend beleid met adequate pijnbestrijding. Is na drie dagen het effect op pijn en/of koorts onvoldoende dan beginnen met een antimicrobiële behandeling met amoxicilline. Bij risicogroepen en bij forse algemene ziekteverschijnselen direct beginnen met een antimicrobiële behandeling.
Oordruppels met lidocaïne zijn niet effectief bij de behandeling van oorpijn en worden daarom niet aanbevolen.
Advies
De toepassing van lokaal anesthetica in oogdruppels dient te worden beperkt tot de kliniek of de spreekkamer. Tetracaïne Minims dienen derhalve niet op recept aan de patiënt te worden afgeleverd. De Commissie wijst erop dat tetracaïneoogdruppels vaak irritatie geven.
Advies
Voor de toepassing van lidocaïne in het oog is geen advies vastgesteld.
Indicaties
- Oorpijn.
Gerelateerde informatie
Indicaties
Oppervlakte–anesthesie bij verwijderen van corpus alienum en bij kleine operatieve ingrepen van het oog.
Indicaties
- Lokale anesthesie tijdens oogheelkundige ingrepen.
Doseringen
Oorpijn:
Volwassenen en kinderen
Afhankelijk van de leeftijd 3–5 druppels in de gehoorgang brengen met tussenpozen van 2–4 uur. Maximaal 6×/dag druppelen.
Vóór indruppelen op de zij gaan liggen, na het druppelen nog 2–3 min blijven liggen.
Doseringen
Oppervlakte-anesthesie
Volwassenen en kinderen
Eén of zonodig meer druppels per keer in de conjunctivaalzak.
Minims bevatten geen conserveermiddel en zijn bestemd voor eenmalig gebruik.
Door dichtdrukken van de traanbuis of het gesloten houden van de ogen gedurende 3 minuten wordt de kans op systemische reacties verminderd en de lokale werkzaamheid bevorderd; dit is bijzonder aanbevolen bij kinderen.
Doseringen
Bedoeld voor eenmalig gebruik; het restant onmiddellijk na gebruik weggooien.
Oogheelkundige ingreep
Volwassenen
Desinfecteer het oog. Bedek 5 min. voor aanvang van de ingreep het oogoppervlak van het te behandelen gebied met 1 gram (ca. ⅓ tube) gel; bedek eventueel ook de adnexa van het oog met de gel. Zo nodig meer gebruiken of opnieuw aanbrengen, afhankelijk van de grootte van het oog en de duur van de ingreep. Max. 1 tube per oog of per ingreep. Spoel zo nodig na 5 min. contact met het oogoppervlak de gel weg.
Bijwerkingen
Zelden (0,01-0,1%): overgevoeligheidsreacties.
Bijwerkingen
Lokaal: Oogklachten (branderig gevoel, pijn, wazig zien), oppervlakkige epitheliale laesies. Tevens oedeem van de cornea, erosie van de cornea, keratitis punctata. Overgevoeligheidsreacties.
Lokale anesthetica kunnen de trofische functie van de corneale zenuwuiteinden zodanig verstoren, dat ondraaglijke pijn ontstaat in een overigens ongevoelig hoornvlies (anaesthesia dolorosa). Dit kan ten onrechte aanleiding zijn vaker te druppelen. Frequent en langdurig gebruik kunnen tevens opacificatie van de cornea en vertraagde wondgenezing veroorzaken.
Bijwerkingen
Gemeld zijn: hyperemie van de conjunctiva, branderig gevoel in het oog, hoofdpijn, veranderingen in het cornea-epitheel zoals (oppervlakkige) keratitis punctata of oedeem; bij langdurige aanbrenging schade aan de cornea.
Interacties
Er zijn van dit middel geen interacties bekend.
Interacties
Er zijn geen interacties bekend.
Zwangerschap
Lidocaïne passeert de placenta.
Teratogenese: Gegevens uit een groot aantal zwangerschappen duiden niet op schadelijke effecten op de zwangerschap of het kind.
Farmacologisch effect: Onwaarschijnlijk, omdat lidocaïne bij lokale toediening nauwelijks systemisch wordt geabsorbeerd.
Advies: Kan worden gebruikt.
Zwangerschap
Tetracaïne passeert de placenta.
Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren, onvoldoende gegevens. Gezien de lage systemische belasting bij gebruik van oogdruppels en de eenmalige toediening worden echter geen nadelige effecten bij de foetus verwacht.
Advies: Kan worden gebruikt.
Zwangerschap
Lidocaïne passeert de placenta.
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Er zijn geen aanwijzingen voor schadelijke effecten bij dieren.
Farmacologisch effect: Wordt niet verwacht, omdat de systemische blootstelling zeer gering is.
Advies: Kan worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, in kleine hoeveelheden.
Farmacologisch effect: Onwaarschijnlijk bij lokale toediening, vanwege een geringe systemische absorptie bij de moeder.
Advies: Kan worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. Gezien de lage systemische belasting bij gebruik van oogdruppels en de eenmalige toediening worden echter geen nadelige effecten bij de zuigeling verwacht.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja.
Farmacologisch effect: Er wordt geen farmacologisch effect op de zuigeling verwacht omdat de systemische blootstelling van de moeder zeer gering is.
Advies: Kan worden gebruikt.
Contra-indicaties
- loopoor, geperforeerd trommelvlies;
- overgevoeligheid voor lokale anesthetica van het amide-type, zoals bupivacaïne, mepivacaïne en prilocaïne.
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor anesthetica uit de para-aminobenzoëzuurgroep.
Contra-indicaties
- overgevoeligheid voor lokale anesthetica van het amidetype.
Waarschuwingen en voorzorgen
Bij koorts een arts raadplegen vanwege de kans op middenoorontsteking.
Als na twee weken behandeling geen verbetering optreedt, een arts raadplegen.
Voorafgaand aan het artsbezoek niet druppelen omdat eventueel vocht in het oor de visuele inspectie van het trommelvlies kan hinderen.
Waarschuwingen en voorzorgen
Het gebruik dient tot de spreekkamer of de operatiekamer beperkt te blijven.
Neem kweekmateriaal af voorafgaand aan en niet na het indruppelen, omdat het anestheticum toxisch is voor micro-organismen waardoor het de uitslag van de kweek beïnvloedt.
Bescherm het verdoofde oog tegen stof en bacteriële contaminatie.
Dichtdrukken van de traanbuis of gesloten houden van de ogen gedurende 3 minuten vermindert de kans op bijwerkingen en versterkt de lokale werkzaamheid.
De oogdruppels niet frequent en langdurig toepassen, omdat het hoornvlies daardoor kan beschadigen.
Waarschuwingen en voorzorgen
Corneatroebeling: langdurige toepassing kan permanente troebeling en ulceratie van de cornea veroorzaken, met verlies van het gezichtsvermogen.
De veiligheid en effectiviteit bij kinderen zijn niet vastgesteld.
Overdosering
Symptomen
langdurige toepassing kan permanente troebeling en ulceratie van de cornea veroorzaken, met verlies van het gezichtsvermogen.
Eigenschappen
Lokaal anestheticum van het amide-type. Belet het ontstaan en/of de voortgeleiding van zenuwimpulsen, waarschijnlijk via blokkade van de membraanpermeabiliteit voor natriumionen.
Kinetische gegevens
Resorptie | gering (na toediening in het oor). |
T 1/2el | 1,5–2 uur bij volwassenen. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Lokaal anestheticum van het ester-type. De werking is krachtig en houdt ca. 45 min aan.
Kinetische gegevens
Metabolisering | Wordt langzamer dan andere lokale anesthetica van het ester–type door plasmacholinesterasen gehydrolyseerd. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Lidocaïne is een lokaal anestheticum van het amide-type. Het remt de ionenstromen die nodig zijn voor initiatie en geleiding van impulsen. Werking: anesthesie treedt op na 20–60 seconden. Werkingsduur: 5-30 minuten.
Kinetische gegevens
Resorptie | absorptie door de slijmvliezen is mogelijk, maar de systemische blootstelling na aanbrengen in het oog is gering. |
Metabolisering | in de lever, via oxidatieve N-dealkylering tot mono-ethylglycinexylidide en glycinexylidide. De farmacologische/toxicologische werking van deze metabolieten is vergelijkbaar met die van lidocaïne, maar minder krachtig. |
Eliminatie | ca. 90% via de urine in de vorm van diverse metabolieten, met als belangrijkste een 4-hydroxy-2,6-dimethylanilineconjugaat. |
T 1/2el | (van lidocaïne i.v. injectie) 1,5-2 uur; langer bij een leverfunctiestoornis. Bij een nierfunctiestoornis kan ophoping van (enigszins) actieve metabolieten plaatsvinden. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
lidocaïne (bij ooraandoening) hoort bij de groep anesthetica, lokaal, overige.
- capsaïcine (N01BX04) Vergelijk
- chloorhexidine/lidocaïne (N01BB52) Vergelijk
- cocaïne (S01HA01) Vergelijk
- lidocaïne (gel, aanstipvloeistof) (N01BB02) Vergelijk
- lidocaïne (in de oogheelkunde) (S01HA07) Vergelijk
- lidocaïne (pleister) (N01BB02) Vergelijk
- lidocaïne (spray) (N01BB02) Vergelijk
- lidocaïne (vetcrème, zalf) (D04AB01) Vergelijk
- lidocaïne/amylmetacresol/dichloorbenzylalcohol (R02AA20) Vergelijk
- lidocaïne/levomenthol (D04AB01) Vergelijk
- lidocaïne/prilocaïne (N01BB20) Vergelijk
- lidocaïne/propylparahydroxybenzoaat (R02AD02) Vergelijk
- lidocaïne/tetracaïne (N01BB20) Vergelijk
- lidocaïne/zinkoxide (D04AB01) Vergelijk
- oxybuprocaïne (S01HA02) Vergelijk
- pramocaïne/zinkoxide (D04AB07) Vergelijk
- tetracaïne (S01HA03) Vergelijk
Groepsinformatie
tetracaïne hoort bij de groep anesthetica, lokaal, overige.
- capsaïcine (N01BX04) Vergelijk
- chloorhexidine/lidocaïne (N01BB52) Vergelijk
- cocaïne (S01HA01) Vergelijk
- lidocaïne (bij ooraandoening) (S02DA01) Vergelijk
- lidocaïne (gel, aanstipvloeistof) (N01BB02) Vergelijk
- lidocaïne (in de oogheelkunde) (S01HA07) Vergelijk
- lidocaïne (pleister) (N01BB02) Vergelijk
- lidocaïne (spray) (N01BB02) Vergelijk
- lidocaïne (vetcrème, zalf) (D04AB01) Vergelijk
- lidocaïne/amylmetacresol/dichloorbenzylalcohol (R02AA20) Vergelijk
- lidocaïne/levomenthol (D04AB01) Vergelijk
- lidocaïne/prilocaïne (N01BB20) Vergelijk
- lidocaïne/propylparahydroxybenzoaat (R02AD02) Vergelijk
- lidocaïne/tetracaïne (N01BB20) Vergelijk
- lidocaïne/zinkoxide (D04AB01) Vergelijk
- oxybuprocaïne (S01HA02) Vergelijk
- pramocaïne/zinkoxide (D04AB07) Vergelijk
Groepsinformatie
lidocaïne (in de oogheelkunde) hoort bij de groep anesthetica, lokaal, overige.
- capsaïcine (N01BX04) Vergelijk
- chloorhexidine/lidocaïne (N01BB52) Vergelijk
- cocaïne (S01HA01) Vergelijk
- lidocaïne (bij ooraandoening) (S02DA01) Vergelijk
- lidocaïne (gel, aanstipvloeistof) (N01BB02) Vergelijk
- lidocaïne (pleister) (N01BB02) Vergelijk
- lidocaïne (spray) (N01BB02) Vergelijk
- lidocaïne (vetcrème, zalf) (D04AB01) Vergelijk
- lidocaïne/amylmetacresol/dichloorbenzylalcohol (R02AA20) Vergelijk
- lidocaïne/levomenthol (D04AB01) Vergelijk
- lidocaïne/prilocaïne (N01BB20) Vergelijk
- lidocaïne/propylparahydroxybenzoaat (R02AD02) Vergelijk
- lidocaïne/tetracaïne (N01BB20) Vergelijk
- lidocaïne/zinkoxide (D04AB01) Vergelijk
- oxybuprocaïne (S01HA02) Vergelijk
- pramocaïne/zinkoxide (D04AB07) Vergelijk
- tetracaïne (S01HA03) Vergelijk