Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

lidocaïne (spray)

anesthetica, lokaal, overige N01BB02

Sluiten

lidocaïne (vetcrème, zalf)

anesthetica, lokaal, overige D04AB01

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Xylocaine spray Aspen Netherlands bv

Toedieningsvorm
Spray
Sterkte
100 mg/ml
Verpakkingsvorm
50 g

Bevat per verstuiving: 10 mg lidocaïne.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Lidocaïne Vaselinecrème FNA XGVS Formularium der Nederlandse Apothekers

Toedieningsvorm
Vaselinecrème (3%)
Sterkte
30 mg/g
Verpakkingsvorm
30 g

Basis: Vaselinecetomacrogolzalf FNA. Conserveermiddel: propyleenglycol 100 mg/g.

Xylocaïne zalf XGVS OTC Aspen Netherlands bv

Toedieningsvorm
Zalf (5%), hydrofiel
Sterkte
50 mg/g
Verpakkingsvorm
35 g

Basis: polyethyleenglycolzalf. Conserveermiddel: propyleenglycol 250 mg/g.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Voor de toepassing van lidocaïne spray is geen advies vastgesteld.

Advies

Voor de symptomatische behandeling van hemorroïden volstaan bij de meeste patiënten niet-medicamenteuze adviezen, zoals het vermijden van persen, het niet uitstellen van toiletgang bij aandrang, eten van vezelrijke voeding en innemen van 1,5-2 liter vocht per dag. Pas eventueel lokale therapie toe ter verlichting van klachten. Geef bij jeuk en/of irritatie vaselinecetomacrogolcrème, zinksulfaatvaselinecrème of zinkoxide-zetpillen en kies voor lidocaïnevaselinecrème indien pijn en/of brandende jeuk op de voorgrond staat. Bij persisterende of ernstige klachten van hemorroïden kan een rubberbandligatie of operatie uitgevoerd worden.

Bij acute anale fissuren is lokaal lidocaïnevaselinecrème een goede keus.

Bij trigeminusneuralgie is carbamazepine, of eventueel oxcarbazepine (offlabel) de eerste keus.

Volgens de richtlijn Pijnlijke diabetische neuropathie bestaat bij deze neuropathie een lichte voorkeur om te beginnen met een niet-selectieve serotonineheropnameremmer (SNRI): duloxetine, of eventueel venlafaxine (offlabel).

Kies bij polyneuropathie, uitgezonderd HIV-neuropathie, conform de richtlijn Polyneuropathie uit de hierna beschreven drie farmacologische groepen. Kies het middel dat het beste past bij het profiel van de patiënt, uitgaande van de contra-indicaties en de te verwachten bijwerkingen. Kies een tricyclisch antidepressivum, namelijk amitriptyline en bij ouderen nortriptyline; of een SNRI, namelijk duloxetine of eventueel venlafaxine (offlabel); of een anti-epilepticum, namelijk gabapentine of pregabaline. Overweeg als een van deze middelen wel enig, maar onvoldoende effect heeft, combinatie met een middel uit een andere farmacologische groep. Overweeg als lokale klachten op de voorgrond staan, de cutane toepassing van capsaïcine of lidocaïne.

De NHG-Standaard Pijn maakt geen onderscheid in de behandeling van diabetische neuropathie of polyneuropathie. De Standaard beveelt als eerste keus een TCA aan; als tweede keus gabapentine en als derde keus pregabaline of duloxetine.

Bij HIV-neuropathie zijn bovengenoemde middelen, mogelijk de capsaïcine-pleister uitgezonderd, niet effectief.

Voor verdere informatie zie Neuropathische pijn.

Een cutane herpesinfectie verloopt in het algemeen niet ernstig en geneest meestal spontaan. Doorgaans kan volstaan worden met lokale behandeling met een indifferent middel met zinkoxide of zinksulfaat (eventueel met lidocaïne). Geef bij pijn paracetamol. Start bij acute herpes zoster neuralgie laagdrempelig met amitriptyline (bij ouderen nortriptyline). Orale antivirale behandeling met een nucleoside-analogon (aciclovir, famciclovir of valaciclovir) komt bij de herpesinfecties alleen in bepaalde situaties in aanmerking. Gezien het gebruiksgemak en de kosten gaat de voorkeur in het algemeen uit naar valaciclovir. De antivirale behandeling is slechts zinvol indien gestart binnen een bepaalde termijn na het verschijnen van de eerste symptomen. De lengte van deze termijn hangt af van het type infectie (herpes simplex of zoster, primo-infectie of recidief) en de immuunstatus van de patiënt.

Indicaties

Voor volwassenen en kinderen ≥ 2 jaar.

  • Snelle verdoving van het slijmvlies bij KNO-ingrepen, in de verloskunde, mondchirurgie en traumatologie:
    • KNO: anesthesie van neusslijmvlies (bv. punctie sinus maxillaris) en van de farynx (bv. gastro-intestinale endoscopie);
    • Verloskunde: ter vervanging van de anesthesie in de laatste fase van de baring en bij hechten;
    • Tandheelkunde: anesthesie van mond- en keelslijmvlies.
  • Tijdens anesthesie ter preventie van hoesten na intubatie;
  • Bij huid- en slijmvliesaandoeningen die gepaard gaan met pijn, branderigheid en jeuk.

Indicaties

  • Xylocaïne zalf 5%: Aandoeningen van de huid en slijmvliezen, die gepaard gaan met pijn, jeuk, branderigheid en andere onaangename sensaties, met name pruritus ani en hemorroïden;
  • Lidocaïnevaselinecrème 3% FNA: pijn en jeuk in en rond de anus, zoals bij hemorroïden en anale fissuren.
  • Off label: neuropathische pijn.

Gerelateerde informatie

  • aambeien
  • huidinfectie, herpes virus
  • jeuk
  • neuropathische pijn

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

In de KNO-heelkunde

Volwassenen en kinderen > 12 jaar en zwaarder dan 25 kg

Anesthesie van neusslijmvlies: 20–60 mg (2–6 verstuivingen), max. 500 mg voor korte ingrepen en 600 mg voor langdurige ingrepen; van de orofarynx: 20–200 mg (2–20 verstuivingen), max. 500 mg voor korte ingrepen en 600 mg voor langdurige ingrepen.

Kinderen 2–12 jaar

Max. 4–5 mg/kg in neus, mond en orofarynx.

Kinderen vanaf 12 jaar die minder dan 25 kg wegen

Doseren in overeenstemming met gewicht en fysieke conditie.

In de verloskunde

50–200 mg (= 5–20 verstuivingen), max. 400 mg voor korte ingrepen en 600 mg voor langdurige ingrepen.

Bij intubatie van de luchtwegen (o.a. laryngo- trachea- en bronchoscopie)

Volwassenen

50–400 mg (= 5–40 verstuivingen), max. 400 mg voor korte ingrepen en 600 mg voor langdurige ingrepen.

Tijdens anesthesie: bv. bij ingrepen in de larynx, trachea en bronchi:

Volwassenen

50–200 mg (= 5–20 verstuivingen), max. 200 mg voor korte ingrepen en 400 mg voor langdurige ingrepen.

Kinderen 2–12 jaar

Max. 3 mg/kg in larynx en trachea.

Kinderen vanaf 12 jaar die minder dan 25 kg wegen

Doseren in overeenstemming met gewicht en fysieke conditie.

In de tandheelkunde

20–200 mg (2–20 verstuivingen), max. 500 mg voor korte ingrepen en 600 mg voor langdurige ingrepen.

De maximale dosis varieert met de plaats van toediening, is voor kinderen lager en dient bij hen te worden berekend aan de hand van het lichaamsgewicht. Bij neonaten en kinderen tot 2 jaar minder geconcentreerde oplossingen gebruiken.

Doseringen

Lidocaïnevaselinecrème FNA en Xylocaïnezalf kunnen ook elders op huid en slijmvliezen worden toegepast. Onderstaande dosering is specifiek voor rectale toepassing.

Klap alles open Klap alles dicht

Pijn en jeuk rond de anus

Volwassenen

Lidocaïnevaselinecrème 3% FNA 's morgens en 's avonds 1–3 g crème per keer aanbrengen; max. 10 g per keer en max. 20 g per dag aanbrengen. Xylocaïne zalf 5%: 2×/dag en na elke ontlasting dun aanbrengen gedurende max. 4 weken.

Leeftijd > 65 jaar

Lidocaïnevaselinecrème 3% FNA: zo nodig lager doseren, aangepast aan gewicht en lichamelijke conditie.

Kinderen < 12 jaar

Lidocaïnevaselinecrème 3% FNA: max. 0,2 g crème/kg lichaamsgewicht per keer; minimaal 8 uur tussen de toedieningen. Xylocaïne zalf 5%: max. 0,1 g zalf/kg lichaamsgewicht (= 5 mg lidocaïne/kg lichaamsgewicht) per keer; minimaal 8 uur tussen de toedieningen.

Vooraf de huid van de anus reinigen met een watje olie om het irriterende vocht te verwijderen. Aanbrengen eventueel met behulp van een vingercondoom of plastic handschoen en na het aanbrengen goed de handen wassen.

Bijwerkingen

Soms (0,1-1%): overgevoeligheidsreacties.

Verder: anafylactische shock. Stemverlies, heesheid, keelpijn, lokale irritatie.

Ernstige bijwerkingen komen voor als gevolg van te snelle absorptie bv. bij toepassing beneden de stembanden of bij overdosering: zie rubriek Overdosering.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Lokaal: Zelden (0,01-0,1%): allergische reacties op lokale anesthetica van het amino-amide type.

Verder is gemeld: irritatie van huid en slijmvliezen.

Systemisch: Gemeld is: anafylactische shock, lokale contact-overgevoeligheidsreacties.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

Bij gelijktijdig gebruik van klasse III anti-aritmica (bv. amiodaron) is streng toezicht aangewezen; overweeg ECG-bewaking.

Wees terughoudend met de combinatie met een middel van vergelijkbare chemische structuur.

Interacties

Wees voorzichtig bij gelijktijdig gebruik van anti-aritmica klasse III (zoals amiodaron), vanwege de kans op additieve effecten op het hart.

Combinatie met verapamil kan additieve effecten geven op het hart; wees terughoudend met hoge doseringen lidocaïne.

Wees ook voorzichtig bij gelijktijdig gebruik van andere lokale anesthetica van het amidetype en aanverwante middelen.

Zwangerschap

Teratogenese: Zowel bij mens als dier geen aanwijzingen voor schadelijkheid.

Advies: Kan worden gebruikt.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Lidocaïne passeert de placenta.

Teratogenese: Ruime ervaring bij de mens heeft geen nadelige effecten laten zien. Bij lokale toediening op kleine oppervlakken is er sprake van beperkte systemische absorptie.

Advies: Kan worden gebruikt.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Lactatie

Overgang in moedermelk: Ja, in geringe mate.

Advies: Kan worden gebruikt.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja, in kleine hoeveelheden. Bij lokale toediening op kleine oppervlakken is er sprake van beperkte systemische absorptie met een zeer lage blootstelling aan lidocaïne van de zuigeling.

Advies: Kan worden gebruikt.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Contra-indicaties

  • overgevoeligheid voor lokale anesthetica van het amidetype.

Contra-indicaties

  • overgevoeligheid voor lokale anesthetica van het amidetype, zoals bupivacaïne, mepivacaïne en prilocaïne;
  • bloedende aambeien;
  • hartaandoeningen.

Waarschuwingen en voorzorgen

Absorptie vanuit wondoppervlakken en slijmvliezen is relatief hoog, met name in de bronchiaalboom; hierbij is er kans op toxische effecten zoals convulsies. Wees voorzichtig bij toepassing op beschadigde slijmvliezen en bij ontsteking in het gebied waarin de spray wordt toegepast.

Onder algemene anesthesie kunnen grotere hoeveelheden in de algemene circulatie terechtkomen, omdat door afwezigheid van de slikreflex het first-pass-effect kleiner is.

Wees voorzichtig met de toepassing bij patiënten met epilepsie, cardiovasculaire problemen, hartfalen, cardiale geleidingsstoornissen, bradycardie, ernstig gestoorde lever- en nierfunctie, ouderen en patiënten in ernstige shock.

Toepassing in de mond-keelholte kan het slikproces nadelig beïnvloeden en het risico van aspiratie vergroten. Door verdoving van de tong of het mondslijmvlies is er meer kans op bijtwonden; bij voorkeur niet eten totdat het anesthetisch effect is afgenomen.

Bij patiënten met porfyrie zijn voorzorgsmaatregelen nodig omdat de spray mogelijk porfyrinogeen is.

De spray mag niet in het oog worden verstoven. Als de vloeistof toch per ongeluk in een oog komt, onmiddellijk spoelen met water of fysiologisch-zoutoplossing.

De spray niet aanbrengen op de manchetten van endotracheale tubes die van plastic zijn gemaakt, omdat hierdoor de manchet kan beschadigen.

Hulpstoffen: ethanol in de spray kan beschadigde huid irriteren.

Waarschuwingen en voorzorgen

Rectaal toegediend lidocaïne omzeilt deels het 'first pass'-effect en afhankelijk van de conditie van de slijmvliezen kan lidocaine systemisch worden opgenomen. Gebruik een lagere dosis bij patiënten met ernstige leveraandoeningen, epilepsie, hyperthyroïdie, hartfalen, bij verzwakte of ernstig zieke patiënten (bv. met sepsis) en bij kinderen ouder dan 12 jaar die minder dan 25 kg wegen.

Resorptie vanuit wondoppervlakten en slijmvliezen is relatief hoog. Wees voorzichtig met toepassing bij patiënten met beschadigde slijmvliezen en/of ontstekingen in het gebied waar de vetcrème of zalf wordt toegepast.

Bij aanhoudende klachten opnieuw beoordelen of er mogelijk een andere oorzaak aanwezig is voor het rectaal bloedverlies.

Bij lang gebruik is er kans op het ontstaan van lokale allergische reacties en sensibilisatie.

Niet langdurig in hoge dosering gebruiken, omdat in diermodellen in hoge dosering tumorvorming is gezien.

Hulpstoffen: Propyleenglycol kan huidirritatie veroorzaken. Niet toepassen bij pasgeborenen ≤ 4 weken oud met een open wond of groot beschadigd huidoppervlak (bv. bij brandwonden).

Overdosering

Meestal is bij lidocaïne sprake van parenterale overdosering, er zijn echter casussen van niet-parenterale overdosering, bij oraal, transfaryngeaal of transdermaal gebruik van lidocaïne.

Symptomen

centrale zenuwstelsel: gapen, spraakstoornissen, duizeligheid, misselijkheid/braken, rusteloosheid, gehoor- en visusstoornissen, ataxie en tremoren, gevolgd door sufheid, convulsies, bewusteloosheid en eventueel ademhalingsstilstand. Cardiovasculair: hypotensie, depressie van het myocard.

Therapie

convulsies bestrijden (met bv. een benzodiazepine zoals 5–10 mg diazepam i.v.) en zorgdragen voor voldoende ventilatie (zuurstof, evt. kunstmatige beademing). Hypotensie behandelen met vocht + een intraveneus β-sympathicomimeticum (bv. (nor)adrenaline, dopamine), asystolie met adrenaline (epinefrine) en eventueel een (externe) pacemaker.

Zie voor meer symptomen en behandeling de monografie op toxicologie.org/lidocaïne en/of vergiftigingen.info.

Overdosering

Lidocaïne wordt goed geabsorbeerd door beschadigd epitheel, waardoor bij overmatig gebruik intoxicatie kan ontstaan met prikkeling van het centrale zenuwstelsel en depressie van het cardiovasculaire systeem.

Zie voor meer symptomen en behandeling de monografie op toxicologie.org/lidocaïne en/of vergiftigingen.info.

Eigenschappen

Lokaal anestheticum van het amidetype. Werking: binnen 1–3 min. Werkingsduur: 10–15 min.

Kinetische gegevens

Resorptie afhankelijk van dosis, duur en plaats van toediening; het grootst na intratracheale of bronchiale toediening. Goed na toediening op mondslijmvlies. Vanuit het maag-darmkanaal komt vanwege het uitgebreide first-pass-effect weinig in de circulatie terecht.
V d 1,5 l/kg
Overig bij neonaten is er in het bloed een relatief hogere fractie aan vrij lidocaïne beschikbaar. Lidocaïne passeert bloed-hersenbarrière.
Metabolisering voor 90–95%; in de lever via N-de-alkylering tot actieve metabolieten mono-ethylglycinexylidide (MEGX) en glycinexylidide (GX); de metabolieten zijn beide vergelijkbaar, maar minder sterk werkzaam dan lidocaïne. Ze worden gehydrolyseerd tot 2,6-xylidine, dat wordt omgezet in geconjugeerd 4-hydroxy-2,6-xylidine.
Eliminatie 70–80% via de urine, voornamelijk als conjugaat van 4-hydroxy-2,6-xylidine; 5-10% onveranderd.
T 1/2el 90–120 min (lidocaïne); 2 uur (MEGX); 10 uur (GX). Bij leveraandoeningen kan de halfwaardetijd met een factor 2 of meer toenemen.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Lidocaïne is een lokaal anestheticum van het amide-type met een kort tot middellang effect. Pijn- en jeukstillend. Blokkeert plaatselijk en reversibel de impulsgeleiding via sensibele zenuwvezels, waardoor de gevoeligheid voor pijn vermindert, en ook de tastzin, gevoeligheid voor druk en voor hoge en lage temperaturen.

In concentraties van 1–4% heeft lidocaïne tevens een bacteriostatische werking tegen pathogenen die gewoonlijk in wondinfecties voorkomen, zoals Enterococcus faecalis, Escherichia coli, Pseudomonas aeruginosa en Staphylococcus aureus.

De werking treedt in binnen 5 min na aanbrengen op de slijmvliezen of beschadigde huid van de anus.

Kinetische gegevens

Resorptie matig door intacte huid, goed door slijmvliezen en beschadigde huid.
F ca. 63 % (na rectale toediening).
T max binnen 15 min.
Metabolisering in de lever door dealkylering, hydrolyse en hydroxylering. De belangrijkste metabolieten zijn ook actief.
Eliminatie voornamelijk met de urine, voornamelijk als metabolieten, ca. 10% onveranderd.
T 1/2el 1½–2 uur (lidocaïne); metabolieten ca. 2 (MEGX) en 10 uur (GX).

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

lidocaïne (spray) hoort bij de groep anesthetica, lokaal, overige.

  • capsaïcine (N01BX04) Vergelijk
  • chloorhexidine/lidocaïne (N01BB52) Vergelijk
  • cocaïne (S01HA01) Vergelijk
  • lidocaïne (bij ooraandoening) (S02DA01) Vergelijk
  • lidocaïne (gel, aanstipvloeistof) (N01BB02) Vergelijk
  • lidocaïne (in de oogheelkunde) (S01HA07) Vergelijk
  • lidocaïne (pleister) (N01BB02) Vergelijk
  • lidocaïne (vetcrème, zalf) (D04AB01) Vergelijk
  • lidocaïne/amylmetacresol/dichloorbenzylalcohol (R02AA20) Vergelijk
  • lidocaïne/levomenthol (D04AB01) Vergelijk
  • lidocaïne/prilocaïne (N01BB20) Vergelijk
  • lidocaïne/propylparahydroxybenzoaat (R02AD02) Vergelijk
  • lidocaïne/tetracaïne (N01BB20) Vergelijk
  • lidocaïne/zinkoxide (D04AB01) Vergelijk
  • oxybuprocaïne (S01HA02) Vergelijk
  • pramocaïne/zinkoxide (D04AB07) Vergelijk
  • tetracaïne (S01HA03) Vergelijk

Groepsinformatie

lidocaïne (vetcrème, zalf) hoort bij de groep anesthetica, lokaal, overige.

  • capsaïcine (N01BX04) Vergelijk
  • chloorhexidine/lidocaïne (N01BB52) Vergelijk
  • cocaïne (S01HA01) Vergelijk
  • lidocaïne (bij ooraandoening) (S02DA01) Vergelijk
  • lidocaïne (gel, aanstipvloeistof) (N01BB02) Vergelijk
  • lidocaïne (in de oogheelkunde) (S01HA07) Vergelijk
  • lidocaïne (pleister) (N01BB02) Vergelijk
  • lidocaïne (spray) (N01BB02) Vergelijk
  • lidocaïne/amylmetacresol/dichloorbenzylalcohol (R02AA20) Vergelijk
  • lidocaïne/levomenthol (D04AB01) Vergelijk
  • lidocaïne/prilocaïne (N01BB20) Vergelijk
  • lidocaïne/propylparahydroxybenzoaat (R02AD02) Vergelijk
  • lidocaïne/tetracaïne (N01BB20) Vergelijk
  • lidocaïne/zinkoxide (D04AB01) Vergelijk
  • oxybuprocaïne (S01HA02) Vergelijk
  • pramocaïne/zinkoxide (D04AB07) Vergelijk
  • tetracaïne (S01HA03) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • anesthetica, lokaal, overige

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • anesthetica, lokaal, overige

Indicaties

  • aambeien
  • huidinfectie, herpes virus
  • jeuk
  • neuropathische pijn

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".