Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

terazosine

alfablokkers G04CA03

Sluiten

fentolamine

alfablokkers C04AB01

Sluiten

tamsulosine

alfablokkers G04CA02

Sluiten

Samenstelling

Alleen de belangrijkste hulpstoffen worden genoemd. Raadpleeg altijd de productinformatie van CBG/EMA voor een compleet overzicht van hulpstoffen.

Hytrin (als hydrochloride) Amdipharm Ltd

Toedieningsvorm
Tablet
Sterkte
2 mg, 5 mg, 10 mg

Terazosine (als hydrochloride) Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Tablet
Sterkte
2 mg, 5 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Alleen de belangrijkste hulpstoffen worden genoemd. Raadpleeg altijd de productinformatie van CBG/EMA voor een compleet overzicht van hulpstoffen.

Regitine (mesilaat) ACE Pharmaceuticals bv

Toedieningsvorm
Injectievloeistof
Sterkte
10 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 1 ml

Bevat tevens natriummetabisulfiet.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Alleen de belangrijkste hulpstoffen worden genoemd. Raadpleeg altijd de productinformatie van CBG/EMA voor een compleet overzicht van hulpstoffen.

Omnic (hydrochloride) Astellas Pharma bv

Toedieningsvorm
Tablet met gereguleerde afgifte 'OCAS'
Sterkte
0,4 mg

'OCAS' = 'Oral controlled absorption system'.

Tamsulosine (hydrochloride) Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Capsule met gereguleerde afgifte
Sterkte
0,4 mg
Toedieningsvorm
Tablet met gereguleerde afgifte
Sterkte
0,4 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Het effect van medicamenteuze behandeling bij mictieklachten bij mannen (LUTS, BPH) is beperkt. Indien tot een proefbehandeling wordt besloten, gaat bij matig ernstige klachten in de eerstelijnszorg de voorkeur uit naar een α1-blokker met gereguleerde afgifte (alfuzosine, doxazosine of tamsulosine). In de tweedelijnszorg kan, bij een groter prostaatvolume (EUA: > 40 ml), aan de α1-blokker een 5-α-reductaseremmer worden toegevoegd.

Hypertensie: Diuretica, β-blokkers, calciumantagonisten (dihydropyridinen), ‘angiotensine converting enzyme’(ACE)-remmers en angiotensine receptor-blokkers (ARB’s) verlagen de bloeddruk effectief en verminderen het tienjaarsrisico op cardiovasculaire mortaliteit en morbiditeit. Comorbiditeit en specifieke patiëntkarakteristieken bepalen welke groepen en welke middelen als eerste in aanmerking komen. De voorkeur gaat uit naar middelen met een 24-uurs werkzaamheid. Als één middel onvoldoende effectief is bij de aanbevolen dosering, is het toevoegen van een middel uit een andere groep effectiever dan het ophogen van de dosering; tevens beperkt dit de dosisafhankelijke bijwerkingen. Een vaste combinatie in de juiste dosisverhouding heeft om reden van therapietrouw de voorkeur.

Advies

Gezien het indicatiegebied de toepassing van fentolamine tot de kliniek beperken.

Advies

Het effect van medicamenteuze behandeling bij mictieklachten bij mannen (LUTS, BPH) is beperkt. Indien tot een proefbehandeling wordt besloten, gaat bij matig ernstige klachten in de eerstelijnszorg de voorkeur uit naar een α1-blokker met gereguleerde afgifte. In de tweedelijnszorg kan, bij een groter prostaatvolume (EUA: > 40 ml), aan de α1-blokker een 5-α-reductaseremmer worden toegevoegd.

De keuze tussen de α1-blokkers met gereguleerde afgifte (alfuzosine, doxazosine en tamsulosine) wordt gemaakt op basis van prijs.

Offlabel: De medicamenteuze behandeling van een niersteenkoliek bestaat uit pijnstilling en bevordering van de steenlozing. Ten aanzien van de acute pijnstilling heeft diclofenac intramusculair de voorkeur. Kies bij onvoldoende effect of als diclofenac gecontra-indiceerd is, voor subcutane of intramusculaire toediening van morfine. In de tweedelijnszorg is ook paracetamol i.v. een optie. Geef hierna voor recidiverende pijn gedurende enkele dagen een orale of rectale toediening van een NSAID of opioïd. Overweeg ter bevordering van de steenlozing offlabel kortdurend een α-blokker voor te schrijven, waarbij de voorkeur uitgaat naar tamsulosine.

Indicaties

  • Symptomatische behandeling van urinewegobstructie door benigne prostaathyperplasie;
  • Bepaalde generieke varianten zijn ook geregistreerd voor de behandeling van lichte tot matige hypertensie.

Gerelateerde informatie

  • hypertensie, essentiële of primaire
  • mictieklachten bij mannen

Indicaties

  • Opheffen van paroxismale hypertensie bij feochromocytoom vóór en tijdens de operatieve behandeling.

  • Diagnostische Regitine-test ter vaststelling van feochromocytoom, indien andere specifiekere testen niet kunnen worden toegepast of onvoldoende uitsluitsel hebben gegeven.

  • Preventie van dermale necrose en ontstaan van korsten na extravasatie van noradrenaline.

Indicaties

  • Lagere-urinewegsymptomen (LUTS) gerelateerd aan benigne prostaathyperplasie.
  • Offlabel: bevordering van de lozing van nierstenen bij zowel mannen als vrouwen.

Gerelateerde informatie

  • mictieklachten bij mannen
  • niersteenkoliek

Dosering

Bepaalde generieke varianten van 2 mg hebben een breukgleuf ter verdeling van de tablet in gelijke helften.

Klap alles open Klap alles dicht

Benigne prostaathyperplasie:

Volwassenen:

In het algemeen begindosering: 1 mg 1×/dag voor het slapen gaan gedurende 3–7 dagen, gevolgd door 2 mg 1×/dag gedurende 11–14 dagen. De dosering met intervallen van één tot twee weken zo nodig langzaam verhogen tot een onderhoudsdosering van 5–10 mg 1×/dag. Na 4 weken de respons evalueren. Indien na 6 weken geen verbetering is opgetreden, de behandeling staken. Als de behandeling enkele dagen is onderbroken, opnieuw instellen op startdosering.

Ouderen:

Begindosering 0,5 mg 1×/dag voor het slapen gaan. Deze dosering is niet mogelijk met de preparaten die in Nederland op de markt zijn. De dosering stapsgewijs langzaam verhogen onder nauw toezicht.

Hypertensie:

Volwassenen:

De behandeling insluipen, te beginnen met 1 mg per dag, daarna per week de dosering ongeveer verdubbelen. De onderhoudsdosering is 2–10 mg per dag, maximaal 20 mg.

Verminderde nierfunctie: Geen dosisaanpassing nodig.

Toedieningsinformatie: Tablet in zijn geheel doorslikken met voldoende vloeistof.

Dosering

Klap alles open Klap alles dicht

Feochromocytoom:

Volwassenen:

Ter opheffing van hypertensieve crises bij een operatie of inductie van anesthesie, intubatie of operatieve verwijdering van een tumor: 2-5 mg i.v., zo nodig herhalen onder controle van bloeddruk.

Kinderen > 8 jaar:

Ten minste 1 mg i.v. per keer; dosering aanpassen op basis van het klinisch beeld.

Diagnostische toepassing:

Volwassenen:

I.v. of i.m.: 5 mg. Geen sedativa, analgetica of andere geneesmiddelen geven gedurende 24 uur en bij voorkeur 24-72 uur voor de test, met uitzondering van essentiële geneesmiddelen zoals insuline of digoxine. Na de test geen antihypertensiva geven tot de bloeddruk gedaald is tot de onbehandelde verhoogde bloeddrukwaarde.

Kinderen:

I.v. 1 mg of i.m. 3 mg. Geen sedativa, analgetica of andere geneesmiddelen geven gedurende 24 uur en bij voorkeur 24-72 uur voor de test, met uitzondering van essentiële geneesmiddelen zoals insuline of digoxine. Na de test geen antihypertensiva geven tot de bloeddruk gedaald is tot de onbehandelde verhoogde bloeddrukwaarde.

Preventie na extravasatie van noradrenaline :

S.c. 5-10 mg (in 10 ml fysiologisch zout) binnen 12 uur in het gebied waar extravasatie is opgetreden.

Dosering

Klap alles open Klap alles dicht

Benigne prostaathyperplasie:

Volwassenen:

0,4 mg 1×/dag.

Offlabel: Lozing van nierstenen:

Volwassenen:

Volgens de NHG-Standaard Urinesteenlijden (2019): 0,4 mg 1×/dag na het ontbijt; therapie voortzetten tot steenlozing en tot de klachten verdwenen zijn en er geen sprake meer is van erytrocyturie.

De tablet en de capsule heel innemen met ruim water. De capsule innemen na het ontbijt.

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): tachycardie, hartkloppingen. Duizeligheid, slaperigheid, hoofdpijn. Neuscongestie. Misselijkheid. Erectiestoornis. Asthenie, perifeer oedeem. Gewichtstoename.

Vaak (1-10%): syncope. Dyspneu. Nervositeit. Rinorroe, sinusitis. Toegenomen libido, priapisme.

Zelden (0,01-0,1%): hartaritmie, atriumfibrilleren. Hypotensie. Bronchitis. Trombocytopenie. Jicht. Tinnitus, paresthesie. Verminderd zicht, conjunctivitis. Rinitis, hoesten, faryngitis. Buikpijn. Jeuk, huiduitslag. Nek- of rugpijn, musculoskeletale pijn, spierpijn, gewrichtspijn, artritis. Urineweginfectie, incontinentie.

Verder zijn gemeld: orthostatische hypotensie. Angio-oedeem. Anafylactoïde reacties. Depressie. Draaiduizeligheid. Obstipatie, diarree. Amblyopie. Tijdens een staaroperatie is 'intra-operative floppy iris syndrome' (IFIS) gemeld.

  • Informatie bijwerkingen Lareb
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): orthostatische hypotensie, tachycardie.

Vaak (1 - 10%): acute of verlengde hypotensieve perioden, met als mogelijke gevolg een myocardinfarct, cerebrovasculaire spasme of afsluiting. Overmatig blozen. Duizeligheid. Asthenie. Congestie van het neusslijmvlies. Misselijkheid, braken, diarree.

Soms (0,1 - 1%): angina pectoris, cardiale aritmieën, pijn op de borst.

  • Informatie bijwerkingen Lareb
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Vaak (1-10%): duizeligheid. Ejaculatiestoornissen zoals retrograde ejaculatie en anejaculatie.

Soms (0,1-1%): overgevoeligheidsreacties (huiduitslag, jeuk). Orthostatische hypotensie, palpitaties. Hoofdpijn. Gastro-intestinale stoornissen (misselijkheid, braken, diarree, obstipatie). Rinitis. Asthenie.

Zelden (0,01-0,1%): angio-oedeem. Syncope.

Zeer zelden (< 0,01%): priapisme. Stevens-Johnsonsyndroom.

Verder zijn gemeld: tachycardie, aritmie, atriumfibrilleren. Dyspneu. Wazig zien, visusstoornissen, 'floppy iris'-syndroom (IFIS) tijdens cataract- en glaucoomchirurgie. Epistaxis. Droge mond. Erythema multiforme en exfoliatieve dermatitis.

  • Informatie bijwerkingen Lareb
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

Gebruik van ACE-remmers en diuretica vergroot de kans op duizeligheid. Wees voorzichtig bij combinatie met andere antihypertensiva (bv. thiazide-diuretica of calciumantagonisten), vanwege het risico van hypotensie, verlaag zo nodig de dosering. Gelijktijdig gebruik van een fosfodi-esterase-5-remmer (bv. sildenafil, tadalafil, vardenafil) kan eveneens leiden tot hypotensie. Eventuele behandeling met een fosfodi-esterase-5-remmer pas beginnen bij stabiele instelling op een α1-blokker.

Voorzichtigheid is geboden bij combinatie met geneesmiddelen die het metabolisme in de lever kunnen beïnvloeden.

Interacties

Antipsychotica en antihypertensiva kunnen het hypotensief effect versterken.

Combinatie met niet-selectieve β–sympathicomimetica zoals adrenaline of isoprenaline kan het hypotensief effect versterken doordat adrenaline/isoprenaline alleen effect heeft op de β-receptoren als de α-receptoren geblokkeerd zijn door fentolamine.

Interacties

Combinatie met sterke CYP3A4-remmers kan de blootstelling aan tamsulosine vergroten. Voorzichtig zijn bij combinatie met sterke en matige CYP3A4-remmers. Niet gelijktijdig gebruiken met sterke CYP3A4-remmers bij CYP2D6-'poor metabolizers'.

Gelijktijdig gebruik van andere α1-blokkers zou kunnen leiden tot ernstige hypotensie.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij dieren aanwijzingen voor schadelijkheid: verlenging van de zwangerschapsduur en remming van de geboorte.

Advies: Gebruik ontraden.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, zeer beperkte hoeveelheid gegevens. Bij dieren aanwijzingen voor schadelijkheid.

Farmacologisch effect: Embryotoxisch bij muizen bij hoge orale doses.

Advies: Gebruik ontraden.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Gezien de geregistreerde indicatie niet van toepassing, tenzij het offlabel wordt gebruikt bij nierstenen.

Teratogenese: Onvoldoende gegevens.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend. Een nadelig effect bij de zuigeling kan niet worden uitgesloten.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Gezien de geregistreerde indicatie niet van toepassing, tenzij het offlabel wordt gebruikt bij nierstenen.

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Contra-indicaties

  • gestoorde leverfunctie;
  • obstructie van het uitstroom-traject van de linkerventrikel;
  • constrictieve pericardaandoening;
  • voorgeschiedenis van mictiecollaps;
  • overgevoeligheid voor quinazolinederivaten (verwante α-blokkers).

Contra-indicaties

  • hypotensie;

  • myocardinfarct (in de voorgeschiedenis), hartfalen, angina pectoris of een andere uiting van een coronaire vaataandoening.

Contra-indicaties

  • orthostatische hypotensie in de anamnese;
  • ernstige leverinsufficiëntie;
  • geneesmiddelgeïnduceerd angio-oedeem in de voorgeschiedenis.

Waarschuwingen en voorzorgen

Na eerste toediening kan een sterke bloeddrukdaling optreden; als gevolg hiervan kan bij 1% syncope ontstaan. Bij tekenen van orthostatische hypotensie (duizeligheid, zwakte) moet de patiënt gaan liggen of zitten totdat de symptomen verdwenen zijn. In verband met de antihypertensieve werking rekening houden met een blijvende bloeddrukverlaging. Bij coronairlijden kan te snelle of te uitgesproken bloeddrukdaling toename van de angineuze klachten veroorzaken; in dat geval behandeling staken. Wees voorzichtig bij ouderen, hartfalen en bij pulmonaal oedeem ten gevolge van een aorta- of mitralisstenose.

Vanwege de kans op het 'intra-operative floppy iris syndrome' (IFIS) vóór een staaroperatie de oogarts op de hoogte brengen van het gebruik van α–blokkers (nu of in het verleden).

Onderzoeksgegevens: De effectiviteit en veiligheid bij kinderen zijn niet vastgesteld.

Waarschuwingen en voorzorgen

Tijdens de behandeling de bloeddruk regelmatig controleren.

Met name bij bronchiaal astma kan het aanwezige sulfiet leiden tot overgevoeligheidsreacties zoals acute astma-aanval, shock of bewustzijnsvermindering.

Wees terughoudend bij gastritis en peptische ulcera vanwege de stimulerende werking op het maag-darmkanaal (incl. secretie van maagsap) en bij nierfunctiestoornissen, omdat geen kinetische studies zijn uitgevoerd bij deze groep.

De toepassing bij de diagnostiek van feochromocytoom is gevaarlijk en onbetrouwbaar en vrijwel geheel verdrongen door kwantitatieve bepaling van catecholaminen en door beeldvormende technieken. Een sterke bloeddrukdaling is een aanwijzing voor feochromocytoom. Het resultaat is kan vals-negatief zijn, vooral bij patiënten met paroxysmale hypertensie.

Waarschuwingen en voorzorgen

Vóór aanvang van de behandeling van benigne prostaathyperplasie en met regelmaat tijdens de behandeling een rectaal toucher uitvoeren en zonodig PSA bepalen.

Bij te hoge dosering en bij hypertensie kan in de eerste uren na inname orthostatische hypotensie optreden; bij tekenen hiervan (duizeligheid, zwaktegevoel, zweten) moet de patiënt gaan liggen totdat de symptomen zijn verdwenen. Bij coronairlijden kan te snelle of te uitgesproken bloeddrukdaling toename van de angineuze klachten veroorzaken; in dat geval de behandeling staken.

Bij optreden van angio-oedeem de behandeling permanent staken.

Het beginnen van een behandeling met tamsulosine bij patiënten met een geplande glaucoom- of cataractoperatie wordt afgeraden. Intraoperatief floppy iris'-syndroom (IFIS) is waargenomen tijdens cataract- of glaucoomoperaties bij patiënten die tamsulosine gebruiken of hadden gebruikt. IFIS kan het risico op oogcomplicaties tijdens en na de operatie verhogen. Voordeel van staken van de behandeling is nog niet aangetoond; ook na het staken van de tamsulosine vóór de ingreep is IFIS gemeld. (Eerder) gebruik van α-blokkers aan de oogarts melden voorafgaand aan een cataract- of glaucoomoperatie.

Onderzoeksgegevens: Er is geen ervaring met tamsulosine bij een creatinineklaring < 10 ml/min.

Overdosering

Neem voor informatie over een vergiftiging door terazosine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Overdosering

Symptomen

te sterke daling van de bloeddruk, reflextachycardie, aritmieën en mogelijk shock.

Neem voor meer informatie over een vergiftiging met fentolamine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Overdosering

Neem voor informatie over een vergiftiging door tamsulosine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Selectieve postsynaptische α1-blokker met quinazolinestructuur. Bij benigne prostaathyperplasie (BPH) kan door α-adrenerg receptorantagonisme de tonus van het spierweefsel van de prostaat en de urinewegen worden beïnvloed, waardoor de urinestroom verbetert. Evenals de andere α1-blokkers heeft terazosine een bloeddrukverlagend effect door verwijding van arteriolen en in mindere mate van venulen. Werking: verbetering van de BPH-symptomen na ca. 2 weken, verbetering van de urineflow kan wat later worden gezien.

Kinetische gegevens

Resorptie 80–100%.
F ca. 100%.
T max 1–2 uur.
V d ca. 1,1 l/kg.
Eiwitbinding 90–94%.
Metabolisering grotendeels door demethylering en conjugatie in de lever.
Eliminatie voornamelijk in de vorm van metabolieten via de galwegen. De onveranderde stof wordt voor 10% met de urine en voor 20% met de feces uitgescheiden.
T 1/2el 8–13 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Niet-selectieve α-receptorblokkerende stof met vaatverwijdende werking en afname van de systemische vaatweerstand en de bloeddruk. De vasoconstrictieve reactie op (nor)adrenaline wordt tegengegaan. De presynaptische α-adrenerge blokkade zou samen met baroreceptor-activatie kunnen bijdragen aan het positief-inotrope en chronotrope effect van fentolamine. Werking: snel en relatief kortdurend.

Kinetische gegevens

T max 30 min (bij i.v.-infusie van 10 mg/45 min).
Metabolisering in sterke mate, ca. 17% van de dosis wordt omgezet in carboxyfenylfentolamine.
Eliminatie 13% onveranderd en 57% als metabolieten met de urine, 3% met de feces.
T 1/2el 19 min.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Selectieve competitieve postsynaptische α1-blokker. Werkt met name op het subtype receptor α1A en α1D, waardoor relaxatie van de gladde spieren in de prostaat en de urethra optreedt. Hierdoor verbetert de urinestroom. Het positieve effect op de klachten blijft behouden gedurende langdurige therapie en kan operatief ingrijpen uitstellen. Evenals andere α1-blokkers kan een bloeddrukverlagend effect door vermindering van de perifere weerstand optreden.

Kinetische gegevens

Resorptie goed.
F Tablet: ca. 57% (nuchter), neemt toe door een vetrijke maaltijd. Capsule: nagenoeg 100% (nuchter), lager bij inname met voedsel).
T max na ca. 6 uur (tablet; bij capsule bij inname met een volledige maaltijd).
V d 0,2 l/kg.
Overig Plasmaconcentratie: aanzienlijke interindividuele variatie.
Eiwitbinding ca. 99%.
Metabolisering langzaam in de lever, mogelijk via CYP3A4 en CYP2D6 tot minder actieve metabolieten.
Eliminatie vnl. met de urine als metabolieten.
T 1/2el ca. 10–13 uur (capsule), 15–19 uur (tablet).

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

terazosine hoort bij de groep alfablokkers.

  • alfuzosine (G04CA01) Vergelijk
  • doxazosine (C02CA04) Vergelijk
  • fentolamine (C04AB01) Vergelijk
  • silodosine (G04CA04) Vergelijk
  • tamsulosine (G04CA02) Vergelijk
  • urapidil (C02CA06) Vergelijk

Groepsinformatie

fentolamine hoort bij de groep alfablokkers.

  • alfuzosine (G04CA01) Vergelijk
  • doxazosine (C02CA04) Vergelijk
  • silodosine (G04CA04) Vergelijk
  • tamsulosine (G04CA02) Vergelijk
  • terazosine (G04CA03) Vergelijk
  • urapidil (C02CA06) Vergelijk

Groepsinformatie

tamsulosine hoort bij de groep alfablokkers.

  • alfuzosine (G04CA01) Vergelijk
  • doxazosine (C02CA04) Vergelijk
  • fentolamine (C04AB01) Vergelijk
  • silodosine (G04CA04) Vergelijk
  • terazosine (G04CA03) Vergelijk
  • urapidil (C02CA06) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • alfablokkers

Indicaties

  • hypertensie, essentiële of primaire
  • mictieklachten bij mannen

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelen bij ouderen

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • alfablokkers

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • alfablokkers

Indicaties

  • mictieklachten bij mannen
  • niersteenkoliek

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelen bij ouderen
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".