levocabastine (bij allergische rinitis)
levocabastine (in de oogheelkunde)
ketotifen (in de oogheelkunde)
Samenstelling
Livocab neusspray (als hydrochloride) Janssen-Cilag bv
- Toedieningsvorm
- Neusspray, suspensie
- Sterkte
- 0,5 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 15 ml
Conserveermiddelen: benzalkoniumchloride en propyleenglycol.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Livocab oogdruppels (als hydrochloride) Janssen-Cilag bv
- Toedieningsvorm
- Oogdruppels, suspensie (0,05%)
- Sterkte
- 0,5 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 4 ml
Conserveermiddel: benzalkoniumchloride. Bevat tevens: fosfaat(buffer).
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Altriabak (als waterstoffumaraat) Théa Pharma bv
- Toedieningsvorm
- Oogdruppels (0,025%)
- Sterkte
- 0,25 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 5 ml
Zonder conserveermiddel.
Ketotifen (als waterstoffumaraat) Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Oogdruppels 'Unidose'
- Sterkte
- 0,25 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 0,4 ml
Zonder conserveermiddel.
Zaditen (als waterstoffumaraat) Théa Pharma bv
- Toedieningsvorm
- Oogdruppels (0,025%)
- Sterkte
- 0,25 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 5 ml
Conserveermiddel: benzalkoniumchloride.
- Toedieningsvorm
- Oogdruppels 'Unidose'
- Sterkte
- 0,25 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 0,4 ml
Zonder conserveermiddel.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Vermijd bij allergische rinitis zoveel mogelijk de prikkels die klachten veroorzaken. Bij gebruik van geneesmiddelen is bij incidentele klachten een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) eerste keus vanwege de snelle werking. Bij intermitterende en milde klachten kan een antihistaminicum (oraal niet-sederend of nasaal) of een nasaal corticosteroïd worden gebruikt. Bij een verstopte neus en bij persisterende en matig ernstige tot ernstige klachten gaat de voorkeur uit naar een nasaal corticosteroïd dat bij onvoldoende effect kan worden gecombineerd met een antihistaminicum (oraal niet-sederend of nasaal). Faalt ook de combinatietherapie en zijn de klachten ernstig, dan kan een allergeen-specifieke, subcutane immunotherapie in aanmerking komen, na zorgvuldige afweging van de voor- en nadelen samen met de patiënt.
Advies
Bij een allergische conjunctivitis geven oogdruppels met een antihistaminicum veelal verlichting van de klachten. Voeg bij hardnekkige en hevige conjunctivitisklachten, prednisolon-oogdruppels toe (max. 3 dagen). Bij hevige klachten aan de oogleden, kan aanbrengen van hydrocortisoncrème gedurende enkele dagen effectief zijn. Overweeg bij frequent recidiverende conjunctivitis een onderhoudsbehandeling met een antihistaminicum-oogdruppel; combineer met een (‘niet-sederend’) oraal antihistaminicum bij onvoldoende effect. Behandel een rhinoconjunctivitis in eerste instantie met een corticosteroïdneusspray, aangezien de oogklachten hierdoor vaak al afnemen
Advies
Bij een allergische conjunctivitis geven oogdruppels met een antihistaminicum veelal verlichting van de klachten. Voeg bij hardnekkige en hevige conjunctivitisklachten, prednisolon-oogdruppels toe (max. 3 dagen). Bij hevige klachten aan de oogleden, kan aanbrengen van hydrocortisoncrème gedurende enkele dagen effectief zijn. Overweeg bij frequent recidiverende conjunctivitis een onderhoudsbehandeling met een antihistaminicum-oogdruppel; combineer met een (‘niet-sederend’) oraal antihistaminicum bij onvoldoende effect. Behandel een rhinoconjunctivitis in eerste instantie met een corticosteroïdneusspray, aangezien de oogklachten hierdoor vaak al afnemen.
Indicaties
Seizoensgebonden allergische rinitis.
Gerelateerde informatie
Indicaties
Seizoensgebonden allergische conjunctivitis, waaronder conjunctivitis vernalis.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Symptomatische behandeling van seizoensgebonden allergische conjunctivitis.
Gerelateerde informatie
Dosering
Voor gebruik de neus snuiten en tijdens de verstuiving goed opsnuiven.
Volwassenen en kinderen:
Twee verstuivingen per neusgat 2×/dag, zo nodig tot 3–4×/dag. De behandeling voortzetten tot de klachten geheel zijn verdwenen.
Dosering
Allergische conjunctivitis:
Volwassenen en kinderen:
1 druppel in ieder oog 2×/dag, zo nodig verhogen tot 3–4×/dag. De behandeling voortzetten totdat de klachten geheel zijn verdwenen.
Druk de traanbuis 1–3 minuten dicht tijdens en direct na toediening; dit voorkomt dat de oogdruppel afvloeit naar de neus- en keelholte wat systemische reacties tot gevolg kan hebben.
Bij gebruik van meerdere soorten oogpreparaten deze toedienen met een interval van ten minste vijf minuten. De oogdruppels die de minste irritatie geven als eerste en viskeuze oogdruppels of oogzalven als laatste toedienen.
De suspensie schudden voor gebruik.
Dosering
Seizoensgebonden allergische conjunctivitis:
Volwassenen en kinderen ≥ 3 jaar:
1 druppel 2×/dag in de conjunctivale zak.
De 'Unidose' oogdruppels zijn voor eenmalig gebruik.
Druk de traanbuis 1–3 minuten dicht tijdens en direct na toediening; dit voorkomt dat de oogdruppel afvloeit naar de neus- en keelholte wat systemische reacties tot gevolg kan hebben.
Bij gebruik van meerdere soorten oogpreparaten deze toedienen met een interval van ten minste vijf minuten. De oogdruppels die de minste irritatie geven als eerste en viskeuze oogdruppels en oogzalven als laatste toedienen.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn.
Vaak (1-10%): neusbloeding, hoesten, keelpijn, sinusitis, slaperigheid, duizeligheid, misselijkheid, vermoeidheid, pijn.
Soms (0,1-1%): lokale irritatie, droogheid en pijn, verstopte neus, hypersensitiviteit, ooglidoedeem, hartkloppingen, dyspneu, bronchospasme, malaise.
Zelden (0,01-0,1%): lokale warmte, neusoedeem, tachycardie.
Verder is gemeld: anafylactische reactie.
Bijwerkingen
Lokaal: Vaak (1–10%): oogpijn, brandend gevoel, irritatie, wazig zien.
Soms (0,1–1%): ooglidoedeem.
Zeer zelden (< 0,01%): jeuk, oculaire hyperemie, tranende ogen, conjunctivitis, oogzwelling, blefaritis, contacteczeem.
Systemisch: Zeer zelden (< 0,01%): hoofdpijn, overgevoeligheidsreacties zoals urticaria en angio–oedeem.
Verder zijn gemeld: hartkloppingen, anafylactische reactie.
Bijwerkingen
Lokaal: Vaak (1-10%): oogklachten (pijn en irritatie), keratitis punctata, erosies van het hoornvliesepitheel.
Soms (0,1–1%): wazig zien, droge ogen, fotofobie, conjunctivitis, conjunctivale bloeding.
Verder zijn gemeld: lokale overgevoeligheidsreacties zoals jeuk en oedeem aan het ooglid, oogzwelling, contacteczeem.
Systemisch: Soms (0,1-1%): hoofdpijn. Slaperigheid. Droge mond. Overgevoeligheid, huiduitslag, eczeem, urticaria.
Verder zijn gemeld: exacerbatie van bestaande allergische aandoeningen zoals astma en eczeem. Zwelling en oedeem van het gelaat. Duizeligheid.
Interacties
Oxymetazoline kan de absorptie van nasaal toegediend levocabastine tijdelijk verminderen.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren, aanwijzingen voor schadelijkheid in extreem hoge systemische doseringen.
Advies: Gebruik ontraden vanwege te weinig gegevens.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren, alleen aanwijzingen voor schadelijkheid in extreem hoge systemische doseringen.
Farmacologisch effect: Gezien de lage systemische belasting bij gebruik van oogdruppels worden geen nadelige effecten bij de foetus verwacht.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren in hoge orale doses geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Farmacologisch effect: Vanwege de geringe resorptie van de kleine hoeveelheden ketotifen bij gebruik van de oogdruppels, zijn nadelige effecten bij de foetus onwaarschijnlijk.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, in geringe mate.
Advies: Gebruik ontraden vanwege te weinig gegevens over veiligheid.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, in zeer geringe mate.
Farmacologisch effect: Gezien de verwachte lage systemische belasting bij gebruik van de oogdruppels door de moeder en de zeer geringe blootstelling via de melk worden geen nadelige effecten bij de zuigeling verwacht.
Advies: Kan volgens voorschrift worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, bij dieren.
Farmacologisch effect: Het is niet waarschijnlijk dat toepassing van de oogdruppels bij de moeder aanleiding geeft tot detecteerbare hoeveelheden ketotifen in de moedermelk.
Advies: Kan volgens voorschrift worden gebruikt.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen contra-indicaties bekend.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.
Waarschuwingen en voorzorgen
Voorzichtigheid is geboden bij nierinsufficiëntie.
Waarschuwingen en voorzorgen
Bij droge ogen of een beschadigde cornea is nauwlettend toezicht vereist, omdat het conserveermiddel benzalkoniumchloride bij langdurig gebruik keratitis punctata en/of toxische ulceratieve keratopathie kan veroorzaken. Benzalkoniumchloride kan tevens zachte contactlenzen doen verkleuren. Contactlenzen vóór het indruppelen uitnemen en pas 15 minuten na indruppelen weer indoen.
Bij een beschadigde cornea kan het gebruik van fosfaathoudende oogdruppels leiden tot corneacalcificaties.
Waarschuwingen en voorzorgen
Bij toediening van de oogdruppels met benzalkoniumchloride bij droge ogen of een beschadigde cornea is nauwlettend toezicht vereist, omdat het conserveermiddel benzalkoniumchloride bij langdurig gebruik keratitis punctata en/of toxische ulceratieve keratopathie kan veroorzaken. Benzalkoniumchloride kan tevens zachte contactlenzen doen verkleuren. Bij toediening van de oogdruppels met benzalkoniumchloride eerst contactlenzen verwijderen en pas 15 minuten na indruppelen weer indoen.
De veiligheid en werkzaamheid zijn niet vastgesteld bij kinderen jonger dan 3 jaar.
Overdosering
Symptomen
Na ingestie: sedatie.
Therapie
Na ingestie veel (water) drinken om de renale uitscheiding te bevorderen.
Eigenschappen
Antihistaminicum. Werking: lokaal meestal snel. Werkingsduur: enkele uren.
Kinetische gegevens
Resorptie | 30–45 microg/verstuiving. |
T max | circa 3 uur. |
Metabolisering | vnl. door glucuronidering tot een acylglucuronide. |
Eliminatie | vnl. onveranderd met de urine. |
T 1/2el | 35–40 uur. Bij nierinsufficiëntie aanzienlijk langer. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Antihistaminicum (selectieve histamine H1-receptor-antagonist). Na toepassing in het oog geeft het meestal snel verlichting van de symptomen van allergische conjunctivitis. Werkingsduur: enkele uren.
Kinetische gegevens
Resorptie | langzaam en onvolledig. Van een druppel van 15 microg wordt ca. 6 microg geabsorbeerd. |
T max | ca. 6 uur. |
Metabolisering | in de lever door middel van glucuronidering. |
Eliminatie | vnl. onveranderd met de urine (70%). |
T 1/2 | 39–70 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Antihistaminicum (selectieve histamine H1-receptorantagonist) met sederende en zeer zwak anticholinerge werking. In vitro is een stabiliserende werking op de mestcellen aangetoond.
Kinetische gegevens
Resorptie | Gering; er worden doorgaans geen meetbare plasmaspiegels van ketotifen gevonden na gebruik van de oogdruppels. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
levocabastine (bij allergische rinitis) hoort bij de groep antihistaminica, lokaal.
- azelastine (bij allergische rinitis) (R01AC03) Vergelijk
- azelastine (bij oogaandoening) (S01GX07) Vergelijk
- emedastine (S01GX06) Vergelijk
- ketotifen (in de oogheelkunde) (S01GX08) Vergelijk
- levocabastine (in de oogheelkunde) (S01GX02) Vergelijk
- olopatadine (S01GX09) Vergelijk
- tripelennamine (D04AA04) Vergelijk
Groepsinformatie
levocabastine (in de oogheelkunde) hoort bij de groep antihistaminica, lokaal.
- azelastine (bij allergische rinitis) (R01AC03) Vergelijk
- azelastine (bij oogaandoening) (S01GX07) Vergelijk
- emedastine (S01GX06) Vergelijk
- ketotifen (in de oogheelkunde) (S01GX08) Vergelijk
- levocabastine (bij allergische rinitis) (R01AC02) Vergelijk
- olopatadine (S01GX09) Vergelijk
- tripelennamine (D04AA04) Vergelijk
Groepsinformatie
ketotifen (in de oogheelkunde) hoort bij de groep antihistaminica, lokaal.
- azelastine (bij allergische rinitis) (R01AC03) Vergelijk
- azelastine (bij oogaandoening) (S01GX07) Vergelijk
- emedastine (S01GX06) Vergelijk
- levocabastine (bij allergische rinitis) (R01AC02) Vergelijk
- levocabastine (in de oogheelkunde) (S01GX02) Vergelijk
- olopatadine (S01GX09) Vergelijk
- tripelennamine (D04AA04) Vergelijk