fytomenadion
Samenstelling
Fytomenadiondrank FNA Formularium der Nederlandse Apothekers
- Toedieningsvorm
- Drank
- Sterkte
- 10 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- flacon: diverse volumes met doseerspuit
Basis: arachideolie. (Mixtura phytomenadioni 10 mg/ml FNA)
Konakion Cheplapharm Arzneimittel GmbH
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof voor i.v. en orale toediening 'mixed-micelles'
- Sterkte
- 10 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- ampul 1 ml
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof voor i.v., i.m. en orale toediening 'mixed-micelles'
- Sterkte
- 10 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- ampul 0,2 ml (voor kinderen)
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Bij een verhoogde INR door vitamine K-antagonisten: bij asymptomatische verhoging is orale toediening van fytomenadion aangewezen. Bij bloedingen is in het algemeen intraveneuze toediening geïndiceerd, orale toediening is ook mogelijk maar heeft een langzamer effect. Subcutane toediening wordt afgeraden vanwege wisselende snelheid van absorptie en traag effect. Intramusculaire toediening is gecontra-indiceerd. Als bij ernstige bloedingen een snel effect is gewenst, kan óók protrombinecomplex worden toegepast. Zie voor meer informatie over het couperen van het effect van vitamine K-antagonisten de richtlijn van de Federatie van Nederlandse Trombosediensten (FNT): De Kunst van het doseren (juli 2023, p. 124–127).
Profylaxe van bloedingen bij neonaten: Zie voor het advies van de Gezondheidsraad Vitamine K bij zuigelingen april 2017.
Indicaties
- Profylaxe en behandeling van bloedingen ten gevolge van vitamine K-deficiëntie (bv. door afsluitings-icterus of lever- en darmaandoeningen), of door verminderde vitamine K-activiteit (door bepaalde geneesmiddelen, zoals salicylaten, anti-epileptica, sulfonamiden);
- Profylaxe en behandeling van vitamine K-deficiëntiebloeding bij neonaten;
- Couperen van antistollingsbehandeling/overdosering met vitamine K-antagonisten.
Doseringen
Vitamine K-deficiëntie
Volwassenen
Oraal, i.m. of intraveneus: 2–25 mg per keer.
Kinderen van 1 tot 30 kg
Volgens het Kinderformularium van het NKFK: zowel oraal als i.m. ter correctie van vitamine K-deficiëntie: 1–5 kg: 1 mg éénmalig; 5–10 kg: 2 mg éénmalig; 10–20 kg: 4 mg éénmalig; 20–30 kg: 5 mg éénmalig. Na vaststellen van de oorzaak van de deficiëntie de frequentie van de toediening verder bepalen.
Profylaxe van bloedingen door vitamine K-deficiëntie of verminderde activiteit bij neonaten zonder risicofactoren (orale toediening):
Neonaten
Volgens het Kinderformularium van het NKFK bij neonaten met lichaamsgewicht ≥ 1500 g: oraal 1 mg eenmalig direct na de geboorte. Bij aanwezigheid risicofactoren (indien de orale route niet gebruikt kan worden of bij gebruik van bepaalde medicamenten door moeder tijdens de zwangerschap en lactatie, zoals fenobarbital, fenytoïne, rifampicine, isoniazide, fenylbutazon en vitamine K-antagonisten): zie de blokken met de i.m.- of i.v.-toediening.
Volgens de Gezondheidsraad dient bij elke borstgevoede zuigeling overgegaan te worden op i.m.-toediening (zie ook rubriek Advies). Bij weerstand voor toediening middels injectie is een oraal alternatief: 3× 2 mg (bij de geboorte, na 4–6 dagen en na 4–6 weken) bij borstgevoede zuigelingen. Bij flesgevoede zuigelingen volstaat 1 mg oraal direct na de geboorte. Het advies van de Gezondheidsraad lijkt in een aantal opzichten op dat van de fabrikant, welke (bij gezonde neonaten geboren na ≥ 36 weken zwangerschap) eveneens of 1 mg i.m. adviseert óf als oraal alternatief eveneens 3× 2 mg (bij de geboorte, na 4–7 dagen en 1 maand na de geboorte). Bij flesgevoede zuigelingen zou volgens de fabrikant de derde (orale) dosis (van 2 mg) achterwege gelaten kunnen worden.
Onderhoudsdosering: bij zuigelingen met borstvoeding na orale profylactische toediening volgens het Kinderformularium van het NKFK: vanaf de achtste levensdag 150 microg/dag oraal toedienen. Behandelduur: Bij premature neonaten t/m 35 weken postmenstrueel + 12 weken óf totdat de voeding voor minimaal 500 ml/dag uit flesvoeding bestaat. Bij à terme neonaten (= in dit geval gedefinieerd als > 35 weken postmenstrueel): tot 12 weken na de geboorte óf totdat de voeding voor minimaal 500 ml/dag uit flesvoeding bestaat.
Profylaxe van bloedingen door vitamine K-deficiëntie of verminderde activiteit bij neonaten mét risicofactoren (i.m.-toediening)
Neonaten
Dit geldt volgens het Kinderformularium van het NKFK indien de orale route niet gebruikt kan worden of bij maternaal geneesmiddelgebruik tijdens zwangerschap of lactatie (zoals fenobarbital, fenytoïne, rifampicine, isoniazide, fenylbutazon of vit. K-antagonisten): i.m. 0,5 mg (gewicht < 1500 g) of 1 mg (gewicht ≥ 1500 g) eenmalig direct na de geboorte. Na deze eenmalige intramusculaire toediening is géén verdere profylaxe nodig.
Volgens de Gezondheidsraad dient bij elke borstgevoede zuigeling overgegaan te worden op i.m. toediening; éénmalig 1 milligram vlak na de geboorte (zie evt. ook rubriek Advies). Bij weerstand voor toediening middels injectie is er een oraal alternatief (3× 2 mg; bij de geboorte, na 4–6 dagen en na 4–6 weken bij borstgevoede zuigelingen. NB: bij flesgevoede zuigelingen volstaat 1 mg oraal direct na de geboorte. Het advies van de Gezondheidsraad lijkt op dat van de fabrikant, deze adviseert bij neonaten geboren na < 36 weken zwangerschap die ≥ 2500 g wegen én daarnaast bij à terme neonaten die een bijzonder risico lopen) eveneens 1 mg i.m. (of i.v.); bij prematuren geboren na < 36 weken zwangerschap en die minder dan 2,5 kg wegen: 0,4 mg/kg (overeenkomend met 0,04 ml/kg) i.m. of i.v. Zowel de hoogte als de frequentie waarmee een eventuele vervolgdosis wordt gegeven, hangt af van de stollingsparameters.
Profylaxe van bloedingen door vitamine K-deficiëntie of verminderde activiteit bij neonaten (i.v.-toediening)
Neonaten
Volgens het Kinderformularium van het NKFK: i.v. 0,5 mg (gewicht < 1500 g) of 1 mg eenmalig (gewicht ≥ 1500 g) direct na de geboorte. Volgens de fabrikant bij prematuren < 36 weken met een lichaamsgewicht < 2,5 kg: i.v. 0,4 mg/kg of 1 mg eenmalig (bij gewicht ≥ 2,5 kg). Zowel de hoogte als de frequentie waarmee een eventuele vervolgdosis wordt gegeven, hangt af van de stollingsparameters.
Onderhoudsdosering: bij zuigelingen met borstvoeding na i.v. profylactische toediening volgens het Kinderformularium van het NKFK: vanaf de achtste levensdag 150 microg/dag oraal toedienen. Behandelduur: Bij premature neonaten < 35 weken postmenstrueel : t/m 35 weken postmenstrueel + 12 weken óf totdat de voeding voor minimaal 500 ml/dag uit flesvoeding bestaat. Bij à terme neonaten > 35 weken postmenstrueel: tot 12 weken na de geboorte óf totdat de voeding voor minimaal 500 ml/dag uit flesvoeding bestaat.
Couperen antistolling/overdosering vitamine K-antagonisten
Volgens de richtlijn van de Federatie Nederlandse Trombosediensten (FNT): bij asymptomatische hoge INR (> 8,0–10): gebruik van acenocoumarol/fenprocoumon tijdelijk staken. Bij gebruik van acenocoumarol overweeg orale toediening van 1–2 mg fytomenadion (niet altijd nodig), bij gebruik van fenprocoumon geef oraal 2–5 mg fytomenadion. Bij INR ≥ 10,0: bij gebruik van acenocoumarol overweeg toediening van 2–5 mg fytomenadion; bij gebruik van fenprocoumon geef 5–10 mg fytomenadion (en dit evt. herhalen). De VKA-behandeling vervolgen met een dosering lager dan de voorgaande gemiddelde dagdosering. Zie voor meer informatie de richtlijn voor het doseren van vitamine K-antagonisten van de FNT: De Kunst van het doseren (juli 2023, p. 83–86). Bij ernstige bloedingen: in alle gevallen de INR zo snel mogelijk omlaag brengen. In de meeste gevallen wordt 5–10 mg fytomenadion i.v. toegediend. Orale toediening is mogelijk, maar werkt langzamer. Zie voor meer informatie hierover alsook het beleid bij niet-ernstige bloedingen p. 125–127 van deze richtlijn. Zie ook rubriek Advies.
Volgens de fabrikant: Bij asymptomatische hoge INR (INR 5–10) met of zonder milde bloedingen 1–5 mg oraal, eventueel i.v. (≥ 30 s); bij grote en levensbedreigende bloedingen 5–10 mg langzaam i.v. (≥ 30 s) toedienen, samen met een transfusie met 'fresh frozen'-plasma of protrombinecomplex concentraat. Voor nadere doseringsspecificaties in relatie tot gebruik acenocoumarol of fenprocoumon en INR-waarde, raadpleeg de officiële productinformatie CBG/EMA (rubriek 4.2) via 'Zie ook'.
Kinderen van 1 maand tot 18 jaar
Volgens het Kinderformularium van het NKFK: fytomenadion-vitamine K: i.v. 1–10 mg/dosis in 20 minuten, dosering titreren op geleide van protrombinetijd.
Toediening
- Bij oraal gebruik de drank niet verdunnen, maar direct in de mond toedienen (met de dispenser uit de verpakking); na inname de drank wegspoelen met wat vloeistof.
- 'Mixed micelles' 10 mg/ml niet mengen met andere parenterale geneesmiddelen; eventueel wel te injecteren in het onderste gedeelte van een infusieset.
- 'MM' voor kinderen kan direct voor gebruik 1:5 of 1:10 verdund worden met glucose 5%-oplossing om toediening van kleine volumina mogelijk te maken; het kan eventueel worden geïnjecteerd in het onderste gedeelte van een infusieset.
Bijwerkingen
Na parenterale toediening zelden anafylactoïde reacties, en incidenteel veneuze irritatie of flebitis. In zeldzame gevallen (soms ernstige) reacties op de injectieplaats, zoals ontsteking, atrofie en necrose.
Na te snelle i.v.-toediening: rood gelaat, hevig transpireren, verstikkingsgevoel en cyanose.
Bij parenterale toediening bij prematuren met een lichaamsgewicht < 2,5 kg is er meer kans op kernicterus.
Interacties
De werking van vitamine K-antagonisten wordt in een aantal uren geantagoneerd door de toediening van fytomenadion, andersom is ook mogelijk; vitamine K-antagonisten kunnen de werking van fytomenadion antagoneren.
Gelijktijdig gebruik van vloeibaar paraffine kan de absorptie verminderen.
Zwangerschap
Fytomenadion passeert de placenta niet.
Advies: Kan, voor zover bekend zonder gevaar voor de vrucht, overeenkomstig het voorschrift worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, in geringe mate.
Farmacologisch effect: Waarschijnlijk minimale opname in het maag-darmkanaal van de zuigeling.
Advies: Kan (voor zover bekend zonder gevaar) volgens voorschrift worden gebruikt.
Contra-indicaties
- overgevoeligheid voor arachideolie (fytomenadion-drank).
Waarschuwingen en voorzorgen
Tijdens gebruik stollingsparameters controleren.
Indien trombose (recidief) optreedt tijdens behandeling moet worden overgegaan op heparine i.v.
Bij parenterale toediening bij prematuren met een lichaamsgewicht < 2,5 kg is er meer kans op kernicterus.
Vitamine K1 is niet effectief bij erfelijke hypoprotrombinemie of hypoprotrombinemie door ernstig leverfalen. Controleer bij ernstig verminderde leverfunctie, bijvoorbeeld door het meten van een INR, of de toepassing het gewenste effect heeft gehad.
Orale toediening is minder effectief bij cholestatische leverziekte of malabsorptie; daarom bij deze patiënten niet oraal toedienen.
Overdosering
Zie voor symptomen en behandeling vergiftigingen.info.
Eigenschappen
Fytomenadion (vitamine K1) neemt als component van een fermentsysteem deel aan de vorming van de stollingsfactoren II (protrombine), VII, IX en X in de lever. De aanwezigheid van vitamine K1 is ook essentieel voor de vorming van proteïne C en proteïne S (stoffen die de stolling remmen) in het lichaam. In de 'mixed-micelles'-injectievloeistof is vitamine K1 in oplossing gebracht door een colloïdaal systeem, bestaande uit lecithine en galzuur. Vitamine K1 is een antagonist van vitamine K-antagonisten zoals acenocoumarol of fenprocoumon.
Werking: oraal na 3–6 uur, maximaal na 24 uur.
Kinetische gegevens
Resorptie | variabel, vnl. in proximale deel dunne darm met behulp van galzouten en lipase. |
F | variabel, oraal ca. 50%. |
T max | oraal 4–6 uur, i.v. 1–3 uur. |
Eiwitbinding | 90% aan lipoproteïnen. Cumulatie in de lever. Kortdurende opslag. |
Metabolisering | in de lever tot meer polaire metabolieten. |
Eliminatie | met de gal en urine (< 10% onveranderd). |
T 1/2el | 1½–3 uur (bij volwassenen). |
T 1/2el | ca. 70 uur (bij neonaten). |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
fytomenadion hoort bij de groep vitamine k-groep.