Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Azarga Novartis Europharm ltd.

Toedieningsvorm
Oogdruppels
Verpakkingsvorm
flacon 5 ml

Bevat per ml: brinzolamide 10 mg (1%), timolol (als maleaat) 5 mg (0,5%). Conserveermiddel: benzalkoniumchloride.

Brinzolamide/Timolol Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Oogdruppels
Verpakkingsvorm
flacon 5 ml

Bevat per ml: brinzolamide 10 mg (1%), timolol (als maleaat) 5 mg (0,5%). Conserveermiddel: benzalkoniumchloride.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Behandeling van glaucoom dient door een oogarts te gebeuren. Bij open-kamerhoekglaucoom bestaat behandeling uit lokale medicamenteuze therapie en/of laserbehandeling. Indien de oogboldruk onvoldoende verlaagd wordt door deze behandeling, kan operatieve interventie noodzakelijk zijn. Bij de medicamenteuze behandeling zijn oogdruppels met een prostaglandine-analoog eerste keus. Bij onvoldoende effect van, of intolerantie voor een prostaglandine-analoog, wordt eerst een β-blokker als monotherapie aanbevolen. Alternatieven voor bovenstaande monotherapie zijn monotherapie met een lokale koolzuuranhydraseremmer of α2-agonist. Wanneer monotherapie onvoldoende effect heeft, worden geneesmiddelen met verschillende aangrijpingspunten gecombineerd. Bij nauwe-kamerhoekglaucoom kiest men voor een laserbehandeling en/of een operatie, ondersteund door een medicamenteuze behandeling.

Indicaties

Verlaging van de intra-oculaire druk bij volwassenen indien lokale monotherapie niet afdoende is bij:

  • open-kamerhoekglaucoom;
  • oculaire hypertensie.

Gerelateerde informatie

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Open-kamerhoekglaucoom en oculaire hypertensie

Volwassenen (incl. ouderen)

1 druppel 2×/dag in het aangedane oog. Dit is tevens de maximale dosis.

Verminderde nierfunctie: bij een lichte tot matig ernstige nierfunctiestoornis is geen dosisaanpassing nodig. Toepassing bij een ernstige nierfunctiestoornis is gecontra-indiceerd; zie de rubrieken Contra-indicaties en Waarschuwingen en voorzorgen.

Verminderde leverfunctie: geen dosisaanpassing nodig. Wees voorzichtig bij een ernstige leverfunctiestoornis.

Bij een vergeten dosis, behandeling volgens schema voortzetten met de volgende dosis.

Wanneer wordt overgeschakeld van een ander antiglaucoommiddel naar dit middel, het gebruik van het andere middel staken en de volgende dag starten met dit middel.

Toediening

  • De oogdruppelsuspensie schudden voor gebruik;
  • Druk de traanbuis 1–3 minuten dicht tijdens en direct na toediening; dit voorkomt dat de oogdruppel afvloeit naar de neus- en keelholte wat systemische reacties tot gevolg kan hebben;
  • Bij gebruik van meerdere soorten oogpreparaten deze toedienen met een interval van ten minste vijf minuten. De oogdruppels die de minste irritatie geven als eerste en viskeuze oogdruppels of oogzalven als laatste toedienen.

Bijwerkingen

Lokaal

Vaak (1-10%): oogklachten (irritatie, pijn, wazig zien), keratitis punctata. Dysgeusie.

Soms (0,1-1%): oogklachten (jeuk, corpus-alienumgevoel, droogte), afscheiding, keratitis, oculaire en conjunctivale hyperemie.

Zelden (0,01-0,1 %): corneale erosie, 'flare' in voorste oogkamer, fotofobie, verhoogde traanproductie, sclerale hyperemie, erytheem aan het ooglid, schilferige ooglidrand.

Verder is gemeld: ooglidoedeem, verminderd zicht.

Systemisch

Vaak (1-10%): verlaagde hartfrequentie.

Soms (0,1-1%): Hypotensie. Hoesten. Malaise. Verlaagd aantal witte bloedcellen. Verhoogd serumkalium, verhoogd serumlactaatdehydrogenase. Bloed in urine.

Zelden (0,01-0,1 %): insomnia. Orofaryngeale pijn, rinorroe.

Verder zijn gemeld: overgevoeligheid, anafylactische shock. Stevens-Johnsonsyndroom (SJS), toxische epidermale necrolyse (TEN). Hypertensie, pijn op de borst. Dyspneu. Depressie. Hallucinaties. Hoofdpijn, duizeligheid. Epistaxis. Droge mond, hoge buikpijn, misselijkheid, diarree. Erytheem, huiduitslag, alopecia. Myalgie. Vermoeidheid.

Meer informatie

Interacties

Gelijktijdige toediening met orale koolzuuranhydraseremmers wordt ontraden, omdat systemische effecten (zuur-baseverstoring) kunnen worden versterkt. Het gebruik van twee of meer lokale β-blokkers of twee of meer lokale koolzuuranhydraseremmers wordt eveneens ontraden.

Brinzolamide wordt hoofdzakelijk via CYP3A4 gemetaboliseerd. Gelijktijdig gebruik van sterke CYP3A4-remmers zoals ketoconazol, itraconazol, clotrimazol of ritonavir kan verhoging van de plasmaconcentraties geven, maar dit leidt waarschijnlijk niet tot accumulatie omdat brinzolamide hoofdzakelijk onveranderd via de nier wordt uitgescheiden.

Bij gelijktijdig gebruik van timolol met orale β-blokkers, calciumantagonisten, klasse I anti-aritmica, amiodaron, parasympathicomimetica, digoxine of inhalatieanesthetica kan een additief effect – zowel lokaal als systemisch – optreden met onder andere hypotensie en/of bradycardie.

CYP2D6-remmers (zoals kinidine, fluoxetine en paroxetine) kunnen de plasmaconcentratie van timolol verhogen.

β-blokkers kunnen het hypoglykemisch effect van bloedglucoseverlagende middelen versterken en de symptomen van hypoglykemie maskeren.

β-Blokkers voor oculair gebruik kunnen de werking van systemische β–agonisten zoals adrenaline blokkeren. Een enkele keer is mydriase gemeld na gelijktijdige toediening van adrenaline (epinefrine).

Een hypertensieve reactie na abrupt stoppen met clonidine kan worden versterkt bij gebruik van β-blokkers.

Zwangerschap

Teratogenese: Brinzolamide: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren is na systemische hoge doses reproductietoxiciteit gebleken. Timolol: Bij ca. 100 beschreven zwangerschappen waarbij timolol gebruikt werd (m.n. in case series), is geen toegenomen risico op aangeboren afwijkingen gezien. Er zijn geen aanwijzingen voor een groter risico op aangeboren afwijkingen bij gebruik van systemische β-blokkers.

Farmacologisch effect: Systemisch toegepaste β-blokkers kunnen in het laatste trimester of tijdens de partus bij foetus of pasgeborene farmacologische effecten geven zoals bradycardie, hypoglykemie en hypotensie. Bij gebruik van de oogdruppels is de systemische blootstelling (timolol, brinzolamide) gering, desondanks zijn de beschreven effecten (β-blokkers) niet uit te sluiten.

Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt. Controleer op farmacologische effecten bij de foetus of pasgeborene, zoals bradycardie, hypoglykemie en hypotensie. Door de traanbuis korte tijd (1–3 minuten) dichtgedrukt te houden na toediening van de oogdruppel kan de systemische absorptie beperkt worden.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Brinzolamide: Onbekend; ja, bij dieren (minimale hoeveelheden). Timolol: Ja, in geringe mate. De systemische blootstelling aan brinzolamide en timolol vanuit de oogdruppel bij de moeder is laag, waardoor nadelige effecten bij de zuigeling via de moedermelk onwaarschijnlijk zijn.

Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.

Contra-indicaties

  • reactieve luchtwegaandoeningen met inbegrip van (actuele of doorgemaakte) astma en andere ernstige obstructieve longaandoeningen (COPD);
  • manifest harfalen, cardiogene shock, tweede- of derdegraads AV-blok zonder pacemaker, sinusbradycardie, sick-sinus-syndroom, sinoatriaal blok;
  • ernstige nierfunctiestoornis (CrCl < 30 ml/min), zie de rubriek Waarschuwingen en voorzorgen.
  • hyperchloremische acidose;
  • ernstige allergische rinitis;
  • overgevoeligheid voor sulfonamiden of andere β–blokkers.

Waarschuwingen en voorzorgen

Bij het optreden van overgevoeligheidsreacties of andere ernstige reacties het gebruik onmiddellijk staken. Brinzolamide is een sulfonamide dat ondanks lokale toediening systemisch kan worden opgenomen. Ernstige overgevoeligheidsreacties, zoals SJS en TEN die gemeld zijn na gebruik van orale sulfonamiden, kunnen niet worden uitgesloten. Instrueer de patiënt bij het begin van de behandeling om direct contact op te nemen en de behandeling te staken bij symptomen van ernstige huidreacties, zoals wijdverspreide uitslag met rood worden van en blaarvorming op de huid en slijmvliezen. Bij een voorgeschiedenis van atopie of ernstige anafylactische reactie op allergenen kan tijdens gebruik van een β-blokker een versterkte reactie optreden bij herhaalde blootstelling aan die allergenen. Een opgetreden anafylaxie is vaak matig of slecht te beïnvloeden met de gebruikelijke hoeveelheid adrenaline.

Bij ernstige cardiovasculaire stoornissen (zoals coronaire hartziekte, Prinzmetal-angina-pectoris en hartfalen) en hypotensie is kritische evaluatie noodzakelijk. Wees voorzichtig bij een eerstegraads AV-blok vanwege een negatief effect op de AV–geleiding.

Niet gebruiken bij astma en ernstige COPD (zie ook de rubriek Contra-indicaties). Wees voorzichtig bij milde/matige COPD. Overlijden door bronchospasmen bij astma is waargenomen na toediening van sommige oftalmische β-blokkers.

β-Blokkers kunnen de symptomen van hypoglykemie en hyperthyroïdie maskeren. Wees voorzichtig bij labiele diabetes/spontane hypoglykemie. Patiënten die vermoedelijk thyrotoxicose ontwikkelen nauwlettend observeren.

Wees voorzichtig bij ernstige perifere circulatiestoornissen zoals ernstige vormen van het fenomeen van Raynaud.

Wees voorzichtig bij myasthenia gravis vanwege verergering van de spierzwakte zich uitend in ptosis en diplopie.

Koolzuuranhydraseremmers kunnen het vermogen verminderen om taken uit te voeren die mentale oplettendheid en/of fysische coördinatie vereisen (ouderen).

Na glaucoomingrepen is bij toepassing van kamerwaterremmende therapie (timolol, acetazolamide) loslating van de choroidea gemeld.

Andere glaucoomvormen: Brinzolamide/timolol is niet onderzocht bij nauwe-kamerhoekglaucoom; het gebruik wordt niet aanbevolen. Er is relatief weinig ervaring bij pseudo-exfoliatief glaucoom of pigmentglaucoom; voorzichtigheid en nauwlettende controle van de intraoculaire druk (IOD) wordt aanbevolen.

Wees voorzichtig bij droge ogen, omdat β-blokkers de traanvochtsecretie verminderen. Brinzolamide kan invloed hebben op de corneale hydratie en eveneens droge ogen veroorzaken; controleer daarom zorgvuldig de cornea bij contactlensdragers en bij patiënten met een cornea afwijking (zoals bij diabetes mellitus of corneadystrofie). Zie ook achter Hulpstoffen.

Nierfunctiestoornis: Wees voorzichtig bij aanwezige risicofactoren voor een nierinsufficiëntie; brinzolamide kan theoretisch verstoringen geven van het zuur-base-evenwicht. Brinzolamide/timolol is niet onderzocht bij een ernstige nierfunctiestoornis of bij hyperchloremische acidose. Aangezien brinzolamide en zijn belangrijkste metabolieten voornamelijk via de nieren worden uitgescheiden, is het gecontra-indiceerd bij een ernstige nierfunctiestoornis.

Overige onderzoeksgegevens: Er zijn geen gegevens bekend over het gebruik bij een leverfunctiestoornis. De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen (< 18 j.) zijn niet vastgesteld; gebruik wordt niet aanbevolen.

Hulpstoffen

  • Wees voorzichtig met benzalkoniumchloride bij droge ogen of een beschadigde cornea, vanwege het risico op keratitis punctata en/of toxische ulceratieve keratopathie bij langdurig gebruik; zie ook de alinea hierboven over droge ogen.
  • Zachte contactlenzen kunnen verkleuren door benzalkoniumchloride. Contactlenzen, zowel harde als zachte, voor het indruppelen uitnemen en na 15 minuten weer indoen. Verder kan benzalkoniumchloride irritatie veroorzaken, wat aanleiding kan geven tot het minder goed verdragen van contactlenzen.

Overdosering

Symptomen

Bij accidentele orale inname kunnen systemische effecten optreden: verstoring van de elektrolytenbalans, ontwikkeling van acidose en effecten op het CZS (brinzolamide). Bradycardie, hypotensie, hartfalen, bronchospasmen (timolol).

Neem voor meer informatie over een brinzolamide- en timololvergiftiging contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Brinzolamide is een sulfonamide en een koolzuuranhydrase(II)remmer. Timolol is een lipofiele niet-selectieve β-blokker zonder intrinsieke sympathicomimetische activiteit en met een geringe membraanstabiliserende werking. De kamerwaterproductie vermindert, via twee verschillende werkingsmechanismen, waardoor de intra-oculaire druk daalt (zonder pupilvernauwing). Werking: na 20–30 min, max. na 1–2 uur (timolol). Werkingsduur: 24 uur (timolol).

Kinetische gegevens

Overig in geval van systemische absorptie: cumulatie in rode bloedcellen door binding aan koolzuuranhydrase II (brinzolamide).
Metabolisering via verschillende CYP-enzymsystemen en hoofdzakelijk CYP3A4 tot minder actieve metaboliet (brinzolamide), via vnl. CYP2D6 tot inactieve metabolieten (timolol).
Eliminatie brinzolamide: 60% via renale excretie, 20% van de dosis wordt als metaboliet teruggevonden. Na staken van de behandeling treedt een snelle niet-lineaire daling op van de hoeveelheid werkzame stof uit de rode bloedcellen. Timolol: vnl. via de nieren, 20% van de dosis wordt in de vorm van metaboliet in de urine uitgescheiden.
T 1/2el 6 mnd. (brinzolamide), ca. 5 uur (timolol).

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

brinzolamide/timolol hoort bij de groep koolzuuranhydrase(II)-remmer met bètablokker.