Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

bupivacaïne/​glucose

anesthetica, lokaal via injectie N01BB01

Sluiten

kinidine

antiaritmica, klasse I C01BA01

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Bupivacaïne met glucose (hydrochloride) Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Injectievloeistof voor intrathecaal gebruik
Verpakkingsvorm
ampul 4 ml

Bevat bupivacaïnehydrochloride 5 mg/ml (hyperbaar).

Marcaine met glucose (hydrochloride) Aspen Netherlands bv

Toedieningsvorm
Injectievloeistof voor intrathecaal gebruik
Verpakkingsvorm
ampul 4 ml

Bevat bupivacaïnehydrochloride 5 mg/ml (hyperbaar).

Pankaine met glucose (hydrochloride) Panpharma

Toedieningsvorm
Injectievloeistof voor intrathecaal gebruik
Verpakkingsvorm
ampul 4 ml

Bevat bupivacaïnehydrochloride 5 mg/ml (hyperbaar).

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Kinidine (sulfaat) Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Dragee
Sterkte
200 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Er is voor bupivacaïne (met glucose) geen advies vastgesteld.

Advies

Omdat ritmecontrole geen meerwaarde op overleving heeft in vergelijking met frequentiecontrole, heeft herstel van het sinusritme door elektro- of medicamenteuze cardioversie alleen een plaats bij klachten ten gevolge van het atriumfibrilleren en ter verbetering van de kwaliteit van leven. Dit in aanvulling op trombo-embolie preventie, frequentiecontrole en de behandeling van cardiovasculaire risicofactoren.

Middelen die gebruikt kunnen worden voor medicamenteuze cardioversie zijn o.a. amiodaron, flecaïnide, ibutilide, propafenon en vernakalant. Als onderhoudsbehandeling voor ritmecontrole komen o.a. amiodaron, flecaïnide, propafenon en sotalol in aanmerking. Zie ook de NVVC-richtlijn Atriumfibrilleren.

De behandeling van ritmestoornissen is afhankelijk van de soort ritmestoornis, de prognose en het bestaan van objectieve klachten. Behandeling vindt voornamelijk plaats in de tweede- of derdelijnszorg. Deze is meestal medicamenteus met antiaritmica. Soms komen niet-medicamenteuze behandelopties in aanmerking, zoals elektrische cardioversie, katheterablatie, pacemaker of ICD. Zie voor meer informatie over de behandeling van een ventriculaire ritmestoornis de ESC-richtlijn: Ventricular arrhythmias and the prevention of sudden cardiac death en over de behandeling van een supraventriculaire stoornis de ESC-richtlijn: Supraventricular tachycardia.

Indicaties

  • Intrathecale anesthesie (subarachnoïdale, spinale) bij chirurgische en obstetrische ingrepen;
  • Anesthesie bij chirurgie van het lagere abdomen (incl. keizersnede), urologische ingrepen en ingrepen aan de onderste extremiteiten (incl. heupchirurgie), met een duur van 1½-3 uur.

De injectie is geïndiceerd voor volwassenen en kinderen van alle leeftijden.

Indicaties

  • Profylaxe van atriumfibrilleren of -flutteren;
  • Behandeling en profylaxe van paroxismale supraventriculaire tachycardie;
  • Levensbedreigende ventriculaire tachycardie;
  • Symptomatische niet-aanhoudende ventriculaire tachyaritmieën en symptomatische premature ventriculaire contracties, mits het nut opweegt tegen het risico van proaritmische effecten.

Gerelateerde informatie

  • atriumfibrilleren
  • ritmestoornissen

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Anesthesie bij urologische ingrepen

Volwassenen en kinderen ≥ 12 jaar

Intrathecaal: 1,5–3 ml (= 7,5–15 mg bupivacaïne) geeft na 5–8 minuten anesthesie, werkingsduur: 2–3 uur.

Anesthesie bij operatieve ingrepen aan het lagere abdomen (incl. sectio caesarea) en de lagere extremiteiten (incl. heupchirurgie)

Volwassenen en kinderen ≥ 12 jaar

Intrathecaal: 2–4 ml (= 10–20 mg bupivacaïne) geeft na 5–8 minuten anesthesie, werkingsduur: 1,5–3 uur. Een dosis boven 4 ml wordt afgeraden.

Anesthesie bij kinderen

Neonaten en kinderen < 40 kg en < 12 jaar

Intrathecaal: bij lichaamsgewicht < 5 kg: 0,4–0,5 mg/kg; 5–15 kg: 0,3–0,4 mg/kg; 15–40 kg: 0,25–0,3 mg/kg.

Vóór het inspuiten de oplossing op lichaamstemperatuur brengen.

3 ml intrathecaal op L3-L4 geeft bij de zittende patiënt uitbreiding tot Th7-Th10 en bij de liggende patiënt tot Th4-Th7.

Doseringen

De dosering aanpassen onder controle van het ECG. Bij dit geneesmiddel wordt (tevens) gedoseerd op geleide van de bloedspiegel; zie voor meer informatie hierover op Kinidine van tdm-monografie.org.

Start met een proefdosis onder medisch toezicht, om een eventuele overgevoeligheid vast te stellen.

Klap alles open Klap alles dicht

Profylaxe van atriumfibrilleren of -flutteren na cardioversie

Volwassenen

1–2 dragees 3–4×/dag.

Aritmieën

Volwassenen

begindosis 1 dragee, daarna 1 dragee elke 3 uur totdat het gewenste effect is bereikt (max. 15 dragees per dag); daarna geleidelijk verminderen tot 1–2 dragees 3–4×/dag.

Bijwerkingen

Zeer vaak (≥ 10%): bradycardie, hypotensie, misselijkheid.

Vaak (1-10%): postpunctiehoofdpijn, braken, urineretentie, incontinentie.

Soms (0,1-1%): paresthesie, parese, dysesthesie, spierzwakte, rugpijn.

Zelden: allergische reacties, anafylactische reactie/shock, onbedoelde totale spinale blokkade, paraplegie, paralyse, neuropathie, arachnoïditis, cardiac arrest, ademhalingsdepressie.

Verder is gemeld: meningitis, epiduraal abces, aanhoudende anesthesie.

Bijwerkingen op lokale anesthetica van het amidetype zijn zeldzaam, maar kunnen voorkomen als gevolg van overdosering of onbedoelde intravasculaire injectie en kunnen ernstig zijn. Gevoeligheid voor meerdere geneesmiddelen van het amidetype is gemeld binnen deze groep lokale anesthetica.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Gemeld zijn: verergering of ontstaan van ventriculaire aritmieën, verlenging van het QTc-interval, verlenging van het QRS-complex, torsade de pointes, AV-geleidingsstoornissen, hartstilstand, plotselinge hartdood, arteriële embolieën, verminderde hartcontractiliteit. Hypotensie. Cinchonisme (o.a. oorsuizen, visus- en gehoorstoornissen, hoofdpijn, duizeligheid, gevoel van zwakte, fotofobie, verwardheid, delirium en psychosen). Misselijkheid, braken, diarree. Overgevoeligheidsreacties (o.a, urticaria, exantheem, koorts, astma-achtige symptomen, hepatitis, trombocytopenie, pancytopenie, agranulocytose, fotosensibilisatie en SLE).

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

Wees voorzichtig bij combinatie met structureel verwante geneesmiddelen, zoals bepaalde anti–aritmica (lidocaïne) vanwege potentiering van het toxische effect en bij combinatie met klasse III anti–aritmica (bv. amiodaron) vanwege het effect op het hart; ECG monitoring dan overwegen.

Interacties

Kinidine is een substraat van CYP3A4. Het remt CYP2D6 en Pgp.

Combinatie met CYP3A4-remmers zoals claritromycine, verapamil, amiodaron en cimetidine kan de plasmaspiegel van kinidine verhogen.

CYP3A4-inductoren zoals carbamazepine, fenobarbital, fenytoïne en rifampicine kunnen de plasmaspiegel van kinidine verlagen.

Kinidine is een remmer van CYP2D6; het kan de plasmaconcentratie verhogen van o.a. tricyclische antidepressiva (zoals amitriptyline, imipramine),fluoxetine, paroxetine, van enkele antipsychotica (zoals haloperidol, risperidon), β-blokkers (metoprolol, propranolol), codeïne, antiaritmica (flecaïnide, propafenon).

Kinidine kan de serumspiegel van digoxine aanzienlijk verhogen (soms tot 100% of meer) door een verlaagde renale klaring en een verminderd verdelingsvolume van digoxine.

Vanwege het risico op torsade de pointes voorzichtig zijn met gebruik van andere middelen die het QT-interval verlengen, zoals andere klasse I-antiaritmica, amiodaron, fenothiazinen en tricyclische antidepressiva.

De werking van vitamine K-antagonisten kan worden versterkt door kinidine.

De werking van tubocurarine kan worden versterkt.

Zwangerschap

Bupivacaïne passeert de placenta.

Teratogenese: Bij de mens geen aanwijzingen voor schadelijkheid. Bij dieren is reproductietoxiciteit geconstateerd.

Farmacologisch effect: Bij overdosering kan foetale depressie niet worden uitgesloten. De kans op foetale bijwerkingen (bradycardie, acidose en centrale demping) is het grootst bij paracervicale blokkade.

Advies: Kan bij geregistreerde indicaties waarschijnlijk veilig worden gebruikt. Paracervicale blokkade tijdens zwangerschap vermijden in verband met foetale bijwerkingen.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Kinidine passeert de placenta.

Teratogenese:: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Op grond van oudere literatuur wordt kinidine door Lareb beschouwd als een relatief veilig middel.

Advies: Volgens Lareb is gebruik waarschijnlijk veilig. Volgens de fabrikant is gebruik echter gecontra-indiceerd.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Lactatie

Overgang in moedermelk: Ja, in geringe mate.

Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja, in geringe hoeveelheden.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel óf het geven van borstvoeding ontraden.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Contra-indicaties

  • Overgevoeligheid voor lokale anesthetica van het amidetype, zoals lidocaïne en prilocaïne.
  • Algemene contra-indicaties voor intrathecale anesthesie:
    • ziekten aan het centrale zenuwstelsel, zoals meningitis, tumoren, poliomyelitis, hersenbloeding;
    • spinale stenoses en ziekten (bv. spondylitis, tuberculose tumoren) of recent trauma aan de wervelkolom;
    • pernicieuze anemie met symptomen die op aantasting van het ruggenmerg wijzen; pyogene infecties van de huid in de onmiddellijke buurt van de injectieplaats;
    • sepsis;
    • cardiogene of hypovolemische shock;
    • stoornissen in de bloedstolling of behandeling met anticoagulantia.

Contra-indicaties

  • doorgemaakte of bestaande trombocytopenie;
  • tweedegraads of totaal AV-blok zonder pacemaker;
  • digoxine-intoxicatie;
  • ernstig hartfalen;
  • myasthenia gravis;
  • matig tot sterk verlengd QT-interval.

Zie voor meer contra-indicaties de rubriek Zwangerschap.

Waarschuwingen en voorzorgen

Vóór toediening dienen materialen voor bewaking en resuscitatie onder handbereik te zijn.

Pas bij ouderen en in het laatste stadium van de zwangerschap een lagere dosering toe, vanwege meer kans op totale spinale blokkade.

Wees voorzichtig bij een (partieel) AV-blok, ernstige lever- en nierfunctiestoornis, een slechte algehele conditie, hypovolemie, neurologische aandoeningen zoals multiple sclerose, hemiplegie, paraplegie en neuromusculaire aandoeningen.

Epidurale anesthesie kan leiden tot hypotensie en bradycardie; behandel hypotensie onmiddellijk met een sympathicomimeticum, herhaal dit zo nodig.

Na herhaalde injecties of langdurige infusie zijn leverfunctiestoornissen gemeld, met een reversibele toename van ALAT, AF en bilirubine; staak bij tekenen van matige tot ernstige leverfunctiestoornis de behandeling.

Waarschuwingen en voorzorgen

Wees terughoudend bij partieel AV-blok, hypotensie en cardiogene shock.

Een verergering van ventriculaire ritmestoornissen kan optreden. Bij aanhoudende ventriculaire tachycardie in de voorgeschiedenis, cardiomyopathie, hartfalen of een recent myocardinfarct de behandeling klinisch instellen op geleide van effect en plasmaspiegels.

Vóór en tijdens de behandeling de QT-tijd controleren. Het risico op torsade de pointes is groter bij hypokaliëmie, bradycardie, hypomagnesiëmie of hoge serumspiegels van kinidine; bij optreden van torsade de pointes de behandeling staken. Wees extra voorzichtig bij bestaand verlengd QT-syndroom, een voorgeschiedenis van torsades de pointes ongeacht de oorzaak, en patiënten die eerder tijdens behandeling met kinidine (of een ander geneesmiddel dat de ventriculaire repolarisatie verlengt) een duidelijke verlenging van het QTc-interval hadden.

Vóór de therapie dient hartfalen behandeld te worden en een bestaande hypokaliëmie onder controle te zijn.

Om bij de behandeling van atriumflutteren het risico van afname van AV-blokkade met hoge ventrikelfrequentie te voorkomen, kan vooraf gedigitaliseerd worden.

Bij cardioversie van chronisch atriumfibrilleren vanwege het risico op arteriële embolieën vanaf 1-2 weken voor de behandeling een oraal anticoagulans geven.

Overdosering

Zie voor symptomen en behandeling de monografie op vergiftigingen.info.

Overdosering

Symptomen

Ataxie lethargie, respiratoire insufficiëntie, apneu, ernstige hypotensie, anurie, afwezigheid van P-golven, verlenging van de QRS-, PR- en QT-tijden, ritmestoornissen, hallucinaties, convulsies.

Neem voor meer informatie over een vergiftiging met kinidine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Lokaal anestheticum van het amidetype. De injectievloeistof met glucose is hyperbaar (vergeleken met liquor). Injectievloeistoffen zonder glucose geven een minder voorspelbare blokkade, die echter langer aanhoudt dan de hyperbare injectievloeistof.

Kinetische gegevens

Eiwitbinding 96% aan α-1-zuur glycoproteïne.
V d ca. 1,04 l/kg.
Metabolisering in de lever door CYP3A4 tot de minder actieve metabolieten 4-hydroxybupivacaïne en pipecolylxylidine (PPX).
Eliminatie met de urine als metabolieten; 1% onveranderd.
T 1/2el bij volwassenen en kinderen > 12 maanden 2,7 uur; bij pasgeborenen langer.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Klasse Ia-antiaritmicum. Kinidine vermindert de automatie en de prikkelbaarheid van het myocard, vertraagt de geleiding en verlengt de refractaire periode. Door een indirect parasympathicolytisch effect wordt de verminderde AV-geleiding geneutraliseerd en kan zelfs een toename in deze geleiding optreden. Het heeft tevens een gering negatief-inotroop effect. Verder treedt perifere vasodilatatie op, gedeeltelijk door α-adrenerge blokkade.

Kinetische gegevens

Resorptie volledig, maar kinidine ondergaat een first-passmetabolisme.
T max 1–2 uur.
V d 2 l/kg.
Eiwitbinding 90%.
Metabolisering in de lever door CYP3A4 tot enkele weinig actieve metabolieten.
Eliminatie vnl. met de urine, 10–20% onveranderd. Hemodialyse verwijdert kleine hoeveelheden kinidine, peritoneaal dialyse niet.
T 1/2el 6–8 uur, bij verminderde leverfunctie langer.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

bupivacaïne/glucose hoort bij de groep anesthetica, lokaal via injectie.

  • articaïne/adrenaline (N01BB58) Vergelijk
  • bupivacaïne (N01BB01) Vergelijk
  • bupivacaïne/adrenaline (N01BB51) Vergelijk
  • chloorprocaïne (N01BA04) Vergelijk
  • levobupivacaïne (N01BB10) Vergelijk
  • lidocaïne (parenteraal) (N01BB02) Vergelijk
  • lidocaïne/adrenaline (N01BB52) Vergelijk
  • mepivacaïne (N01BB03) Vergelijk
  • prilocaïne (N01BB04) Vergelijk
  • prilocaïne/felypressine (N01BB54) Vergelijk
  • ropivacaïne (N01BB09) Vergelijk

Groepsinformatie

kinidine hoort bij de groep antiaritmica, klasse I.

  • disopyramide (C01BA03) Vergelijk
  • flecaïnide (C01BC04) Vergelijk
  • lidocaïne (parenteraal) (N01BB02) Vergelijk
  • procaïnamide (C01BA02) Vergelijk
  • propafenon (C01BC03) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • anesthetica, lokaal via injectie

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • antiaritmica, klasse I

Indicaties

  • atriumfibrilleren
  • ritmestoornissen

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
  • Kinderformularium (NKFK)
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
  • Toegankelijkheid
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".