Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

lanthaancarbonaat

fosfaatbinders V03AE03

Sluiten

calciumacetaat

fosfaatbinders V03AE07

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Fosrenol (tetrahydraat) Takeda Nederland bv

Toedieningsvorm
Kauwtablet
Sterkte
500 mg, 750 mg, 1000 mg

Komt overeen met resp. lanthaan 500 mg, 750 mg, 1000 mg.

Toedieningsvorm
Poeder
Sterkte
750 mg
Verpakkingsvorm
sachet

Komt overeen met lanthaan 750 mg.

Toedieningsvorm
Poeder
Sterkte
1000 mg
Verpakkingsvorm
sachet

Komt overeen met lanthaan 1000 mg.

Lanthaan (als carbonaat-octahydraat) Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Kauwtablet
Sterkte
500 mg, 750 mg, 1000 mg

Komt overeen met resp. lanthaan 500 mg, 750 mg, 1000 mg.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Calciumacetaat-Nefro Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Tablet, omhuld
Sterkte
700 mg

Bevat calcium 177,4 mg.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Behandel, indien mogelijk, de oorzaak van chronische nierschade. Start daarnaast behandeling om het grotere risico van (vnl. cardiovasculaire) morbiditeit te verminderen en progressie van nierschade te voorkomen of beperken. Behandel de complicaties van nierschade en start eventueel niervervangende therapie (dialyse).

Voor de behandeling van hyperfosfatemie bij (pre-)dialysepatiënten zijn aluminiumhydroxide, calciumhoudende fosfaatbinders, lanthaancarbonaat en sevelameer beschikbaar. Een calciumhoudende fosfaatbinder heeft de voorkeur bij een laag serumcalcium, en een niet-calciumhoudende fosfaatbinder bij hoognormaal serumcalcium, frequente episoden van hypercalciëmie, persisterend laag serum-PTH, of bij reeds aanwezige cardiovasculaire calcificaties en/of adynamische botziekte. Vanwege de toxiciteit bij chronisch gebruik is aluminiumhydroxide laatste keus. Voor lanthaancarbonaat bij de toepassing bij volwassenen met een chronische nieraandoening zonder dialyse is geen advies vastgesteld over de plaats in de medicamenteuze behandeling.

Advies

Behandel, indien mogelijk, de oorzaak van chronische nierschade. Start daarnaast behandeling om het verhoogde risico op cardiovasculaire morbiditeit en morbiditeit te verminderen en het voorkomen en beperken van progressie van nierschade. Behandel de complicaties van nierschade zoals hyperfosfatemie. Calciumacetaat komt in aanmerking voor behandeling van hyperfosfatemie bij patiënten die dialyse ondergaan. Zie voor aanbevelingen in de behandeling van hyperfosfatemie bij een chronische nieraandoening bv. de Nederlandse Federatie voor Nefrologie-Richtlijn Mineraal- en botstoornis bij chronische nierschade, 2020 via nefro.nl.

Indicaties

  • Hyperfosfatemie bij volwassenen met chronisch nierfalen ondersteund door hemodialyse of continue ambulante peritoneale dialyse (CAPD);
  • Volwassenen met een chronische nieraandoening zonder dialyse, met een serumfosfaatspiegel ≥ 1,78 mmol/liter, en bij wie een fosfaatarm dieet niet volstaat.

Gerelateerde informatie

  • chronische nierschade

Indicaties

  • Hyperfosfatemie als gevolg van chronische nierinsufficiëntie bij volwassenen die hemodialyse ondergaan.

Gerelateerde informatie

  • chronische nierschade

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Hyperfosfatemie

Volwassenen incl. ouderen (> 65 jaar)

De dosering wordt individueel bepaald op basis van het serumfosfaatgehalte. Dit dient tijdens de instelling van de behandeling elke 2–3 weken te worden herhaald tot de fosfaatspiegel stabiel is; daarna regelmatig controleren.

De benodigde dosering kan variëren van 750 mg tot maximaal 3750 mg per dag. Acceptabele fosfaatspiegels worden doorgaans bereikt bij een onderhoudsdosering van 1500–3000 mg per dag, verdeeld over de maaltijden.

Verminderde leverfunctie: op basis van het werkingsmechanisme en omdat lanthaancarbonaat niet in de lever gemetaboliseerd wordt is de verwachting dat een dosisaanpassing niet nodig is.

Toediening

  • Innemen tijdens, of onmiddellijk na de maaltijd;
  • De kauwtabletten goed kauwen alvorens ze door te slikken; mogen worden fijngestampt;
  • Het poeder mengen met een beetje zacht voedsel (bv. appelmoes) en dan binnen 15 minuten innemen. Niet toedienen in vloeistof.

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Hyperfosfatemie

Volwassenen

De dosis aanpassen aan de inname van fosfaat en de eliminatie ervan door de dialyse. Begindosering: 2 tabletten 3× per dag bij elke maaltijd. Indien nodig, daarna geleidelijk verhogen tot het beoogde serumfosfaatgehalte is bereikt, meestal 2 tabletten 4×/dag of 3 tabletten 3×/dag. De maximale dosis van 9 tabletten van 700 mg per dag niet overschrijden.

Toediening: de tabletten alleen bij de maaltijden innemen om een maximaal fosfaatbindend effect te bereiken.

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn. Buikpijn, diarree, misselijkheid, braken. (Maag-darmstoornissen komen vaker voor bij het poeder dan bij de tablet).

Vaak (1-10%): dyspepsie, obstipatie, flatulentie. Hypocalciëmie.

Soms (0,1-1%): droge mond, smaakstoornissen, stomatitis, laryngitis, oesofagitis, gastro-enteritis, oprisping, indigestie, subileus, ileus, darmobstructie, prikkelbaredarmsyndroom, andere maag-darmaandoening, tandaandoening. Anorexie, meer eetlust. Duizeligheid, vertigo. Vermoeidheid, zwakte, malaise, borstkaspijn, perifeer oedeem, dorst. Artralgie, myalgie, osteoporose. Allergische huidreacties zoals jeuk, (erythemateuze) huiduitslag, urticaria. Alopecia. Transpiratie. Hyperglykemie. Gewichtsverlies. Eosinofilie. Hyperparathyroïdie. Hypercalciëmie. Hyper- of hypofosfatemie. Verhoogde aluminiumspiegel. Stijging van levertransaminasewaarden, γ–GT en alkalisch fosfatase.

Zeer zelden (< 0,01%): QT-veranderingen van voorbijgaande aard. Darmperforatie.

Verder is gemeld: ophoping van lanthaan in het darmslijmvlies (vooral na langdurig gebruik), zie verder de rubriek Waarschuwingen en voorzorgen.

Opmerking: de bijwerkingen op het maag-darmstelsel nemen over het algemeen af bij inname met voedsel en bij voortgezet gebruik.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Vaak (1-10%): oprispingen, opgeblazen gevoel, misselijkheid, braken, diarree, obstipatie. Milde hypercalciëmie (Ca < 3 mmol/l, met in de eerste plaats spierzwakte en gastro-intestinale klachten, in ca. 1% van de patiënten).

Soms (0,1-1%): langer durende en sterke hypercalciëmie (Ca > 3 mmol/l, hierbij kunnen voorkomen: bewustzijnsstoornissen (bv. lethargie, desoriëntatie, stupor en in extreme gevallen zelfs coma) en een verminderde nierfunctie, in ca. 0,1% van de patiënten). Bij ernstige hypercalciëmie kunnen zich ook voordoen: polydipsie, polyurie, nefrocalcinose, niercalcificatie en hartritmestoornissen. Langdurige behandeling met hoge doses wordt in verband gebracht met extra-ossale ossificatie, waaronder valvulaire en vasculaire calcificatie, calcificatie van weke delen en calcifylaxie. Om dit te voorkomen de dosis zo laag mogelijk houden en nauwkeurig aanpassen aan de calcium- en fosfaatspiegels in het serum.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

Lanthaancarbonaat verhoogt de zuurgraad in het maag-darmkanaal en kan daarmee de absorptie van sommige geneesmiddelen beïnvloeden, zoals van ketoconazol; tussen de innamen twee uur aanhouden.

De biologische beschikbaarheid van ciprofloxacine neemt af (met ca. 50%), dit antibioticum 2 uur vóór óf 4 uur na lanthaan innemen.

Fosfaatbinders verminderen de absorptie van levothyroxine; een tussentijd van 2 uur tussen de innamen aanhouden en de TSH-spiegel controleren.

Theoretisch is binding van het lanthaanion aan tetracyclinen mogelijk; tussen de innamen van deze geneesmiddelen en lanthaan ook ten minste twee uur aanhouden.

Interacties

De absorptie neemt af van gelijktijdig oraal toegediende tetracyclinen, bisfosfonaten, fluoriden, sommige fluorchinolonen (ciprofloxacine, ofloxacine, norfloxacine), cefuroximaxetil, ketoconazol, anticholinergica, ijzerpreparaten en zink. Bij combinatie met ursodeoxycholzuur en chenodeoxycholzuur kan de absorptie verminderen door het neerslaan als calciumzeep. Ter preventie van deze interacties, een interval van ten minste 3 uur tussen de inname van deze orale middelen en calciumacetaat aanhouden.

Gelijktijdig gebruik van vitamine D (en analoga) bevordert de calciumabsorptie en daarmee de kans op ontstaan van hypercalciëmie; controleer de serumcalciumspiegel regelmatig (wekelijks). Ook combinatie met oestrogenen (estradiol), vitamine A-preparaten of andere calciumzouten (bv. calciumbevattende antacida) kan de calciumabsorptie doen toenemen; met meer kans op hypercalciëmie. Gelijktijdig gebruik met thiazide-diuretica (welke de calciumuitscheiding remmen) geeft een toegenomen kans op hypercalciëmie; controleer de calciumspiegel regelmatig (wekelijks).

Verhoogde inname van calciumzouten kan resulteren in het neerslaan van vetzuren en galzuur als calciumzeep, wat kan leiden tot obstipatie.

Een stijging van de calciumspiegel kan de werking van digoxine doen toenemen (door een toename van de gevoeligheid ervoor): bij gedigitaliseerde patiënten is controle van het ECG en de serumcalciumspiegel noodzakelijk.

Calcium kan het farmacologisch effect van verapamil, en mogelijk ook van andere calciumantagonisten, verminderen.

Gelijktijdige inname van aluminiumbevattende geneesmiddelen (bv. antacida) kan leiden tot een toegenomen absorptie van aluminium tot soms toxische waarden.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens. Lanthaancarbonaat wordt na binding aan fosfaat bijna niet geabsorbeerd. Bij dieren aanwijzingen voor schadelijkheid bij hoge dosering (vertraging van de seksuele rijping en van de opening van de ogen, lager gewicht).

Advies: Gebruik ontraden vanwege onvoldoende gegevens.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Fosfaatbinders worden na binding aan fosfaat bijna niet vanuit het maag-darmkanaal opgenomen. Calcium passeert de placenta.

Teratogenese: Overmatige hoeveelheden calcium tijdens de zwangerschap geven een risico op neonatale hypoparathyroïdie en hypocalciëmie.

Advies: Kan op indicatie worden gebruikt, onder regelmatige controle van het serumcalciumgehalte. Vermijd inname van overmatige hoeveelheden calcium.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Farmacologisch effect: Gezien de zeer geringe absorptie van lanthaancarbonaat bij de moeder is overgang in de moedermelk onwaarschijnlijk; nadelige effecten voor de zuigeling zijn niet te verwachten.

Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja.

Farmacologisch effect: Bij therapeutische doseringen geen.

Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt, onder regelmatige controle van het serumcalciumgehalte.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Contra-indicaties

  • Hypofosfatemie;
  • Darmobstructie.

Contra-indicaties

  • hypercalciëmie.

Waarschuwingen en voorzorgen

Controleer tijdens de behandeling de calcium- en fosfaatspiegel regelmatig (bv. om de 2-3 weken).

Houd bij een verminderde galstroom rekening met een eventuele accumulatie van lanthaan door een vertraagde klaring; test regelmatig de leverfunctie.

Ophoping van lanthaan in het darmslijmvlies is endoscopisch aangetoond als witte laesies met verschillende grootten en vormen. Ook werden er in gastroduodenaal slijmvlies pathologische kenmerken met lanthaanneerslag geïdentificeerd, zoals ontsteking, glanduleuze atrofie, foveolaire hyperplasie, intestinale metaplasie en neoplasie.

Wees alert op symptomen van obstipatie en abdominale pijn/distensie; gevallen van gastro-intestinale perforatie of obstructie en (sub)ileus zijn gemeld, waarvoor soms ziekenhuisopname of ook een operatieve ingreep noodzakelijk is geweest. Instrueer de patiënt de tabletten volledig fijn te kauwen, ernstige gastro-intestinale complicaties zijn gemeld wanneer tabletten niet of onvolledig werden fijngekauwd. Alleen op strikte indicatie gebruiken bij patiënten met aanleg voor darmobstructie (bv. divertikelaandoening, peritonitis, voorgeschiedenis van een gastro-intestinale ingreep, maligniteit of ulcera en hypomotiliteitstoornissen zoals obstipatie en diabetische gastroparese) of comedicatie die deze effecten versterkt vanwege kans op obstipatie door lanthaancarbonaat. Stop de behandeling als ernstige obstipatie of abdominale pijn/distensie ontstaat tijdens de behandeling. Gebruik bij aanhoudende darmobstructie is gecontra-indiceerd.

Röntgenfoto's van de buik kunnen een radio-opaak aanzien hebben dat typerend is voor een contrastmiddel.

Er zijn geen onderzoeksgegevens over het gebruik bij een acute maagzweer, colitis ulcerosa, de ziekte van Crohn en bij darmobstructie. In klinisch onderzoek zijn gegevens over gebruik langer dan twee jaar beperkt. Bij gebruik tot max. zes jaar lijkt de baten-risicoverhouding hetzelfde te blijven. De werkzaamheid en veiligheid zijn niet vastgesteld bij kinderen (< 18 jaar).

Hulpstoffen: glucose, in de Fosrenol kauwtabletten, kan bij gebruik ≥ 2 weken de tanden beschadigen.

Waarschuwingen en voorzorgen

Geef voorafgaand aan gebruik van fosfaatbinders dieetadviezen betreffende de fosfaat- en calciuminname, mede afhankelijk van de soort dialysebehandeling die de patiënt ondergaat. De dosis aanpassen aan de fosfaatinname en eliminatie ervan tijdens dialyse.

Instrueer de patiënt over de symptomen van hypercalciëmie (zie rubriek Bijwerkingen).

Tijdens de behandeling de serumconcentraties van calcium en fosfaat regelmatig controleren evenals (maandelijks aanbevolen) het calciumfosfaatproduct. Bij een calciumfosfaatproduct > 5,25 mmol²/l² ontstaat er meer bindweefselverkalking. Langdurig aanhoudende waarden boven deze waarde vereisen een verandering van de therapie.

Bij kinderen calciumacetaat niet gebruiken; het is onvoldoende onderzocht bij deze populatie.

Overdosering

Symptomen

milde tot matig-ernstige hoofdpijn en misselijkheid zijn opgetreden bij doseringen tot ca. 4700 mg/dag.

Voor meer informatie over een vergiftiging met lanthaancarbonaat neem contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Overdosering

Symptomen

hypercalciëmie (voor symptomen zie rubriek Bijwerkingen), extra-ossale calcificaties.

Therapie

bij dialysepatiënten kan het calciumgehalte van de dialysevloeistof tijdelijk gereduceerd worden.

Voor meer informatie over symptomen en de behandeling van een vergiftiging met calciumacetaat zie de monografie farmaceutische calciumzouten op de website vergiftigingen.info (zoek bv. op calciumacetaat).

Eigenschappen

Fosfaatbinder. In de maag komen de lanthaanionen (La3+) vrij , die een hoge affiniteit hebben voor fosfaationen uit het ingenomen voedsel. De vorming van onoplosbaar lanthaanfosfaat in het lumen van de maag en van het bovenste gedeelte van de dunne darm vermindert de absorptie van fosfaat vanuit het maag-darmkanaal. Lanthaancarbonaat is vrij van aluminium en calcium.

Kinetische gegevens

Resorptie minimaal.
F < 0,002%.
Eiwitbinding > 99,7%.
Overig Bij absorptie vindt distributie plaats naar vooral de weefsels van het maag-darmkanaal, mesenterische lymfeklieren, de lever en het bot.
Metabolisering niet.
Eliminatie met de feces; eventueel geresorbeerd lanthaan via de gal en de gastro-intestinale wand.
T 1/2el 36 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Fosfaatbinder. Calciumacetaat vormt in de maag en darmen een onoplosbaar zout met fosfaat, waardoor de absorptie van fosfaat uit het voedsel afneemt en de serumconcentratie van anorganisch fosfaat daalt.

Kinetische gegevens

Resorptie de absorptie van vrij calcium in het darmkanaal staat onder invloed van parathyroïdhormoon en vitamine D. Afhankelijk van de vitamine D-status en de toegediende dosis bedraagt de absorptie 10-35%. De mate is dus variabel; deze neemt af bij een toenemende dosis op een hogere leeftijd en neemt toe in geval van hypocalciëmie.
Eliminatie de slecht oplosbare calciumfosfaatzouten: met de feces. Calciumionen worden uitgescheiden via de urine, darmen en zweetklieren.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

lanthaancarbonaat hoort bij de groep fosfaatbinders.

  • calciumacetaat (V03AE07) Vergelijk
  • calciumacetaat/magnesiumcarbonaat (V03AE04) Vergelijk
  • ijzer(III)oxidehydroxidesaccharosezetmeelcomplex (V03AE05) Vergelijk
  • sevelameer (V03AE02) Vergelijk

Groepsinformatie

calciumacetaat hoort bij de groep fosfaatbinders.

  • calciumacetaat/magnesiumcarbonaat (V03AE04) Vergelijk
  • ijzer(III)oxidehydroxidesaccharosezetmeelcomplex (V03AE05) Vergelijk
  • lanthaancarbonaat (V03AE03) Vergelijk
  • sevelameer (V03AE02) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • fosfaatbinders

Indicaties

  • chronische nierschade

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • fosfaatbinders

Indicaties

  • chronische nierschade

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
  • Kinderformularium (NKFK)
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
  • Toegankelijkheid
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".