Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Rayvow (als succinaat) Aanvullende monitoring Eli Lilly Nederland

Toedieningsvorm
Tablet, omhuld
Sterkte
50 mg, 100 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Bij de behandeling van migraineaanvallen gaat op grond van de bijwerkingen, de voorkeur uit naar paracetamol in voldoende hoge dosering. Tweedekeusmiddelen met een vergelijkbare werkzaamheid maar meer bijwerkingen zijn NSAID's (ibuprofen, naproxen) en derdekeus, orale triptanen (sumatriptan, rizatriptan, zolmitriptan). Lasmiditan is een alternatief voor triptanen bv. na falen van 2–3 triptanen. Het heeft een vergelijkbaar effect maar meer centrale bijwerkingen dan triptanen en minder risico van vasoconstrictie. Bij misselijkheid en braken kan zo nodig tegelijk met de pijnstiller een anti-emeticum (domperidon, metoclopramide) worden ingenomen. Bij twee of meer aanvallen per maand is profylaxe te overwegen.

Indicaties

  • Acute behandeling van de hoofdpijnfase van een migraine-aanval, met en zonder aura bij volwassenen.

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Migraine-aanval met en zonder aura

Volwassenen (incl. ouderen)

Bij de eerste tekenen van hoofdpijn: 100 mg; zo nodig bij terugkeer van de symptomen, na een periode van ten minste 2 uur éénmaal herhalen; max. 200 mg in 24 uur. Zo nodig voor een grotere werkzaamheid de eerste dosering verhogen tot 200 mg (éénmaal per 24 uur). Voor een betere verdraagzaamheid de doses verlagen tot 50 mg per keer. Indien na een eerste dosering geen verbetering van de klachten optreedt is herhaalde toediening bij dezelfde aanval niet zinvol.

Verminderde nierfunctie: een aanpassing van de dosis is niet nodig.

Verminderde leverfunctie: een aanpassing van de dosis is niet nodig bij een lichte (Child-Pughscore 5–6) of matige (Child-Pughscore 7–9) leverfunctiestoornis. Vermijd gebruik bij een ernstige (Child-Pughscore 10–15) leverfunctiestoornis.

Toediening: de tabletten met of zonder voedsel innemen.

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): duizeligheid (20%).

Vaak (1-10%): slaapafwijkingen, slaperigheid, ongecoördineerdheid, paresthesie, hypo-esthesie, visusstoornis, vertigo, hartkloppingen, misselijkheid, braken, spierzwakte, abnormaal gevoel, vermoeidheid, malaise.

Soms (0,1-1%): overgevoeligheid, verwardheid, hallucinaties, euforische stemming, angst, rusteloosheid, lethargie, aandachtstoornis, cognitieve stoornis, mentale stoornis, tremor, dyspneu, spierkramp, ongemak in de ledematen, pijn op de borst, warm of koud gevoel.

Zelden (0,01-0,1%): serotoninesyndroom.

Verder zijn gemeld: verlaging van de hartslag van 5–10 slagen/min. Voorbijgaande verhoging van de bloeddruk 1 uur na toediening. Er zijn beperkte klinische gegevens over het gebruik bij patiënten met ischemische hartziekte.

Interacties

Lasmiditan versterkt de verlaging van de hartslag door propranolol. Hou ook bij andere middelen die de hartslag verlaging rekening met versterking van dit effect.

Bij gelijktijdig gebruik van andere serotonerge middelen, zoals triptanen, SSRI's, SNRI's, TCA's, is er een cumulatief risico op optreden van het serotoninesyndroom. De ervaring met kort na elkaar gebruiken van lasmiditan en triptanen is beperkt; wees wees dan alert op een eventueel cumulatievef risico op het optreden van het serotoninesyndroom.

Wees voorzichtigheid met combinatie met alcohol of andere middelen die het centraal zenuwstelsel onderdrukken, omdat lasmiditan sedatie en andere cognitieve en/of neuropsychiatrische bijwerkingen kan veroorzaken.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren is reproductietoxiciteit gebleken.

Advies: Gebruik ontraden.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja, bij dieren. Bij de mens: geen gegevens.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden. Minimaliseer blootstelling van het kind aan lasmiditan door borstvoeding binnen 24 uur na toediening te vermijden, en alle gedurende deze periode gekolfde melk weg te gooien.

Contra-indicaties

Van dit middel zijn geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.

Waarschuwingen en voorzorgen

Bij serotoninesyndroom, of een vermoeden van het optreden hiervan, het gebruik van lasmiditan staken. Er is een cumulatief risico op het serotoninesyndroom bij gebruik van andere serotonerge middelen; zie voor details de rubriek Interacties. Symptomen van het serotoninesyndroom kunnen ernstig zijn en treden meestal op binnen enkele minuten tot uren na toediening van een nieuw serotonerg geneesmiddel of een hogere dosis. Het gaat om veranderingen in de mentale toestand, autonome instabiliteit, neuromusculaire en/of gastro-intestinale verschijnselen.

Verkeerd gebruik of misbruik van lasmiditan monitoren en signaleren. Beoordeel patiënten op het risico van drugsmisbruik, vanwege een risico op misbruik van lasmiditan.

Houd rekening met medicatieovergebruikshoofdpijn (MOH) bij patiënten die vaak of dagelijks hoofdpijn hebben ondanks (of door) regelmatig gebruik van hoofdpijnmiddelen.

De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen < 18 jaar is nog niet vastgesteld.

Dit middel kan significant invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen, vanwege bijwerkingen op het centrale zenuwstelsel. Patiënten mogen na inname tot ten minste 8 uur geen voertuig besturen of andere activiteiten uitvoeren die extra aandacht vereisen, ook wanneer zij zich hiervoor goed genoeg voelen. Schrijf patiënten die dit advies niet kunnen opvolgen geen lasmiditan voor.

Overdosering

Neem voor informatie over een vergiftiging met lasmiditan contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Centrale 5HT1F-receptoragonist. Het precieze werkingsmechanisme is niet bekend, maar het effect bij migraine berust vermoedelijk op 5HT1F-agonisme, een vermindering van de afgifte van neuropeptiden en een remming van de pijnbanen, waaronder de nervus trigeminus.

Kinetische gegevens

F 50–58 %.
T max 1,8 uur; inname samen met een vetrijke maaltijd vertraagt de Tmax met 1 uur.
V d 4,3 l/kg.
Metabolisering intra- en extrahepatisch tot inactieve metabolieten, via niet-CYP-enzymen, met ketonreductie tot S-M8 als de belangrijkste route.
Eliminatie met de urine als metaboliet (grotendeels S-M8), 3% onveranderd.
T 1/2el gemiddeld 5,7 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Zie ook

Geneesmiddelgroep

Externe links