Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

estradiol (oraal)

oestrogenen G03CA03

Sluiten

estriol (vaginaal)

oestrogenen G03CA04

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Estradiol (als hemihydraat) Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Tablet, omhuld
Sterkte
2 mg

Estrofem (als hemihydraat) Novo Nordisk bv

Toedieningsvorm
Tablet, omhuld
Sterkte
2 mg

Progynova (valeraat) Bayer bv

Toedieningsvorm
Tablet, omhuld
Sterkte
1 mg, 2 mg

Zumenon (als hemihydraat) Mylan bv

Toedieningsvorm
Tablet, omhuld
Sterkte
2 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Synapause-E3 Aspen Netherlands bv

Toedieningsvorm
Ovule
Sterkte
0,5 mg
Toedieningsvorm
Crème voor vaginaal gebruik
Sterkte
1 mg/g
Verpakkingsvorm
15 g + applicator

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Overweeg, bij hinderlijke vasomotorische klachten tijdens de overgang, hormoontherapie; evalueer na drie maanden. Maak in samenspraak met de vrouw de keuze tussen oraal of transdermaal estradiol. Geef vrouwen met een uterus, naast het oestrogeen, een (oraal) progestageen: cyclisch in de perimenopauze, continu in de postmenopauze. Geef vrouwen zonder uterus alleen oestrogeen. Overweeg bij klachten door urogenitale atrofie, behandeling met een vaginaal oestrogeen en/of een indifferent middel.

Er is geen plaats meer voor oestrogenen bij de preventie van postmenopauzale osteoporose vanwege de ernstige langetermijnbijwerkingen. Voor de keuze van de juiste standaardbehandeling, zie Osteoporose en fractuurpreventie.

Offlabel: Zie voor meer informatie over de hormonale behandeling van transvrouwen de Kwaliteitsstandaard Transgenderzorg - Somatisch via richtlijnendatabase.nl en de Clinical Practice Guideline Endocrine Treatment of Gender-Dysphoric/ Gender-Incongruent Persons via endocrine.org.

Advies

Overweeg, bij hinderlijke vasomotorische klachten tijdens de overgang, hormoontherapie; evalueer na drie maanden. Maak in samenspraak met de vrouw de keuze tussen oraal of transdermaal estradiol. Geef vrouwen met een uterus, naast het oestrogeen, een (oraal) progestageen: cyclisch in de perimenopauze, continu in de postmenopauze. Geef vrouwen zonder uterus alleen oestrogeen. Overweeg bij klachten door urogenitale atrofie, behandeling met een vaginaal oestrogeen en/of een indifferent middel.

Offlabel: Estriol (vaginaal) kan offlabel als profylaxe worden toegepast bij recidiverende cystitis; het beperkt het aantal recidieven bij postmenopauzale vrouwen. Lokale oestrogenen hebben de voorkeur bij postmenopauzale vrouwen indien er geen contra-indicaties zijn.

Indicaties

  • Hormoonsuppletietherapie (HST) bij symptomen van oestrogeendeficiëntie bij postmenopauzale vrouwen (Estrofem en Zumenon: > 6 mnd. in de menopauze).
  • Preventie van postmenopauzale osteoporose, bij veel kans op fracturen, terwijl andere middelen ter preventie van osteoporose zijn gecontra-indiceerd of niet worden verdragen;
  • Offlabel: hormoontherapie bij genderincongruentie (transvrouw).

Gerelateerde informatie

  • climacterische klachten
  • osteoporose en fractuurpreventie

Indicaties

  • Symptomen van vaginale atrofie als gevolg van oestrogeendeficiëntie bij postmenopauzale vrouwen.
  • Pre- en postoperatieve therapie bij postmenopauzale vrouwen die een vaginale operatie moeten ondergaan.
  • Als diagnostische hulp bij een verdacht cervixuitstrijkje (Pap-klasse IIIa) bij vrouwen in de menopauze, indien afwijkende cellen wijzend op epitheelatrofie worden aangetroffen.
  • Offlabel: recidiverende urineweginfecties bij postmenopauzale vrouwen (≥ 3 urineweginfecties per jaar).

Gerelateerde informatie

  • climacterische klachten
  • cystitis bij gezonde, niet-zwangere vrouw

Doseringen

Let op: Bij vrouwen met een intacte uterus of een voorgeschiedenis van endometriose, de oestrogeenbehandeling combineren met een progestageen gedurende 12–14 dagen per inneemcyclus van 28 dagen.

Klap alles open Klap alles dicht

Symptomen van oestrogeendeficiëntie

Volwassenen

1–2 mg 1×/dag. Bij onvoldoende respons na 3 maanden dosering verhogen. Bij symptomen van overdosering, zoals gevoelige borsten, dosering verlagen.

Preventie postmenopauzale osteoporose

Volwassenen

Begindosering 1 mg 1×/dag, zo nodig aanpassen naar 2 mg 1×/dag.

Offlabel: Genderincongruentie

Volwassenen

Volgens de Endocrine Society, Clinical Practice Guideline Endocrine Treatment of Gender-Dysphoric/ Gender-Incongruent Persons (2017): 2-6 mg/dag. Toepassen onder controle van de serumconcentratie van testosteron en estradiol. Zie tabel 15 van de richtlijn voor monitoring tijdens behandeling.

Wanneer beginnen: Bij geen voorafgaande hormoonsuppletietherapie (HST) of bij overschakeling van een continu gecombineerde HST, de behandeling beginnen op een willekeurige dag. Bij overstappen van een sequentiële HST de behandeling beginnen op de dag direct na afronding van de voorafgaande cyclus.

Een vergeten tablet alsnog binnen 12 uur innemen. Indien meer dan 12 uur zijn verstreken, de tablet overslaan. Na vergeten van een tablet is er meer kans op een doorbraakbloeding of 'spotting'.

Toediening: de tablet bij voorkeur op een vast tijdstip innemen, zonder kauwen met wat water.

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Atrofie van het lagere urogenitale gebied in de postmenopauze

Volwassenen

Volgens de fabrikant: 0,5 mg (1 applicatordosis crème of 1 ovule) 1×/dag inbrengen gedurende de eerste weken (max. 4 weken), vervolgens geleidelijk verminderen tot een onderhoudsdosering (max. 0,5 mg 2×/week).

Volgens de NHG-Standaard De overgang (2024): 0,5 mg (1 applicatordosis crème of 1 ovule) 1×/dag inbrengen gedurende 2 weken, daarna overgaan op 0,5 mg 2×/week.

Pre- en postoperatief bij vaginale operaties in de postmenopauze

Volwassenen

0,5 mg (1 applicatordosis crème of 1 ovule) 1×/dag tijdens de 2 weken voorafgaande aan de operatie, vervolgens 0,5 mg 2×/week gedurende 2 weken na de operatie.

Als diagnostische hulp bij een verdacht cervixuitstrijkje

Volwassenen

0,5 mg (1 applicatordosis crème of 1 ovule) elke 2 dagen in de week voorafgaande aan het nemen van de volgende uitstrijk.

Offlabel: recidiverende urineweginfecties bij postmenopauzale vrouwen

Volwassenen

Volgens de NHG-Standaard Urineweginfecties (2020): 0,5 mg (1 applicatordosis crème of 1 ovule) 1×/dag gedurende 2 weken, vervolgens afbouwen tot max. 0,5 mg 2×/week. Evalueer ten minste jaarlijks en overweeg de behandeling te stoppen.

Een gemiste dosis alleen toedienen indien dit op dezelfde dag wordt bemerkt.

Toediening: de crème of ovule 's avonds voor het slapen gaan in liggende houding zo diep mogelijk in de vagina inbrengen.

Bijwerkingen

Vaak (1-10%): pijnlijke borsten, onregelmatig vaginaal bloedverlies incl. 'spotting', bekkenpijn. (Perifeer) oedeem. Misselijkheid, buikpijn, flatulentie. Hoofdpijn, migraine. Depressie. Asthenie. Beenkrampen. Gewichtsverandering. Huiduitslag, jeuk.

Soms (0,1-1%): borstvergroting, dysmenorroe, menorragie, veranderde vaginale afscheiding, pre–menstrueel syndroom. Vergroting van myomen. Vaginale candidiasis. Dyspepsie, braken. Duizeligheid. Nervositeit, libidoverandering. Visusstoornis. Galblaasaandoening, cholelithiase. Palpitaties. Veneuze trombo–embolie, hypertensie, perifeer vaatlijden, varicose. Overgevoeligheidsreacties, erythema nodosum, urticaria. Klachten van een cystitis. Rugpijn.

Zelden (0,01-0,1%): hirsutisme, acne. Gestoorde leverfunctie, soms met geelzucht. Vermoeidheid. Angst. Steiler worden van cornea, contactlens–intolerantie. Spierkrampen.

Zeer zelden (< 0,01%): hemolytische anemie. Chorea. Beroerte, myocardinfarct. Angio-oedeem, erythema multiforme, erythema nodosum, purpura, chloasma of melasma. Verergering van porfyrie.

Verder zijn gemeld: diarree. Alopecia. Slapeloosheid. Fibrocystische borstziekte.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Gemeld zijn: irritatie of jeuk op de toedieningsplaats. Pijnlijke of gevoelige borsten, 'spotting', overvloedige productie van cervixslijm. Misselijkheid. Vochtretentie. Griepachtig beeld.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

De werkzaamheid van oestrogenen (en progestagenen) kan afnemen tijdens en tot 4 weken na gebruik van leverenzyminducerende middelen, zoals anti-epileptica (bv. carbamazepine, fenobarbital, fenytoïne), antibacteriële/antivirale middelen (bv. efavirenz, griseofulvine, nevirapine, rifabutine, rifampicine) en sint-janskruid. Ritonavir heeft een inducerend effect bij combinatie met steroïdhormonen.

Bij gelijktijdig gebruik van HST en lamotrigine neemt naar verwachting de plasmaspiegel van lamotrigine af, wat kan leiden tot een verminderde controle van epilepsie. Deze interactie is onderzocht bij gelijktijdig gebruik van oestrogeenbevattende hormonale anticonceptiva en lamotrigine.

Wees voorzichtig bij gelijktijdige toediening met de combinatietherapie glecaprevir/pibrentasvir of sofosbuvir/velpatasvir/voxilaprevir; bij combinatie met ethinylestradiolbevattende geneesmiddelen is ALAT-verhoging waargenomen.

Oestrogenen verhogen hormoonbindende globulineconcentraties, waaronder corticoïdbindend globuline, geslachtshormoonbindend globuline en thyroxinebindend globuline. Oestrogenen verminderen mogelijk het therapeutisch effect van thyromimetica. Controleer daarom bij start, dosiswijziging of stoppen van een oestrogeen, de schildklierfunctie en pas zo nodig de dosering thyromimeticum aan.

Interacties

Vanwege de minimale systemische absorptie bij vaginale toediening, zijn klinisch relevante geneesmiddelinteracties onwaarschijnlijk. Overweeg echter wel interacties met andere lokaal toegediende vaginale behandelingen.

Zwangerschap

Gezien de geregistreerde indicatie niet van toepassing.

Teratogenese: Accidentele foetale blootstelling aan combinaties van oestrogenen en progestagenen heeft niet geleid tot schadelijke effecten.

Advies: Oestrogenen mogen in de zwangerschap alleen gebruikt worden tijdens een fertiliteitstraject.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Gezien de geregistreerde indicatie niet van toepassing.

Advies: Als tijdens behandeling zwangerschap optreedt, de behandeling onmiddellijk staken.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Lactatie

Gezien de geregistreerde indicatie niet van toepassing.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Gezien de geregistreerde indicatie niet van toepassing.

Overgang in de moedermelk: Ja, weinig.

Farmacologisch effect: Oestrogenen kunnen invloed hebben op de productie en samenstelling van de moedermelk. Daarbij kan het gebruik van oestrogenen de kans op trombose (bij de moeder) in de eerste weken na de bevalling verder verhogen.

Advies: kan vanaf 6 weken na de bevalling waarschijnlijk veilig worden gebruikt.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Contra-indicaties

  • actuele of doorgemaakte veneuze trombo-embolie (diepveneuze trombose, longembolie);
  • actuele of recent doorgemaakte arteriële trombo-embolische aandoening (angina pectoris, hartinfarct);
  • aanwezigheid van een trombofiele aandoening (bv. proteïne C-, proteïne S- of antitrombine-deficiëntie);
  • acute leveraandoening (in de anamnese) zolang de leverfunctiewaarden niet zijn genormaliseerd;
  • oestrogeenafhankelijke tumor (zoals endometriumcarcinoom);
  • mammacarcinoom in de anamnese;
  • onbehandelde hyperplasie van het endometrium;
  • onverklaarde vaginale bloedingen;
  • acute porfyrie.

Contra-indicaties

  • (voorgeschiedenis van) mammacarcinoom;
  • oestrogeenafhankelijke tumor (zoals endometriumcarcinoom);
  • onverklaarde vaginale bloedingen;
  • onbehandelde endometriumhyperplasie;
  • actuele of doorgemaakte veneuze trombo–embolie (diepveneuze trombose, longembolie);
  • trombofiele aandoening (zoals proteïne C-, proteïne S- of antitrombinedeficiëntie);
  • actuele of recent doorgemaakte arteriële trombo–embolische aandoening (angina pectoris, myocardinfarct);
  • acute leveraandoening (in de anamnese) zolang de leverfunctiewaarden niet zijn genormaliseerd;
  • acute porfyrie.

Waarschuwingen en voorzorgen

Controle: Beoordeel voortzetting van de behandeling periodiek, op zijn minst jaarlijks. Controleer de patiënt extra bij één van de volgende aandoeningen (i.v.m. terugkeren of verergeren) in de voorgeschiedenis:

  • uterusmyomen of endometriose,
  • endometriumhyperplasie,
  • risicofactoren voor trombo-embolische aandoeningen (zie hierna),
  • risicofactoren voor oestrogeengevoelige tumoren (mammacarcinoom bij eerstegraads familielid),
  • hypertensie,
  • leveraandoening,
  • cholelithiase,
  • diabetes mellitus,
  • migraine of ernstige hoofdpijn,
  • systemische lupus erythematodes,
  • epilepsie,
  • astma,
  • otosclerose.

Wees voorzichtig bij een verminderde hart- of nierfunctie, omdat oestrogenen vochtretentie kunnen veroorzaken. Wees voorzichtig bij bestaande hypertriglyceridemie wegens meer kans op pancreatitis. Bij erfelijk of verworven angio-oedeem kunnen exogene oestrogenen mogelijk aanvallen van angio-oedeem induceren. Bij predispositie voor chloasma direct zonlicht vermijden.

Staak de behandeling direct in de volgende gevallen:

  • tekenen van trombose;
  • significante stijging van de bloeddruk;
  • geelzucht of achteruitgang van de leverfunctie;
  • voor het eerst optreden van migraine–achtige hoofdpijn.

De kans op veneuze trombo–embolie neemt toe, met name in het eerste jaar; risicofactoren zijn een hogere leeftijd, positieve familie-anamnese, immobilisatie, obesitas (BMI > 30 kg/m²), systemische lupus erythematodes, carcinoom en mogelijk varicosis. Indien na een electieve operatieve ingreep langdurige immobilisatie is te verwachten, eventueel de suppletie vier tot zes weken vóór de ingreep onderbreken.

De kans op mammacarcinoom neemt geleidelijk toe bij gebruik van oestrogeensuppletie, vooral in combinatie met een progestageen (in studies werd dit na 1–4 jaar van gebruik statistisch waarneembaar). Deze toegenomen kans neemt geleidelijk af na staken van de hormoonsuppletie. Indien langer dan 5 jaar gebruikt, kan het extra risico nog 10 jaar of langer aanhouden. De radiologische detectie van mammacarcinoom kan worden bemoeilijkt door toename van de dichtheid van weefsel op mammografische beelden, vooral door gecombineerd oestrogeen-progestageen gebruik.

Mogelijk neemt de kans op ovariumcarcinoom geleidelijk iets toe.

Bij vrouwen met een intacte uterus is er meer kans op endometriumhyperplasie en -carcinoom, wanneer gedurende een langere periode alleen oestrogenen worden gebruikt. Additionele toediening van een progestageen beschermt tegen dit vergrote risico. Als doorbraakbloedingen of 'spotting' optreden na geruime tijd van therapie of aanhouden na het stoppen van de behandeling, dan nader onderzoek verrichten om maligniteit van het endometrium uit te sluiten.

De kans op een ischemisch CVA neemt vooral toe bij een hogere leeftijd.

Er zijn enige aanwijzingen voor een toegenomen kans op dementie bij vrouwen die zijn gestart met hormoonsuppletietherapie boven een leeftijd van 65 jaar, maar de ervaring bij vrouwen > 65 jaar is beperkt.

Waarschuwingen en voorzorgen

Beoordeel voortzetting van de behandeling van oestrogeendeficiëntie periodiek, op zijn minst jaarlijks. Controleer de patiënt extra bij één van de volgende aandoeningen in de voorgeschiedenis (vanwege terugkeren of verergeren):

  • uterusmyomen of endometriose,
  • endometriumhyperplasie,
  • risicofactoren voor trombo-embolische aandoeningen,
  • risicofactoren voor oestrogeengevoelige tumoren (zoals mammacarcinoom bij eerstegraads familielid),
  • hypertensie,
  • leveraandoening,
  • cholelithiase,
  • diabetes mellitus,
  • migraine of ernstige hoofdpijn,
  • systemische lupus erythematodes,
  • epilepsie,
  • astma,
  • otosclerose.

Staak direct de behandeling in de volgende gevallen:

  • tekenen van trombose;
  • significante stijging van de bloeddruk;
  • geelzucht of achteruitgang van de leverfunctie;
  • voor het eerst optreden van migraine–achtige hoofdpijn.

De volgende risico's zijn geassocieerd met systemische oestrogeensuppletie en gelden in mindere mate voor vaginaal gebruik van oestrogenen. Mogelijk neemt de kans op ovariumcarcinoom geleidelijk iets toe. De kans op veneuze trombo–embolie neemt toe, met name in het eerste jaar; risicofactoren zijn een hogere leeftijd, positieve familie-anamnese, immobilisatie, obesitas (BMI > 30 kg/m²), systemische lupus erythematodes, carcinoom en mogelijk varicosis. Indien na een electieve operatieve ingreep langdurige immobilisatie is te verwachten, eventueel de hormoonsuppletie vier tot zes weken vóór de ingreep onderbreken. Systemische oestrogeensuppletie wordt in verband gebracht met een tot 1,5 × hoger risico op een ischemisch CVA. Oestrogenen kunnen vochtretentie veroorzaken; wees voorzichtig bij een verminderde hart- of nierfunctie. Bij een bestaande hypertriglyceridemie heeft oestrogeentherapie in zeldzame gevallen geleid tot een sterke stijging van triglyceriden in plasma, met pancreatitis tot gevolg. Exogene oestrogenen kunnen symptomen van erfelijk en verworven angio-oedeem induceren of verergeren.

De kans op mammacarcinoom lijkt bij gebruik van een lage dosis vaginaal toegediend oestrogeen niet toe te nemen.

Bij vrouwen met een intacte uterus neemt de kans op endometriumhyperplasie en -carcinoom toe wanneer over langere tijd alleen oestrogenen (systemisch) zijn toegediend. Bij lokaal vaginaal gebruik van estriol (2×/week) blijft de systemische blootstelling dicht bij het normale postmenopauzale bereik, en is gelijktijdige progestageenbehandeling niet nodig. De endometriale veiligheid van langdurig (> 1 jaar) of herhaald lokaal gebruik is onzeker. Als doorbraakbloedingen of 'spotting' voorkomen op enig moment gedurende de behandeling, dan nader onderzoek verrichten om maligniteit van het endometrium uit te sluiten.

Bij hysterectomie vanwege endometriose in de voorgeschiedenis, kan het gebruik van oestrogenen leiden tot premaligne en maligne transformatie in achtergebleven endometriosehaarden.

Eigenschappen

Meest actieve, natuurlijk oestrogeen. Het substitueert voor het verlies aan eigen oestrogeenproductie bij postmenopauzale vrouwen, waardoor menopauzale klachten worden verlicht. Oestrogenen gaan verlies van botmassa door menopauze of ovariëctomie, tegen.

Kinetische gegevens

F oraal ca. 3–6% (estradiolvaleraat).
T max ca. 4–8 uur.
V d ca. 1,2 l/kg.
Eiwitbinding ca. 98% (aan SHBG en albumine).
Metabolisering ondergaat een uitgebreid 'first pass'-effect; het wordt in de lever en andere organen omgezet in minder actieve of inactieve metabolieten, waaronder estron, catecholoestrogenen en verschillende oestrogeensulfaten en -glucuroniden. Een deel van de metabolieten ondergaat een enterohepatische kringloop.
Eliminatie met de urine (ca. 90%, als metaboliet), met de feces (ca. 10%).
T 1/2el 10–16 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Natuurlijk kortwerkend oestrogeen. Oestrogenen stimuleren de rijping van het vagina-epitheel en de glycogeenhoeveelheid in de cellen, waardoor de normale bacteriële flora verbetert en de pH van de vagina normaliseert.

Kinetische gegevens

Resorptie door de vaginawand.
T max 1–2 uur.
Eiwitbinding 90%.
Overig ondergaat enterohepatische kringloop.
Eliminatie vnl. met de urine als conjugaten.
T 1/2el na vaginale toediening 6–9 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

estradiol (oraal) hoort bij de groep oestrogenen.

  • estradiol (bij puberteitsinductie) (G03CA03) Vergelijk
  • estradiol (transdermaal) (G03CA03) Vergelijk
  • estradiol (vaginaal) (G03CA03) Vergelijk
  • estriol (oraal) (G03CA04) Vergelijk
  • estriol (vaginaal) (G03CA04) Vergelijk
  • ethinylestradiol (G03CA01) Vergelijk

Groepsinformatie

estriol (vaginaal) hoort bij de groep oestrogenen.

  • estradiol (bij puberteitsinductie) (G03CA03) Vergelijk
  • estradiol (oraal) (G03CA03) Vergelijk
  • estradiol (transdermaal) (G03CA03) Vergelijk
  • estradiol (vaginaal) (G03CA03) Vergelijk
  • estriol (oraal) (G03CA04) Vergelijk
  • ethinylestradiol (G03CA01) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • oestrogenen

Indicaties

  • climacterische klachten
  • osteoporose en fractuurpreventie

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • oestrogenen

Indicaties

  • climacterische klachten
  • cystitis bij gezonde, niet-zwangere vrouw

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
  • Kinderformularium (NKFK)
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
  • Toegankelijkheid
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".