Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

methylnaltrexon

laxantia, overige A06AH01

Sluiten

prucalopride

laxantia, overige A06AX05

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Relistor (bromide) Bausch Health Ireland

Toedieningsvorm
Injectievloeistof
Sterkte
20 mg/ml
Verpakkingsvorm
flacon 0,6 ml (= 12 mg)

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Prucalopride (als succinaat) XGVS Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Tablet, omhuld
Sterkte
1 mg, 2 mg

Resolor (als succinaat) XGVS Takeda Nederland bv

Toedieningsvorm
Tablet, omhuld
Sterkte
1 mg, 2 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Adviseer bij obstipatie in eerste instantie voldoende inname van vocht en vezels, en voldoende beweging. Indien een dieet met extra vezels niet volstaat, is psyllium een alternatief. Bij de medicamenteuze behandeling van functionele obstipatie is een osmotisch laxans eerste keus. Verhoog bij onvoldoende effect zo nodig tot de maximale dosering of combineer met, of schakel over op een contactlaxans of ander osmotisch laxans. Overweeg als defecatie 3 dagen uitblijft ondanks optimale orale therapie, rectale medicatie ter lediging van het rectum. Fecale impactie kan medicamenteus of manueel worden verwijderd. Als medicatie de voorkeur heeft, overweeg een (micro)klysma of een hoge dosis macrogol (met of zonder elektrolyten).

Overweeg naloxegol (voorkeur vanwege orale toediening) of methylnaltrexon bij onvoldoende effect van reguliere laxantia bij opioïdgeinduceerde obstipatie in de palliatieve fase.

Kortdurende behandeling met methylnaltrexon is geïndiceerd bij behandeling van fecale impactie door opioidgebruik, ondanks behandeling met laxantia.

Advies

Adviseer bij obstipatie in eerste instantie voldoende inname van vocht en vezels, en voldoende beweging. Indien een dieet met extra vezels niet volstaat, is psyllium een alternatief. Bij de medicamenteuze behandeling van functionele obstipatie is een osmotisch laxans eerste keus. Verhoog bij onvoldoende effect zo nodig tot de maximale dosering of combineer met, of schakel over op een contactlaxans of ander osmotisch laxans. Overweeg als defecatie 3 dagen uitblijft ondanks optimale orale therapie, rectale medicatie ter lediging van het rectum. Fecale impactie kan medicamenteus of manueel worden verwijderd. Als medicatie de voorkeur heeft, overweeg een (micro)klysma of een hoge dosis macrogol (met of zonder elektrolyten).

Prucalopride heeft geen plaats in de behandeling van obstipatie.

Indicaties

  • Behandeling van opioïd-geïnduceerde obstipatie bij volwassenen, wanneer respons op een gebruikelijke behandeling met laxantia onvoldoende is.

Gerelateerde informatie

  • obstipatie

Indicaties

  • Symptomatische behandeling van chronische obstipatie bij volwassenen bij wie laxeermiddelen onvoldoende verlichting geven.

Gerelateerde informatie

  • obstipatie

Doseringen

Niet injecteren op plaatsen waar de huid kwetsbaar, rood, beschadigd of hard is (plaatsen met littekens of striae vermijden). De toedieningsplek variëren (bovenarmen, bovenbenen, buik).

Klap alles open Klap alles dicht

Opioïdgeïnduceerde obstipatie (buiten de palliatieve zorg)

Volwassenen

S.c.: 12 mg (0,6 ml), minstens 4×/w; max. 1×/dag. Staak de behandeling met de gebruikelijke laxantia bij patiënten buiten de palliatieve zorg.

Opioïdgeïnduceerde obstipatie (binnen de palliatieve zorg)

Volwassenen

S.c.: lichaamsgewicht 38–61 kg: 8 mg (0,4 ml), 62–114 kg: 12 mg (0,6 ml) elke 2 dagen, of eventueel met langere tussenpozen. Alleen indien er geen defecatie op de dosis van de dag ervoor heeft plaatsgevonden kan een toedieningsinterval van 24 uur worden aangehouden. Bij een lichaamsgewicht < 38 kg of > 114 kg is de enkelvoudige dosis 0,15 mg/kg; het injectievolume (ml) bedraagt dan lichaamsgewicht (kg) × 0,0075. Methylnaltrexon wordt toegevoegd aan de bestaande behandeling met laxantia bij patiënten binnen de palliatieve zorg.

Bij ernstige nierinsufficiëntie (creatinineklaring < 30 ml/min): de dosis aanpassen: bij een lichaamsgewicht van 62–114 kg: 8 mg (0,4 ml) en bij een lichaamsgewicht < 38 kg of > 114 kg 0,075 mg/kg (de helft van de normale dosering) met dezelfde toedieningsfrequentie als bij patiënten zonder verminderde nierfunctie. Gebruik bij terminale nierinsufficiëntie met dialyse wordt ontraden vanwege onvoldoende gegevens.

Bij lichte tot matige leverinsufficiëntie is geen dosisaanpassing nodig. Gebruik bij ernstige leverinsufficiëntie wordt ontraden.

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Obstipatie

Volwassenen

2 mg 1×/dag. Als na 4 weken geen effect is opgetreden, de behandeling heroverwegen. De werkzaamheid is vastgesteld voor een gebruik van maximaal 3 maanden.

Bij ouderen (> 65 j.): start met 1 mg 1×/dag, verhoog zo nodig naar 2 mg 1×/dag.

Bij ernstige leverfunctiestoornis (Child-Pughscore 10–15): start met 1 mg 1×/dag, verhoog zo nodig naar 2 mg 1×/dag. Bij lichte tot matige leverfunctiestoornis is een dosisaanpassing niet nodig.

Bij ernstige nierfunctiestoornis (GFR < 30 ml/min/1,73m2): 1 mg 1×/dag. Bij lichte tot matige nierfunctiestoornis is een dosisaanpassing niet nodig.

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): buikpijn, misselijkheid, flatulentie, diarree.

Vaak (1-10%): reactie op de injectieplaats zoals branderigheid, steken, pijn, roodheid, oedeem. Braken. Duizeligheid. Lichte opioïdonthoudingsverschijnselen (koude rillingen, hyperhidrose, tremor, hartkloppingen, opvliegers, pilo-erectie, loopneus).

Verder is gemeld: maag-darmperforatie.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn. Misselijkheid, diarree, buikpijn.

Vaak (1-10%): duizeligheid. Verminderde eetlust, braken, dyspepsie, flatulentie, abnormale darmgeluiden. Vermoeidheid.

Soms (0,1-1%): tremor, migraine, vertigo. Hartkloppingen. Pollakisurie. Rectaal bloedverlies. Koorts, malaise.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

Methylnaltrexon remt of induceert de CYP-enzymen niet.

Interacties

Prucalopride is een zwak substraat voor P-glycoproteïne (Pgp).

Ketoconazol, een krachtige remmer van CYP3A4 en Pgp, vergroot de blootstelling aan prucalopride (met ca. 40%, klinisch niet relevant). Een vergelijkbare interactie wordt verwacht met andere Pgp-remmers, zoals verapamil, ciclosporine en kinidine.

Prucalopride kan de plasmaconcentratie van erytromycine verhogen, het mechanisme hierachter is niet duidelijk.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens. Bij dieren aanwijzingen voor schadelijkheid bij zeer hoge doseringen.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.

Advies: Gebruik ontraden.

Overige: Een vruchtbare vrouw dient effectieve anticonceptieve maatregelen te nemen gedurende de therapie.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja, bij dieren.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Contra-indicaties

  • mechanische gastro-intestinale obstructie of meer kans op recidiverende obstructie en bij acute buikchirurgie vanwege het risico van maag-darmperforatie.

Contra-indicaties

  • nierfunctiestoornis waarvoor dialyse nodig is;
  • darmperforatie of -obstructie als gevolg van een structurele of functionele aandoening van de darmwand, obstructieve ileus of ernstige inflammatoire darmaandoeningen zoals de ziekte van Crohn, colitis ulcerosa en toxisch megacolon/megarectum.

Waarschuwingen en voorzorgen

Niet toepassen bij obstipatie door andere oorzaken dan door opioïdgebruik.

Bij ernstige of aanhoudende diarree, de behandeling met methylnaltrexon staken.

Gebruik wordt niet aanbevolen bij ernstige leverinsufficiëntie of terminale nierinsufficiëntie met dialyse en voorzichtigheid is geboden bij colostomie, peritoneale katheter, actieve diverticulaire aandoening, laesies van het maag-darmkanaal of fecale impactie.

Bij ernstige, aanhoudende of toenemende buikpijn de behandeling staken vanwege meldingen van maag-darmperforatie bij gebruik van methylnaltrexon. Wees extra voorzichtig bij aandoeningen die geassocieerd zijn met gelokaliseerde of diffuse vermindering van de structurele wand van het maag-darmkanaal (bv. ziekte van Crohn, maagulcus, Ogilvie-syndroom, divertikelaandoeningen, infiltratieve maag-darmtumoren of peritoneale metastasen).

Bij vermoeden van opioïde-abstinentiesyndroom (o.a. hyperhidrose, koude rillingen, braken, buikpijn, hartkloppingen, blozen) de behandeling staken.

Gebruik langer dan 4 maanden is niet onderzocht bij patiënten in de palliatieve zorg.

De veiligheid en werkzaamheid zijn niet vastgesteld bij kinderen en adolescenten (< 18 j.).

Waarschuwingen en voorzorgen

Niet gebruiken bij kinderen < 18 jaar.

Comorbiditeit: Wees voorzichtig bij cardiovasculaire aandoening, longaandoening, neurologische of psychische stoornis, kanker of aids en endocriene aandoening, vanwege relatief weinig gegevens.

Overdosering

Symptomen

orthostatische hypotensie.

Neem voor meer informatie over een vergiftiging met methylnaltrexon contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Overdosering

Neem voor informatie over een vergiftiging met prucalopride contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Opioïdreceptorantagonist met selectieve werking op de μ-receptor via een reversibele, competitieve binding. Het heeft tevens een geringere affiniteit voor de κ-receptor. Als quaternair amine heeft methylnaltrexon voornamelijk een perifere werking. Hierdoor verbetert het de verstoorde darmmotiliteit door opioïdgebruik zonder beïnvloeding van de centraal analgetische werking.

Werking: binnen 30–60 min. Werkingsduur: ca. 4 uur.

Kinetische gegevens

Resorptie snel.
F 82%.
T max ca. 0,5 uur.
V d 1,1 l/kg.
Metabolisering gering.
Eliminatie vnl. onveranderd via zowel de urine als de feces.
T 1/2el ca. 8 uur, langer bij ernstige nierinsufficiëntie.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Prucalopride is een selectieve serotonine (5HT4)-receptoragonist (een dihydrobenzofuraancarboxamide), met gastro-intestinale prokinetische activiteit.

Kinetische gegevens

F > 90%
T max 2–3 uur.
V d 8,1 l/kg.
Eliminatie onveranderd met de urine 60-65%, met de feces ca. 5%.
T 1/2el ca. 24 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

methylnaltrexon hoort bij de groep laxantia, overige.

  • linaclotide (A06AX04) Vergelijk
  • naldemedine (A06AH05) Vergelijk
  • naloxegol (A06AH03) Vergelijk
  • prucalopride (A06AX05) Vergelijk

Groepsinformatie

prucalopride hoort bij de groep laxantia, overige.

  • linaclotide (A06AX04) Vergelijk
  • methylnaltrexon (A06AH01) Vergelijk
  • naldemedine (A06AH05) Vergelijk
  • naloxegol (A06AH03) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • laxantia, overige

Indicaties

  • obstipatie

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • laxantia, overige

Indicaties

  • obstipatie

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
  • Toegankelijkheid
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".