Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

miglustat

middelen bij metabole aandoeningen, overige A16AX06

Sluiten

lumasiran

middelen bij metabole aandoeningen, overige A16AX18

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Miglustat Bijlage 2 Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Capsule, hard
Sterkte
100 mg

Zavesca Bijlage 2 Janssen-Cilag bv

Toedieningsvorm
Capsule, hard
Sterkte
100 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Oxlumo XGVS Aanvullende monitoring Alnylam Netherlands bv

Toedieningsvorm
Injectievloeistof
Sterkte
189 mg/ml
Verpakkingsvorm
flacon 0,5 ml

Bevat per flacon 94,5 mg.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Ziekte van Gaucher type 1: De Commissie adviseert miglustat alleen voor te schrijven voor patiënten met de ziekte van Gaucher type 1, die ongeschikt zijn voor de behandeling met imiglucerase. Imiglucerase blijft het middel van voorkeur in de behandeling van de ziekte van Gaucher.

Ziekte van Niemann-Pick: Tevens kan miglustat worden toegepast bij de ziekte van Niemann-Pick type C. Onderzoeksgegevens over toepassing hierbij zijn beperkt. Alleen op secundaire eindpunten is enige verbetering waargenomen. Behandeling dient te geschieden volgens het protocol dat is opgesteld door de Werkgroep Lysosomale Stapelingsziekten Nederland. Instelling van de patiënt met miglustat kan alleen geschieden door een gespecialiseerde arts met kennis van en ervaring met de geregistreerde aandoeningen.

Aan de vergoeding van miglustat zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering, bijlage 2.

Advies

Voor dit geneesmiddel is geen advies vastgesteld.

Indicaties

  • Milde tot matige vorm van type 1 van de ziekte van Gaucher bij volwassenen. Miglustat mag alleen worden gebruikt voor behandeling van patiënten die ongeschikt zijn voor een enzymvervangende therapie.
  • Progressieve neurologische manifestaties bij volwassenen en kinderen met de ziekte van Niemann-Pick type C.

Indicaties

  • Primaire hyperoxalurie type 1 (PH1) in alle leeftijdsgroepen.

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Ziekte van Gaucher type I

Volwassenen

Begindosis: 100 mg 3×/dag. Bij diarree eventueel tijdelijk verlagen naar 100 mg 1–2×/dag.

Bij verminderde nierfunctie met een creatinineklaring 50–70 ml/min/1,73m²: 100 mg 2×/dag; creatinineklaring 30–50 ml/min/1,73m²: 100 mg 1×/dag; creatinineklaring < 30 ml/min/1,73m²: gebruik ontraden.

Ziekte van Niemann-Pick type C

Volwassenen en kinderen ≥ 12 jaar

200 mg 3×/dag.

Bij verminderde nierfunctie met een creatinineklaring 50–70 ml/min/1,73m²: 200 mg 2×/dag; creatinineklaring 30–50 ml/min/1,73m²: 100 mg 2×/dag; creatinineklaring < 30 ml/min/1,73m²: gebruik ontraden.

Kinderen < 12 jaar

Op basis van lichaamsoppervlak: ≤ 0,47 m²: 100 mg 1×/dag; 0,47–0,73 m²: 100 mg 2×/dag; 0,73–0,88 m²: 100 mg 3×/dag; 0,88–1,25 m² 200 mg 2×/dag; > 1,25 m²: 200 mg 3×/dag.

Bij verminderde nierfunctie: de dosering verlagen. Gebruik ontraden bij een ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring < 30 ml/min/1,73m²).

Toediening: de capsule met of zonder voedsel innemen. In geval van maag-darmklachten miglustat tussen de maaltijden innemen.

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Primaire hyperoxalurie type 1

Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen

NB: De onderhoudsdosis geven vanaf één maand na de laatste oplaaddosis.

Bij een lichaamsgewicht < 10 kg: oplaaddosis 6 mg/kg 1×/maand gedurende de eerste 3 maanden, daarna onderhoudsdosis 3 mg/kg 1×/maand.

Bij een lichaamsgewicht 10 kg tot 20 kg: oplaaddosis 6 mg/kg 1×/maand gedurende de eerste 3 maanden, daarna onderhoudsdosis 6 mg/kg 1× per 3 maanden (elk kwartaal).

Bij een lichaamsgewicht ≥ 20 kg: oplaaddosis 3 mg/kg 1×/maand gedurende de eerste 3 maanden, daarna onderhoudsdosis 3 mg/kg 1× per 3 maanden (elk kwartaal).

Een gemiste dosis alsnog zo spoedig mogelijk toedienen. Daarna doorgaan met de maandelijkse of driemaandelijkse toediening.

Verminderde leverfunctie: Er is geen dosisaanpassing nodig bij een tijdelijke verhoging van totaal bilirubine > 1,0–1,5 × ULN. Wees voorzichtig bij matige of ernstige leverfunctiestoornis, vanwege mogelijk verminderde werkzaamheid.

Verminderde nierfunctie: Er is geen dosisaanpassing nodig bij een nierfunctiestoornis. Ook bij eindstadium nierziekte of bij dialysepatiënten is geen dosisaanpassing nodig, maar wees voorzichtig omdat er weinig gegevens zijn. Bij toediening op dialysedagen, lumasiran na de hemodialyse toedienen.

Toediening

  • Subcutaan toedienen via een injectie in buik, bovenarmen of dijen.
  • Het max. enkelvoudige injectievolume is 1,5 ml. Doses > 1,5 ml gelijkmatig verdelen over meerdere injecties. Bij opeenvolgende injecties de injectieplaats veranderen.
  • Voorkom dat het geneesmiddel op de punt van de naald komt voordat de naald zich in de subcutane ruimte bevindt.
  • Niet toedienen in littekenweefsel of gebieden die rood, ontstoken of opgezwollen zijn.

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): diarree, flatulentie, buikpijn. Gewichtsverlies (ca. 55%, vooral na 6 tot 12 maanden), verminderde eetlust. Tremoren.

Vaak (1-10%): trombocytopenie. Misselijkheid, braken, dyspepsie, abdominale distensie, obstipatie. Paresthesie, perifere neuropathie, hypo-esthesie, ataxie, amnesie, hoofdpijn, duizeligheid. Spierspasmen, spierzwakte. Slapeloosheid, depressie, verlaagd libido. Vermoeidheid, asthenie, rillingen en malaise. Afwijkende zenuwgeleidingstest.

Verder zijn gemeld: cognitieve disfunctie. Afname van de lengtegroei bij kinderen met de ziekte van Niemann-Pick type C.

Maag-darmklachten kunnen aan het begin van de behandeling optreden of met tussenpozen tijdens de behandeling. Tremoren beginnen meestal in de eerste maand van de behandeling en verdwijnen veelal na 1–3 maanden van behandeling.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): buikpijn. Reactie op de injectieplaats (zoals erytheem, jeuk, zwelling, verkleuring, verharding, uitslag, hematoom en exfoliatie).

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

Op basis van relatief weinig gegevens kan imiglucerase de blootstelling aan miglustat verminderen.

Interacties

Er is geen klinisch onderzoek uitgevoerd naar interacties. Op basis van in-vitro-onderzoek is de verwachting dat lumasiran geen CYP-enzymen of geneesmiddeltransporters beïnvloedt.

Zwangerschap

Miglustat passeert de placenta.

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren is maternale en embryo-foetale toxiciteit gebleken, waaronder verminderde embryo-foetale overleving.

Advies: Gebruik ontraden.

Vruchtbaarheid: In onderzoek bij mannelijke dieren is een ongunstig effect op de spermatogenese en spermaparameters (motiliteit en morfologie) aangetoond, waardoor de vruchtbaarheid (reversibel) vermindert.

Overig: Een vruchtbare vrouw of man dient adequate anticonceptieve maatregelen te nemen tijdens de therapie, een man bovendien tot 3 maanden na het staken van de therapie.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Advies: Gebruik ontraden.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend. Risico voor de zuigeling kan niet worden uitgesloten.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel óf het geven van borstvoeding ontraden.

Contra-indicaties

Er zijn geen contra-indicaties bekend.

Contra-indicaties

Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.

Waarschuwingen en voorzorgen

Bij de ziekte van Gaucher type I regelmatig de vitamine B12-spiegel en het aantal bloedplaatjes controleren.

Bij de ziekte van Niemann-Pick type C regelmatig (bv. om de 6 maanden) het effect op de neurologische manifestaties controleren. Na 1 jaar opnieuw beoordelen of de therapie moet worden voortgezet. Controleer bij kinderen regelmatig de lengtegroei omdat groeivermindering kan optreden. Er is weinig ervaring met gebruik bij kinderen < 4 jaar.

Wees voorzichtig bij een lever- of nierfunctiestoornis. Gebruik ontraden bij ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring < 30 ml/min/1,73m²), vanwege een sterke toename van de blootstelling aan miglustat.

Maag-darmklachten, met name diarree, treden zeer vaak op. De diarree vermindert bij een lagere inname van koolhydraten (zoals sucrose, lactose) of bij het tussen de maaltijden innemen van miglustat. Bij sommige patiënten kan een tijdelijke dosisverlaging nodig zijn.

Tremoren treden zeer vaak op. Dosisverlaging heeft meestal binnen een paar dagen een gunstig effect, maar soms kan het nodig zijn de behandeling te staken.

Het gebruik is niet onderzocht bij:

  • ernstige vorm van de ziekte van Gaucher;
  • kinderen < 18 jaar met de ziekte van Gaucher type I;
  • ouderen > 70 jaar;
  • leverfunctiestoornis;
  • voorgeschiedenis van een ernstige maag-darmziekte.

Voor vruchtbare mannen en vrouwen: zie de rubriek Zwangerschap.

Waarschuwingen en voorzorgen

Bij ernstige of eindstadium nierinsufficiëntie is de kans op het ontstaan of verergeren van metabole acidose toegenomen, omdat de behandeling het glycolaatgehalte in plasma verhoogt. Controleer op symptomen van metabole acidose. Er zijn weinig klinische gegevens beschikbaar.

Het gebruik bij leverfunctiestoornis is niet onderzocht. Controleer de werkzaamheid van de behandeling bij matige of ernstige leverinsufficiëntie, omdat deze mogelijk minder is. Bij leverfunctiestoornis is er een lagere expressie van de asialoglycoproteïne-receptoren in de lever, die verantwoordelijk zijn voor de opname van lumasiran; de klinische relevantie hiervan is niet bekend.

Wees voorzichtig bij kinderen < 1 jaar, omdat weinig gegevens beschikbaar zijn.

Overdosering

Neem voor informatie over een vergiftiging met miglustat contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Overdosering

Neem voor informatie over een vergiftiging met lumasiran contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Miglustat remt het enzym glucosylceramidesynthase, dat verantwoordelijk is voor de eerste stap in de synthese van de meeste glycolipiden. Hierdoor neemt de stapeling van glucosylceramide in patiënten met type I van de ziekte van Gaucher af (substraatreductie therapie). De stapeling van glucosylceramide is de oorzaak van verschillende klachten die individueel verschillen.

Kinetische gegevens

Resorptie snel.
T max na ca. 2 uur.
V d 1,2 l/kg.
Eliminatie grotendeels met de urine, voornamelijk onveranderd.
T 1/2el 6–7 uur, bij nierfunctiestoornis langer.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Lumasiran is een dubbelstrengs klein interfererend ribonucleïnezuur (siRNA) dat zich richt tegen het messenger-RNA (mRNA) van het hydroxyzuuroxidase 1-gen (HAO1) in hepatocyten. Hierdoor wordt de productie van het enzym glycolaatoxidase (GO) geblokkeerd. De hoeveelheid beschikbaar glyoxylaat (een substraat voor oxalaatproductie) neemt af en daarmee de oxalaatspiegel. De verhoogde oxalaatspiegel is de onderliggende oorzaak van ziektemanifestaties bij patiënten met PH1. Omdat het GO-enzym zich stroomopwaarts bevindt van het deficiënte enzym alanine-glyoxylaataminotransferase (AGT) dat PH1 veroorzaakt, is het werkingsmechanisme van lumasiran onafhankelijk van de onderliggende mutatie van het AGXT-gen.

Kinetische gegevens

T max ca. 4 uur (bereik 0,5–12 uur).
V d ca. 0,07 l/kg (schijnbaar centraal distributievolume).
Overig Distributie vindt voornamelijk plaats naar de lever.
Metabolisering Lumasiran wordt door endo- en exonucleasen gemetaboliseerd tot kortere oligonucleotiden.
Eliminatie voornamelijk via opname in de lever; 7–26% via de urine.
T 1/2el gem. 5,2 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

miglustat hoort bij de groep middelen bij metabole aandoeningen, overige.

  • eliglustat (A16AX10) Vergelijk
  • fenylboterzuur (A16AX03) Vergelijk
  • givosiran (A16AX16) Vergelijk
  • glycerolfenylbutyraat (A16AX09) Vergelijk
  • lumasiran (A16AX18) Vergelijk
  • nitisinon (A16AX04) Vergelijk
  • sapropterine (A16AX07) Vergelijk
  • triëntine (A16AX12) Vergelijk

Groepsinformatie

lumasiran hoort bij de groep middelen bij metabole aandoeningen, overige.

  • eliglustat (A16AX10) Vergelijk
  • fenylboterzuur (A16AX03) Vergelijk
  • givosiran (A16AX16) Vergelijk
  • glycerolfenylbutyraat (A16AX09) Vergelijk
  • miglustat (A16AX06) Vergelijk
  • nitisinon (A16AX04) Vergelijk
  • sapropterine (A16AX07) Vergelijk
  • triëntine (A16AX12) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • middelen bij metabole aandoeningen, overige

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • middelen bij metabole aandoeningen, overige

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".