Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

propofol

anesthetica, intraveneus N01AX10

Sluiten

esketamine (intraveneus)

anesthetica, intraveneus N01AX14

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Diprivan Aspen Netherlands bv

Toedieningsvorm
Emulsie voor injectie/infusie
Sterkte
10 mg/ml
Verpakkingsvorm
wegwerpspuit 50 ml
Toedieningsvorm
Emulsie voor injectie/infusie
Sterkte
20 mg/ml
Verpakkingsvorm
wegwerpspuit 50 ml

Propofol Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Emulsie voor injectie/infusie
Sterkte
10 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 20 ml, flacon 20 ml, 50 ml, 100 ml, wegwerpspuit 10 ml, 20 ml, 50 ml
Toedieningsvorm
Emulsie voor injectie/infusie
Sterkte
20 mg/ml
Verpakkingsvorm
flacon 50 ml, wegwerpspuit 50 ml

Propofol Lipuro B. Braun Medical bv

Toedieningsvorm
Emulsie voor injectie
Sterkte
10 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 20 ml, flacon 20 ml, 50 ml

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Esketamine (als hydrochloride) XGVS Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Injectievloeistof
Sterkte
5 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 5 ml
Toedieningsvorm
Injectievloeistof
Sterkte
25 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 10 ml

Esketiv (als hydrochloride) XGVS EuroCept bv

Toedieningsvorm
Injectievloeistof
Sterkte
5 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 5 ml, ampul 20 ml
Toedieningsvorm
Injectievloeistof
Sterkte
25 mg/ml
Verpakkingsvorm
10 ml

Ketanest-S (als hydrochloride) XGVS Pfizer bv

Toedieningsvorm
Injectievloeistof
Sterkte
5 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 5 ml, 'multidose' flacon 20 ml
Toedieningsvorm
Injectievloeistof
Sterkte
25 mg/ml
Verpakkingsvorm
'multidose' flacon 10 ml

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Voor de toepassing van propofol is geen advies vastgesteld.

Advies

Voor de toepassing van esketamine als anestheticum is geen advies vastgesteld.

Indicaties

  • Inductie en onderhoud van algehele anesthesie bij volwassenen en kinderen; bij een leeftijd > 3 jaar de concentratie 20 mg/ml en > 1 maand de concentratie 10 mg/ml;
  • Sedatie van beademde patiënten > 16 jaar op intensive-careafdelingen;
  • Sedatie ten behoeve van diagnostische en operatieve ingrepen, alleen of in combinatie met lokale of regionale anesthesie bij volwassenen en kinderen; bij een leeftijd > 3 jaar de concentratie 20 mg/ml en > 1 maand de concentratie 10 mg/ml;
  • Offlabel: continue palliatieve sedatie (Multidisciplinaire Richtlijn Palliatieve sedatie 2022).

De preparaten met een sterkte van 20 mg/ml zijn alleen geregistreerd voor gebruik bij leeftijd > 3 jaar. Daarnaast dienen deze alleen gebruikt te worden voor de inductie middels infusie (niet door middel van bolusinjecties) en wel alleen bij patiënten die nadien ook propofol krijgen toegediend voor het onderhoud van de anesthesie.

Indicaties

  • Inductie van algehele anesthesie;
  • Als aanvulling bij andere anesthetica;
  • Bij kortdurende diagnostische procedures en kleine operatieve ingrepen die geen spierrelaxatie behoeven;
  • Offlabel: postoperatieve pijn.

Doseringen

Voorzieningen om de luchtwegen open te houden, beademingsapparatuur, zuurstofverrijking en andere reanimatievoorzieningen moeten te allen tijde voorhanden zijn. Meestal is combinatie met analgetica noodzakelijk.

Klap alles open Klap alles dicht

Algehele anesthesie

Volwassenen

De dosering is individueel en afhankelijk van de respons van de patiënt en de gebruikte premedicatie. Inductie: bij leeftijd < 55 j. gewoonlijk i.v. 1,5–2,5 mg/kg, 20–40 mg propofol per 10 seconden. Bij een leeftijd > 55 jaar, en bij patiënten met een ASA klasse III of IV, in het bijzonder met een verminderde hartfunctie, zal de behoefte meestal minder zijn en kan de dosis worden gereduceerd tot minimaal 1 mg/kg lichaamsgewicht, met een toedieningssnelheid van ca. 20 mg propofol per 10 seconden. Onderhoud: over het algemeen 4–12 mg/kg/uur per continu infuus. Als er herhaalde bolusinjecties worden gebruikt: 25–50 mg per keer. Bij oudere patiënten, bij een slechte algemene conditie, in geval van verminderde hartfunctie, bij hypovolemie en bij patiënten met een ASA-classificatie III of IV kan de dosering verder verlaagd worden.

Kinderen

Inductie: langzaam i.v. titreren, bij een leeftijd > 8 j.: ca. 2,5 mg/kg, bij 1 mnd.–3 j.: 2,5–4 mg/kg. Onderhoud: individueel, meestal 9–15 mg/kg/uur; bij kinderen < 3 j. eventueel hoger doseren. Bij ASA III en IV lager doseren. Voor gebruik bij kinderen < 3 jaar zie Waarschuwingen en voorzorgen.

Sedatie van beademde patiënten op een intensive care-afdeling, bij patiënten > 16 j.

Patiënten ≥ 16 jaar

individueel, gewoonlijk 0,3–4,0 mg/kg/uur via continue infusie. Maximale snelheid 4 mg/kg/uur. Toediening van propofol via target controlled infusion (TCI) voor sedatie tijdens intensive care wordt door de fabrikant afgeraden.

Achtergrondsedatie tijdens diagnostische en operatieve ingrepen

Volwassenen

Aanpassen aan de klinische respons. Inductie: i.v. 0,5–1 mg/kg in 1–5 minuten is meestal voldoende. Onderhoud: titreren, meestal 1,5–4,5 mg/kg/uur. Geef wanneer een snelle toename van sedatieniveau gewenst is eventueel een aanvullende bolusinjectie van 10–20 mg. Bij leeftijd > 55 j. kan meestal volstaan worden met een lagere dosering; vermijd snelle bolusinjecties vanwege de kans op cardiorespiratoire depressie. Bij ASA III en IV lager doseren en langzamer toedienen.

Kinderen ≥ 1 maand

Afhankelijk van het gewenste sedatieniveau en de klinische respons. Inductie: i.v. meestal 1–2 mg/kg. Onderhoud: titreren, meestal 1,5–9 mg/kg/uur. Eventueel kan de infusie worden aangevuld met een bolusinjectie van max. 1 mg/kg, als een snelle toename van de diepte van de sedatie gewenst is. Bij ASA III en IV lager doseren. Voor gebruik bij kinderen < 3 jaar, zie Waarschuwingen en voorzorgen.

(offlabel) Continue palliatieve sedatie.

Volwassenen

Overleg ALTIJD met het consultatieteam palliatieve zorg. Zie voor meer informatie Pallialine, continue palliatieve sedatie.

Toediening: Max toedieningsduur: 7 dagen.

Lokale pijn kan worden beperkt door toediening in een grote vene van de onderarm of de fossa cubitalis, of voorafgaande toediening van lidocaïne.

Raadpleeg voor 'target controlled infusion' (TCI) of voor informatie over eventueel verdunnen, de officiële productinformatie CBG/EMA, onder Zie ook.

De infusie geleidelijk afbouwen om de kans op onthoudingsverschijnselen te verkleinen.

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Algehele anesthesie

Volwassenen

Individueel doseren op basis van het klinisch effect. Het gebruik van een ander anestheticum kan dosisreductie mogelijk maken. Inductie: langzaam i.v.: 0,5–1 mg/kg in 60 seconden om ademhalingsdepressie of hypertensie te voorkomen. Eventueel i.m: 3,3–6,3 mg/kg. Voor zowel i.v. als i.m.-toediening geldt dat zo nodig voor onderhoud van de anesthesie een aanvullende injectie met de halve of hele dosis gegeven kan worden; de fabrikant van Esketiv geeft aan dat in het algemeen elke 10–15 min een halve dosis gegeven kan worden.

Verlaag de dosering bij meerdere letsels (polytrauma) en bij patiënten met een slechte algemene toestand.

Verminderde leverfunctie: Overweeg een verlaging van de dosering bij patiënten met cirrose of andere vormen van leverinsufficiëntie.

Kinderen

De fabrikant verwacht dat de doseerschema's voor volwassenen gevolgd kunnen worden. Offlabel-doseringen volgens het Kinderformularium van het NKFK: esketamine.

Offlabel postoperatieve pijn

Kinderen

Offlabel-doseringen volgens het Kinderformularium van het NKFK: esketamine.

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): lokale pijn bij inductie.

Vaak (1-10%): hypotensie, bradycardie (geïsoleerde meldingen van progressie tot asystolie zijn beschreven). Tijdelijke apneu, hoesten en hikken tijdens inductie. Tijdens het ontwaken: hoofdpijn, misselijkheid en braken.

Soms (0,1-1%): trombose, flebitis. Tachycardie tijdens inductie.

Zelden (0,01-0,1%): epileptiforme bewegingen, incl. convulsies en opisthotonus (kan voorkomen tijdens de inductie, anesthesie én tijdens het ontwaken).

Zeer zelden (< 0,01%): anafylaxie (mogelijk met angio-oedeem, bronchospasme, erytheem, hypotensie). Postoperatieve bewusteloosheid. Longoedeem. Pancreatitis. Postoperatieve koorts. Seksuele ontlading. Verkleuring van de urine (meestal groen, na langdurige toediening). Na accidentele extravasculaire toediening: lokale pijn, zwelling, weefselnecrose (na extravasculaire toediening).

Verder zijn gemeld: hartaritmie, hartfalen, Brugada-syndroom-type ECG. Ademhalingsdepressie (dosisafhankelijk). Euforische stemming, seksuele ontremming, priapisme, verslaving, misbruik. Onwillekeurige bewegingen. Hepatomegalie, hepatitis, acuut leverfalen (zowel na langdurige als na kortdurende behandeling en bij patiënten zonder onderliggende risicofactoren). Rabdomyolyse. Nierfalen. Metabole acidose, hyperkaliëmie, hyperlipidemie. Anafylactische shock.

Combinaties van enkele bijwerkingen kunnen gezamenlijk voorkomen in het kader van het 'propofol-infusiesyndroom', vooral bij ernstig zieke patiënten die vaak meerdere risicofactoren hebben voor het ontwikkelen van deze bijwerkingen. Als onderdeel hiervan worden gezien: aritmieën, het Brugada-type ECG, hartfalen, rabdomyolyse, nierfalen, hepatomegalie, metabole acidose, hyperkaliëmie en hyperlipidemie. Risicofactoren hierbij zijn: verminderde zuurstoftoevoer naar de weefsels, sepsis, ernstige neurologische schade en het gebruik van een propofoldosering > 4 mg/kg/uur langer dan 48 uur.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Vaak (1-10%): voorbijgaande tachycardie, stijging van bloeddruk en hartslag met ca. 20%. Toegenomen (cardiaal) zuurstofgebruik, laryngospasmen, tijdelijke ademhalingsdepressie (afhankelijk van dosis en injectiesnelheid). Toename van de vaatweerstand in de pulmonale circulatie, toename van de slijmsecretie. Reacties bij het ontwaken (bij tot ca. 30% van de patiënten): levendige dromen, nachtmerries, duizeligheid, motorische onrust; tegen te gaan met een benzodiazepine. Wazig zien. Misselijkheid, braken, toegenomen speekselproductie.

Soms (0,1-1%): tonische en klonische bewegingen die lijken op convulsies (als gevolg van toegenomen spiertonus), nystagmus. Diplopie, toename van de intraoculaire druk. Morbilliforme huiduitslag, exantheem. Pijn en erytheem op de injectieplaats.

Zelden (0,01-0,1%): anafylaxie. Aritmie, bradycardie. Hypotensie.

Verder zijn gemeld: hallucinaties, dysforie, angst, desoriëntatie. Afwijkende leverfunctie, geneesmiddel-geïnduceerde leverschade. Naast de hiervoor genoemde symptomen worden in situaties van misbruik ook flashbacks, slapeloosheid en (hemorragische) cystitis gemeld.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

In combinatie met regionale anesthesie kunnen over het algemeen lagere doses van propofol gegeven worden.

Combinatie met andere (anesthesie)middelen die circulatoire of ademhalingsdepressie geven, kan dit effect doen toenemen.

Bij combinatie met benzodiazepinen, parasympathicolytica of inhalatie-anesthetica kan de anesthesieduur toenemen en de ademhalingsfrequentie afnemen.

Overweeg bij combinatie met midazolam dosisverlaging van propofol; de combinatie leidt waarschijnlijk tot verhoogde sedatie en ademhalingsdepressie.

Door premedicatie met opioïden (fentanyl) kan de werking van propofol versterkt en verlengd worden en kan apneu vaker en langer optreden.

In combinatie met neostigmine of suxamethonium kunnen bradycardie en hartstilstand optreden.

Bij combinatie met rifampicine is ernstige hypotensie gemeld.

Gelijktijdige toediening van propofol en midazolam kan een versterkte sedatie geven en ademhalingsdepressie, vanwege verminderde klaring van propofol. Overweeg een dosisverlaging van propofol.

In combinatie met valproïnezuur neemt de behoefte aan propofol af, verlaag eventueel de dosering van propofol.

In combinatie met ciclosporine is leuko-encefalopathie gemeld.

Medicatie die het hartminuutvolume reduceert, vermindert de klaring van propofol.

Interacties

Combinatie met xanthinederivaten zoals theofylline is gecontra-indiceerd; de convulsiedrempel kan eerder bereikt worden.

Combinatie met ergometrine is gecontra-indiceerd.

Houd rekening met het optreden van hypertensie en tachycardie bij combinatie met sympathicomimetica, schildklierhormoon en vasopressine.

Combinatie met hypnotica, benzodiazepinen of antipsychotica beperkt het optreden van bijwerkingen, maar verlengt de werkingsduur van esketamine. Bij combinatie met diazepam kan dosisaanpassing, ook van esketamine, nodig zijn.

Combinatie met barbituraten, opioïden of inhalatie-anesthetica kan de recovery-fase verlengen.

Het effect van gelijktijdig toegediende opioïden kan worden versterkt, met meer kans op CZS- of ademhalingsdepressie.

Bij combinatie met gehalogeneerde anesthetica neemt de kans op bradycardie, hypotensie of verminderd hartminuutvolume toe. Bij combinatie met gehalogeneerde anesthetica neemt de kans op cardiale aritmie na toediening van adrenaline toe.

CYP3A4-remmers (claritromycine, erytromycine, diltiazem, verapamil, ketoconazol, fluconazol, itraconazol) verminderen de afbraak door de lever; dosisverlaging van esketamine kan nodig zijn.

CYP3A4-inductoren (rifampicine, fenytoïne, carbamazepine, sint-janskruid) verhogen de afbraak door de lever; dosisverhoging van esketamine kan nodig zijn.

Bij combinatie kan de werkingsduur van spierrelaxantia toenemen (zowel van depolariserende als niet-depolariserende middelen).

Zwangerschap

Propofol passeert de placenta.

Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens, bij dieren aanwijzingen voor schadelijkheid: toepassing van anesthetica leidt tot verlies van cellen in de zich ontwikkelende hersenen, wat gepaard kan gaan met langdurige cognitieve deficiënties.

Farmacologisch effect: Kan bij toepassing vlak voor of tijdens de bevalling neonatale ademhalingsdepressie veroorzaken.

Advies: Volgens de fabrikant wordt gebruik ontraden, zeker bij obstetrische anesthesie (behoudens geïnduceerde abortus in het eerste trimester); en geen doseringen toedienen van > 2,5 mg/kg lichaamsgewicht (inductie) of > 6 mg/kg lichaamsgewicht/uur (onderhoud). Propofol kan volgens Lareb kortdurend (< 3 uur) worden gebruikt. Herhaald of langer durend gebruik zorgvuldig afwegen omdat in onderzoek neurotoxiciteit is gemeld.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Passeert de placenta.

Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens, bij dieren is reproductietoxiciteit waargenomen. Bij dieren resulteert gebruik van verdovingsmiddelen tijdens de periode van snelle hersengroei of synaptogenese in celverlies in de zich ontwikkelende hersenen. Dit wordt in verband gebracht met langdurige cognitieve tekortkomingen.

Farmacologisch effect: Kan bij toepassing vlak voor of tijdens de bevalling ademhalingsdepressie bij de pasgeborene veroorzaken, daarnaast kan het de tonus van de uterus en de weeënfrequentie verhogen, evenals de bloeddruk van de moeder.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken, het risico afwegen tegen het belang van de behandeling en de mogelijkheid van alternatieven; vermijd hoge doses, langdurige anesthesie (> 3 uur) en frequent gebruik zoveel mogelijk. Niet gebruiken bij een hoge maternale bloeddruk. Gecontra-indiceerd bij (pre)eclampsie.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja, in geringe mate.

Advies: volgens de fabrikant: borstvoeding ontraden gedurende 24 uur na de toediening. Volgens Lareb kan propofol incidenteel gebruikt worden, omdat de kans op een ongewenst effect op de zuigeling gering is.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja.

Farmacologisch effect: Bij therapeutische doses is er waarschijnlijk geen effect op het kind.

Advies: Wacht na behandeling ten minste 12 uur met het geven van borstvoeding om mogelijke nadelige effecten op het kind te voorkomen.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Contra-indicaties

  • langdurige sedatie bij leeftijd ≤ 16 jaar op een intensivecare-afdeling;
  • bekende overgevoeligheid voor soja of pinda's.

Contra-indicaties

  • patiënten bij wie stijging van bloeddruk of intracraniële druk een ernstig risico vormt;
  • als enig anestheticum bij patiënten met manifeste ischemische hartziekten;
  • hoge bloeddruk en proteïnurie (pre-eclampsie) en convulsies (eclampsie) als gevolg van zwangerschap; zie voor meer informatie rubriek Zwangerschap.

Voor meer contra-indicaties zie de rubriek Interacties.

Waarschuwingen en voorzorgen

Misbruik en afhankelijkheid van propofol zijn gemeld. Toepassing van propofol zonder de borging van een gezekerde luchtweg kan leiden tot fatale respiratoire complicaties.

Wees voorzichtig bij cardiale, respiratoire, renale of hepatische stoornissen, en bij hypovolemie of verzwakking. Houd bij ernstig overgewicht rekening met ongewenste hemodynamische bijwerkingen.

Niet toepassen voor de algehele anesthesie bij kinderen < 1 maand; neonaten hebben een aanzienlijk verminderde klaring met een grote interindividuele variatie, hierdoor kan relatieve overdosering optreden met ernstige cardiovasculaire depressie.

Target controlled infusion (TCI) wordt afgeraden bij kinderen < 2 jaar wegens onvoldoende gegevens.

Weeg herhaald of langer durend (≥ 3 uur) gebruik bij kinderen < 3 jaar zorgvuldig af; in onderzoek is neurotoxiciteit gemeld.

Bij toediening aan epilepsie-patiënten is er kanstoename op convulsies; met vertraging kunnen epileptiforme bewegingen optreden. De vertraging kan variëren van enkele uren tot dagen. Ook bij niet-epileptische patiënten kunnen epilepsie-aanvallen voorkomen.

Postoperatieve bewusteloosheid komt voor, eventueel in combinatie met een verhoogde spiertonus.

Bij sedatie voor intensive care zorg zijn risicofactoren voor metabole aandoeningen en orgaanfalen:

  • verminderde zuurstoftoevoer naar de weefsels;
  • ernstige neurologische schade en/of sepsis;
  • hoge doseringen van: vasoconstrictoren, steroïden, inotrope middelen en/of propofol (> 4 mg/kg/uur gedurende > 48 uur).

Speciale aandacht is vereist bij patiënten met een hoge intracraniale druk en een lage gemiddelde arteriële druk; de intracerebrale perfusiedruk kan afnemen.

Patiënten met mitochondriale aandoeningen kunnen gevoelig zijn voor verergering van hun aandoening bij het ondergaan van anesthesie, ingrepen en intensivecare-zorg. Vroege vormen van verergering van mitochondriale ziekte en het propofol-infusiesyndroom kunnen op elkaar lijken. Behoud normothermie en zorg voor voldoende koolhydraten en hydratie.

Dagelijkse bezigheden zoals autorijden kunnen enige tijd nadelig beïnvloed worden.

Hulpstoffen

  • Bij een verlaagd albuminegehalte (bv. door gestoorde lever- of nierfunctie) kan hemolyse optreden door lysolecithine, een ontledingsproduct van de emulgator ei-lecithine.
  • Houd rekening met de lipiden in de propofol-emulsie als de patiënt tegelijkertijd i.v.-lipiden krijgt toegediend (bv. als onderdeel van totaal parenterale voeding).
  • Controleer de plasmalipidenspiegels bij patiënten met meer kans op het 'fat overload'-syndroom (bv. bij kinderen).
  • Kan soja bevatten; niet toepassen bij overgevoeligheid voor pinda's en soja.

Waarschuwingen en voorzorgen

Wees voorzichtig bij:

  • hartfalen, hypovolemie, dehydratie, hypertensie, tachycardie; controleer bij hartfalen of hypertensie voortdurend de hartfunctie;
  • instabiele angina pectoris of een doorgemaakt myocardinfarct < 6 maanden voor de toepassing van esketamine;
  • verhoogde intracraniële druk en beschadigingen of aandoeningen van het centrale zenuwstelsel, bv. hersentrauma, CVA (verhoging van de cerebrospinale druk is gemeld);
  • situatie waarin de intraoculaire druk niet mag stijgen, bv. glaucoom;
  • pulmonale of bovensteluchtweginfectie (vanwege mogelijk optreden van laryngospasme);
  • chronische of acute invloed van alcohol;
  • psychische stoornissen in het verleden (bv. schizofrenie of acute psychose) of de neiging tot hallucineren;
  • hyperthyroïdie incl. patiënten die schildklierhormoonsubstitutie krijgen;
  • acute intermitterende porfyrie;
  • situaties waarin het myometrium van de uterus ontspannen moet zijn (bv. bij dreigende uterusruptuur).

Houd ondanks de grotendeels behouden beschermende reflexen, rekening met de mogelijkheid van aspiratie. Om deze reden en ook vanwege de kans op ademhalingsdepressie dienen er mogelijkheden tot intubatie en beademing aanwezig te zijn. Aanbevolen wordt dat de patiënt 4–6 uur voor de operatie niet eet of drinkt om aspiratie te voorkomen.

Bij procedures in de farynx, larynx en bronchi, vooral bij kinderen, kunnen spierrelaxantia en gecontroleerde beademing nodig zijn; hyperreflexie en laryngospasmen kunnen optreden.

Bij operatieve ingrepen met viscerale pijn zijn spierrelaxantia en aanvullende anesthesie (gecontroleerde beademing en toediening van lachgas/zuurstof) nodig.

Geef pre-operatief atropine of glycopyrronium om slijmsecretie te remmen; een benzodiazepine, bv. midazolam, kan i.v. of rectaal gegeven worden om de initiële hyperkinetische circulatie te onderdrukken en het optreden van angst tijdens het ontwaken te verminderen

Tachycardie, stijging van de bloeddruk (met ca. 20–25%) en toename van de cardiale output treden op, met een terugkeer naar de uitgangswaarden binnen 15 min. na toediening.

Overweeg bij leverfunctiestoornissen een dosisverlaging.

Bij langdurig gebruik (> 1 maand, bv. bij misbruik) zijn (hemorragische) cystitis, acuut nierletsel, hydronefrose en ureteraandoeningen gemeld; abnormale leverfunctietesten zijn gemeld bij gebruik > 3 dagen.

Bij personen met een voorgeschiedenis van misbruik of afhankelijkheid van geneesmiddelen kan afhankelijkheid ontstaan. (Es)ketamine kan flashbacks, hallucinaties, dysforie, angst, slapeloosheid en desoriëntatie veroorzaken.

Na de anesthesie mag de patiënt gedurende ten minste 24 uur geen alcohol drinken, niet autorijden en geen machines bedienen.

Hulpstoffen

  • De multidose-injectievloeistof kan benzethoniumchloride bevatten.
  • Wees voorzichtig met natrium in de injectievloeistof bij een natriumarm dieet.

Overdosering

Symptomen

Cardiorespiratoire depressie.

Therapie

Bij ademhalingsdepressie beademen met zuurstof. Bij cardiovasculaire depressie eventueel plasmavervangingsmiddelen en bloeddrukverhogende middelen toepassen.

Overdosering

Symptomen

Convulsies, cardiale aritmie en ademhalingsstilstand.

Therapie

Bij convulsies diazepam i.v.; bij onvoldoende respons fenytoïne of thiopental.

Zie voor meer informatie toxicologie.org/ketamine of Vergiftigingen.info.

Eigenschappen

Propofol (2,6-di-isopropylfenol) is een kortwerkend i.v.-anestheticum. Versterkt waarschijnlijk de remmende werking van GABA op de signaaloverdracht. Heeft ook een anti-emetisch effect. Propofol verlaagt de cerebrale doorbloeding, intracraniële druk en het cerebrale metabolisme. Werkingsduur: inslapen binnen 1 minuut; duur van de anesthesie is 5-10 min tot ca. 1 uur (afhankelijk van dosering en comedicatie).

Kinetische gegevens

Eiwitbinding 98%.
Metabolisering voornamelijk door conjugatie in de lever, waarbij het afhankelijk is van de bloeddoorstroming.
Eliminatie als inactieve metabolieten, voor ca. 90% via de nieren.
T 1/2el na een distributiefase van enkele minuten: eerste eliminatiefase 30–60 min; tweede fase ca. 3 uur of langer (herdistributie uit weinig doorbloede weefsels).

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

(S)(+)-ketamine is de linksdraaiende isomeer van het racemische mengsel ketamine. Blokkeert de N-methyl-D-aspartaat (NMDA) receptoren. Heeft een analgetisch en anesthetisch effect. Het analgetische effect treedt op bij een lagere dosering dan nodig voor de anesthesie. Veroorzaakt een dissociatieve anesthesie. Heeft ook een sympathicomimetisch effect; de bloeddruk en hartslag stijgen. Heeft een relaxerend effect op de bronchiale musculatuur.

Kinetische gegevens

Resorptie na i.v.-toediening duurt de distributiefase ca. 45 min, met een halfwaardetijd van 10–15 min.
F ca. 90% bij i.m.-toediening.
T max 5–30 minuten bij i.m.-toediening.
V d perifeer 1,46 l/kg; centraal 0,55 l/kg.
Metabolisering in de lever, met name door CYP2B6, onder andere tot norketamine, een actieve metaboliet. Ook CYP3A5 en CYP2A6 spelen een rol.
Eliminatie esketamine en metabolieten: vooral via de nieren.
T 1/2el 2,5 uur; ca. 4 uur (norketamine).

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

propofol hoort bij de groep anesthetica, intraveneus.

  • dexmedetomidine (N05CM18) Vergelijk
  • esketamine (intraveneus) (N01AX14) Vergelijk
  • etomidaat (N01AX07) Vergelijk
  • thiopental (N01AF03) Vergelijk

Groepsinformatie

esketamine (intraveneus) hoort bij de groep anesthetica, intraveneus.

  • dexmedetomidine (N05CM18) Vergelijk
  • etomidaat (N01AX07) Vergelijk
  • propofol (N01AX10) Vergelijk
  • thiopental (N01AF03) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • anesthetica, intraveneus

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • anesthetica, intraveneus

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
  • Kinderformularium (NKFK)
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
  • Toegankelijkheid
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".