Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

protrombinecomplex

bloedstollingsfactoren B02BD01

Sluiten

efanesoctocog alfa

bloedstollingsfactoren B02BD02

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Beriplex P/N XGVS CSL Behring bv

Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
250 IE
Verpakkingsvorm
flacon + solvens 10 ml
Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
500 IE
Verpakkingsvorm
flacon + solvens 20 ml

Bevat na oplossen per ml ten minste: 20 IE factor II, 10 IE factor VII, 20 IE factor IX, 22 IE factor X, 15 IE proteïne C en 12 IE proteïne S. Het totale proteïnegehalte is 6–14 mg/ml bereide oplossing. De specifieke factor IX-activiteit is 2,5 IE per mg totaal proteïne. Bevat tevens: sporen humaan albumine, heparine en humaan antitrombine III en tot 15 mmol natrium per 100 ml.

Cofact Prothya Biosolutions Netherlands B.V.

Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
250 IE
Verpakkingsvorm
flacon + solvens 10 ml
Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
500 IE
Verpakkingsvorm
flacon + solvens 20 ml

Bevat na oplossen per ml ten minste: 14 IE factor II, 7 IE factor VII, 25 IE factor IX, 14 IE factor X, 11 IE proteïne C en 1 IE proteïne S. Het totale proteïnegehalte/flacon is 13–35 mg/ml bereide oplossing. De specifieke factor IX-activiteit is 0,6 IE per mg totaal proteïne. Bevat tevens: sporen humaan antitrombine III en 12,5–19,5 mmol natrium per 100 ml.

Octaplex XGVS Octapharma GmbH

Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
500 IE
Verpakkingsvorm
flacon + solvens 20 ml
Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
1000 IE
Verpakkingsvorm
flacon + solvens 40 ml

Bevat na oplossen per ml ten minste: 14 IE factor II, 9 IE factor VII, 25 IE factor IX, 18 IE factor X, 13 IE proteïne C en 12 IE proteïne S. Het totale proteïnegehalte/flacon is 13–41 mg/ml bereide oplossing. De specifieke factor IX-activiteit is minimaal 0,6 IE per mg totaal proteïne. Bevat tevens: sporen heparine en 16,3–27,2 mmol natrium per 100 ml.

Prothromplex XGVS Takeda Nederland bv

Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
600 IE
Verpakkingsvorm
flacon + solvens 20 ml

Bevat na oplossen per ml ten minste: 24-45 IE factor II, 25 IE factor VII, 30 IE factor IX, 30 IE factor X, 20 IE proteïne C. Het totale proteïnegehalte/flacon is 15-38 mg/ml bereide oplossing. De specifieke factor IX-activiteit is 0,6 IE per mg van de activiteit van factor IX. Bevat tevens: sporen heparine (max. 0,5 IE/IE factor IX), antitrombine III (0,75-1,5 IE/ml) en 17 mmol natrium per 100 ml.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Altuvoct XGVS Aanvullende monitoring Swedish Orphan Biovitrum (Nederland) B.V.

Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
250 IE
Verpakkingsvorm
wegwerpspuit met solvens 3 ml + toebehoren
Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
500 IE
Verpakkingsvorm
wegwerpspuit met solvens 3 ml + toebehoren
Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
1000 IE
Verpakkingsvorm
wegwerpspuit met solvens 3 ml + toebehoren
Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
2000 IE
Verpakkingsvorm
wegwerpspuit met solvens 3 ml + toebehoren
Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
3000 IE
Verpakkingsvorm
wegwerpspuit met solvens 3 ml + toebehoren
Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
4000 IE
Verpakkingsvorm
wegwerpspuit met solvens 3 ml + toebehoren

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Zie voor de behandeling van hemofilie en aanverwante hemostasestoornissen de richtlijn Diagnostiek en behandeling van Hemofilie op hematologienederland.nl.

Advies

Zie voor de behandeling van hemofilie A de richtlijn Diagnostiek en behandeling van hemofilie op hematologienederland.nl.

Indicaties

Behandeling van bloedingen of het voorkomen van bloedingen peri-operatief als gevolg van:

  • verworven deficiëntie van de protrombinecomplex-stollingsfactoren. Bijvoorbeeld bij deficiëntie ontstaan door behandeling met vitamine K-antagonisten of door overdosering van vitamine K-antagonisten, wanneer snelle correctie van de deficiëntie nodig is.
  • aangeboren deficiënties van een van de vitamine K-afhankelijke stollingsfactoren (Octaplex: factor II en X), wanneer de gezuiverde specifieke stollingsfactor niet beschikbaar is.

Indicaties

  • Behandeling en preventie van bloedingen bij hemofilie A.

Doseringen

De dosering is afhankelijk van de ernst van de aandoening, de locatie en ernst van de bloeding en de klinische toestand en het gewicht van de patiënt. Tevens moet rekening worden gehouden met de halfwaardetijd van de stollingsfactor die men in hoofdzaak wil toedienen.

Klap alles open Klap alles dicht

Behandeling van bloedingen of het voorkómen van bloedingen peri-operatief als gevolg van verworven deficiëntie van de protrombinecomplex-stollingsfactoren

Volwassenen

Algemeen: De dosis hangt af van de INR voor de behandeling (zo kort mogelijk voor toediening gemeten), de gewenste INR en het lichaamsgewicht.

Cofact: de dosis wordt berekend op basis van de factor IX-concentratie in Cofact wegens de relatief korte halfwaardetijd en de lage opbrengst ervan na infusie van factor IX in vergelijking met de andere stollingsfactoren in protrombinecomplex. Hierbij wordt aangenomen dat een gemiddelde plasmaconcentratie van factor IX ≥ 30% voldoende is om een INR ≤ 2,1 te bereiken, en ≥ 60% voldoende is voor een INR ≤ 1,5. De maximale dosis is 1500 IE (= 60 ml) voor een INR ≤ 2,1 en max. 2500 IE (= 100 ml) voor een INR ≤ 1,5. Zie voor een dosistabel met algemene doseringsadviezen de officiële productinformatie van CBG/EMA: Cofact rubriek 4.2.

Beriplex: max. 5000 IE per keer bij een lichaamsgewicht > 100 kg en bij een INR > 6. Zie voor een doseringstabel met algemene doseringsadviezen de officiële productinformatie van CBG/EMA: Beriplex rubriek 4.2.

Octaplex: max. 5000 IE per keer bij een lichaamsgewicht > 100 kg en bij een INR > 6. Zie voor een doseringstabel met algemene doseringsadviezen de officiële productinformatie van CBG/EMA: Octaplex rubriek 4.2.

Prothromplex: max. 50 IE factor IX/kg bij een INR > 6. Bij ernstige bloedingen kan een hogere dosering overwogen worden. Zie voor een doseringstabel met algemene doseringsadviezen de officiële productinformatie CBG/EMA: Prothromplex rubriek 4.2.

Bij hemofilie B (factor IX-tekort)

Volwassenen

Beriplex, Cofact, Prothromplex: 1 IE factor IX/kg lichaamsgewicht heeft in het algemeen een stijging van factor IX in het bloed van 0,013 IE/ml (Beriplex) of 0,01 IE/ml (Cofact) of 0,015 IE/ml (Prothromplex) tot gevolg.

Bij factor II-tekort

Volwassenen

Beriplex, Cofact, Octaplex, Prothromplex: bij dosering van 1 IE factor II per kg mag een stijging van 0,019 IE/ml (Beriplex) of 0,02 IE/ml (Cofact, Octaplex) of 0,021 IE/ml (Prothromplex) worden verwacht.

Bij factor VII-tekort

Volwassenen

Beriplex, Cofact, Prothromplex: bij toediening van 1 IE factor VII per kg mag stijging van factor VII in het bloed van ca. 0,017 IE/ml (Beriplex) of 0,01 IE/ml (Cofact) of 0,024 IE/ml (Prothromplex) worden verwacht.

Bij factor X-tekort

Volwassenen

Beriplex, Cofact, Octaplex, Prothromplex: bij dosering van 1 IE factor X per kg mag een stijging van 0,019 IE/ml (Beriplex) of 0,017 IE/ml (Cofact, Octaplex, Prothromplex) in het bloed worden verwacht.

Toediening: Het preparaat moet intraveneus worden toegediend, en vanuit microbiologisch oogpunt, moet dit direct na het oplossen gebeuren. De infusiesnelheid verschilt per preparaat, deze zijn:

  • Beriplex: ≤ 8 ml/min;
  • Cofact: ca. 2 ml/min;
  • Octaplex: 0,12 ml/kg lichaamsgewicht/min, max. 8 ml/min;
  • Prothromplex: max. 2 ml/min.

Doseringen

De dosering en duur van de therapie zijn afhankelijk van de ernst van de ziekte, de locatie en omvang van de bloedingen en de klinische toestand. Bij ondergewicht of overgewicht moet de dosis op basis van het lichaamsgewicht mogelijk worden aangepast. 1 IE factor VIII/kg lichaamsgewicht verhoogt de factor VIII-activiteit in plasma met 2 IE/dl (2%).

Klap alles open Klap alles dicht

Kleine bloedingen (beginnende hemartrose, spierbloeding of bloeding in de mondholte) bij hemofilie A

Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen

Intraveneus: 50 IE/kg lichaamsgewicht eenmalig; bij bloedingsepisodes binnen 2 tot 3 dagen na een profylactische dosis, kan een lagere dosis van 30 IE/kg worden gebruikt. Een aanvullende dosis van 30 of 50 IE/kg na 2-3 dagen kan overwogen worden.

Middelmatige bloedingen (meer uitgebreide hemartrose, spierbloeding of hematoom) bij hemofilie A

Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen

Intraveneus: 50 IE/kg lichaamsgewicht eenmalig. Aanvullende doses van 30 of 50 IE/kg om de 2-3 dagen kunnen overwogen worden tot de bloeding is gestopt.

Levensbedreigende bloedingen bij hemofilie A

Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen

Intraveneus: 50 IE/kg lichaamsgewicht eenmalig. Aanvullende doses van 30 of 50 IE/kg om de 2-3 dagen kunnen overwogen worden tot het levensgevaar geweken is.

Operatieve ingreep bij hemofilie A

Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen

Kleine ingreep (incl. tandextracties): Intraveneus: 50 IE/kg lichaamsgewicht eenmalig. Een aanvullende dosis van 30 of 50 IE/kg na 2-3 dagen kan overwogen worden.

Zware ingreep: Intraveneus: 50 IE/kg lichaamsgewicht eenmalig. Aanvullende doses van 30 of 50 IE/kg om de 2-3 dagen kunnen overwogen worden tot de wond goed genezen is.

Langetermijnprofylaxe bij hemofilie A

Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen

Intraveneus: 50 IE/kg lichaamsgewicht 1×/week. Hervat profylaxe (indien van toepassing) na behandeling van een bloeding minimaal 72 uur na de laatste dosis van 50 IE/kg; hierna profylaxe voortzetten volgens het reguliere doseerschema.

Toediening: Intraveneus toedienen in 1-10 min, op basis van wat de patiënt als comfortabel ervaart.

Bijwerkingen

Vaak (1-10%): (fatale) trombo-embolische complicaties (zoals embolie, diepveneuze trombose). Hoofdpijn. Verhoogde lichaamstemperatuur.

Soms (0,1-1%): overgevoeligheid of allergische reacties.

Verder zijn gemeld: anafylactoïde of anafylactische reacties (incl. anafylactische shock, angio-oedeem). Paresthesie. Diffuse intravale stolling. Cerebrovasculair accident, duizeligheid. Hartfalen, acuut myocardinfarct, tachycardie. Hypotensie, overmatig blozen. Dyspneu, piepende ademhaling. Misselijkheid, braken. Huiduitslag, jeuk, hyperhidrose. Reacties op de infusieplaats. Lethargie. Rusteloosheid. Malaise. Ontwikkeling van neutraliserende remmers van de stollingsfactoren (remmers). Nefrotisch syndroom is gemeld bij hemofilie B–patiënten met factor IX–remmers en allergische reacties in de voorgeschiedenis. Heparine-geïnduceerde trombocytopenie type II (Beriplex, Octaplex). Voorbijgaande stijging transaminasewaarden.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn (o.a. migraine). Gewrichtspijn.

Vaak (1-10%): braken. Eczeem, (maculopapuleuze) huiduitslag, (papuleuze) urticaria. Rugpijn, pijn in extremiteit. Koorts.

Soms (0,1-1%): reactie op de injectieplaats (zoals hematoom, dermatitis).

Verder zijn gemeld: overgevoeligheid, vorming van factor VIII-remmers.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

Humaan protrombinecomplex neutraliseert het effect van vitamine K-antagonisten.

Interacties

Er is geen onderzoek naar interacties uitgevoerd met efanesoctocog α.

Zwangerschap

Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren, onvoldoende gegevens.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

Overige: Eventuele overdracht van het parvovirus B19 kan een zeer ernstige infectie geven van de foetus.

Zwangerschap

Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren, onvoldoende gegevens.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

Contra-indicaties

  • Beriplex: gedissemineerde intravasale stolling in de verbruikfase;
  • Beriplex, Octaplex, Prothromplex: heparine-geïnduceerde trombocytopenie in de voorgeschiedenis.

Contra-indicaties

Er zijn van dit geneesmiddel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.

Waarschuwingen en voorzorgen

Vanwege de kans op trombo-embolische complicaties extra zorgvuldige controle uitvoeren bij coronaire hartziekten in de voorgeschiedenis, leverziekten, tijdens en na een operatie, en bij meer kans op trombose of gedissemineerde intravasale stolling.

Er is risico op trombose of diffuse intravasale stolling bij behandeling van patiënten met congenitale of verworven deficiëntie met protrombinecomplex, met name bij herhaalde dosering. De kans neemt toe bij een geïsoleerde factor VII-deficiëntie.

Een onderliggende hypercoagulabiliteit bij behandeling met vitamine K-antagonisten kan verergeren door een infuus met protrombinecomplex.

Overweeg de mogelijkheid van heparine-geïnduceerde trombocytopenie bij een daling van het aantal bloedplaatjes > 50% en/of het optreden van nieuwe of onverklaarbare trombo-embolische complicaties tijdens de behandeling; dit treedt meestal op binnen 4–14 dagen, maar bij recentelijk gebruik van heparine (in de afgelopen 100 dagen) kan het binnen 10 uur optreden.

Correctie van een stoornis in de hemostase veroorzaakt door vitamine K-antagonisten treedt meestal 30 minuten na injectie op; overweeg gelijktijdig vitamine K te geven, omdat het effect van vitamine K na 4–6 uur optreedt; monitoring van de INR is vereist, herhaalde toediening van protrombinecomplex wordt niet aanbevolen. Er zijn geen gegevens bekend over het gebruik bij een perinatale bloeding door vitamine K-tekort bij neonaten.

Overleg bij vorming van antistoffen die één of meerdere factoren van humaan protrombinecomplex remmen (herkenbaar aan een verminderde werkzaamheid), met een gespecialiseerd centrum.

Het risico van overdracht van met bloed overdraagbare agentia kan niet geheel worden uitgesloten. Voor niet-omhulde virussen (zoals parvovirus B19) is de chemische virusinactivering mogelijk beperkt effectief; daarom het plasma alleen op strikte indicatie toedienen bij immunodeficiëntie, toegenomen erytropoëse of tijdens de zwangerschap.

Bij kinderen zijn er volgens de fabrikant geen gegevens beschikbaar over het gebruik van dit middel.

Hulpstoffen: Wees voorzichtig met natrium, in de injectievloeistof, bij een natriumbeperkt dieet.

Waarschuwingen en voorzorgen

Overgevoeligheid: Symptomen zoals lokale reacties (urticaria, jeuk, angio-oedeem), beklemming op de borst, piepende ademhaling, hypotensie of misselijkheid kunnen een vroege waarschuwing zijn voor allergische of anafylactische reacties. Bij optreden van dergelijke reacties de toediening onmiddellijk staken.

Neutraliserende antilichamen: Controleer, als de te verwachten spiegel van antihemofiliefactor niet wordt bereikt of als de bloedingen ondanks een juiste dosering niet onder controle komen, op de aanwezigheid van neutraliserende antistoffen (remmers) tegen factor VIII. Het risico van remmerontwikkeling is gecorreleerd aan de ernst van de aandoening en aan de blootstelling aan factor VIII. Antistofvorming vindt doorgaans binnen de eerste 50 dagen plaats, maar kan levenslang nog voorkomen (geringe kans).

Bij reeds bestaande cardiovasculaire risicofactoren kan het cardiovasculair risico vergroot worden door toediening van efanesoctocog α.

Doorgaans is tijdens de reguliere profylaxe monitoring van factor VIII-waarden voor dosisaanpassingen niet nodig. Bij grote chirurgische ingrepen of levensbedreigende bloedingen moeten factor VIII-waarden worden bepaald als leidraad voor de dosis en de frequentie van herhaalde injecties. De chromogene test en de één-fase-stollingstest op basis van de aPTT voor de bepaling van de factor VIII-activiteit geven niet dezelfde waarde. De één-fase-stollingstest heeft de voorkeur, zie voor meer informatie de officiële productinformatie CBG/EMA (rubriek 4.2 en 4.4). onder 'Zie ook'.

Overdosering

Symptomen

Myocardinfarct, diffuse intravale stolling, veneuze trombose, longembolie.

Neem voor meer informatie over een vergiftiging met protrombinecomplex contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Overdosering

Neem voor informatie over een vergiftiging met efanesoctocog α contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Bereid uit normaal humaan vers plasma. Protrombinecomplex kan de stollingsstoornissen die kunnen optreden bij afwezigheid of verlaagde concentratie van één of meer van de stollingsfactoren II, VII, IX en X behandelen of voorkomen. Dit zijn de stollingsfactoren die endogeen met behulp van vitamine K in de lever worden gesynthetiseerd. Proteïne C en S zijn vitamine K–afhankelijke stollingsremmers die ook in de lever worden gesynthetiseerd. De biologische activiteit van proteïne C wordt versterkt door de cofactor proteïne S. Werking: na ca. 30 min (correctie hemostase bij verworven deficiëntie). Werkingsduur: 6–8 uur (correctie hemostase bij verworven deficiëntie).

Kinetische gegevens

T 1/2el Beriplex: ca. 60 uur (factor II), ca. 4 uur (factor VII), ca. 17 uur (factor IX), ca. 31 uur (factor X), ca. 47 uur (proteïne C), ca. 49 uur (proteïne S). Cofact: 40–60 uur (factor II), 4–6 uur (factor VII), 18–25 uur (factor IX), 30–60 uur (factor X). Octaplex: 48–60 uur (factor II), 1,5–6 uur (factor VII), 20–24 uur (factor IX), 24–48 uur (factor X). Prothromplex: 40–60 uur (factor II), 3–5 uur (factor VII), 16–30 uur (factor IX), 30–60 uur (factor X).

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Bloedstollingsfactor VIII, bereid via DNA-recombinanttechniek in een cellijn van humane embryonale niercellen. Efanesoctocog α heeft functionele eigenschappen die vergelijkbaar zijn met die van de endogene factor VIII (FVIII), maar bindt niet aan endogene von-Willebrandfactor (VWF) waardoor de halfwaardetijd verlengd is. Het corrigeert tijdelijk de verlengde stollingstijd van het bloed bij verworven verlaagde factor VIII-activiteit, zoals bij hemofilie A-patiënten, die deze factor geheel of gedeeltelijk missen.

Kinetische gegevens

V d 31 ml/kg bij volwassenen; 34,9 ml/kg bij kinderen van 12-17 jaar; 38,1 ml/kg bij kinderen van 6-11 jaar; 36,6 ml/kg bij kinderen van 1-5 jaar.
T 1/2el 48,2 uur bij volwassenen; 44,6 uur bij kinderen van 12-17 jaar; 42,4 uur bij kinderen van 6–11 jaar; 38,0 uur bij kinderen van 1–5 jaar.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

protrombinecomplex hoort bij de groep bloedstollingsfactoren.

  • albutrepenonacog alfa (B02BD04) Vergelijk
  • damoctocog alfa pegol (B02BD02) Vergelijk
  • efanesoctocog alfa (B02BD02) Vergelijk
  • efmoroctocog alfa (B02BD02) Vergelijk
  • eftrenonacog alfa (B02BD04) Vergelijk
  • emicizumab (B02BX06) Vergelijk
  • eptacog alfa, geactiveerd (B02BD08) Vergelijk
  • eptacog bèta, geactiveerd (B02BD08) Vergelijk
  • factor VIII (B02BD02) Vergelijk
  • factor VIII/von Willebrand-factor (B02BD06) Vergelijk
  • factor XIII (B02BD07) Vergelijk
  • fibrinogeen (B02BB01) Vergelijk
  • lonoctocog alfa (B02BD02) Vergelijk
  • moroctocog alfa (B02BD02) Vergelijk
  • nonacog alfa (B02BD04) Vergelijk
  • nonacog bèta pegol (B02BD04) Vergelijk
  • nonacog gamma (B02BD04) Vergelijk
  • octocog alfa (B02BD02) Vergelijk
  • protrombinecomplex (geactiveerd) (B02BD03) Vergelijk
  • rurioctocog alfa pegol (B02BD02) Vergelijk
  • simoctocog alfa (B02BD02) Vergelijk
  • turoctocog alfa (B02BD02) Vergelijk
  • turoctocog alfa pegol (B02BD02) Vergelijk
  • von Willebrand-factor (B02BD10) Vergelijk
  • vonicog alfa (B02BD10) Vergelijk

Groepsinformatie

efanesoctocog alfa hoort bij de groep bloedstollingsfactoren.

  • albutrepenonacog alfa (B02BD04) Vergelijk
  • damoctocog alfa pegol (B02BD02) Vergelijk
  • efmoroctocog alfa (B02BD02) Vergelijk
  • eftrenonacog alfa (B02BD04) Vergelijk
  • emicizumab (B02BX06) Vergelijk
  • eptacog alfa, geactiveerd (B02BD08) Vergelijk
  • eptacog bèta, geactiveerd (B02BD08) Vergelijk
  • factor VIII (B02BD02) Vergelijk
  • factor VIII/von Willebrand-factor (B02BD06) Vergelijk
  • factor XIII (B02BD07) Vergelijk
  • fibrinogeen (B02BB01) Vergelijk
  • lonoctocog alfa (B02BD02) Vergelijk
  • moroctocog alfa (B02BD02) Vergelijk
  • nonacog alfa (B02BD04) Vergelijk
  • nonacog bèta pegol (B02BD04) Vergelijk
  • nonacog gamma (B02BD04) Vergelijk
  • octocog alfa (B02BD02) Vergelijk
  • protrombinecomplex (B02BD01) Vergelijk
  • protrombinecomplex (geactiveerd) (B02BD03) Vergelijk
  • rurioctocog alfa pegol (B02BD02) Vergelijk
  • simoctocog alfa (B02BD02) Vergelijk
  • turoctocog alfa (B02BD02) Vergelijk
  • turoctocog alfa pegol (B02BD02) Vergelijk
  • von Willebrand-factor (B02BD10) Vergelijk
  • vonicog alfa (B02BD10) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • bloedstollingsfactoren

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • bloedstollingsfactoren

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
  • Kinderformularium (NKFK)
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
  • Toegankelijkheid
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".