Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

vutrisiran

middelen voor het zenuwstelsel, overige N07XX18

Sluiten

eplontersen

middelen voor het zenuwstelsel, overige N07XX21

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Amvuttra (als natriumzout) XGVS Aanvullende monitoring Alnylam Netherlands bv

Toedieningsvorm
Injectievloeistof
Sterkte
50 mg/ml
Verpakkingsvorm
wegwerpspuit 0,5 ml

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Raadpleeg voor hulpstoffen een apotheker.

Wainzua (als natriumzout) XGVS Aanvullende monitoring AstraZeneca bv

Toedieningsvorm
Oplossing voor injectievloeistof
Sterkte
56 mg/ml
Verpakkingsvorm
pen 0,8 ml

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Vutrisiran en patisiran kunnen worden toegepast bij volwassenen met erfelijke transthyretineamyloïdose en polyneuropathie in stadium 1 en 2 (ATTRv-PN). Bij volwassenen met ATTRv-PN zorgen zowel vutrisiran als patisiran vergeleken met placebo voor een klinisch relevante vermindering van de ernst en symptomen van neuropathie en voor een klinisch relevante verbetering van het loopvermogen en de kwaliteit van leven. Er zijn geen klinisch relevante verschillen tussen beide geneesmiddelen.

  • ZIN-rapport 2024 vutrisiran Amvuttra® bij volwassenen met erfelijke transthyretine-amyloidose en polyneuropathie in stadium 1 of 2

Advies

Voor dit geneesmiddel is geen advies vastgesteld over de plaats in de medicamenteuze behandeling.

Indicaties

  • Erfelijke transthyretine-gemedieerde amyloïdose (hATTR-amyloïdose) bij volwassenen met polyneuropathie in stadium 1 of stadium 2.

Indicaties

  • Erfelijke transthyretine-gemedieerde amyloïdose (ATTRv) bij volwassenen met polyneuropathie in stadium 1 of stadium 2.

Doseringen

De behandeling zo vroeg mogelijk na het optreden van symptomen starten. Weeg de beslissing om de behandeling voort te zetten bij patiënten bij wie de ziekte zich ontwikkelt tot polyneuropathie stadium 3 af op basis van het algeheel voordeel en evaluatie van het risico.

Klap alles open Klap alles dicht

hATTR-amyloïdose

Volwassenen (incl. ouderen)

25 mg s.c. 1× per 3 maanden. Geef tijdens de behandeling ook vitamine A-suppletie: tot max. ca. 2500–3000 IE retinol per dag.

Leverinsufficiëntie: Er is geen dosisaanpassing nodig bij milde leverinsufficiëntie (bilirubine ≤ 1×ULN en ASAT > 1×ULN of bilirubine > 1,0 tot 1,5×ULN en elke ASAT). Er zijn geen gegevens bij matige of ernstige leverinsufficiëntie; alleen gebruiken indien het verwachte klinische voordeel opweegt tegen het mogelijke risico.

Nierinsufficiëntie: Er is geen dosisaanpassing nodig bij milde of matige nierinsufficiëntie (eGFR ≥ 30 tot < 90 ml/min/1,73 m²). Er zijn geen gegevens bij ernstige nierinsufficiëntie of terminale nierziekte; alleen gebruiken indien het verwachte klinische voordeel opweegt tegen het mogelijke risico.

Een gemiste dosis zo snel mogelijk alsnog toedienen. De toedieningsfrequentie van elke 3 maanden vanaf dat moment voortzetten.

Toediening

  • De voorgevulde spuit ongeveer 30 minuten vóór de toediening uit de koelkast halen;
  • De s.c.-injectie is gebruiksklaar voor eenmalig gebruik op de buik, bovenbenen of bovenarmen; bij injectie in de buik het gebied rond de navel vermijden;
  • Niet injecteren in littekenweefsel of gebieden die rood verkleurd, ontstoken of gezwollen zijn.

Doseringen

De behandeling zo vroeg mogelijk na het optreden van symptomen beginnen. Weeg de beslissing om de behandeling voort te zetten bij patiënten bij wie de ziekte zich ontwikkelt tot polyneuropathie stadium 3 af op basis van het algeheel voordeel en evaluatie van het risico.

Klap alles open Klap alles dicht

ATTRv

Volwassenen (incl. ouderen)

S.c.: 45 mg 1×/ maand. Geef tijdens de behandeling ook vitamine A-suppletie: tot ca. 2500–3000 IE retinol per dag.

verminderde leverfunctie: er is geen dosisaanpassing nodig bij milde leverinsufficiëntie. Er zijn geen gegevens bij matige of ernstige leverinsufficiëntie; alleen gebruiken indien het verwachte klinische voordeel opweegt tegen het mogelijke risico.

verminderde nierfunctie: er is geen dosisaanpassing nodig bij milde of matige nierinsufficiëntie (eGFR ≥ 30 tot < 90 ml/min/1,73 m²). Er zijn geen gegevens bij ernstige nierinsufficiëntie of terminale nierziekte; alleen gebruiken indien het verwachte klinische voordeel opweegt tegen het mogelijke risico.

Een gemiste dosis zo snel mogelijk alsnog toedienen. De toedieningsfrequentie van 1×/maand vanaf dát moment voortzetten.

Toediening

  • De voorgevulde spuit ten minste 30 minuten vóór de toediening uit de koelkast halen;
  • De s.c.-injectie is gebruiksklaar voor eenmalig gebruik op de buik, bovenbenen of achterkant van bovenarmen; bij injectie in de buik het gebied rond de navel vermijden;
  • Niet injecteren in littekenweefsel of gebieden die rood verkleurd, ontstoken of gezwollen zijn.

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): Artralgie. Pijn in extremiteit.

Vaak (1-10%): Dyspneu. Injectieplaatsreacties, met symptomen zoals blauwe plek, erytheem, pijn, jeuk en warmte. Stijging alkalische fosfatase in het bloed.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): Vitamine A verlaagd.

Vaak (1-10%): braken. Erytheem, pijn en jeuk op de injectieplaats.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

Er zijn van dit middel geen interacties bekend.

Interacties

Er zijn van dit middel geen interacties bekend.

Zwangerschap

Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren, onvoldoende gegevens. Behandeling met vutrisiran verlaagt de concentratie van vitamine A. Zowel te hoge als te lage vitamine A-niveaus kunnen in verband worden gebracht met een groter risico op foetale misvorming.

Advies: Gebruik ontraden. Bij een ongeplande zwangerschap vutrisiran staken. Controleer niveaus van vitamine A en TSH bij de moeder, en controleer de foetus nauwlettend, met name gedurende het 1e trimester. Niet duidelijk is of het beter is de vitamine A-suppletie tijdens het 1e trimester van een ongeplande zwangerschap voort te zetten of te staken. Als vitamine A-suppletie wordt voortgezet, is de max. dosis 3.000 IE per dag. Hervat in het 2e en 3e trimester vitamine A-suppletie met 2.500 tot 3.000 IE per dag als de serumconcentratie van vitamine A nog niet naar de normale waarden is teruggekeerd, vanwege het verhoogde risico op vitamine A-deficiëntie in het 3e trimester.

Overige: Sluit vóór aanvang van de behandeling zwangerschap uit. Een vruchtbare vrouw dient adequate anticonceptieve maatregelen te nemen tijdens de behandeling. Bij zwangerschapswens het gebruik van vutrisiran en vitamine A-suppletie staken, en wachten totdat het vitamine A-niveau is genormaliseerd. Dit kan langer dan 12 maanden duren.

Zie ook het advies onder retinol.

Zwangerschap

Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren, onvoldoende gegevens. Behandeling met eplontersen verlaagt de concentratie van vitamine A. Zowel te hoge als te lage vitamine A-niveaus kunnen in verband worden gebracht met een groter risico op foetale misvorming.

Advies: Gebruik ontraden. Bij een ongeplande zwangerschap eplontersen staken. Controleer niveaus van vitamine A en TSH bij de moeder, en controleer de foetus nauwlettend, met name gedurende het 1e trimester. Niet duidelijk is of het beter is de vitamine A-suppletie tijdens het 1e trimester van een ongeplande zwangerschap voort te zetten of te staken. Als vitamine A-suppletie wordt voortgezet, is de max. dosis 3.000 IE per dag. Hervat in het 2e en 3e trimester vitamine A-suppletie met 2.500 tot 3.000 IE per dag als de serumconcentratie van vitamine A nog niet naar de normale waarden is teruggekeerd, vanwege het verhoogde risico op vitamine A-deficiëntie in het 3e trimester. Zie ook het advies onder retinol.

Overige: Sluit vóór aanvang van de behandeling zwangerschap uit. Een vruchtbare vrouw dient adequate anticonceptieve maatregelen te nemen tijdens de behandeling. Bij zwangerschapswens het gebruik van eplontersen en vitamine A-suppletie staken, en wachten totdat het vitamine A-niveau is genormaliseerd. Dit kan langer dan 15 weken duren.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.

Lactatie

Overgang in de moedermelk:Onbekend; een risico voor de zuigeling kan niet worden uitgesloten.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.

Contra-indicaties

Van dit geneesmiddel zijn geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.

Contra-indicaties

Van dit geneesmiddel zijn geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.

Waarschuwingen en voorzorgen

Door het verlagen van serum-TTR-eiwit leidt behandeling met vutrisiran tot een lagere serumconcentratie van vitamine A (retinol). Geef tijdens de behandeling vitamine A-suppletie (zie rubriek Doseringen), om oculaire toxiciteit door vitamine A-deficiëntie te voorkomen. Corrigeer voorafgaand aan de behandeling een te lage concentratie van vitamine A en beoordeel oogklachten of andere tekenen van vitamine A-deficiëntie. Verwijs voor oftalmologisch onderzoek bij ontstaan van oogklachten die wijzen op vitamine A-deficiëntie (zoals nachtblindheid, aanhoudend droge ogen, oogontsteking, hoornvliesontsteking, -verdikking, -perforatie).

De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen < 18 jaar zijn niet vastgesteld.

Waarschuwingen en voorzorgen

Geef tijdens de behandeling vitamine A-suppletie (zie rubriek Doseringen), om oculaire toxiciteit door vitamine A-deficiëntie te voorkomen. Corrigeer voorafgaand aan de behandeling een te lage concentratie van vitamine A en beoordeel oogklachten of andere tekenen van vitamine A-deficiëntie. Verwijs voor oftalmologisch onderzoek bij ontstaan van oogklachten die wijzen op vitamine A-deficiëntie (zoals nachtblindheid, aanhoudend droge ogen, oogontsteking, hoornvliesontsteking, -verdikking, -perforatie). Door het verlagen van serum-TTR-eiwit leidt behandeling met eplontersen tot een lagere serumconcentratie van vitamine A (retinol).

Onderzoekgegevens: De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen < 18 jaar zijn niet vastgesteld. De veiligheid en werkzaamheid niet zijn onderzocht bij patiënten die een levertransplantatie ondergaan.

Overdosering

Neem voor informatie over een vergiftiging met vutrisiran contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Overdosering

Neem voor informatie over een vergiftiging met eplontersen contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Dubbelstrengs siRNA (klein interfererend RNA) dat specifiek gericht is op variant en wildtype TTR-mRNA. Vutrisiran is covalent gebonden aan een ligand met drie residuen van N-acetylgalactosamine (GalNAc) om afgifte van het siRNA aan hepatocyten mogelijk te maken. Via RNA-interferentie (RNAi) veroorzaakt vutrisiran de katalytische afbraak van TTR-mRNA in de lever, wat resulteert in een reductie van het variant en wildtype serum-TTR-eiwit.

Kinetische gegevens

Resorptie snel.
T max 3 uur.
V d 10,2 l (schijnbaar centraal).
Metabolisering Vutrisiran wordt door nucleasen tot nucleotiden van verschillende lengtes gemetaboliseerd in de lever.
Eliminatie 15–25% onveranderd met de urine.
T 1/2el 5,2 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Eplontersen is een N-acetylgalactosamine (GalNAc) geconjugeerd 2′-O-2 methoxyethyl-gemodificeerd chimeer gapmer-antisense-oligonucleotide (ASO). Het GalNAc-conjugaat maakt afgifte van het ASO aan hepatocyten mogelijk. Via binding aan transthyretine (TTR) messenger-RNA (mRNA) in de hepatocyten voorkomt eplontersen de synthese van TTR-eiwit in de lever, wat resulteert in minder variant en wildtype serum-TTR-eiwit in het bloed.

Kinetische gegevens

Resorptie snel.
T max 2 uur.
Eiwitbinding > 98%.
V d 12,9 l (schijnbaar centraal), 11.100 l (schijnbaar perifeer).
Metabolisering Eplontersen wordt voornamelijk in de lever door nucleasen tot oligonucleotiden van verschillende lengtes gemetaboliseerd.
Eliminatie < 1% als onveranderd ASO met de urine per 24 uur.
T 1/2el ca. 3 weken.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

vutrisiran hoort bij de groep middelen voor het zenuwstelsel, overige.

  • eplontersen (N07XX21) Vergelijk
  • natriumoxybaat (N07XX04) Vergelijk
  • patisiran (N07XX12) Vergelijk
  • pitolisant (N07XX11) Vergelijk
  • riluzol (N07XX02) Vergelijk
  • tafamidis (N07XX08) Vergelijk
  • tetrabenazine (N07XX06) Vergelijk
  • tofersen (N07XX22) Vergelijk

Groepsinformatie

eplontersen hoort bij de groep middelen voor het zenuwstelsel, overige.

  • natriumoxybaat (N07XX04) Vergelijk
  • patisiran (N07XX12) Vergelijk
  • pitolisant (N07XX11) Vergelijk
  • riluzol (N07XX02) Vergelijk
  • tafamidis (N07XX08) Vergelijk
  • tetrabenazine (N07XX06) Vergelijk
  • tofersen (N07XX22) Vergelijk
  • vutrisiran (N07XX18) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • middelen voor het zenuwstelsel, overige

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • middelen voor het zenuwstelsel, overige

Externe links

???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
  • Toegankelijkheid
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".