Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

acetylcysteïne (bij paracetamolintoxicatie)

antidota, overige V03AB23

Sluiten

obidoxim

antidota, overige V03AB13

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Fluimucil XGVS Zambon Nederland bv

Toedieningsvorm
Concentraat voor infusievloeistof
Sterkte
200 mg/ml
Verpakkingsvorm
25 ml (= 5 g)

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Toxogonin (chloride) SERB SA

Toedieningsvorm
Injectievloeistof
Sterkte
250 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 1 ml

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Bij het vermoeden van ernstige paracetamolintoxicatie is acetylcysteïne het antidotum van eerste keus. Intraveneuze toediening van acetylcysteïne heeft hierbij de voorkeur, omdat niet-optimale therapie door braken (t.g.v. paracetamoloverdosering of bij orale inname van acetylcysteïne) is te voorkomen. Zie voor meer informatie toxicologie.org/paracetamol en het protocol 'Acetylcysteïne toedienen' via vergiftigingen.info.

Advies

Voor dit geneesmiddel is geen advies vastgesteld.

Indicaties

  • Intoxicatie met paracetamol.

Indicaties

  • Vergiftiging door organische fosforverbindingen, zoals in plantenziektenbestrijdingsmiddelen en insecticiden (bv. parathion = E 605; Phosdrin; Merkon e.a.) en zoals zenuwgassen in oorlogssituaties (bv. Sarin, Soman, Novichok).

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Acute paracetamolintoxicatie

Volwassenen en kinderen

De therapie zo snel mogelijk (binnen 8 uur) na een paracetamoloverdosering inzetten. Toediening kan zelfs nog tot 36 uur na inname van een overdosis paracetamol zinvol zijn. Interventiegrenzen zijn afhankelijk van het tijdstip na inname en de aanwezigheid van risicofactoren voor hepatotoxiciteit. De grenswaarden zijn van toepassing bij eenmalige orale inname (binnen één periode van 8 uur) van paracetamolpreparaten met een directe afgifte. Toediening vindt plaats volgens het SNAP-doseerregime, zie toxicologie.org/paracetamol en het protocol 'Acetylcysteïne toedienen' via vergiftigingen.info.

Verminderde nierfunctie: de dosis hoeft niet aangepast te worden. Indien voor behandeling van andere met paracetamol ingenomen geneesmiddelen hemodialyse wordt toegepast, is het niet nodig de dosering acetylcysteïne aan te passen.

Verminderde leverfunctie: de dosis hoeft niet aangepast te worden. Indien voor behandeling van andere met paracetamol ingenomen geneesmiddelen hemodialyse wordt toegepast, is het niet nodig de dosering acetylcysteïne aan te passen.

Toediening

  • Vóór toediening de benodigde hoeveelheid concentraat (hypertoon) eerst verdunnen met infusievloeistof tot 200 ml. Glucose 5% en 10%, fysiologisch zout (NaCl 0,9%) of glucose/zoutoplossing (gluc 5%/NaCl 0,9%) kunnen ter verdunning gebruikt worden, glucose 5% als infusievloeistof heeft de voorkeur.
  • Acetylcysteïne kan rubber en metaal aantasten; gebruik bij i.v.-toediening glazen - en/of plastic toedieningssystemen.

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Intoxicatie door organische fosforverbindingen

Volwassenen

Eerst snel atropine toedienen: 2–5 mg i.v. Herhaal iedere 5–15 min tot het effect van atropine duidelijk is: warme droge huid, droge mond, milde tachycardie. Na de eerste atropinedosering(en) de behandeling met obidoxim starten: 250 mg (1 ampul) langzaam i.v.. Daarna als continu infuus van 750 mg/24 uur zo lang als reactivering van acetylcholinesterase mogelijk is.

Kinderen

Volgens het Kinderformularium van het NKFK: vanaf 1 maand: combineren met atropine i.v. of i.m. 0,05 mg/kg per dosis, zo nodig elke 10–30 min herhalen op geleide van sinusritme. Maximale dosering atropine per dosis: 2 mg. Obidoxim 4–8 mg/kg per dosis in 5–10 minuten. Eventueel na 1–2 uur herhalen. Volgens de fabrikant eerst atropine: 1–3 mg i.v. per dosis. Herhaal iedere 5–15 min tot het effect van atropine duidelijk is: warme droge huid, droge mond, milde tachycardie. Na de eerste atropinedosering(en) de behandeling met obidoxim starten: 4–8 mg/kg lichaamsgewicht langzaam i.v. Continu infuus 10 mg/kg lichaamsgewicht/24 uur zo lang als reactivering van acetylcholinesterase mogelijk is.

Verminderde nierfunctie: bij een glomerulaire filtratiesnelheid <30 ml/min is mogelijk aanpassing van de dosis nodig.

Toediening: obidoxim kan ook i.m. worden toegediend.

Bijwerkingen

Gemeld zijn: anafylactische/anafylactoïde reacties, anafylactische shock, andere ernstige (overgevoeligheids)reacties zoals hypotensie, tachycardie, ernstige ademnood met bronchospasmen, angio-oedeem; een fatale afloop is zeer zelden gerapporteerd. Milde overgevoeligheidsreacties zoals misselijkheid, braken, hoesten, dyspneu, koorts, duizeligheid, urticaria, (gegeneraliseerde) erythemateuze huiduitslag, jeuk, (overmatig) blozen. Bradycardie. Hypertensie, vasodilatatie, syncope. Pijn of beklemd gevoel op de borst, adem- of hartstilstand, stridor. Uitpuilende ogen, wazig zien. Gezichts- of oogpijn, gegeneraliseerd insult. Gezichtsoedeem. Angst. Zweten, cyanose. Artropathie, artralgie. Malaise. Acidose, verlaagde ureumspiegel in bloed. Verslechtering van de leverfunctie, verlengde protrombinetijd. Trombocytopenie, afname bloedplaatjesaggregatie. Bij extravasatie, reacties op de plaats van toediening.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Hoge doses kunnen neuromusculaire blokkade veroorzaken. Verder zijn gemeld: toegenomen hartfrequentie, aritmie, bloeddrukstijging, droge mond, geelzucht en afwijkende leverfunctie, hypo-esthesie, spierzwakte, warm en koud voelen, een mentholsmaak.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

Gelijktijdig gebruik van nitroglycerine en acetylcysteïne kan leiden tot ernstige hypotensie en een verwijding van de arteria temporalis. Wanneer gelijktijdig gebruik noodzakelijk is, controleer op het ontstaan van (ernstige) hypotensie en waarschuw dat hoofdpijn kan optreden.

In vitro is inactivering van antibiotica (voornamelijk β–lactamantibiotica) geconstateerd bij mengen met acetylcysteïne; niet mengen in dezelfde infuuszak.

De uitscheiding van tegelijkertijd toegediende metalen kan verhoogd zijn.

Interacties

Er zijn van dit middel geen interacties bekend. Vanwege de renale uitscheiding is interactie met geneesmiddelen die ook renaal worden uitgescheiden theoretisch mogelijk.

Zwangerschap

Acetylcysteïne passeert de placenta (paracetamol ook).

Teratogenese: Bij de mens, weinig gegevens. Deze wijzen niet op schadelijke effecten op de foetus. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.

Advies: Acetylcysteïne kan (ook in hoge dosering) worden gebruikt bij een paracetamolintoxicatie tijdens de zwangerschap. Bovendien is een paracetamolintoxicatie zeer schadelijk voor de moeder en daarmee, in ieder geval indirect, ook voor het kind. Gevallen van foetaal en neonataal overlijden ten gevolge van hepatische necrose zijn beschreven als gevolg van maternale paracetamoloverdosering.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens.

Advies: In geval van een ernstige intoxicatie dient een zwangere als een niet-zwangere behandeld te worden.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Farmacologisch effect: Er zijn geen gegevens bekend over toepassing van hoge doses acetylcysteïne gedurende lactatie. De opname uit het maag-darmkanaal van de zuigeling zal echter beperkt zijn door de lage biologische beschikbaarheid (4–10%). Bovendien heeft acetylcysteïne een hoog verdelingsvolume, waardoor de plasmaspiegel bij de moeder relatief laag is. In cases waarbij acetylcysteïne direct aan neonaten werd gegeven (als slijmverdunner), werd geen toxiciteit gezien. Deze doseringen zijn waarschijnlijk hoger dan de hoeveelheid die de zuigeling via de borstvoeding binnen krijgt.

Advies: Acetylcysteïne kan (ook hoog gedoseerd) waarschijnlijk veilig gebruikt worden. In het algemeen wordt het geven van borstvoeding tijdens intoxicaties echter afgeraden; tijdens een episode van paracetamolintoxicatie geen borstvoeding geven.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Advies: In het algemeen wordt aangeraden geen borstvoeding te geven ten tijde van een intoxicatie.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Contra-indicaties

Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.

Contra-indicaties

  • Vergiftiging met cholinesteraseremmende stoffen van het carbamaattype; atropine kan dan wèl gegeven worden.

Waarschuwingen en voorzorgen

De intraveneuze toediening van acetylcysteïne dient onder strikt medisch toezicht plaats te vinden, in het bijzonder de initiële oplaaddosis. De kans op anafylactoïde/overgevoeligheidsreacties is groter wanneer het geneesmiddel te veel en/of te snel wordt toegediend en deze vinden gewoonlijk plaats tussen 15 en 60 minuten na start van de infusie. In veel gevallen verminderen de bijwerkingen na het stoppen van de infusie; een antihistaminicum kan nodig zijn en soms corticosteroïden. Zodra de reactie onder controle is, de infusie vervolgen met een infusiesnelheid van 75 mg/kg in 500 ml i.v. elke 4 uur totdat de plasmaspiegel van paracetamol < 10 mg/l is, gedurende ten minste 24 uur.

Bronchospasmen en ernstige huidreacties: Bij astma is bij i.v.-toediening meer kans op (ernstige) overgevoeligheidsreacties; ook ernstige huidreacties (zoals SJS en TEN) zijn opgetreden. Controleer (o.a. huid en slijmvliezen) nauwgezet op eerste verschijnselen en symptomen van overgevoeligheidsreacties en stop de behandeling onmiddellijk bij bronchospasme.

Wees voorzichtig bij de behandeling van patiënten lichter dan veertig kilogram, vanwege het risico op een te hoge vloeistoftoediening met als gevolg hyponatriëmie, toevallen en overlijden.

Omdat acetylcysteïne ook mucolytische eigenschappen heeft en bij kinderen jonger dan twee jaar het vermogen tot ophoesten beperkt kan zijn, rekening houden met luchtwegobstructie; neem zo nodig passende maatregelen.

Invloed op stollingstesten: Een hoge dosering acetylcysteïne, zoals die bij een paracetamolintoxicatie gegeven wordt, kan invloed hebben op de protrombinetijd en INR.

Resultaten van de urine ketonentest en de waarde van colorimetrische salicylaatbepalingen kunnen beïnvloed worden door acetylcysteïne.

Hulpstoffen: Wees voorzichtig met natrium bij een natriumarm dieet.

  • Rij Veilig met Medicijnen

Waarschuwingen en voorzorgen

Het gebruik van obidoxim vervangt nooit de toediening van atropine. Geef atropine bij voorkeur al voordat de patiënt naar het ziekenhuis gaat, om hartstilstand te voorkomen. Geef in ieder geval atropine alvorens over te gaan tot toediening van obidoxim. Bij organofosfaatvergiftiging worden hoge doses atropine verdragen.

Bij vergiftigingen per os, direct de maag spoelen, waarbij wegens aspiratiegevaar de ademhalingswegen zorgvuldig moeten worden vrijgehouden. Rijkelijke toediening van geactiveerde kool is noodzakelijk.

Bij vergiftigingen door huidcontact met een organofosfaat, de kleding verwijderen en het gehele lichaam wassen met een natriumbicarbonaatoplossing of polyethyleenglycol. Als dat niet kan, wassen met water en zeep.

Wees voorzichtig bij patiënten met myasthenia gravis die een cholinesteraseremmer gebruiken, vanwege het risico op een myastene crisis bij toediening van obidoxim.

Controleer de leverfuncties indien hoge dosis obidoxim worden gegeven omdat obidoxim vanaf 8 mg/kg hepatotoxisch kan zijn, veelal van voorbijgaande aard.

Overdosering

Symptomen

bij een overdosering zijn naast gastro-intestinale symptomen en duizeligheid ook effecten passend bij 'anafylactoïde reacties' zoals angio-oedeem, hypotensie, bronchospasmen, rinorroe, en urticaria mogelijk.

Zie voor meer symptomen en behandeling de monografie acetylcyteïne antidotum op Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Overdosering

Symptomen

Ernstige overdosering met obidoxim kan een averechts effect geven, namelijk verdere remming van acetylcholinesterase en toename van de vergiftigingssymptomen. Daarnaast kan ernstige overdosering voorbijgaande verstoringen van de leverfunctie veroorzaken.

Therapie

Neem voor informatie over een vergiftiging met obidoxim contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Antidotum. Acetylcysteïne vermindert de hepatotoxiciteit van NAPQI (n-acetyl-p-benzo-quinon-imine), de zeer reactieve intermediaire metaboliet na inname van een hoge dosis paracetamol, door de volgende mechanismen:

  • Acetylcysteïne is een precursor in de synthese van glutathion. Zo handhaaft het de cellulaire gluthationspiegel op een niveau dat voldoende is om NAPQI te inactiveren. Men veronderstelt dat acetylcysteïne hierdoor effectief is in het voorkomen van leverbeschadiging en -necrose in de vroege fasen van paracetamolintoxicatie. Binnen 8–10 uur na overdosering kan het een gunstig effect hebben.
  • Later dan 8–10 uur neemt de effectiviteit in het voorkomen van hepatotoxiciteit progressief af als functie van het interval tussen overdosering en inzet van de behandeling.
  • Binnen 12 uur na inname van paracetamol is acetylcysteïne waarschijnlijk nog steeds effectief door reductie van de geoxideerde thiolgroepen in de belangrijkste enzymen.
  • Binnen 24 uur na overdosering werkt het nog gunstig; waarschijnlijk door het verbeteren van de systemische hemodynamiek en het zuurstoftransport.

Acetylcysteïne heeft ook mucolytische eigenschappen.

Kinetische gegevens

T max binnen enkele minuten.
V d 0,3–0,5 l/kg.
Overig verdeelt zich over het gehele lichaam, de hoogste weefselconcentraties worden bereikt in lever, nieren en longen.
Metabolisering in de darmwand en lever tot het actieve cysteïne en inactieve di-acetylcysteïne.
Eliminatie met de urine (vnl. als anorganisch sulfaat), ca. 20–30% onveranderd.
T 1/2el ca. 5,6 uur. Bij neonaten 11 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Obidoxim is een antidotum bij een organofosfaatvergiftiging. Het reactiveert de geblokkeerde acetylcholinesterases. Obidoxim wordt in combinatie met atropine toegepast, waarbij atropine de muscarinerge symptomen van de vergiftiging tegengaat, en obidoxim de nicotinerge. Een significant effect wordt gezien bij plasmaspiegels van 10–20 micromol (3,6–7,2 mg) obidoximchloride/liter. Bij hogere dan de aanbevolen doseringen, kan juist remming van acetylcholinesterasen optreden.

Kinetische gegevens

T max 20–40 minuten.
V d 0,171 l/kg; bij organofosfaatvergiftiging hoger, tot 0,32 l/kg.
Eliminatie snel, voornamelijk met de urine.
T 1/2el ca. 2 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

acetylcysteïne (bij paracetamolintoxicatie) hoort bij de groep antidota, overige.

  • andexanet alfa (V03AB38) Vergelijk
  • calciumgluconaat (cutaan) (D11AX03) Vergelijk
  • flumazenil (V03AB25) Vergelijk
  • fomepizol (V03AB34) Vergelijk
  • fysostigmine (V03AD19) Vergelijk
  • geactiveerde kool (A07BA01) Vergelijk
  • hydroxocobalamine (als antidotum) (V03AB33) Vergelijk
  • idarucizumab (V03AB37) Vergelijk
  • methylthionine (V03AB17) Vergelijk
  • naloxon (V03AB15) Vergelijk
  • natriumthiosulfaat (V03AB06) Vergelijk
  • obidoxim (V03AB13) Vergelijk
  • protamine (V03AB14) Vergelijk
  • sugammadex (V03AB35) Vergelijk

Groepsinformatie

obidoxim hoort bij de groep antidota, overige.

  • acetylcysteïne (bij paracetamolintoxicatie) (V03AB23) Vergelijk
  • andexanet alfa (V03AB38) Vergelijk
  • calciumgluconaat (cutaan) (D11AX03) Vergelijk
  • flumazenil (V03AB25) Vergelijk
  • fomepizol (V03AB34) Vergelijk
  • fysostigmine (V03AD19) Vergelijk
  • geactiveerde kool (A07BA01) Vergelijk
  • hydroxocobalamine (als antidotum) (V03AB33) Vergelijk
  • idarucizumab (V03AB37) Vergelijk
  • methylthionine (V03AB17) Vergelijk
  • naloxon (V03AB15) Vergelijk
  • natriumthiosulfaat (V03AB06) Vergelijk
  • protamine (V03AB14) Vergelijk
  • sugammadex (V03AB35) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • antidota, overige

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • antidota, overige

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Kinderformularium (NKFK)
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
  • Toegankelijkheid
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".