Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

cefalexine

cefalosporinen J01DB01

Sluiten

cefepim

cefalosporinen J01DE01

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Keforal (als monohydraat) EuroCept bv

Toedieningsvorm
Tablet, filmomhuld
Sterkte
500 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Cefepim (als dihydrochloride-monohydraat) XGVS Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
2000 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Cefalosporinen dienen in het algemeen als reserve-antimicrobiële middelen te worden beschouwd.

Cefalexine komt pas in aanmerking voor de behandeling van infecties op basis van onderzoek naar de aard en de gevoeligheid van de verwekker; dit onderzoek is noodzakelijk bij onvoldoende effect van de middelen die geadviseerd worden voor de initiële empirische behandeling. Zie voor de standaardbehandeling: acute faryngotonsillitis, community-acquired pneumonie, bacteriële huidinfecties of urineweginfecties (of hier onder).

Bij een bacteriële community-acquired pneumonie (CAP) is behandeling met antibiotica doorgaans aangewezen. De verwekker ervan bepaalt de keuze voor een antibioticum, zie tabel 9 van de SWAB-richtlijn CAP. Bij een onbekende verwekker bepaalt de ernst van de CAP, de initiële keuze van het antibioticum:

• bij een milde pneumonie bij volwassenen en kinderen is oraal amoxicilline eerste keus;

• behandel een matig-ernstige pneumonie bij voorkeur met intraveneus benzylpenicilline of amoxicilline;

• behandel een ernstige pneumonie op een verpleegafdeling met intraveneus cefotaxim, ceftriaxon of cefuroxim;

• geef bij een ernstige pneumonie op de IC intraveneus ciprofloxacine gecombineerd met cefotaxim, ceftriaxon of cefuroxim, óf monotherapie met intraveneus moxifloxacine.

Cefalosporinen hebben geen plaats in de behandeling van CAP in de huisartsenpraktijk; dit zijn doorgaans reservemiddelen voor de tweedelijnszorg. Cefalexine (een oraal 1e generatie cefalosporine) is in de tweedelijnszorg derde keus bij een CAP veroorzaakt door een meticillinegevoelige S. aureus.

Ga bij een cystitis bij personen behorend tot een risicogroep, waaronder zwangeren en mannen, direct over tot behandeling met antibiotica om complicaties te voorkomen. Start de behandeling ‘blind’, en pas het beleid zo nodig aan op basis van de kweekuitslag en/of resistentiebepaling. De belangrijkste middelen zijn: nitrofurantoïne (bijna altijd eerste keus), fosfomycine (oraal), trimethoprim en bij zwangeren ook amoxicilline/clavulaanzuur.

Advies

Bij een nosocomiale pneumonie wordt de keuze voor een specifiek antibioticum bepaald door de lokale situatie met betrekking tot de aard en de resistentie van de ziekenhuisflora.

Cefepim komt pas in aanmerking voor de behandeling van acute urineweginfecties op basis van onderzoek naar de aard en de gevoeligheid van de verwekker; dit onderzoek is noodzakelijk bij onvoldoende effect van de middelen die geadviseerd worden voor de initiële empirische behandeling. Zie voor de standaardbehandeling: urineweginfecties.

Voor de overige indicaties is er voor dit geneesmiddel geen advies vastgesteld over de plaats in de medicamenteuze behandeling.

Voor de plaatsbepaling van nieuwe en oude antibiotica voor de Nederlandse situatie, kan geraadpleegd worden: Alternatieven voor carbapenems bij de behandeling van ESBL-producerende Enterobacterales en opties bij carbapenemresistentie op swab.nl. Dit plaatsbepalingsdocument bespreekt onder andere alternatieven voor carbapenems als empirische en gerichte therapie bij (vermoeden van) een infectie met bacteriën met resistentie tegen derdegeneratie-cefalosporinen. Het document is geen richtlijn, maar biedt de voorschrijver handvatten bij het gebruik van de besproken antibiotica.

Indicaties

Behandeling van matige tot ernstige infecties door micro-organismen die gevoelig zijn voor cefalexine:

  • Faryngitis;
  • Tonsillitis;
  • Buiten het ziekenhuis verkregen bacteriële pneumonie (CAP);
  • Acute bronchitis;
  • Ongecompliceerde infecties van huid en weke delen;
  • Cystitis.

Gerelateerde informatie

  • acute faryngotonsillitis
  • bacteriële huidinfecties
  • community-acquired pneumonie (CAP)
  • cystitis bij risicogroepen ouder dan 12 jaar

Indicaties

Behandeling van ernstige infecties:

  • Nosocomiale pneumonie;
  • Gecompliceerde urineweginfecties;
  • Gecompliceerde intra-abdominale infecties;
  • Peritonitis als gevolg van dialyse bij patiënten die CAPD ondergaan.
  • Bacteriëmie die (vermoedelijk) samenhangt met de hierboven genoemde infecties.

Verder:

  • Behandeling van patiënten met neutropenie en koorts, waarbij dit vermoedelijk het gevolg is van een bacteriële infectie.

Cefepim kan zo nodig gecombineerd worden met andere antibacteriële middelen wanneer het bereik van mogelijke veroorzakende bacteriën niet valt binnen het werkingsspectrum (zie rubriek Eigenschappen).

Gerelateerde informatie

  • urineweginfectie met weefselinvasie (pyelonefritis, acute prostatitis)

Doseringen

De tabletten hebben een breukstreep waarmee gedoseerd kan worden per 250 mg.

Klap alles open Klap alles dicht

Bij infecties van luchtwegen, huid en weke delen en cystitis

Volwassenen

250–500 mg elke 6 uur. Bij ernstige infecties kunnen hogere doses nodig zijn; max. 4 g per dag.

Kinderen ≥ 12 jaar

25–50 mg/kg lichaamsgewicht per dag, verdeeld over 4 gelijke doses elke 6 uur. Bij ernstige infecties tot 100 mg/kg per dag; max. 4 g per dag.

Behandelduur: Volgens de productinformatie: Bij streptokokkeninfecties ten minste 10 dagen behandelen om acuut (gewrichts)reuma of glomerulonefritis te voorkomen. De behandelduur bij een andere verwekker dan een streptokok wordt niet benoemd in de productinformatie; raadpleeg hiervoor een deskundige op dit gebied.

Verminderde nierfunctie, volwassenen: Volgens de productinformatie: oplaaddosis 1–2 g, daarna het toedieningsinterval aanpassen op geleide van de creatinineklaring:

  • > 50 ml/min: geen aanpassing nodig;
  • 15–50 ml/min: elke 8–12 uur;
  • 5–14 ml/min: elke 24 uur;
  • < 5 ml/min: elke 48 uur.

Toediening: Bij voorkeur innemen op een lege maag.

Doseringen

De dosering hangt af van de ernst, plaats en type van de infectie, de gevoeligheid (van het pathogeen) en van het lichaamsgewicht, de nierfunctie en leeftijd van de patiënt.

Klap alles open Klap alles dicht

Nosocomiale pneumonie

Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen met een lichaamsgewicht > 40 kg

I.v.: 2 g iedere 12 uur. Behandelduur: doorgaans 7–10 dagen, bij ernstigere infecties mogelijk langer.

Verminderde nierfunctie: aanvankelijk één oplaaddosis van 2 g, daarna onderhoudsdoses: bij creatinineklaring 30–50 ml/min: 2 g iedere 24 uur, creatinineklaring 11–29 ml/min: 1 g elke 24 uur, creatinineklaring ≤ 10 ml/min: 500 mg elke 24 uur. Bij een creatinineklaring > 50 ml/min gebruikelijke dosis, geen aanpassing vereist. Hemodialyse: één oplaaddosis van 1 g op de eerste dag, daarna 500 mg/24 uur. Op hemodialysedagen, toedienen ná de hemodialyse. Zo mogelijk cefepim alle dagen op hetzelfde tijdstip toedienen. Peritoneale dialyse: 2 g iedere 48 uur.

Kinderen vanaf 2 mnd., lichaamsgewicht ≤ 40 kg

I.v.: 50 mg/kg lichaamsgewicht elke 12 uur. Behandelduur: 10 dagen.

Verminderde nierfunctie: aanvankelijk één oplaaddosis van 50 mg/kg, daarna onderhoudsdoses: bij creatinineklaring 30–50 ml/min: 50 mg/kg iedere 24 uur, creatinineklaring 11–29 ml/min: 25 mg/kg elke 24 uur, creatinineklaring ≤ 10 ml/min: 12,5 mg/kg elke 24 uur. Bij een creatinineklaring > 50 ml/min gebruikelijke dosis, geen aanpassing vereist. Hemodialyse: één oplaaddosis van 25 mg/kg op de eerste dag, daarna 12,5 mg/kg/24 uur. Op hemodialysedagen, toedienen ná de hemodialyse. Zo mogelijk cefepim alle dagen op hetzelfde tijdstip toedienen. Peritoneale dialyse: 50 mg/kg lichaamsgewicht iedere 48 uur.

Gecompliceerde urineweginfecties

Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen met een lichaamsgewicht > 40 kg

I.v.: 2 g iedere 12 uur. Behandelduur: doorgaans 7–10 dagen, bij ernstigere infecties mogelijk langer.

Verminderde nierfunctie: aanvankelijk één oplaaddosis van 2 g, daarna onderhoudsdoses: bij creatinineklaring 30–50 ml/min: 2 g iedere 24 uur, creatinineklaring 11–29 ml/min: 1 g elke 24 uur, creatinineklaring ≤ 10 ml/min: 500 mg elke 24 uur. Bij een creatinineklaring > 50 ml/min gebruikelijke dosis, geen aanpassing vereist. Hemodialyse: één oplaaddosis van 1 g op de eerste dag, daarna 500 mg/24 uur. Op hemodialysedagen, toedienen ná de hemodialyse. Zo mogelijk cefepim alle dagen op hetzelfde tijdstip toedienen. Peritoneale dialyse: 2 g iedere 48 uur.

Kinderen vanaf 2 mnd., lichaamsgewicht ≤ 40 kg

I.v.: 50 mg/kg lichaamsgewicht elke 12 uur. Behandelduur: 10 dagen.

Verminderde nierfunctie: aanvankelijk één oplaaddosis van 50 mg/kg, daarna onderhoudsdoses: bij creatinineklaring 30–50 ml/min: 50 mg/kg iedere 24 uur, creatinineklaring 11–29 ml/min: 25 mg/kg elke 24 uur, creatinineklaring ≤ 10 ml/min: 12,5 mg/kg elke 24 uur. Bij een creatinineklaring > 50 ml/min gebruikelijke dosis, geen aanpassing vereist. Hemodialyse: één oplaaddosis van 25 mg/kg op de eerste dag, daarna 12,5 mg/kg/24 uur. Op hemodialysedagen, toedienen ná de hemodialyse. Zo mogelijk cefepim alle dagen op hetzelfde tijdstip toedienen. Peritoneale dialyse: 50 mg/kg lichaamsgewicht iedere 48 uur.

Gecompliceerde intra-abdominale infecties

Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen met een lichaamsgewicht > 40 kg

I.v.: 2 g iedere 12 uur. Behandelduur: doorgaans 7–10 dagen, bij ernstigere infecties mogelijk langer.

Verminderde nierfunctie: aanvankelijk één oplaaddosis van 2 g, daarna onderhoudsdoses: bij creatinineklaring 30–50 ml/min: 2 g iedere 24 uur, creatinineklaring 11–29 ml/min: 1 g elke 24 uur, creatinineklaring ≤ 10 ml/min: 500 mg elke 24 uur. Bij een creatinineklaring > 50 ml/min gebruikelijke dosis, geen aanpassing vereist. Hemodialyse: één oplaaddosis van 1 g op de eerste dag, daarna 500 mg/24 uur. Op hemodialysedagen, toedienen ná de hemodialyse. Zo mogelijk cefepim alle dagen op hetzelfde tijdstip toedienen. Peritoneale dialyse: 2 g iedere 48 uur.

Zeer ernstige of mogelijk fatale infecties (incl. bacteriëmie en incl. neutropene koorts (mogelijk) veroorzaakt door bacteriële infectie)

Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen met een lichaamsgewicht > 40 kg

I.v.: 2 g iedere 8 uur. Behandelduur: doorgaans 7–10 dagen, bij ernstigere infecties mogelijk langer. Voor de empirische behandeling van febriele neutropenie doorgaans 7 dagen of totdat de neutropenie verdwenen is.

Verminderde nierfunctie: aanvankelijk één oplaaddosis van 2 g, daarna onderhoudsdoses: bij creatinineklaring 30–50 ml/min: 2 g iedere 12 uur, creatinineklaring 11–29 ml/min: 2 g elke 24 uur, creatinineklaring ≤ 10 ml/min: 1 g elke 24 uur. Bij een creatinineklaring > 50 ml/min gebruikelijke dosis, geen aanpassing vereist. Hemodialyse: één oplaaddosis van 1 g op de eerste dag, daarna 500 mg/24 uur. Op hemodialysedagen, toedienen ná de hemodialyse. Zo mogelijk cefepim alle dagen op hetzelfde tijdstip toedienen. Peritoneale dialyse: 2 g iedere 48 uur.

Kinderen vanaf 2 mnd., lichaamsgewicht ≤ 40 kg

I.v.: 50 mg/kg lichaamsgewicht (max. 2 g) elke 8 uur. Behandelduur: Voor de empirische behandeling van febriele neutropenie duurt de behandeling 7–10 dagen.

Verminderde nierfunctie: aanvankelijk één oplaaddosis van 50 mg/kg, daarna onderhoudsdoses: bij creatinineklaring 30–50 ml/min: 50 mg/kg g iedere 8 uur, creatinineklaring 11–29 ml/min: 50 mg/kg elke 24 uur, creatinineklaring ≤ 10 ml/min: 25 mg/kg elke 24 uur. Bij een creatinineklaring > 50 ml/min gebruikelijke dosis, geen aanpassing vereist. Hemodialyse: één oplaaddosis van 25 mg/kg op de eerste dag, daarna 12,5 mg/kg/24 uur. Op hemodialysedagen, toedienen ná de hemodialyse. Zo mogelijk cefepim alle dagen op hetzelfde tijdstip toedienen. Peritoneale dialyse: 50 mg/kg lichaamsgewicht iedere 48 uur.

Peritonitis als gevolg van dialyse bij CAPD-patienten

Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen met een lichaamsgewicht > 40 kg

I.v.: 2 g iedere 48 uur. Behandelduur: doorgaans 7–10 dagen, bij ernstigere infecties mogelijk langer.

Verminderde leverfunctie: geen dosisaanpassing nodig.

Toediening

  • Directe i.v. injectie over een periode van 3–5 min, of ingespoten in het slangetje van een infusiesysteem, terwijl de patiënt een compatibele i.v. vloeistof toegediend krijgt, óf;
  • Via i.v. infusie over een periode van 30 minuten.
  • Voor instructies over reconstitutie en verdunning van het product voorafgaand aan de toediening zie rubriek 6.6 van de officiële productinformatie CBG/EMA via de link onder 'Zie ook'.

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): diarree.

Soms (0,1–1%): dyspepsie, buikpijn. Duizeligheid, hoofdpijn, vermoeidheid, koorts. Huiduitslag, urticaria, angio-oedeem. Candidiasis. Neutropenie, trombocytopenie, eosinofilie.

Zelden (0,01–0,1%): misselijkheid, braken, pseudomembraneuze colitis. Cholestatische icterus, (voorbijgaande) hepatitis. Artritis, gewrichtspijn. Anale en genitale jeuk, vaginale candidiasis, vaginitis, leukorroe. Erythema multiforme, Stevens-Johnsonsyndroom (SJS), toxische epidermale necrolyse (TEN). (Reversibele) interstitiële nefritis. Agitatie, verwardheid, hallucinaties. Agranulocytose, hemolytische anemie.

Zeer zelden (< 0,01%): anafylactische reactie.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): positieve Coombs-test.

Vaak (1-10%): diarree. Verlengde protrombinetijd (PT) of APTT. Anemie, eosinofilie. Verhoogde waarden van ASAT, ALAT, alkalische fosfatase, bilirubine. Huiduitslag. Reacties op de infusieplaats (incl. pijn, ontsteking, flebitis).

Soms (0,1-1%): hoofdpijn. Orale candidiasis, vaginale infectie. Misselijkheid, braken, colitis (incl. pseudomembraneuze colitis). Leukopenie, neutropenie, trombocytopenie. Erytheem, urticaria, jeuk. Koorts. Verhoogde waarden van creatinine en/of ureum. Ontsteking op de plaats van infusie.

Zelden (0,01-0,1%): anafylactische reactie, angio-oedeem. Vasodilatatie. Dyspneu. Rillingen. Duizeligheid, convulsies, niet-convulsieve status epilepticus, paresthesie, dysgeusie. Obstipatie, buikpijn. Candidiasis. Genitale jeuk.

Verder zijn gemeld: anafylactische shock. Bloeding. Verwardheid, hallucinaties. Myoclonus, bewustzijnsveranderingen, encefalopathie, stupor, coma. Nierinsufficiëntie, toxische nefropathie. Toxische epidermale necrolyse (TEN), Stevens-Johnson-syndroom (SJS), erythema multiforme. Hemolytische anemie, aplastische anemie, agranulocytose. Gastro-intestinale aandoening. Fout-positieve uitslag urineglucose.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

De werking van cefalexine kan in vitro worden geantagoneerd door bacteriostatische antibiotica (zoals macroliden en tetracyclinen). Klinisch is hiervan het belang alleen gezien bij levensbedreigende infecties als meningitis, endocarditis, sepsis en daarnaast bij patiënten met ernstige neutropenie.

Gelijktijdig gebruik van andere nefrotoxische stoffen zoals aminoglycosiden, furosemide, polymyxinen en amfotericine B vermeerdert de kans op nefrotoxiciteit; aanbevolen wordt de nierfunctie te controleren, vooral bij ouderen en patiënten met een pre-existente verminderde nierfunctie.

Cefalosporinen kunnen de protrombinetijd verlengen, voornamelijk in combinatie met orale anticoagulantia.

Probenecide vermindert de renale tubulaire excretie van een aantal cefalosporinen, waaronder cefalexine, maar dit geldt bv. niet voor ceftazidim, ceftriaxon en cefepim. Als resultaat treedt er een aanzienlijk hogere bloedspiegel van cefalexine op.

Interacties

Controleer de nierfunctie bij combinatie met nefrotoxische geneesmiddelen, zoals aminoglycosiden en krachtige diuretica (bv. lisdiuretica).

Cefalosporinen (zoals cefepim) kunnen de werking van vitamine K-antagonisten versterken.

Gelijktijdige behandeling met bacteriostatische antibiotica kan invloed hebben op de werking van β-lactamantibiotica (zoals cefepim).

Zwangerschap

Cefalexine passeert de placenta.

Teratogenese: Ruime ervaring bij de mens wijst niet op een hogere incidentie van aangeboren afwijkingen.

Advies: Kan worden gebruikt.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens uit gecontroleerde studies met cefepim. Met de groep cefalosporinen wordt in de meeste studies geen toegenomen kans op aangeboren afwijkingen in het algemeen gezien, een kleine kans op specifieke aangeboren afwijkingen is vooralsnog niet uitgesloten. Bij dieren geen tekenen van foetale toxiciteit door cefepim.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja, in geringe mate. De meeste cefalosporinen hebben een relatieve kinddosis tot ca. 1%.

Farmacologisch effect: Nadelige effecten worden niet verwacht. In theorie is het mogelijk dat de darmflora van de zuigeling beïnvloed wordt, dit leidt hooguit tot diarree.

Advies: Kan worden gebruikt.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja, in zeer geringe mate.

Farmacologisch effect: In theorie is het mogelijk dat de darmflora van de zuigeling wordt beïnvloed. Dit leidt hooguit tot diarree.

Advies: Kan worden gebruikt.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Contra-indicaties

  • Overgevoeligheid voor cefalosporinen.

Contra-indicaties

  • eerdere overgevoeligheidsreactie door een cefalosporine of ander β-lactamantibioticum (zoals een penicilline, carbapenem of monobactam).

Waarschuwingen en voorzorgen

Kruisovergevoeligheid én kruisresistentie tussen cefalosporinen onderling en, in mindere mate, met penicillinen komt voor; wees voorzichtig bij overgevoeligheid voor penicillinen of carbapenems. Bij overgevoeligheidsreacties de toediening staken.

Controleer de nierfunctie bij ernstig zieke patiënten die maximale doses krijgen toegediend. Doe dit ook bij langdurig gebruik. Bij een verminderde nierfunctie de dosering aanpassen; zie rubriek Dosering.

Bij langdurig gebruik ook het bloedbeeld en de leverfunctie controleren.

Bij ernstige, aanhoudende diarree de diagnose pseudomembraneuze colitis overwegen.

Door gebruik van cefalosporinen kan de Coombs-test fout-positief worden evenals glucosebepalingen in de urine met koperbevattende reagentia (Benedict-suikerreactie of Fehling-reagens e.d.).

Waarschuwingen en voorzorgen

Door het relatief beperkte werkingsspectrum van cefepim is het alleen in te zetten bij gebleken gevoeligheid van het pathogeen, of bij een zeer sterk vermoeden hiervan (zie ook rubriek Eigenschappen).

Verminderde nierfunctie en neurotoxiciteit: Controleer de nierfunctie en pas de dosis van cefepim aan bij een creatinineklaring ≤ 50 ml/min, om te compenseren voor de tragere klaring (zie rubriek Dosering). Houd bij de verdere dosering rekening met de mate van nierfunctiestoornis, ernst van de infectie en de (vermoedelijke) pathogenen. De volgende ernstige bijwerkingen zijn gerapporteerd (incl. bij ouderen): reversibele encefalopathie (bewustzijnsstoornis incl. verwardheid, hallucinaties, stupor en coma), myoklonieën, convulsies (met inbegrip van non-convulsieve status epilepticus) en/of nierfalen. De meeste van deze gevallen deden zich voor bij patiënten met een nierfunctiestoornis (incl. ouderen) waarbij de aanbevolen dosering cefepim werd overschreden. Doorgaans verdwijnen symptomen van neurotoxiciteit na staken van cefepim en/of hemodialyse, maar er zijn ook gevallen met een fatale afloop beschreven.

Overgevoeligheidsreacties: Ernstige, soms fatale, overgevoeligheidsreacties zijn gemeld. Voor aanvang van de behandeling zorgvuldig nagaan of de patiënt eerder overgevoeligheidsreacties vertoonde op β-lactamantibiotica of andere geneesmiddelen. Wees voorzichtig bij astma of een allergische diathese. Monitor nauwlettend tijdens de eerste toediening. Als een allergische reactie optreedt de behandeling onmiddellijk staken. Bij ernstige overgevoeligheidsreacties kan behandeling met adrenaline en andere ondersteunende therapie nodig zijn.

Superinfecties: langdurig gebruik kan leiden tot overmatige groei van niet-gevoelige micro-organismen. Als een superinfectie optreedt tijdens de behandeling, passende maatregelen nemen. Diarree door Clostridioides difficile (CDAD) is gemeld, in ernst variërend van beperkte diarree tot fatale colitis. CDAD kan tot 2 maanden na toediening van antibiotica optreden; houd hier rekening mee bij alle patiënten met diarree na antibioticumgebruik. Bij vermoeden of bevestiging van CDAD moet het huidige antibioticumgebruik dat niet gericht is tegen C. diffile mogelijk worden gestaakt.

Invloed op diagnostische testen: gevallen van een positieve Coombs-test, zonder tekenen van hemolyse, zijn gemeld. Cefalosporinen kunnen fout-positieve reacties voor glucose in de urine veroorzaken bij gebruik van koper-reductie-testen (Benedict's of Fhelingsoplossing of Clinitest tabletten), maar niet bij enzymatische testen voor glucosurie. Gebruik daarom glucosetesten gebaseerd op enzymatische glucose-oxidase-reacties.

Overdosering

Symptomen

Onder andere encefalopathie (bewustzijnsstoornis, met inbegrip van verwardheid, hallucinaties, stupor en coma).

Neem voor meer informatie over een overdosering van cefepim contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Cefalexine is een semi-synthetisch, bactericide breedspectrum antibioticum van de 1e generatie van de groep cefalosporinen. Cefalexine bindt zich aan penicilline bindende eiwitten (PBP's) in de celwand van bacteriën, waardoor de synthese van peptidoglycaan wordt geremd. Dit resulteert in celdood. Mechanismen die kunnen leiden tot resistentie van bacteriën voor cefalexine omvatten o.a.: veranderingen in de aangrijpingspunten (de PBP's), veranderde toegang tot het aangrijpingspunt en enzymatische afbraak door β–lactamasen; cefalexine is gevoelig voor β-lactamasen. Er bestaat kruisresistentie tussen cefalosporinen en penicillinen.

Doorgaans gevoelig zijn:

  • Gram-positief: stafylokokken (meticilline-gevoelig), Streptococcus pneumoniae (penicilline-gevoelig) en β-hemolytische streptokokken.
  • Gram-negatief: Escherichia coli, Haemophilus influenzae, Klebsiella pneumoniae en Proteus mirabilis.

Een verworven resistentie kan een probleem zijn bij: Moraxella catarrhalis.

Resistent zijn:

  • Gram-positief: stafylokokken (meticilline-resistent) en Streptococcus pneumoniae (penicilline-resistent).
  • Gram-negatief: Enterobacter spp., Morganella morganii, Proteus vulgaris en Pseudomonas aeruginosa.

Gram-negatieve micro-organismen die induceerbare chromosoom-gebonden β-lactamasen bevatten, zoals Enterobacter spp., Serratia spp., Citrobacter spp. en Providentia spp. moeten als resistent voor cefalexine worden beschouwd, ondanks (eventuele) aangetoonde in vitro gevoeligheid.

Kinetische gegevens

Resorptie snel en volledig. Voedsel vertraagt de absorptie, de bloedspiegels zijn dan ook lager.
T max 1–1½ uur.
V d ca. 16 l/1,73 m². Ca. 0.26 l/kg.
Overig passeert de bloed-hersenbarrière vrijwel niet. Cefalexine is aantoonbaar in de gal. Het gehalte in (oog)kamerwater is ca. 10-15% van dat in het bloed.
Metabolisering niet.
Eliminatie door glomerulaire filtratie en tubulaire secretie, > 90% binnen 8 uur onveranderd.
T 1/2el ca. 1 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Cefepim is een bactericide breedspectrum antibioticum uit de groep van cefalosporinen (vierde generatie). Cefepim bindt zich aan penicilline-bindende eiwitten (PBP's) in de celwand van bacteriën, waardoor de synthese van peptidoglycaan (onderdeel van de bacteriële celwand) wordt geremd. Dit resulteert in bacteriële celdood. Cefepim heeft een breder werkingsspectrum dan cefalosporinen van de derde generatie en is in hoge mate resistent tegen de meeste β-lactamasen.

Doorgaans gevoelig zijn:

  • Aeroob en Gram-positief: meticilline-sensitieve Staphylococcus aureus ('MSSA'), Streptococcus pyogenes, Streptococcus pneumoniae (incl. penicilline-resistente stammen).
  • Aeroob en Gram-negatief: Citrobacter freundii, Klebsiella aerogenes, Haemophilus influenzae, Moraxella catarrhalis, Morganella morganii, Proteus mirabilis (de ESBL-producerende stammen zijn echter altijd resistent), Proteus vulgaris, Serratia marcescens, Serratia liquefaciens.

Een verworven resistentie kan een probleem zijn bij:

  • Aeroob en Gram-positief: Staphylococcus aureus (resistentie < 10% bij niet in het ziekenhuis verpleegde patiënten); het voorkomen van resistentie bedraagt > 50% voor de volgende micro-organismen in minstens één EU-regio: Staphylococcus epidermidis, Staphylococcus haemolyticus, Staphylococcus hominis.
  • Aeroob en Gram-negatief: Acinetobacter baumannii, Enterobacter cloacae, Escherichia coli, Klebsiella oxytoca, Klebsiella pneumoniae, Pseudomonas aeruginosa. De ESBL-producerende stammen van E. coli, K. oxytoca en K. pneumoniae zijn echter altijd resistent.

Inherent resistent zijn:

  • Aeroob en Gram-positief: Enterococcus spp., Listeria monocytogenes, meticilline-resistente Staphylococcus aureus ('MRSA').
  • Aeroob en Gram-negatief: Stenotrophomonas maltophilia, en de ESBL-producerende stammen van: Proteus mirabilis, Escherichia coli, Klebsiella oxytoca, Klebsiella pneumoniae.
  • Anaeroob: Bacteroides spp., Clostridioides difficile.
  • Overig: Chlamydia spp., Chlamydophila spp., Legionella spp. en Mycoplasma spp.

Kinetische gegevens

V d ca. 0,26 l/kg.
Overig voldoende therapeutische concentraties voor gebruikelijke pathogenen worden bereikt in: sputum, bronchiale mucosa, interstitiële vloeistof, peritoneaal vocht, urine, gal, galblaas, appendix, prostaat. Er is (enige) penetratie in de cerebrospinale vloeistof.
Metabolisering ja, tot N-methylpyrrolidine dat snel wordt omgezet door oxidatie.
Eliminatie vnl. onveranderd met de urine (ca. 85%), deels als metabolieten (ca. 7% als N-oxide en < 1% als N-methylpyrrolidine). Hemodialyse kan cefepim uit de circulatie verwijderen; ca. 68% wordt tijdens een dialyseperiode van 3 uur geëlimineerd. Peritoneale dialyse beïnvloedt de eliminatie niet.
T 1/2el ca. 2 uur, beduidend langer bij een verminderde nierfunctie, bij hemodialyse ca. 13 uur, bij peritoneale dialyse ca. 19 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

cefalexine hoort bij de groep cefalosporinen.

  • cefaclor (J01DC04) Vergelijk
  • cefazoline (J01DB04) Vergelijk
  • cefepim (J01DE01) Vergelijk
  • cefiderocol (J01DI04) Vergelijk
  • cefotaxim (J01DD01) Vergelijk
  • ceftarolinefosamil (J01DI02) Vergelijk
  • ceftazidim (J01DD02) Vergelijk
  • ceftazidim/avibactam (J01DD52) Vergelijk
  • ceftolozaan/tazobactam (J01DI54) Vergelijk
  • ceftriaxon (J01DD04) Vergelijk
  • cefuroxim (systemisch) (J01DC02) Vergelijk

Groepsinformatie

cefepim hoort bij de groep cefalosporinen.

  • cefaclor (J01DC04) Vergelijk
  • cefalexine (J01DB01) Vergelijk
  • cefazoline (J01DB04) Vergelijk
  • cefiderocol (J01DI04) Vergelijk
  • cefotaxim (J01DD01) Vergelijk
  • ceftarolinefosamil (J01DI02) Vergelijk
  • ceftazidim (J01DD02) Vergelijk
  • ceftazidim/avibactam (J01DD52) Vergelijk
  • ceftolozaan/tazobactam (J01DI54) Vergelijk
  • ceftriaxon (J01DD04) Vergelijk
  • cefuroxim (systemisch) (J01DC02) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • cefalosporinen

Indicaties

  • acute faryngotonsillitis
  • bacteriële huidinfecties
  • community-acquired pneumonie (CAP)
  • cystitis bij risicogroepen ouder dan 12 jaar

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • cefalosporinen

Indicaties

  • urineweginfectie met weefselinvasie (pyelonefritis, acute prostatitis)

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
  • Kinderformularium (NKFK)
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
  • Toegankelijkheid
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".