Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

dopamine

adrenerge en dopaminerge middelen C01CA04

Sluiten

noradrenaline

adrenerge en dopaminerge middelen C01CA03

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Dopamine (hydrochloride) Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Concentraat voor infusievloeistof
Sterkte
40 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 5 ml

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Noradrenaline (als waterstoftartraat) Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Concentraat voor infusievloeistof
Sterkte
1 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 1 ml, 5 ml

Noradrenaline (als waterstoftartraat) XGVS Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Oplossing voor infusie
Sterkte
0,5 mg/ml
Verpakkingsvorm
flacon 50 ml

Sinora (als waterstoftartraat) XGVS Sintetica GmbH

Toedieningsvorm
Concentraat voor infusievloeistof
Sterkte
1 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 1 ml, 4 ml, 10 ml
Toedieningsvorm
Oplossing voor infusie
Sterkte
0,1 mg/ml
Verpakkingsvorm
flacon 50 ml
Toedieningsvorm
Oplossing voor infusie
Sterkte
0,2 mg/ml
Verpakkingsvorm
flacon 50 ml

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Voor dit geneesmiddel is geen advies vastgesteld over de plaats in de medicamenteuze behandeling.

Advies

De toepassing van noradrenaline per infusie komt in aanmerking bij hypotensie ten gevolge van shock en als noodmaatregel bij acute hypotensie en is beperkt tot de kliniek.

Indicaties

  • Shock ten gevolge van pompfunctiestoornissen van het hart, zoals bij myocardinfarct, hartfalen of tijdens of na openhartchirurgie.
  • Shock ten gevolge van trauma of sepsis, indien deze niet berust op ondervulling.

Indicaties

  • Als noodmaatregel bij volwassenen met acute hypotensie voor het herstellen van de bloeddruk (bv. ten gevolge van shock).

Doseringen

Uitsluitend klinisch toepassen via continue i.v. infusie in een grote vene (bij voorkeur centraal veneuze toediening) onder continue controle van bloeddruk, ECG, diurese en eventueel centraal veneuze druk en de pulmonale capillaire druk (wiggedruk). Bij een voorafbestaande arteriële afwijking of toegenomen kans op trombo-embolie tevens de extremiteiten voortdurend controleren.

Klap alles open Klap alles dicht

Shock

Volwassenen

Geadviseerd wordt bij shock ten gevolge van hartfalen de dosis zo laag mogelijk te houden. Er worden 4 doseringsniveaus met bijbehorende effecten onderscheiden:

i.v.-infuus: 1-2 microg/kg/min aanhoudend tot ongeveer 20 microg/kg/min: verbetering van de renale doorbloeding en glomerulaire filtratie.

i.v.-infuus: 2-10 microg/kg/min: vergroting van het hartminuutvolume, zonder sterke verhoging van pols en bloeddruk.

i.v.-infuus: 10-20 microg/kg/min: verhoging van de bloeddruk door vaatvernauwing.

i.v.-infuus: > 20 microg/kg/min: gegeneraliseerde vaatvernauwing waardoor de renale doorbloeding weer kan verminderen. Het gewenste therapeutisch effect treedt gewoonlijk in bij een infuussnelheid van minder dan 20 microg/kg per min.; in sommige gevallen van ernstige circulatoire insufficiëntie zijn echter doses van meer dan 50 microg/kg per min toegepast.

Bij gebruik van een MAO-remmer (ook als deze recentelijk gestopt is) een lagere dosis geven, bijvoorbeeld 1/10e van de normale dosis of zelfs 1/20e. Ook bij combinatie met een tricyclisch antidepressivum de dosering van dopamine verlagen.

De oplossing bij voorkeur verdunnen met 0,9% NaCl-oplossing of 5% glucose-oplossing, niet verdunnen met alkalische oplossingen, omdat dopamine dan geïnactiveerd wordt.

De oplossing onmiddellijk vóór toepassing bereiden en minder dan 24 uur bewaren.

Doseringen

Let op! Controleer voor gebruik of het product verdund moet worden of dat het een kant-en-klaarproduct is.

Klap alles open Klap alles dicht

Acute hypotensie

Volwassenen

Noradrenaline Added Pharma: I.v. als infusie: 3–9 microg/kg/uur (= 0,05–0,15 microg/kg/min), vervolgens verhogen op geleide van effect met stappen van 3–6 microg/kg/uur (= 0,05–0,1 microg/kg/minuut).

Volwassenen

Noradrenaline CF: I.v. als infusie: begindosering 480–720 microg/uur (= 8–12 microg/min), toedienen als een verdunde oplossing van 4 mg/l (oplosmiddel glucose 5%). Onderhoudsdosering 120–240 microg/uur (= 2–4 microg/min). De concentratie van de oplossing zo nodig aanpassen op geleide van de vochtbalans.

Volwassenen (incl. ouderen)

Sinora, Noradrenaline Kabi, Noradrenaline Kalceks: I.v. als infusie: begindosering bij een lichaamsgewicht van 70 kg 0,2–0,8 mg/uur (omgerekend naar per kg lichaamsgewicht: ca. 2,9–11,4 microg/kg/uur), vervolgens verhogen op geleide van het effect met stappen van 3–6 microg/kg/uur (=0,05–0,1 microg/kg/minuut).

Samengevat, liggen de hierboven beschreven begindoseringen tussen 2,9 en 11,4 microg/kg/uur. Een aantal fabrikanten beschrijven het titreren van de dosering omhoog met stappen van 3–6 microg/kg/uur. De officiële productinformatie van Sinora en een aantal generieken bevat een tabel waarin voor bepaalde lichaamsgewichten het volgende vermeld staat: een dosering in microg/kg/minuut, de corresponderende hoeveelheid in mg/uur en de daarbij behorende infusiesnelheid (in ml/uur). Zie voor deze tabel rubriek 4.2 van de officiële productinformatie via 'Zie ook'. In deze tabel staan doseringen van 0,05 microg/kg/min (= 3 microg/kg/uur) tot 1 microg/kg/min (= 60 microg/kg/uur) beschreven. Er is een grote individuele variatie in de dosis die nodig is om normotensie te bereiken, bovendien kan deze in de tijd variëren. Het beoogde doel moet zijn om een laag-normale systolische bloeddruk (100–120 mmHg) of een adequate gemiddelde arteriële bloeddruk (ook wel MAP) van hoger dan 65–80 mmHg, afhankelijk van de toestand van de patiënt, te bereiken.

Bij optreden van hartritmestoornissen overwegen de dosering te verlagen.

Bij staken de infusie geleidelijk verminderen om een plotselinge sterke bloeddrukdaling te voorkomen.

Toediening

  • Noradrenaline toedienen via een canule in een voldoende grote ader of via een centraal veneuze toegang.
  • Het concentraat voor infusie vóór toediening eerst verdunnen met glucose-oplossing 5%, natriumchloride-oplossing 0,9% of natriumchloride 0,9% met glucose-oplossing 5% tot een uiteindelijke concentratie van 40 mg/l noradrenalinebase (= 2 mg noradrenalinebase in een spuit van 50 ml). Andere concentraties mogen ook gebruikt worden. Zie voor meer gegevens over de verdunning van noradrenaline de officiële productinformatie CBG/EMA (rubrieken 4.2 en 6.6); zie hiervoor de link onder 'Zie ook'.
  • De oplossingen voor infusie van 0,1, 0,2 en 0,5 mg/ml niet verdunnen voor gebruik; dit zijn kant-en-klare producten.
  • Noradrenaline niet i.m. of s.c. toedienen.

Bijwerkingen

Hypotensie, hypertensie, vasoconstrictie. (Supra)ventriculaire ritmestoornissen, bradycardie, palpitaties, (sinus)tachycardie, angineuze pijn. Dyspneu, bronchospasmen. Overgevoeligheidsreactie. Hoofdpijn. Misselijkheid, braken. Perifere weefselnecrose, kippenvel. Gangreen. Uremie. Mydriase.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Hoofdpijn, duizeligheid, tremor. Ademhalingsmoeilijkheden, dyspneu, apneu. Rusteloosheid, verwarring, psychotische toestand, angst, slapeloosheid, zwakheid. Anafylactische shock, bronchospasmen, vooral bij astmapatiënten of bij overgevoeligheid voor sulfiet. Precordiale pijn, palpitaties, bradycardie, tachycardie, (fatale) hartritmestoornissen, stresscardiomyopathie, kransslagaderspasme, myocardinfarct, acuut hartfalen. Misselijkheid, braken. Urineretentie. Acuut glaucoom (zeer vaak bij patiënten met anatomische predispositie voor sluiting van de iridocorneale hoek). Zwelling van de schildklier. Arteriële hypertensie en weefselhypoxie, ischemische beschadiging kan leiden tot koudheid en bleekheid van ledematen en gezicht. Bij langdurig gebruik bij ernstige shock: fatale myocarditis, bloedingen, oedeem, necrose van het maag-darmstelsel, nieren of lever. Weefselnecrose of irritatie op de injectieplaats.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

De werking van dopamine wordt door MAO-remmers versterkt; in combinatie met MAO-remmers de dosering van dopamine verlagen (zie rubriek Doseringen).

Bij combinatie met een tricyclisch antidepressivum wordt de werking van dopamine versterkt en verlengd; de dosering van dopamine aanpassen.

Wees voorzichtig bij combinatie met diuretica of een COMT-remmer vanwege een verlenging en versterking van het effect van dopamine.

Bij combinatie met oxytocica (o.a. oxytocine) of ergotalkaloïden kan een ernstige, persisterende bloeddrukverhoging optreden.

Bij combinatie met fenytoïne een ander anti-epilepticum overwegen vanwege meldingen van hypotensie en bradycardie bij deze combinatie.

Er is meer kans op aritmie bij combinatie met schildklierhormonen, digoxine, anti-aritmica omdat deze middelen effect hebben op de hartgeleiding.

Bij anesthesie met gehalogeneerde anesthetica kan de prikkelbaarheid van het myocard verhoogd zijn.

Remmend effect door α-, β- en dopamineblokkerende middelen (zoals haloperidol, pipamperon, fenothiazinen).

Interacties

Combinatie met gehalogeneerde koolwaterstoffen (bv. sevofluraan) bij algemene anesthesie is gecontra-indiceerd vanwege de kans op ernstige aritmieën (o.a. ventriculaire aritmie).

Combinatie met tricyclische antidepressiva wordt vanwege het risico op hypertensie met aritmieën afgeraden.

MAO-remmers en linezolid versterken het bloeddrukverhogend effect van noradrenaline; uitsluitend toepassen onder nauwgezet medisch toezicht.

Voorzichtig toepassen in combinatie met β-blokkers vanwege de kans op ernstige hypertensie.

Het vasopressor-effect van noradrenaline wordt door α-sympathicolytica verminderd, maar niet opgeheven.

Wees terughoudend bij combinatie met digoxine, omdat deze combinatie verlengde AV-geleidingstijd en bradycardie kan veroorzaken.

Wees voorzichtig bij combinatie met schildklierhormonen of antiaritmica vanwege de verhoogde effecten op het hart,

Ergot-alkaloïden of oxytocine kunnen de vasopressieve en vasoconstrictieve effecten van noradrenaline versterken.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren aanwijzingen voor schadelijkheid. Bij kippenembryo's werden hartafwijkingen gezien mogelijk veroorzaakt door een verhoogde intracardiale bloeddruk. Bij ratten embryotoxiciteit zonder teratogeniteit.

Farmacologisch effect: Er is zowel een verhoging als verlaging van de placentaire bloedstroom gezien.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Noradrenaline passeert de placenta.

Teratogenese: Onvoldoende gegevens.

Farmacologisch effect: Door een verminderde doorbloeding van de placenta kunnen foetale hypoxie en sterke uteruscontractie optreden. Foetale bradycardie kan optreden. Ernstige hypotensie kan echter ook een verminderde doorbloeding van de placenta veroorzaken.

Advies: Kan bij een ernstige vitale indicatie gebruikt worden.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Farmacologisch effect: Niet waarschijnlijk vanwege de lage orale biologische beschikbaarheid en korte halfwaardetijd van dopamine.

Advies: Indien mogelijk kan de borstvoeding na dopamine-behandeling hervat worden.

Overig: Dopamine kan de lactatie remmen.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Farmacologisch effect: Onwaarschijnlijk vanwege korte halfwaardetijd én omdat noradrenaline niet oraal opgenomen wordt.

Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Contra-indicaties

  • feochromocytoom;
  • tachyaritmie, atriumfibrilleren.

Contra-indicaties

  • hypotensie veroorzaakt door hypovolemie; het kan echter wel kortdurend als noodmaatregel worden gebruikt ter ondersteuning van de bloedtoevoer naar de coronaire en cerebrale arteriën;
  • overgevoeligheid voor sulfiet (noradrenaline CF).

Zie voor meer contra-indicaties de rubriek Interacties.

Waarschuwingen en voorzorgen

Indien de shock door hypovolemie is veroorzaakt (vooral hemorragische shock), eerst met bloed of plasma of andere fysiologische oplossingen het circulerend volume herstellen.

Wees extra voorzichtig vanwege een grotere cardiovasculaire gevoeligheid voor dopamine bij: aritmie, tachycardie, coronaire hartziekte, hypertensie, hyperthyroïdie, diabetes en bij ouderen. Verder ook voorzichtig toepassen bij occlusieve aandoeningen (zoals atherosclerose, ziekte van Raynaud etc.). Bij pulmonale hypertensie is er meer kans op pulmonale vasoconstrictie.

Om de minimale therapeutische dosis te vinden, de infuussnelheid doorlopend aan de hemodynamische parameters aanpassen.

Bij abusievelijke subcutane infiltratie of bij sterke overdosering kan weefselnecrose optreden of bestaande weefselnecrose verergeren. Infiltratie van de plaats van weefselnecrose met fentolamine kan verdere necrotisering voorkomen.

Hulpstof: Kaliummetabisulfiet, in de infusievloeistof, kan in zeldzame gevallen bronchospasmen geven.

Waarschuwingen en voorzorgen

Controleer continu de bloeddruk en hartfrequentie; de bloeddruk niet verder verhogen dan normotensie.

Dien noradrenaline uitsluitend toe bij hypovolemie in combinatie met gepaste bloedvolumevervanging.

Langdurige toediening van een krachtige vasopressor kan leiden tot plasmavolumedepletie die voortdurend aangepast moet worden door geschikte vocht- en elektrolytenvervangingstherapie. Als het plasmavolume niet aangepast wordt kan de hypotensie terugkeren na het staken van de infusie.

Wees bedacht op het optreden van ernstige perifere en viscerale vasoconstrictie, met afname van de bloeddoorstroming en weefselperfusie tot gevolg (bv. in de nieren, lever, huid en glad spierweefsel); hierdoor kan weefselhypoxie en lactaatacidose en mogelijk ischemische beschadiging optreden.

Controleer de infusieplaats regelmatig op vrije doorstroming omdat extravasatie kan leiden tot necrose van het weefsel rond de ader waarin geïnfundeerd wordt. Toediening via de beenvenen vermijden, in het bijzonder bij ouderen, bij aandoeningen van het perifere vaatstelsel van de onderste extremiteiten, diabetes mellitus en bij de ziekte van Buerger vanwege de kans op extravasatie. Na extravasatie zo snel mogelijk 5–10 mg fentolamine in 10–15 ml van een 0,9% NaCl-oplossing in het gebied infiltreren. Vanwege de vasoconstrictie van de aderwand en een toegenomen permeabiliteit kan er noradrenaline weglekken in de weefsels rond de ader waarin het infuus wordt gegeven, wat verbleking van het weefsel kan veroorzaken die niet het gevolg is van uitgesproken extravasatie. Overweeg indien verbleking optreedt van infusieplaats te veranderen om de effecten van de lokale vasoconstrictie te verminderen. Bij toediening via de venen van de fossa antecubitalis bestaat er kans op flebitis.

Voorzichtig toepassen bij hyperthyroïdie, feochromocytoom, nauwe-kamerhoekglaucoom, prostaataandoeningen, diabetes mellitus, hypertensie, hart- en vaatziekten (zoals acute hypotensie door ernstige linkerventrikeldisfunctie, hypotensie na een myocardinfarct of Prinzmetal-angina-pectoris en bij coronaire, mesenterische of perifere vasculaire trombose). Bij trombotische aandoeningen kan noradrenaline de ischemie doen toenemen en kan het infarctgebied uitbreiden.

Wees voorzichtig bij ouderen omdat zij extra gevoelig kunnen zijn voor de effecten van noradrenaline.

Onderzoeksgegevens: Er zijn geen gegevens betreffende werkzaamheid en veiligheid bij een verminderde nier- of leverfunctie.

Hulpstoffen

  • Wees voorzichtig met natrium, in de infusievloeistof, bij een natriumbeperkt dieet;
  • Natriummetabisulfiet, in sommige preparaten, kan in zeldzame gevallen bronchospasmen geven.

Overdosering

Symptomen

gerelateerd aan de vasoconstrictie: o.a. flushing, koude extremiteiten.

Therapie

de toediening verminderen of staken. Tegenmaatregelen zijn meestal niet nodig, vanwege de zeer korte halfwaardetijd van dopamine.

Neem voor meer informatie over een vergiftiging met dopamine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Overdosering

Symptomen

Fotofobie, bleekheid, hyperhidrose, braken, retrosternale of faryngeale pijn, ernstige hypertensie (met als gevolg hevige hoofdpijn), cerebrale bloeding, convulsies.

Neem voor meer informatie over een vergiftiging met noradrenaline contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Dopamine stimuleert direct dopamine1-, dopamine2-, α- en β-receptoren. De werking op de α2- en β2-receptoren is echter gering. Dopamine is de directe precursor van noradrenaline (een catecholamine) met positief-inotrope werking op het myocard; het verhoogt daardoor het hartminuutvolume. Het verwijdt de vaten van de nieren en het mesenterium; door de verhoogde renale doorbloeding nemen de nierfiltratie, diurese en natriumuitscheiding toe. In lage of gemiddelde dosering (2–10 microg/kg per min.) stimuleert dopamine de β-receptoren in het myocard; dit heeft toename van het minuutvolume, gewoonlijk zonder frequentietoename of bloeddrukstijging, tot gevolg. Dopamine onderscheidt zich hiermee van de andere catecholaminen. In hoge doses (10–20 microg/kg per min.) stimuleert het de α-receptoren; mede door de toename van het hartminuutvolume stijgt de bloeddruk. Bij doseringen boven 20 microg/kg per min. overweegt het α-adrenerge effect, waardoor de doorbloeding van de nier en het mesenterium weer afneemt. Werkingsaanvang: snel. Werkingsduur: minder dan 10 minuten.

Kinetische gegevens

V d groot, dringt echter niet tot in de hersenen door.
Metabolisering in < 2 minuten: in lever, nieren en plasma door MAO en COMT tot inactieve metabolieten, ca. 25% tot noradrenaline.
Eliminatie ca. 80% binnen 24 uur met de urine, vnl. als metabolieten.
T 1/2el 2 min.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Overwegend α-sympathicomimetisch effect met tevens werking op β1-receptoren en nauwelijks effect op β2-receptoren. Noradrenaline is een krachtige vasoconstrictor, waardoor zowel de diastolische als de systolische bloeddruk stijgt. De hartfrequentie wordt relatief weinig beïnvloed: de positief-inotrope en positief-chronotrope effecten worden gecompenseerd door de reflexbradycardie die optreedt als gevolg van de sterke bloeddrukstijging.

Bloeddrukverhogende werking: i.v. snel. Werkingsduur: tot 1–2 min na einde infuus.

Kinetische gegevens

Metabolisering door catechol-O-methyltransferase (COMT) en mono-amine-oxidase (MAO) tot inactieve metabolieten, waaronder in 4-hydroxy-3-methoxy-amandelzuur.
Overig door cellulaire heropname en metabolisme wordt noradrenaline snel verwijderd uit het plasma.
Eliminatie met de urine, vnl. als metabolieten.
T 1/2el 1–2 min.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

dopamine hoort bij de groep adrenerge en dopaminerge middelen.

  • adrenaline (C01CA24) Vergelijk
  • dobutamine (C01CA07) Vergelijk
  • efedrine (C01CA26) Vergelijk
  • fenylefrine (injectie) (C01CA06) Vergelijk
  • isoprenaline (C01CA02) Vergelijk
  • midodrine (C01CA17) Vergelijk
  • noradrenaline (C01CA03) Vergelijk

Groepsinformatie

noradrenaline hoort bij de groep adrenerge en dopaminerge middelen.

  • adrenaline (C01CA24) Vergelijk
  • dobutamine (C01CA07) Vergelijk
  • dopamine (C01CA04) Vergelijk
  • efedrine (C01CA26) Vergelijk
  • fenylefrine (injectie) (C01CA06) Vergelijk
  • isoprenaline (C01CA02) Vergelijk
  • midodrine (C01CA17) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • adrenerge en dopaminerge middelen

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • adrenerge en dopaminerge middelen

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Kinderformularium (NKFK)
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
  • Toegankelijkheid
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".