Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

dopamine

antihypotensiva C01CA04

Sluiten

dobutamine

antihypotensiva C01CA07

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Dopamine (hydrochloride) Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Concentraat voor infusievloeistof
Sterkte
40 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 5 ml

Bevat tevens: kaliummetabisulfiet.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Dobutamine (als hydrochloride) XGVS Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Infusievloeistof
Sterkte
5 mg/ml
Verpakkingsvorm
flacon 50 ml

Conserveermiddel: natriummetabisulfiet. Kan tevens natrium bevatten.

Toedieningsvorm
Concentraat voor infusievloeistof
Sterkte
12,5 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 20 ml

Conserveermiddel: natriummetabisulfiet.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Bij acuut hartfalen is snel ingrijpen vereist. Overweeg bij telefonisch contact alvast een dosis nitroglycerine of isosorbidedinitraat in te laten nemen. Start zo snel mogelijk met toediening van zuurstof (indien beschikbaar) via een ‘non-rebreathing’-masker. Geef bij een systolische bloeddruk > 90 mmHg nitroglycerine sublinguaal elke 5 minuten tot de klachten voldoende verbeteren of de systolische bloeddruk daalt tot < 90 mmHg. Geef in geval van dyspneu door vochtretentie i.v. furosemide of bumetanide. Wees terughoudend met morfine bij acuut hartfalen. Overweeg uitsluitend bij persisterende ernstige onrust, dyspneu, angst of pijn in de vroege fase morfine i.v. Aanvullend onderzoek in de tweedelijnszorg bepaalt de verdere behandeling.

Advies

Bij systolisch hartfalen starten met een ACE-remmer en bij vochtretentie met een diureticum, daarna, als de patiënt klinisch stabiel is, een selectieve β-blokker toevoegen. Een combinatie van deze middelen verlicht de klachten en kan een vroegtijdige mortaliteit en de kans op ziekenhuisopname voor hartfalen verminderen. De patiënt op de medicatie instellen op basis van een zorgvuldige titratie van de doses en regelmatige controle van serumelektrolyten en de nierfunctie. Het gebruik van dobutamine dient te worden beperkt tot ernstig hartfalen, waarbij andere middelen onvoldoende effectief zijn. Alléén toedienen onder continue hemodynamische bewaking.

Bij acuut hartfalen is snel ingrijpen vereist. Overweeg bij telefonisch contact alvast een dosis nitroglycerine of isosorbidedinitraat in te laten nemen. Start zo snel mogelijk met toediening van zuurstof (indien beschikbaar) via een ‘non-rebreathing’-masker. Geef bij een systolische bloeddruk > 90 mmHg nitroglycerine sublinguaal elke 5 minuten tot de klachten voldoende verbeteren of de systolische bloeddruk daalt tot < 90 mmHg. Geef in geval van dyspneu door vochtretentie i.v. furosemide of bumetanide. Wees terughoudend met morfine bij acuut hartfalen. Overweeg uitsluitend bij persisterende ernstige onrust, dyspneu, angst of pijn in de vroege fase morfine i.v. Aanvullend onderzoek in de tweedelijnszorg bepaalt de verdere behandeling.

Volgens Het Acute Boekje komen positief inotrope middelen, zoals dobutamine, milrinon en enoximon alleen in aanmerking bij patiënten op de hartbewakingsafdeling; bij onvoldoende effect van vaatverwijders en diuretica of indien sprake is van hypotensief hartfalen (SBD < 85–90 mmHg).

Indicaties

  • Shock ten gevolge van pompfunctiestoornissen van het hart, zoals bij myocardinfarct, hartfalen of tijdens of na openhartchirurgie.
  • Shock ten gevolge van trauma of sepsis, indien deze niet berust op ondervulling.

Gerelateerde informatie

  • hartfalen, acuut

Indicaties

Bij volwassenen en kinderen:

  • Hartfalen door een verminderde contractiliteit indien positief-inotrope ondersteuning nodig is bij de behandeling van een laag hartminuutvolume na een myocardinfarct, openhartoperatie, of bij een cardiomyopathie, septische of cardiogene shock.

Bij volwassenen:

  • Als diagnostisch hulpmiddel bij stress-echocardiografie bij patiënten die niet in staat zijn tot lichamelijke inspanning of bij wie deze inspanning geen waardevolle informatie oplevert.

Gerelateerde informatie

  • hartfalen, acuut
  • hartfalen, chronisch

Dosering

Uitsluitend klinisch toepassen via continue i.v. infusie in een grote vene (bij voorkeur centraal veneuze toediening) onder continue controle van bloeddruk, ECG, diurese en eventueel centraal veneuze druk en de pulmonale capillaire druk (wiggedruk). Bij een voorafbestaande arteriële afwijking of toegenomen kans op trombo-embolie tevens de extremiteiten voortdurend controleren.

Klap alles open Klap alles dicht

Shock:

Volwassenen:

Geadviseerd wordt bij shock ten gevolge van hartfalen de dosis zo laag mogelijk te houden. Er worden 4 doseringsniveau's met bijbehorende effecten onderscheiden:

i.v.-infuus: 1-2 microg/kg/min aanhoudend tot ongeveer 20 microg/kg/min: verbetering van de renale doorbloeding en glomerulaire filtratie.

i.v.-infuus: 2-10 microg/kg/min: vergroting van het hartminuutvolume, zonder sterke verhoging van pols en bloeddruk.

i.v.-infuus: 10-20 microg/kg/min: verhoging van de bloeddruk door vaatvernauwing.

i.v.-infuus: > 20 microg/kg/min: gegeneraliseerde vaatvernauwing waardoor de renale doorbloeding weer kan verminderen. Het gewenste therapeutisch effect treedt gewoonlijk in bij een infuussnelheid van minder dan 20 microg/kg per min.; in sommige gevallen van ernstige circulatoire insufficiëntie zijn echter doses van meer dan 50 microg/kg per min toegepast.

Bij gebruik van een MAO-remmer (ook als deze recentelijk gestopt is) een lagere dosis geven, bijvoorbeeld 1/10e van de normale dosis of zelfs 1/20e. Ook bij combinatie met een tricyclisch antidepressivum de dosering van dopamine verlagen.

De oplossing bij voorkeur verdunnen met 0,9% NaCl-oplossing of 5% glucose-oplossing, niet verdunnen met alkalische oplossingen, omdat dopamine dan geïnactiveerd wordt.

De oplossing onmiddellijk vóór toepassing bereiden en minder dan 24 uur bewaren.

Dosering

De dosis, de toedieningssnelheid en de duur van behandeling vaststellen op geleide van de hartfrequentie, bloeddruk, urineproductie en zo mogelijk meting van het hartminuutvolume. De dosis geleidelijk verlagen in plaats van de toediening abrupt te staken.

Klap alles open Klap alles dicht

Hartfalen met een laag hartminuutvolume, bv. na een myocardinfarct, openhartoperatie, of bij een cardiomyopathie, septische of cardiogene shock:

Volwassenen:

Richtlijn: i.v. als infusie: 2,5–10 microg/kg lichaamsgewicht per min. Soms wordt reeds effect verkregen met 0,5 microg/kg per min; zelden 40 microg/kg per min.

Kinderen:

i.v. als infusie: aanvangsdosis 5 microg/kg lichaamsgewicht per min; dosering aanpassen op basis van klinische respons naar 2–20 microg/kg lichaamsgewicht per min, soms 0,5–1 microg/kg per min, zelden tot 40 microg/kg per min. De meeste bijwerkingen (o.a. tachycardie) treden op bij doseringen ≥ 7,5 microg/kg lichaamsgewicht/min. De dosering zorgvuldig titreren vanwege een mogelijk kleinere therapeutische breedte dan bij volwassenen.

Als diagnostisch hulpmiddel bij stress-echocardiografie:

Volwassenen:

Uitsluitend onder monitoring en in aanwezigheid van de benodigdheden voor reanimatie: I.v. als infusie: volwassenen aanvankelijk 5 microg/kg lichaamsgewicht per min, elke 3 min verhogen tot 10, 20, 30, 40 microg/kg per minuut tot een diagnostisch eindpunt wordt bereikt of bij het optreden van ernstige complicaties. Als geen diagnostisch eindpunt wordt bereikt kan 0,5–2 mg atropine worden toegediend in doseringen van 0,25–0,5 mg, telkens met een interval van 1 min. Als alternatief kan de infusiesnelheid van dobutamine worden verhoogd tot 50 microg/kg/min.

Tijdens langdurige infusie (> 72 uur) kan tolerantie optreden, waardoor dosisverhoging nodig kan zijn.

Toedieningsinformatie:

  • Het concentraat voor infusievloeistof voor gebruik bij volwassenen verdunnen met fysiologisch zout- of 5% glucoseoplossing, een Ringer-oplossing of een natriumlactaatoplossing; in het algemeen wordt als uiteindelijke concentratie voor infusie 250, 500 of 1000 microg/ml toegepast; de verdunning mag niet geconcentreerder zijn dan 5000 microg/ml.
  • Bij continue intraveneuze infusie bij kinderen verdunnen met fysiologisch zout- of 5% glucoseoplossing tot een concentratie van 0,5-1 mg/ml, max. 5 mg/ml bij vloeistofbeperking. Oplossingen met een hogere concentratie uitsluitend toedienen via een centraalveneuze katheter. Bij neonaten op de intensivecare-afdeling 30 mg/kg lichaamsgewicht verdunnen tot een eindvolume van 50 ml infusievloeistof.

Bijwerkingen

Hypotensie, hypertensie, vasoconstrictie. (Supra)ventriculaire ritmestoornissen, bradycardie, palpitaties, (sinus)tachycardie, angineuze pijn. Dyspneu, bronchospasmen. Overgevoeligheidsreactie. Hoofdpijn. Misselijkheid, braken. Perifere weefselnecrose, kippenvel. Gangreen. Uremie. Mydriase.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Bij hartfalen:

Zeer vaak (> 10%): stijging hartfrequentie (met ≥ 30 slagen/min).

Vaak (1–10%): eosinofilie, remming van de trombocytenaggregatie (bij continue infusie gedurende enkele dagen). Hoofdpijn. Verhoogde bloeddruk vnl. bij arteriële hypertensie (stijging ≥ 50 mmHg), bloeddrukverlaging, ventriculaire ritmestoornis, dosisafhankelijke ventriculaire extrasystolen. Stijging van de ventrikelfrequentie m.n. bij atriumfibrillatie. Vasoconstrictie (m.n. bij combinatie met β-blokkers). Hartkloppingen, pijn op de borst.

Soms (0,1–1%): ventriculaire tachycardie en ventrikelfibrilleren. Zeer zelden (< 0,01%): hypokaliëmie, bradycardie, myocardischemie, myocardinfarct, hartstilstand.

Verder is gemeld: vermindering van de pulmonale, capillaire druk.

Bij kinderen zijn o.a. de volgende bijwerkingen gemeld: verhoging van de systolische bloeddruk, systemische hypertensie of hypotensie, tachycardie, hoofdpijn, verhoging van de pulmonale capillaire wigdruk (m.n. bij leeftijd < 1 j.) leidend tot pulmonale congestie, oedeem en symptomatische klachten.

Bij gebruik als diagnostisch hulpmiddel:

Zeer vaak (> 10%): angina pectoris en ventriculaire extrasystolen.

Vaak (1–10%): supraventriculaire extrasystolen, ventriculaire tachycardie, pijn op de borst. Bronchospasmen, dyspneu. Verhoogde urineaandrang (bij hoge doseringen). Koorts, flebitis op de toedieningsplaats, lokale ontstekingen (bij onbedoelde paraveneuze infiltratie), huiduitslag. Misselijkheid.

Soms (0,1–1%): ventrikelfibrilleren, myocardinfarct.

Zeer zelden (< 0,01%): tweedegraads atrioventriculair blok, coronaire vaatspasmen, hypertensieve en hypotensieve bloeddrukdecompensatie, intracavitaire drukgradiënten, hartkloppingen. Petechiale bloedingen, huidnecrose.

Verder zijn gemeld: stress-cardiomyopathie, cardiale ruptuur (binnen 4-12 dagen na myocardinfarct). Rusteloosheid, hoofdpijn, paresthesieën, tremor, hitte–en angstgevoel, spierkrampen.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

De werking van dopamine wordt door MAO-remmers versterkt; in combinatie met MAO-remmers de dosering van dopamine verlagen (zie rubriek Doseringen).

Bij combinatie met een tricyclisch antidepressivum wordt de werking van dopamine versterkt en verlengd; de dosering van dopamine aanpassen.

Wees voorzichtig bij combinatie met diuretica of een COMT-remmer vanwege een verlenging en versterking van het effect van dopamine.

Bij combinatie met oxytocica (o.a. oxytocine) of ergotalkaloïden kan een ernstige, persisterende bloeddrukverhoging optreden.

Bij combinatie met fenytoïne een ander anti-epilepticum overwegen vanwege meldingen van hypotensie en bradycardie bij deze combinatie.

Er is meer kans op aritmie bij combinatie met schildklierhormonen, digoxine, anti-aritmica omdat deze middelen effect hebben op de hartgeleiding.

Bij anesthesie met gehalogeneerde anesthetica kan de prikkelbaarheid van het myocard verhoogd zijn.

Remmend effect door α-, β- en dopamineblokkerende middelen (zoals haloperidol, pipamperon, fenothiazinen).

Interacties

Combinatie met de contrastvloeistof zwavelhexafluoride (bv. Sonovue®) is gecontra-indiceerd bij aandoeningen die kunnen wijzen op cardiovasculaire instabiliteit vanwege het optreden van zeldzame, maar ernstige (soms fatale) aritmieën.

In combinatie met dopamine treedt een duidelijkere stijging van de bloeddruk op, en dit voorkomt een daling van de ventriculaire vullingsdruk zoals aangetoond bij dopamine alleen.

Combinatie met perifere vasoconstrictieve middelen zoals noradrenaline verhoogt de arteriële bloeddruk sterker dan ieder middel afzonderlijk.

De werking van dobutamine wordt door MAO-remmers versterkt; dit kan leiden tot levensbedreigende situaties zoals een hypertensieve crisis, cardiovasculaire collaps, intracraniële hemorragie of aritmieën.

Cardioselectieve β-blokkers antagoneren competitief het positief-inotrope effect van dobutamine; bovendien kunnen de α–agonistische effecten perifere vasoconstrictie veroorzaken met daaruit volgend bloeddrukverhoging. Bij gelijktijdige α-receptorblokkade kunnen de overheersende β–mimetische effecten tachycardie en perifere vasodilatatie veroorzaken.

Gelijktijdig gebruik met perifere vasodilatatoren, zoals nitroprusside en nitraten, vergroot het hartminuutvolume en vermindert de perifere weerstand en de ventriculaire vullingsdruk, meer dan elk middel afzonderlijk.

Bij combinatie met ACE–remmers kunnen door een verhoogd hartminuutvolume en myocardiaal zuurstofverbruik pijn op de borst en hartritmestoornissen optreden.

Antipsychotica kunnen de hypertensieve effecten van dobutamine mogelijk verminderen.

Bij combinatie met oxytocine of doxapram is er meer kans op hypertensie.

Bij combinatie met ergotamine is er meer kans op ergotisme.

Bij combinatie met atropine is de door dobutamine geïnduceerde toename van de hartslag verhoogd en kan de hartslagafname geantagoneerd worden.

Mogelijk moet de dosering insuline aangepast worden, omdat dobutamine de plasmaspiegels van insuline en glucose kan wijzigen.

Bij stress-echocardiografie kan de ischemische reactie op stress minder uitgesproken zijn of geheel ontbreken bij gelijktijdige behandeling met hartslagvertragende middelen (zoals β–blokkers); deze behandeling indien mogelijk 12 uur voor de stress-echocardiografie staken.

Dobutamine niet toevoegen aan een ander geneesmiddel waarmee de verenigbaarheid niet is aangetoond; raadpleeg bij twijfel de officiële productinformatie CBG/EMA (rubriek 6.2) zie hiervoor de link onder ‘Zie ook’.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren aanwijzingen voor schadelijkheid. Bij kippenembryo's werden hartafwijkingen gezien mogelijk veroorzaakt door een verhoogde intracardiale bloeddruk. Bij ratten embryotoxiciteit zonder teratogeniteit.

Farmacologisch effect: Er is zowel een verhoging als verlaging van de placentaire bloedstroom gezien.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Farmacologisch effect: Niet waarschijnlijk vanwege de lage orale biologische beschikbaarheid en korte halfwaardetijd van dopamine.

Advies: Indien mogelijk kan de borstvoeding na dopamine-behandeling hervat worden.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Farmacologisch effect: Dobutamine wordt oraal niet opgenomen; eventueel in de moedermelk uitgescheiden dobutamine heeft daarom en ook vanwege de zeer korte halfwaardetijd naar verwachting geen effect op de zuigeling.

Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt na de neonatale periode bij borstvoeding aan een gezonde zuigeling.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Contra-indicaties

  • feochromocytoom;
  • tachyaritmie, atriumfibrilleren.

Contra-indicaties

  • onbehandelde ernstige ventriculaire hartritmestoornissen;
  • obstructie van de ventriculaire vulling of ejectie, of beiden, zoals bij harttamponade, hypertrofische obstructieve cardiomyopathie, aortaklepstenose, pericarditis constrictiva en idiopathische hypertrofische subaorta stenose;
  • feochromocytoom;
  • ongecorrigeerde hypovolemie;
  • bekende of vermoedelijke overgevoeligheid voor (natriummetabi)sulfiet of andere sulfaten.
  • Bij stress-echocardiografie tevens:

    • recent myocardinfarct (< 30 dagen);
    • instabiele angina pectoris;
    • onbehandelde hypertensie;
    • aortadissectie;
    • aorta–aneurysma;
    • onbehandelde hartritmestoornissen (incl. atriumfibrilleren);
    • verstoring van de elektrolytenbalans;
    • ernstige anemie.

Zie voor meer contra-indicaties de rubriek Interacties.

Waarschuwingen en voorzorgen

Indien de shock door hypovolemie is veroorzaakt (vooral hemorragische shock), eerst met bloed of plasma of andere fysiologische oplossingen het circulerend volume herstellen.

Wees extra voorzichtig vanwege een grotere cardiovasculaire gevoeligheid voor dopamine bij: aritmie, tachycardie, coronaire hartziekte, hypertensie, hyperthyreoïdie, diabetes en bij ouderen. Verder ook voorzichtig toepassen bij occlusieve aandoeningen (zoals atherosclerose, ziekte van Raynaud etc.). Bij pulmonale hypertensie is er meer kans op pulmonale vasoconstrictie.

Om de minimale therapeutische dosis te vinden, de infuussnelheid doorlopend aan de hemodynamische parameters aanpassen.

Bij abusievelijke subcutane infiltratie of bij sterke overdosering kan weefselnecrose optreden of bestaande weefselnecrose verergeren. Infiltratie van de plaats van weefselnecrose met fentolamine kan verdere necrotisering voorkomen.

Waarschuwingen en voorzorgen

Corrigeer een eventuele hypovolemie voor de behandeling met een gepaste plasmavervanger.

Controles: Tijdens de behandeling de kaliumspiegel controleren vanwege de kans op hypokaliëmie. Monitor tevens bij de start het ECG, totdat een stabiele respons is bereikt en controleer tijdens de behandeling hartslag en -ritme, de arteriële bloeddruk en infusiesnelheid. Bij een ongewenste toename van de hartfrequentie, verhoging van de systolische bloeddruk of aritmie de dosis verminderen of de behandeling tijdelijk onderbreken.

Bij reeds bestaande hypertonie kan de bloeddruk toenemen.

Bij ernstige hypotensie met cardiogene shock (arteriële bloeddruk < 70 mmHg) extra voorzichtig zijn. Bij een snelle bloeddrukdaling de dosis verlagen of de behandeling tijdelijk onderbreken. Zelden is een andere interventie noodzakelijk. Bij een progressief dalende of een stabiel lage arteriële bloeddruk ondanks adequate ventriculaire druk en hartminuutvolume is soms toediening van een perifere vasoconstrictor zoals noradrenaline of dopamine nodig.

Wees extra voorzichtig bij hyperthyroïdie vanwege een grotere cardiovasculaire gevoeligheid voor dobutamine.

Bij ischemische hartziekten kan dobutamine het begin van een aanval van angina induceren.

Wees alert op de mogelijkheid van een myocardinfarct. Door de toename van de hartslag of bloeddruk kan myocardiale ischemie verergeren en zo pijn op de borst en een verhoging van het ST-segment op het ECG veroorzaken.

Bij een duidelijk verminderde ventriculaire werking, zoals bij harttamponade, aortaklepstenose of idiopathische hypertrofische subaorta stenose kan de inotrope respons ontoereikend zijn.

Na beëindiging van een langdurige behandeling (> 7 dagen) met dobutamine kunnen het hartminuutvolume en de pulmonale wiggedruk toegenomen zijn,

Bij diabetici de glucosespiegel extra controleren omdat dobutamine invloed hierop heeft en zo nodig de dosering van insuline aanpassen.

Kinderen: wees extra voorzichtig, met name bij een leeftijd ≤ 1 jaar, vanwege mogelijke verschillen in de hemodynamische effecten (kwantitatief en kwalitatief) in vergelijking met volwassenen.

Onderzoeksgegevens: Er zijn geen gegevens betreffende werkzaamheid en veiligheid bij een verminderde nier- of leverfunctie.

Bij stress-echocardiografie: Vóór het uitvoeren van de stresstest bij patiënten met meer kans op cardiale ruptuur, zorgvuldig onderzoek verrichten, vanwege meldingen van cardiale ruptuur tijdens de stresstest met dobutamine. Deze trad in klinisch onderzoek op bij patiënten na een recent myocardinfarct (na 4-12 dagen). De toediening van dobutamine staken bij: ernstige complicaties, het bereiken van de maximale (bij de leeftijd behorende) hartslag, bloeddrukverhoging > 220/120 mmHg, progressieve symptomen als angina pectoris, dyspneu, duizeligheid, ataxie, progressieve aritmie of geleidingsstoornissen, recent ontwikkelde wandbewegingsstoornissen in meer dan één wandsegment, toename van het eindsystolisch volume, afwijkingen in de repolarisatie en het bereiken van de maximale dosering. Controleer de patiënt na het beëindigen van de infusie tot de toestand gestabiliseerd is.

Hulpstof: Natriummetabisulfiet kan bij daarvoor gevoelige personen (m.n. astmapatiënten) bronchospasmen veroorzaken.

Overdosering

Symptomen

gerelateerd aan de vasoconstrictie: o.a. flushing, koude extremiteiten.

Therapie

de toediening verminderen of staken. Tegenmaatregelen zijn meestal niet nodig, vanwege de zeer korte halfwaardetijd van dopamine.

Neem voor meer informatie over een vergiftiging met dopamine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Overdosering

Symptomen

Misselijkheid, braken, anorexie, tremor, angst, hartkloppingen, hoofdpijn, benauwdheid, vermoeidheid, anginale of atypische pijn op de borst. Door positief chronotrope en inotrope werking: hypertensie, (supra)ventriculaire aritmieën, ventriculaire fibrillatie en myocardiale ischemie. Hypotensie door perifere vasodilatatie.

Therapie

Neem voor meer informatie over een vergiftiging met dobutamine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Dopamine stimuleert direct dopamine1-, dopamine2-, α- en β-receptoren. De werking op de α2- en β2-receptoren is echter gering. Dopamine is de directe precursor van noradrenaline (een catecholamine) met positief-inotrope werking op het myocard; het verhoogt daardoor het hartminuutvolume. Het verwijdt de vaten van de nieren en het mesenterium; door de verhoogde renale doorbloeding nemen de nierfiltratie, diurese en natriumuitscheiding toe. In lage of gemiddelde dosering (2–10 microg/kg per min.) stimuleert dopamine de β-receptoren in het myocard; dit heeft toename van het minuutvolume, gewoonlijk zonder frequentietoename of bloeddrukstijging, tot gevolg. Dopamine onderscheidt zich hiermee van de andere catecholaminen. In hoge doses (10–20 microg/kg per min.) stimuleert het de α-receptoren; mede door de toename van het hartminuutvolume stijgt de bloeddruk. Bij doseringen boven 20 microg/kg per min. overweegt het α-adrenerge effect, waardoor de doorbloeding van de nier en het mesenterium weer afneemt. Werkingsaanvang: snel. Werkingsduur: minder dan 10 minuten.

Kinetische gegevens

V d groot, dringt echter niet tot in de hersenen door.
Metabolisering in < 2 minuten: in lever, nieren en plasma door MAO en COMT tot inactieve metabolieten, ca. 25% tot noradrenaline.
Eliminatie ca. 80% binnen 24 uur met de urine, vnl. als metabolieten.
T 1/2el 2 min.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Synthetisch catecholamine. De primaire werking is verhoging van de contractiekracht van de hartspier door stimulering van de β1-receptoren van het hart. Dobutamine verbetert het hartminuutvolume, vnl. door vergroting van het slagvolume (positief inotroop effect). Verder verlaagt het een verhoogde ventriculaire vullingsdruk (de 'preload' ) en bevordert het de AV-geleiding (positief dromotroop effect). Het heeft slechts een lichte β2- en α1-receptorstimulerende werking waardoor er een minimaal direct effect op de systemische vasculatuur is. Dobutamine veroorzaakt geen endogene afgifte van noradrenaline.

Werking: na 2 min, max. na ca. 10 min.

Bij toepassing als diagnostisch hulpmiddel:

Bij dobutamine stress-echocardiografie: Dankzij de positief inotrope, en vooral positief chronotrope effecten tijdens de belasting met dobutamine, stijgen de zuurstof- en energiebehoefte van het myocard. Bij een bestaande coronaire stenose leidt onvoldoende toename van de coronaire bloedstroom tot hypoperfusie. Dit is middels echocardiografie te visualiseren in de vorm van wandbewegingsstoornissen van het myocard in het respectievelijke segment.

Bij vitaliteitsdiagnostiek: Een vitaal myocard, dat hypokinetisch of akinetisch is (bv. vanwege 'stunning', hibernatie) heeft een functionele reserve voor wat betreft de contractiliteit. Deze reserve wordt vooral gestimuleerd door de positief inotrope effecten van dobutamine bij belasting van het myocard door stimulatie met lagere doses (5-20 microg/kg/min). Een verbetering van de systolische contractie, dat wil zeggen toename van de wandbewegingen van het betreffende segment van het hart, kan middels echocardiografie aangetoond worden.

Kinetische gegevens

T max 10 min.
V d 0,2 l/kg.
Metabolisering in de lever en ander weefsel via catechol–O–methyltransferase (COMT) tot 3-O-methyldobutamine en in geconjugeerde glucuroniden.
Eliminatie vnl. via de urine en in geringe mate via de feces.
T 1/2el ca. 2 min.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

dopamine hoort bij de groep antihypotensiva.

  • adrenaline (C01CA24) Vergelijk
  • dobutamine (C01CA07) Vergelijk
  • efedrine (C01CA26) Vergelijk
  • fenylefrine (injectie) (C01CA06) Vergelijk
  • isoprenaline (C01CA02) Vergelijk
  • midodrine (C01CA17) Vergelijk
  • noradrenaline (C01CA03) Vergelijk

Groepsinformatie

dobutamine hoort bij de groep antihypotensiva.

  • adrenaline (C01CA24) Vergelijk
  • dopamine (C01CA04) Vergelijk
  • efedrine (C01CA26) Vergelijk
  • fenylefrine (injectie) (C01CA06) Vergelijk
  • isoprenaline (C01CA02) Vergelijk
  • midodrine (C01CA17) Vergelijk
  • noradrenaline (C01CA03) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • antihypotensiva

Indicaties

  • hartfalen, acuut

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • antihypotensiva

Indicaties

  • hartfalen, acuut
  • hartfalen, chronisch

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • Kinderformularium (NKFK)
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".