Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Provera tabletten 5 mg/10 mg (acetaat) Pfizer bv

Toedieningsvorm
Tablet
Sterkte
5 mg, 10 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Bij abnormaal vaginaal bloedverlies wordt zo mogelijk de oorzaak behandeld. Bij hevig menstrueel bloedverlies door myomen of zonder (verdenking op) een specifieke oorzaak zijn er verschillende gelijkwaardige medicamenteuze opties, namelijk: een IUD met levonorgestrel, een combinatiepil (voorkeur 30 microg ethinylestradiol en 150 microg levonorgestrel), NSAID’s (naproxen of ibuprofen) en tranexaminezuur. De keuze wordt bepaald door specifieke kenmerken van de medicatie en de voorkeur van de patiënt. Bij acuut hevig vaginaal bloedverlies in de reproductieve levensperiode waarbij een direct effect gewenst is, gaat de voorkeur uit naar kortdurend gebruik van een oraal progestageen.

Behandel endometriose-gerelateerde pijn farmacologisch met een analgeticum (paracetamol en/of een NSAID) en/of een gecombineerd hormonaal anticonceptivum of progestageen (oraal, IUD, implantaat). In de tweedelijnszorg kan een gonadoreline-agonist worden gegeven. Overweeg operatieve behandeling afhankelijk van individuele voorkeur, effectiviteit en risico’s.

Overweeg, bij hinderlijke vasomotorische klachten tijdens de overgang, hormoontherapie; evalueer na drie maanden. Maak in samenspraak met de vrouw de keuze tussen oraal of transdermaal estradiol. Geef vrouwen met een uterus, naast het oestrogeen, een (oraal) progestageen: cyclisch in de perimenopauze, continu in de postmenopauze. Geef vrouwen zonder uterus alleen oestrogeen. Overweeg bij klachten door urogenitale atrofie, behandeling met een vaginaal oestrogeen en/of een indifferent middel.

Dydrogesteron heeft als endometriumprotectie bij oestrogeensuppletie de voorkeur, vanwege het laagste risico op ernstige bijwerkingen. Het is ook beschikbaar als een oraal combinatiepreparaat met estradiol, wat de therapietrouw kan bevorderen. Bij intolerantie voor dydrogesteron: overweeg progesteron.

Indicaties

  • Als cyclische toevoeging aan oestrogeentherapie bij de behandeling van bepaalde vormen van primaire en secundaire amenorroe;
  • Disfunctionele (anovulatoire) uterusbloeding;
  • Endometriose;
  • Als adjuvans bij oestrogeentherapie bij postmenopauzale vrouwen bij climacterische klachten (tegengaan van de effecten van oestrogenen op het endometrium).

Gerelateerde informatie

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Primaire en secundaire amenorroe

Volwassenen

5–10 mg per dag gedurende 5–10 dagen. Bij een door endogeen oestrogeen voorbereid endometrium treedt binnen 3–7 dagen na staken van de progestageentoediening een onttrekkingsbloeding op.

Disfunctionele uterusbloeding

Volwassenen

5–10 mg per dag gedurende 5–10 dagen. Vervolgens kan deze dosering maandelijks vanaf de 16e cyclusdag worden gegeven gedurende 2–3 cycli. Daarna de behandeling stoppen om na te gaan of de vrouw weer een normale cyclus heeft. Meestal treedt binnen 3–7 dagen na staken van de progestageentoediening een onttrekkingsbloeding op.

Endometriose

Volwassenen

vanaf cyclusdag 1: 10 mg 3×/dag gedurende 90 opeenvolgende dagen. Bij 30–40% van de gebruiksters treedt een doorbraakbloeding op.

Als adjuvans bij oestrogeentherapie: twee behandelschema's zijn mogelijk

Volwassenen

Continue sequentiële toediening: per cyclus van 28 dagen oestrogeentherapie: de eerste 14 dagen alleen oestrogeen en gedurende de daarop volgende 14 dagen gecombineerd met 5–10 mg medroxyprogesteron 1×/dag. Een onttrekkingsbloeding treedt meestal op tijdens het gecombineerde gebruik. De volgende behandelcyclus volgt zonder onderbreking.

Cyclische toediening: 21 dagen oestrogeentherapie waarvan de laatste 12–14 dagen in combinatie met 5–10 mg medroxyprogesteron 1×/dag, gevolgd door 7 dagen zonder behandeling. Meestal treedt een onttrekkingsbloeding op tijdens het gebruik van medroxyprogesteron of in de behandelvrije week.

De tablet innemen tijdens of na de maaltijd.

Bijwerkingen

Zeer vaak (≥ 10%): hoofdpijn. Misselijkheid. Menstruatiestoornis (onregelmatig, toename, afname, 'spotting').

Vaak (1-10%): overgevoeligheid. Depressie, slapeloosheid, nervositeit. Duizeligheid. Alopecia, acne, urticaria, jeuk. Verandering in vaginale afscheiding, pijnlijke of gevoelige borsten. Koorts, vermoeidheid. Gewichtstoename.

Soms (0,1-1%): hirsutisme. Galactorroe. Oedeem.

Verder zijn gemeld: anafylactische of anafylactoïde reactie, angio-oedeem. Anovulatie. Slaperigheid. Embolie en trombose. (Cholestatische) geelzucht. Huiduitslag. Amenorroe, erosie van de cervix. Verminderde glucosetolerantie, gewichtsafname.

Interacties

Het metabolisme van progestagenen kan toenemen bij gelijktijdig gebruik van leverenzyminducerende stoffen (zoals rifampicine, fenytoïne, carbamazepine, fenobarbital, sint-janskruid); het effect van deze stoffen op medroxyprogesteron is niet onderzocht.

Zwangerschap

Medroxyprogesteron passeert de placenta.

Teratogenese: Virilisatie van de vrouwelijke foetus kan niet worden uitgesloten.

Advies: Gebruik is gecontra-indiceerd.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja, in geringe mate.

Farmacologisch effect: Effecten op de zuigeling en een lactatieremmende werking kunnen niet worden uitgesloten.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.

Contra-indicaties

  • trombo-embolische aandoeningen (in de anamnese);
  • onverklaarde urogenitale bloedingen;
  • aanwezigheid of vermoeden van mammacarcinoom of andere geslachtshormoonafhankelijke tumoren;
  • ernstige leveraandoeningen zoals cholestatische icterus of hepatitis (zolang de leverfuncties niet zijn genormaliseerd), levertumoren, syndroom van Dubin-Johnson- en Rotor-syndroom;
  • anamnese van icterus, ernstige pruritus, herpes gestationis en verergering van otosclerose tijdens zwangerschap of gebruik van geslachtshormonen;
  • acute porfyrie.

Zie voor meer contra-indicaties de rubriek Zwangerschap.

Waarschuwingen en voorzorgen

Vóór instellen van de therapie een grondig algemeen en gynaecologisch onderzoek instellen, vervolgens regelmatig controleren. Patiënten met hartfalen, hypertensie, nierfunctiestoornissen, astma, epilepsie of migraine regelmatig controleren, omdat progestagenen een zekere mate van vochtretentie kunnen veroorzaken. Wees voorzichtig bij depressie in de anamnese, omdat een depressie zich opnieuw kan voordoen. Bij diabetes mellitus met name in het begin van het gebruik zorgvuldig controleren, omdat de glucosetolerantie kan worden verminderd. Bij geringste tekenen van trombose, sterke bloeddrukstijging, abnormale leverfunctiewaarden of bij langdurige immobilisatie de toediening staken. Bij ontstaan van acute visusstoornissen, exofthalmus, diplopie of migraineachtige hoofdpijn een zorgvuldig oftalmologisch onderzoek verrichten om papiloedeem of retinale vaatlaesies uit te sluiten, voordat de therapie mag worden voortgezet. Bij predispositie voor melasma direct zonlicht vermijden. Bij pijn in de bovenbuik of leververgroting de mogelijkheid van leveradenomen in de diagnosestelling betrekken. Bij langdurig gebruik van oraal medroxyprogesteron kan een beoordeling van de botdichtheid zinvol zijn, omdat een afname van de botdichtheid is waargenomen (bij 150 mg i.m. elke 3 mnd.). Onverwachte vaginale bloeding tijdens de behandeling nader onderzoeken. Het gebruik kan bepaalde laboratoriumtesten beïnvloeden.

Bij gecombineerde oestrogeen/progestageentherapie bij postmenopauzale vrouwen ook de waarschuwingen en voorzorgen in acht nemen die gelden voor oestrogeentherapie.

Eigenschappen

Synthetisch progestageen met een anti-oestrogene werking en geen of slechts geringe androgene werking. Een progestageen kan een door oestrogenen voorbereid endometrium tot secretie brengen.

Kinetische gegevens

Overig Voedsel vergroot de biologische beschikbaarheid.
T max 2–4 uur.
Eiwitbinding ca. 90%.
Metabolisering in de lever vnl. door CYP3A4.
Eliminatie vnl. met urine (metabolieten).
T 1/2el 12–17 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd