Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

flumazenil

antidota, overige V03AB25

Sluiten

acetylcysteïne (bij paracetamolintoxicatie)

antidota, overige V03AB23

Sluiten

Samenstelling

Alleen de belangrijkste hulpstoffen worden genoemd. Raadpleeg altijd de productinformatie van CBG/EMA voor een compleet overzicht van hulpstoffen.

Anexate Cheplapharm Arzneimittel GmbH

Toedieningsvorm
Injectievloeistof
Sterkte
0,1 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 5 ml

Flumazenil XGVS Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Injectievloeistof
Sterkte
0,1 mg/ml
Verpakkingsvorm
ampul 5 ml

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Alleen de belangrijkste hulpstoffen worden genoemd. Raadpleeg altijd de productinformatie van CBG/EMA voor een compleet overzicht van hulpstoffen.

Fluimucil XGVS Zambon Nederland bv

Toedieningsvorm
Concentraat voor infusievloeistof
Sterkte
200 mg/ml
Verpakkingsvorm
25 ml (= 5 g)

Bevat tevens: natrium ca. 30 mg/ml.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Gezien het indicatiegebied zal toepassing van flumazenil beperkt zijn tot de kliniek.

Advies

Bij het vermoeden van ernstige paracetamolintoxicatie is acetylcysteïne het antidotum van eerste keus. Intraveneuze toediening van acetylcysteïne heeft hierbij de voorkeur.

Indicaties

Het antagoneren van door benzodiazepinen veroorzaakte sedatie.

In de anesthesie:

  • beëindiging van hypnosedatieve effecten bij algehele anesthesie, geïnduceerd en onderhouden door benzodiazepinen;
  • antagoneren van sedatie door benzodiazepinen bij kortdurende diagnostische en therapeutische ingrepen;
  • het antagoneren van paradoxale reacties door gebruik van benzodiazepinen;
  • opheffen van bewustzijnsverlaging ('conscious sedation') door benzodiazepinen bij kinderen > 1 jaar.

In intensive care setting:

  • opheffen van de centrale effecten van een overdosering met benzodiazepinen;
  • intoxicaties met alleen of voornamelijk benzodiazepinen, indien ernstige ademhalingsdepressie optreedt die klinisch ingrijpen noodzakelijk maakt.

Indicaties

  • Antidotum bij een acute of chronische overdosering paracetamol.

Dosering

Flumazenil kan worden toegediend terwijl andere reanimatiemaatregelen worden genomen. Alleen i.v. toedienen. Kan zowel onverdund als verdund worden gebruikt.

Klap alles open Klap alles dicht

In de anesthesiologie:

Volwassenen:

Begindosis 0,2 mg i.v. in 15 s; daarna iedere 60 s 0,1 mg bijspuiten tot de gewenste bewustzijnsgraad is bereikt. De gebruikelijke dosis ligt tussen 0,3–0,6 mg, de maximale dosis bedraagt 1 mg.

Bij intensive care:

Volwassenen:

Begindosis 0,3 mg i.v.; indien binnen 60 s niet de gewenste bewustzijnsgraad wordt bereikt, kan telkens met intervallen van 60 s 0,1 mg worden bijgespoten tot het gewenste resultaat wordt bereikt; max. 2 mg. Indien opnieuw sufheid optreedt, kan een tweede bolusinjectie worden gegeven. Als alternatief is behandeling middels infusie met een snelheid van 0,1–0,4 mg per uur (afhankelijk van de gewenste sedatiegraad) mogelijk.

Bewustzijnsverlaging door benzodiazepinen ('conscious sedation'):

Kinderen > 1 jaar:

Begindosis 0,01 mg/kg lichaamsgewicht (tot 0,2 mg) i.v. in 15 s; indien binnen 45 s niet de gewenste bewustzijnsgraad wordt bereikt, kan dan, en vervolgens telkens met intervallen van 60 s 0,01 mg/kg (tot 0,2 mg) worden bijgespoten (max. 4×; tot een maximale dosis van 0,05 mg/kg of 1 mg). Er is geen ervaring met herhaalde toepassing bij opnieuw optreden van sufheid bij kinderen.

Bij verminderde leverfunctie: voorzichtig titreren en de patiënt langer observeren.

Dosering

Klap alles open Klap alles dicht

Acute paracetamolintoxicatie:

Volwassenen en kinderen:

De therapie zo snel mogelijk (binnen 8–10 uur) na een paracetamoloverdosering inzetten. Toediening kan zelfs nog tot 36 uur na inname van een overdosis paracetamol zinvol zijn, omdat leverbeschadiging en -necrose daardoor beperkt(er) kunnen blijven. Is de paracetamolspiegel 4 uur na overdosisinname hoger dan 200 mg/l (opgave fabrikant), dan acetylcysteïne als infuus toedienen. Toxicologie.org hanteert een lagere interventiegrens van 150 mg/l (4 uur na inname); bij ondervoeding, chronisch alcoholisme, leverinsufficiëntie en bij inductie van CYP2E1 (o.a. isoniazide) wordt een grens van 75 mg/l gehanteerd. Ook het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum hanteert de lagere interventiegrens van 150 mg/l (eveneens 4 uur na inname); met voor de genoemde bijzondere condities 100 mg/l. Er bestaat discussie over de hoogte van de interventiegrens, net als over het aanhouden van een lagere grens bij ondervoeding, chronisch alcoholisme, leverinsufficiëntie en bij inductie van CYP2E1 (sommige bronnen stellen dat een verhoogde gevoeligheid voor paracetamol in deze gevallen enkel op theorie berust). De grenswaarden zijn allemaal van toepassing bij eenmalige orale inname (binnen één periode van 8 uur) van paracetamolpreparaten met een directe afgifte. Voor meer informatie zie ook de stofmonografie paracetamol via vergiftigingen.info of zie toxicologie.org/paracetamol.

Begindosis: 150 mg/kg lichaamsgewicht in 200 ml langzaam i.v. in: opgave fabrikant: 15 min; opgave vergiftigingen.info: 15–30 min, waarbij opgemerkt wordt dat het vertragen van de inloopsnelheid tot 30–60 min de kans op bijwerkingen vermindert; opgave toxicologie.org: 60 min.

Vervolgdoseringen: daarna volgens de fabrikant vervolgen met 50 mg/kg in 500 ml i.v. gedurende 8 uur. Volgens toxicologie.org én vergiftigingen.info: vervolgen met de toediening van 75 mg/kg elke 4 uur. Bij lagere plasmaspiegels, afhankelijk van de hoogte ervan, eventueel overgaan op orale toediening van acetylcysteïne (dit is geen geregistreerde indicatie van de (geregistreerde) orale toedieningsvormen, dus wordt hier verder niet besproken). Bij herhaald braken bij de orale therapie (weer) overgaan op parenterale therapie en daarbij starten met een normale oplaaddosis.

Behandelduur: volgens de fabrikant de vervolgdosering indien nodig één tot driemaal herhalen. Volgens vergiftigingen.info: tot de paracetamolconcentratie niet meer aantoonbaar is. Volgens toxicologie.org: tot de paracetamolconcentratie < 10 mg/l is, maar daarnaast ook ten minste gedurende 24 uur.

Chronische paracetamolintoxicatie:

Volwassenen en kinderen ≥ 6 jaar:

Volgens toxicologie.org: als richtlijn voor het starten van de antidotumtherapie geldt: 1) inname van paracetamol van > 10 g of ≥ 200 mg/kg lichaamsgewicht in een periode van 24 uur; 2) inname van > 6 g of ≥ 150 mg/kg per 24 uur, in de voorafgaande periode van 48 uur; 3) inname van > 4 g of ≥ 100 mg/kg per dag bij een verhoogde gevoeligheid voor paracetamol (optredend bij chronisch alcoholisme, leverinsufficiëntie, ondervoeding en inductie van CYP2E1 door bv. isoniazide). De therapie starten indien aan één van bovengenoemde criteria is voldaan én de paracetamolspiegel > 10 mg/l is én de ALAT-waarde verhoogd is. De dosering: dezelfde als bij acute overdosering. Behandelduur: tot de ALAT-waarden genormaliseerd zijn (< 50 IU/l) of sterk verbeterd.

Kinderen < 6 jaar:

Volgens toxicologie.org: als richtlijn voor het starten van de antidotumtherapie geldt: 1) inname van paracetamol van ≥ 200 mg/kg lichaamsgewicht in een periode van 24 uur; 2) inname van ≥ 150 mg/kg per 24 uur, in de voorafgaande periode van 48 uur of langere periode; 3) inname van ≥ 100 mg/kg per 24 uur, in de voorafgaande 72 uur. De therapie starten indien aan één van bovengenoemde criteria is voldaan én de paracetamolspiegel > 10 mg/L is én de ALAT-waarde verhoogd is. De dosering: dezelfde als bij acute overdosering. Behandelduur: tot de ALAT-waarden genormaliseerd zijn (< 50 IU/l) of sterk verbeterd.

Lever- en nierfunctiestoornissen: de dosis hoeft niet aangepast te worden. Indien voor behandeling van andere met paracetamol ingenomen geneesmiddelen hemodialyse wordt toegepast, is het niet nodig de dosering acetylcysteïne aan te passen.

Volgens vergiftigingen.info: bij personen > 100 kg lichaamsgewicht een maximum rekengewicht van 110 kg aanhouden voor het berekenen van de benodigde dosering.

Toedieningsinformatie: Vóór toediening het concentraat (dat hypertoon is) eerst verdunnen; bij verdunning tot een 5%-oplossing ontstaat een isotone oplossing. Glucose 5% en 10%, fysiologisch zout (NaCl 0,9%) of glucose/zoutoplossing (gluc 5%/NaCl 0,9%) kunnen ter verdunning allemaal gebruikt worden.

Acetylcysteïne kan rubber en metaal aantasten; aanbevolen wordt bij i.v.-toediening gebruik te maken van glazen - en/of plastic toedieningssystemen.

Bijwerkingen

Vaak (1-10%): misselijkheid, braken.

Soms (0,1-1%): hartkloppingen. Angst.

Verder zijn gemeld: overgevoeligheidsreacties (zoals anafylaxie). Voorbijgaande verhoogde bloeddruk. Blozen. Rillingen. Convulsies. Paniekaanval, abnormaal huilen, agitatie, agressie. Verhoogde intracraniële druk (bij hersenletsel en/of instabiele intracraniële druk). Ontwenningsverschijnselen (met name bij hoge dosering bij patiënten die in de weken voor de toediening zijn gestopt met benzodiazepinen).

  • Informatie bijwerkingen Lareb
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

De bijwerkingen van intraveneuze toediening van acetylcysteïne zijn:

Zeer vaak (> 10%): milde overgevoeligheidsreacties (tot 50%) zoals misselijkheid, braken, hoesten, dyspneu, koorts, duizeligheid, urticaria, (gegeneraliseerde) erythemateuze huiduitslag, jeuk, (overmatig) blozen.

Verder zijn gemeld: ernstige (overgevoeligheids)reacties zoals hypotensie, tachycardie, ernstige ademnood met bronchospasmen, angio-oedeem. Bradycardie. Hypertensie, vasodilatatie, syncope. Pijn of beklemd gevoel op de borst, adem- of hartstilstand, stridor. Uitpuilende ogen, wazig zien. Gezichts- of oogpijn, gegeneraliseerd insult. Angst. Zweten, cyanose. Artropathie, artralgie. Malaise. Acidose, verlaagde bloedureumspiegel. Verslechtering van de leverfunctie. Trombocytopenie. Extravasatie, reacties op de plaats van toediening.

  • Informatie bijwerkingen Lareb
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

Flumazenil antagoneert ook niet-benzodiazepinen die via de benzodiazepine-receptor werken, zoals zopiclon.

Interacties

Acetylcysteïne kan het vasodilatatoire effect van nitroglycerine versterken met als gevolg hypotensie.

Wees voorzichtig wanneer andere geneesmiddelen worden gebruikt die het maag-darmkanaal kunnen irriteren, vooral bij peptische ulcera in de voorgeschiedenis, zo nodig preventieve maatregelen nemen.

Acetylcysteïne heeft tevens mucolytische eigenschappen en kan daardoor bronchiaal slijm dunner maken. Daarom niet gelijktijdig gebruiken met hoestprikkeldempende geneesmiddelen.

In vitro is inactivering van antibiotica (voornamelijk β–lactamantibiotica) geconstateerd bij mengen met acetylcysteïne; niet mengen in dezelfde infuuszak.

De uitscheiding van tegelijkertijd toegediende metalen (bv. aurothiomalaat) kan verhoogd zijn.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens weinig gegevens; hieruit blijken geen aanwijzingen voor schadelijke effecten op de foetus. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid, alleen extreem hoge doses zijn embryotoxisch.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken. Behandel een zwangere vrouw met een ernstige (benzodiazepine)intoxicatie echter als een niet-zwangere.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Acetylcysteïne passeert de placenta (paracetamol ook).

Teratogenese: Bij de mens, weinig gegevens. Deze wijzen niet op schadelijke effecten op de foetus. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.

Advies: Acetylcysteïne kan (ook in hoge dosering) worden gebruikt bij een paracetamolintoxicatie tijdens de zwangerschap. Bovendien is een paracetamolintoxicatie zeer schadelijk voor de moeder en daarmee, in ieder geval indirect, ook voor het kind. Gevallen van foetaal en neonataal overlijden ten gevolge van hepatische necrose zijn beschreven als gevolg van maternale paracetamoloverdosering.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Advies: Flumazenil kan in noodsituaties worden gebruikt. In het algemeen wordt het geven van borstvoeding tijdens een intoxicatie echter afgeraden.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend (NB: paracetamol gaat in geringe mate over in de moedermelk).

Farmacologisch effect: Er zijn geen gegevens bekend over toepassing van hoge doses acetylcysteïne (die gebruikt worden bij een paracetamolintoxicatie) gedurende lactatie. De opname uit het maag-darmkanaal van de zuigeling zal echter beperkt zijn door de lage biologische beschikbaarheid (4–10%). Bovendien heeft acetylcysteïne een hoog verdelingsvolume, waardoor de plasmaspiegel bij de moeder relatief laag is. In cases waarbij acetylcysteïne direct aan neonaten werd gegeven (als slijmverdunner), werd geen toxiciteit gezien. Deze doseringen zijn waarschijnlijk hoger dan de hoeveelheid die de zuigeling via de borstvoeding binnen krijgt.

Advies: Acetylcysteïne kan (ook hoog gedoseerd) waarschijnlijk veilig gebruikt worden. In het algemeen wordt het geven van borstvoeding tijdens intoxicaties echter afgeraden; tijdens een episode van paracetamolintoxicatie geen borstvoeding geven.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Contra-indicaties

  • Gebruik van benzodiazepinen ter behandeling van een potentieel levensbedreigende aandoening zoals verhoogde intracraniële druk of status epilepticus.

Waarschuwingen en voorzorgen

Toediening is voorbehouden aan een arts met ervaring in de anesthesiologie. Omdat na enkele uren het effect van de benzodiazepine kan terugkeren, is gedurende enige tijd klinische bewaking nodig, bij voorkeur op een intensivecare-afdeling.

Bij een verminderde leverfunctie kan de eliminatie van flumazenil vertraagd zijn, waardoor o.a. sedatie en respiratoire depressie (effecten van benzodiazepinen) later kunnen optreden; deze patiënten langer klinisch observeren.

Toepassing van flumazenil wordt afgeraden bij chronisch benzodiazepinegebruik voor epilepsie. Wees voorzichtig bij kinderen, zeker bij kinderen ≤ 1 jaar, en bij leverinsufficiëntie, epilepsie, cardiale problemen, angstige patiënten en bij chronisch benzodiazepinegebruik. Flumazenil wordt niet aanbevolen bij benzodiazepine-afhankelijkheid of bij langdurige benzodiazepine-abstinentie-syndromen. Bij sommige patiënten (pijn, cardiale problemen) kan een lichte sedatie na de operatie juist gewenst zijn.

Vóór toediening dient het effect van perifere spierrelaxantia te zijn uitgewerkt.

Te snel toedienen kan ontwenningsverschijnselen veroorzaken (agitatie, angst, emotionele labiliteit, verwarring, zintuigstoornissen) bij patiënten die voorheen met benzodiazepinen zijn behandeld. Bij angstige patiënten de dosering voorzichtig aanpassen.

Bij ernstig hersenletsel (en/of instabiele intracraniële druk) kan een verhoogde intracraniële druk optreden bij gebruik van flumazenil.

Bij een intoxicatie met benzodiazepinen en tricyclische antidepressiva kan door het wegvallen van de benzodiazepinewerking de toxiciteit van tricyclische antidepressiva (convulsies, aritmieën) sterker naar voren komen.

Aangeraden wordt de eerste 24 uur af te zien van autorijden of het bedienen van andere machines, omdat het effect van de eerder toegediende benzodiazepine kan terugkeren.

Waarschuwingen en voorzorgen

Orale toediening van acetylcysteïne: Wanneer acetylcysteïne oraal wordt toegediend bij overdosering met paracetamol, dient eerst de maag te worden geledigd. Voor een eventuele orale behandeling komen coöperatieve patiënten in aanmerking die níet misselijk zijn of braken én bij wie nog geen geactiveerde kool is toegediend. Er zijn orale toedieningsvormen voor de behandeling van een paracetamoloverdosering, echter deze zijn hier niet voor geregistreerd. Zie daarom voor de orale dosering de stofmonografie paracetamol via vergiftigingen.info of zie toxicologie.org/paracetamol; let op, deze bronnen verschillen iets in hun doseringsadvies.

Overgevoeligheidsreacties, bronchospasmen: Bij asthma bronchiale en bij vrouwen is bij i.v.-toediening meer kans op (ernstige) overgevoeligheidsreacties; ook ernstige huidreacties zijn opgetreden. De kans lijkt groter bij een relatief lage paracetamol-plasmaconcentratie. Controleer (o.a. huid en slijmvliezen) nauwgezet op eerste verschijnselen en symptomen van overgevoeligheidsreacties. Wees ook vanwege de kans op bronchospasmen voorzichtig bij patiënten met astma, en daarnaast bij COPD.

Omdat acetylcysteïne ook mucolytische eigenschappen heeft en het vermogen bij kinderen < 2 jaar tot ophoesten beperkt kan zijn, met als mogelijk gevolg luchtwegobstructie; hierop bedacht zijn en zo nodig passende maatregelen nemen.

Gastro-intestinale bijwerkingen: Wees voorzichtig bij een ulcus pepticum in de voorgeschiedenis, m.n. wanneer andere geneesmiddelen worden gebruikt die het maag-darmkanaal kunnen irriteren, zo nodig preventieve maatregelen nemen.

Invloed op stollingstesten: Hoge doseringen, zoals die bij een paracetamolintoxicatie gegeven worden, kunnen een invloed hebben op de protrombinetijd en INR.

Acetylcysteïne kan een invloed hebben op de waarde van colorimetrische salicylaatbepalingen.

Overdosering

Symptomen

bij een overdosering zijn naast gastro-intestinale symptomen ook angio-oedeem, hypotensie, bronchospasmen, rinorroe, en urticaria mogelijk.

Voor meer informatie over een overdosering met parenteraal toegediend acetylcysteïne neem contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Competitieve benzodiazepine-antagonist. Flumazenil antagoneert de hypnosedatieve invloed van stoffen die werken via de benzodiazepinereceptoren (benzodiazepinen, zopiclon). Werking: i.v. binnen 30–60 s. Werkingsduur: enkele uren.

Kinetische gegevens

V d 0,9–1,1 l/kg.
Metabolisering in de lever nagenoeg volledig tot inactieve metabolieten (carbonzuurmetaboliet).
Eliminatie vnl. met de urine, als metaboliet.
T 1/2el 40–80 min, bij kinderen korter en variabeler (ca. 40 min); korter in combinatie met voedsel, langer bij matige tot ernstige leverfunctiestoornissen (tot max. ca. 2½ uur).

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Antidotum. Acetylcysteïne is een derivaat van het natuurlijke aminozuur cysteïne, dat in het lichaam als substraat dient voor de synthese van glutathion. Toxische paracetamolmetabolieten worden normaliter geconjugeerd en daarmee geïnactiveerd door gereduceerd glutathion; bij paracetamoloverdosering ontstaat in de lever echter een hepatische glutathiondepletie. De dan niet geconjugeerde toxische metabolieten (NAPQI) van paracetamol kunnen zich binden aan de macro-moleculen en enzymen van hepatocyten, met weefselbeschadiging en -necrose tot gevolg. Naast het normaliseren van de glutathiondepletie kan acetylcysteïne conjugeren met de verschillende toxische verbindingen. Tijdige toediening (binnen 8–10 uur) van acetylcysteïne kan zo leverbeschadiging en -necrose door paracetamol voorkómen. Acetylcysteïne heeft ook mucolytische eigenschappen.

Kinetische gegevens

V d 0,3–0,5 l/kg.
Overig verdeelt zich over het gehele lichaam, de hoogste weefselconcentraties worden bereikt in lever, nieren en longen.
Metabolisering in de lever tot cysteïne (deacetylering), bij hoge doses zoals bij een paracetamoloverdosering echter vnl. tot anorganisch sulfaat.
Eliminatie met de urine (vnl. als anorganisch sulfaat), ca. 20–30% onveranderd.
T 1/2el ca. 6 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

flumazenil hoort bij de groep antidota, overige.

  • acetylcysteïne (bij paracetamolintoxicatie) (V03AB23) Vergelijk
  • andexanet alfa (V03AB38) Vergelijk
  • calciumgluconaat/chloorhexidine (D11AX03) Vergelijk
  • fomepizol (V03AB34) Vergelijk
  • geactiveerde kool (A07BA01) Vergelijk
  • hydroxocobalamine (V03AB33) Vergelijk
  • idarucizumab (V03AB37) Vergelijk
  • methylthionine (V03AB17) Vergelijk
  • naloxon (V03AB15) Vergelijk
  • obidoxim (V03AB13) Vergelijk
  • protamine (V03AB14) Vergelijk
  • sugammadex (V03AB35) Vergelijk

Groepsinformatie

acetylcysteïne (bij paracetamolintoxicatie) hoort bij de groep antidota, overige.

  • andexanet alfa (V03AB38) Vergelijk
  • calciumgluconaat/chloorhexidine (D11AX03) Vergelijk
  • flumazenil (V03AB25) Vergelijk
  • fomepizol (V03AB34) Vergelijk
  • geactiveerde kool (A07BA01) Vergelijk
  • hydroxocobalamine (V03AB33) Vergelijk
  • idarucizumab (V03AB37) Vergelijk
  • methylthionine (V03AB17) Vergelijk
  • naloxon (V03AB15) Vergelijk
  • obidoxim (V03AB13) Vergelijk
  • protamine (V03AB14) Vergelijk
  • sugammadex (V03AB35) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • antidota, overige

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • antidota, overige

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".