Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

pegunigalsidase alfa

middelen bij metabole aandoeningen, enzymen A16AB20

Sluiten

imiglucerase

middelen bij metabole aandoeningen, enzymen A16AB02

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Elfabrio XGVS Aanvullende monitoring Chiesi Pharmaceuticals bv

Toedieningsvorm
Concentraat voor infusievloeistof
Sterkte
2 mg/ml
Verpakkingsvorm
flacon 2,5 ml, 10 ml

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Cerezyme XGVS Genzyme Europe bv

Toedieningsvorm
Poeder voor infusievloeistof
Sterkte
400 IE
Verpakkingsvorm
flacon 10 ml

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Bij de behandeling van de ziekte van Fabry staat naast symptoombestrijding (o.a. voor zenuwpijn) enzymvervangende therapie (ERT) centraal. ERT is erop gericht de symptomen te verminderen en de ziekteprogressie te vertragen. De behandeling van de ziekte van Fabry wordt in Nederland uitsluitend uitgevoerd door het SPHINX Lysosome center in het Amsterdam-UMC. Daar worden de behandelkeuze, de behandelduur en de geplande evaluatiemomenten op individueel niveau beoordeeld door de multidisciplinaire indicatiecommissie. Pegunigalsidase α heeft een gelijke therapeutische waarde als agalsidase β. Het is aannemelijk dat pegunigalsidase α ook een gelijke therapeutische waarde heeft als agalsidase α.

  • ZIN-rapport 2025 pegunigalsidase alfa Elfabrio® bij volwassen patienten met de ziekte van Fabry

Advies

De Commissie adviseert imiglucerase voor te schrijven bij patiënten met de ziekte van Gaucher type 1 op basis van een behandelingsprotocol, gezien de moeilijke indicatiestelling en de onduidelijkheid over de optimale dosering en de effectiviteit. Het eerste voorschrift dient te geschieden door een gespecialiseerde arts verbonden aan een academisch ziekenhuis.

Voor imiglucerase bij patiënten met de ziekte van Gaucher type 3 is geen advies over de plaats in de medicamenteuze behandeling vastgesteld.

Indicaties

Langdurige enzymvervangende therapie bij volwassenen met een bevestigde diagnose van de ziekte van Fabry (α-galactosidasedeficiëntie).

Indicaties

Langdurige enzymsubstitutietherapie bij bevestigde diagnose van de ziekte van Gaucher type I en III met klinisch significante niet–neurologische ziekteverschijnselen. De niet-neurologische verschijnselen van de ziekte van Gaucher bestaan uit een of meer van de volgende aandoeningen:

  • anemie;
  • trombocytopenie;
  • botziekte;
  • hepatomegalie of splenomegalie.

Doseringen

Passende medische ondersteuning moet direct beschikbaar zijn als een patiënt nog geen behandeling heeft gehad, of eerder ernstige overgevoeligheidsreacties vertoonde op pegunigalsidase α of een andere enzymvervangende therapie.

Overweeg premedicatie met een antihistaminicum en/of corticosteroïd bij een voorgeschiedenis van overgevoeligheidsreacties op pegunigalsidase α of een andere enzymvervangende therapie.

Klap alles open Klap alles dicht

Ziekte van Fabry

Volwassenen

Als intraveneus infuus: 1 mg/kg lichaamsgewicht 1× per 2 weken.

Bij overstappen van een behandeling met agalsidase α of -β: behoud gedurende de eerste 3 maanden (6 infusies) de vorige behandeling; daarbij stapsgewijs afbouwen op geleide van de respons, en uiteindelijk staken.

Bij een verminderde nierfunctie is dosisaanpassing niet nodig.

Bij een verminderde leverfunctie is dosisaanpassing niet nodig.

Toediening

  • Na bereiding de verdunning toedienen via intraveneuze infusie en gefilterd door een inlinefilter van 0,2 microm. met lage eiwitbinding;
  • De eerste infusie in minimaal 3 uur toedienen, daaropvolgende infusies in minimaal 1,5 uur; de infusieduur is afhankelijk van of het te verdragen is door de patiënt. Raadpleeg voor de infusievolumes en -snelheden rubriek 4.2 van de officiële productinformatie CBG/EMA;
  • Niet met andere producten in dezelfde intraveneuze lijn toedienen;
  • Als infusiegerelateerde reacties optreden, zoals overgevoeligheids- of anafylactische reacties, de infusie direct stoppen en passende behandeling inzetten;
  • De patiënt na de infusie gedurende twee uur observeren op infusiegerelateerde reacties;
  • Thuisinfusie is mogelijk voor patiënten die de infusies goed verdragen en gedurende een paar maanden geen matige of ernstige infusiegerelateerde bijwerkingen hebben gehad. De voorwaarden staan vermeld in de officiële productinformatie CBG/EMA.

Doseringen

Ziektebeheersing moet gebeuren onder leiding van artsen die bekend zijn met de behandeling van de ziekte van Gaucher. De individuele respons op alle relevante klinische verschijnselen nauwkeurig volgen en aan de hand hiervan het doseerschema aanpassen.

Klap alles open Klap alles dicht

Ziekte van Gaucher type I en III met niet-neurologische ziekteverschijnselen

Volwassenen en kinderen

Richtlijn: begindosering 60 E/kg lichaamsgewicht per i.v. infusie eenmaal per 2 weken. Bij een dosering van 15 E/kg lichaamsgewicht eenmaal per 2 weken verbeterden wel de hematologische parameters en de organomegalie, maar niet de botparameters.

Bij de eerste infusie mag de infusiesnelheid niet meer dan 0,5 E/kg lichaamsgewicht/minuut bedragen. Bij daaropvolgende infusies mag de infusiesnelheid worden verhoogd, tot max. 1 E/kg lichaamsgewicht/minuut.

De verdunde oplossing bij voorkeur via een laag-eiwitbindende in-linefilter van 0,2 micron toedienen om eventuele eiwitdeeltjes te verwijderen.

Bijwerkingen

Vaak (1-10%): (type I-)overgevoeligheid. Agitatie. Paresthesie, duizeligheid, hoofdpijn. Vertigo. Misselijkheid, braken, buikpijn, diarree. Huiduitslag, erytheem, jeuk. Gewrichtspijn, skelet- en spierpijn. Asthenie, koude rillingen, niet-cardiale pijn op de borst, pijn in extremiteiten. Infusiegerelateerde reactie*. Supraventriculaire extrasystolen.

Soms (0,1-1%): slapeloosheid. Rustelozebenensyndroom, perifere neuropathie, neuralgie, brandend gevoel, tremor. Blozen, hypo- of hypertensie, lymfoedeem. Bronchospasme, dyspneu, keelirritatie, verstopte neus, niezen. Gastro-oesofageale refluxziekte, gastritis, dyspepsie, flatulentie. Hypohidrose. Membrano-proliferatieve glomerulonefritis, chronische nieraandoening, proteïnurie. Tepelpijn. Extravasatie op de infusieplaats, oedeem, griepachtige ziekte, pijn op de infusieplaats. Stijging lichaamstemperatuur, stijging leverenzymwaarde, stijging eiwit/creatinine ratio in urine, positieve test leukocyten in urine, stijging urinezuur in bloed, gewichtstoename. Bradycardie, hypertrofie van linkerventrikel.

* Infusiegerelateerde reacties (IRR's) treden op tijdens of binnen 2 uur na infusie; de meest voorkomende symptomen zijn overgevoeligheid, koude rillingen, misselijkheid, duizeligheid, huiduitslag, jeuk en spierpijn. Deze reacties treden vooral op binnen het eerste jaar van behandeling.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Vaak (1-10%): overgevoeligheidsverschijnselen zoals jeuk, uitslag, urticaria, angio-oedeem, dyspneu en hoest.

Soms (0,1-1%): overgevoeligheidsverschijnselen zoals beklemd gevoel op de borst, hypotensie, tachycardie, blozen, cyanose, paresthesie en rugpijn. Duizeligheid, hoofdpijn. Misselijkheid, braken, diarree, buikkramp. Gewrichtspijn. Koorts, rillingen, vermoeidheid. Ongemak, brandend gevoel, zwelling of steriel abces op de infusieplaats.

Zelden (0,01–0,1%): anafylactoïde reacties.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

Er is geen onderzoek uitgevoerd naar interacties. Op basis van het metabolisme zijn CYP-enzyminteracties niet waarschijnlijk.

Interacties

Er is geen onderzoek naar interacties met imiglucerase uitgevoerd.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens en bij dieren, onvoldoende gegevens.

Overig: Tijdens de zwangerschap kan de ziekte actiever worden met meer kans op manifestaties van het skelet, exacerbatie van cytopenie, bloedingen en een grotere behoefte aan transfusies.

Advies: Overwegen vóór de conceptie te starten met de therapie of, indien de patiënt al imiglucerase gebruikt, de therapie voort te zetten.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend bij de mens. Ja, bij dieren.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel óf het geven van borstvoeding ontraden.

Lactatie

Overgang in moedermelk: Onbekend.

Overig: Ook tijdens de kraambedperiode kan er een verhoogde activiteit van de ziekte zijn. Verder is het waarschijnlijk dat het enzym in het maag-darmkanaal van het kind wordt verteerd.

Contra-indicaties

Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.

Waarschuwingen en voorzorgen

Infusiegerelateerde reacties (IRR's) kunnen optreden tijdens en tot 2 uur na afloop van de infusie. De behandeling van lichte tot matig ernstige reacties kan bestaan uit het verlagen van de infusiesnelheid en behandelen met antihistaminica, antipyretica en/of corticosteroïden. Premedicatie met antihistaminica en/of corticosteroïden kan reacties in het vervolg voorkomen, hoewel bij sommige patiënten dan alsnog IRR's optraden.

Bij ernstige allergische reacties of anafylaxie de toediening direct staken en de huidige richtlijnen voor spoedbehandeling volgen. Opnieuw toedienen van pegunigalsidase α na anafylaxie of ernstige allergische respons alleen na zorgvuldige afweging van de risico's en voordelen, en uitsluitend in een klinische omgeving.

Immunogeniciteit: in klinisch onderzoek ontwikkelde 16% van de patiënten bij een dosering van 1 mg/kg door de behandeling geïnduceerde antistoffen tegen het geneesmiddel (‘anti-drug antibodies’, ADA’s). Patiënten met ADA's hebben mogelijk meer kans op infusiegerelateerde reacties, en de kans dat ernstige IRR’s optreden is ook groter. Monitor patiënten die infusie- of immuunreacties ontwikkelen tijdens de behandeling. Monitor ook patiënten die ADA-positief zijn voor een andere enzymvervangende therapie, patiënten die overgevoeligheidsreacties hebben gehad en patiënten die overstappen op pegunigalsidase α.

Tijdens behandeling met enzymvervangende therapie kan neerslag van immuuncomplexen optreden als manifestatie van een immunologische respons op het product. In klinisch onderzoek is membrano-proliferatieve glomerulonefritis gemeld. Dit voorval leidde tot een tijdelijke afname van de nierfunctie, die verbeterde na staken van het geneesmiddel.

De werkzaamheid en veiligheid zijn niet vastgesteld bij kinderen < 18 jaar en ouderen > 65 jaar.

Waarschuwingen en voorzorgen

Overgevoeligheid: vóór starten van de therapie een baseline serummonster afnemen, dat in de evaluatie van een positieve uitslag van specifieke IgG-antistoffen kan worden meegenomen, dergelijke specifieke IgG-antistoffen verhogen de kans op overgevoeligheidsreacties. Bij een overgevoeligheidsreactie de infusie onmiddellijk staken en binnen twee uur een bloedmonster nemen voor bepaling van complement en tryptase, imiglucerase-antistoffen testen en de uitslag hiervan vergelijken met de eerste controletest; meestal kan de behandeling worden voortgezet na voorbehandeling met antihistaminica en/of corticosteroïden en na verlaging van de dosis of de infusiesnelheid. Met name voorzichtig zijn tijdens het eerste jaar (vnl. de eerste 6 mnd.) van de behandeling; 15% van de patiënten vormt dan antistoffen. Tevens voorzichtig zijn bij patiënten die eerder antistoffen of overgevoeligheidsreacties hebben ontwikkeld tegen alglucerase.

De werkzaamheid van imiglucerase op neurologische symptomen van patiënten met de chronische neuronopathische vorm van de ziekte van Gaucher is niet vastgesteld.

Toediening thuis onder medisch toezicht kan worden overwogen indien de infusies gedurende enkele maanden goed zijn verdragen. Wanneer bijwerkingen optreden, dient de patiënt te stoppen en de arts te raadplegen.

Hulpstoffen: wees voorzichtig met de hoeveelheid natrium in dit geneesmiddel bij een natriumarm dieet.

Eigenschappen

Pegunigalsidase α is een gepegyleerde recombinante vorm van het humane enzym α-galactosidase A en is vervaardigd in een cellijn van plantencellen (BY2-cellen van Nicotiana tabacum). Het is een covalent conjugaat van prh-α-GAL-A met polyethyleenglycol (PEG). Het enzym α-galactosidase A katalyseert de hydrolyse van de terminale α-galactosyldelen van oligosacchariden en polysacchariden in het lysosoom, waarbij de hoeveelheid geaccumuleerde globotriaosylceramide (Gb3) en globotriaosylsfingosine (Lyso-Gb3) bij de ziekte van Fabry wordt gereduceerd.

Kinetische gegevens

Metabolisering via peptidehydrolyse.
T 1/2el 53–134 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Imiglucerase is een op macrofagen gericht recombinant β-glucocerebrosidase. Het katalyseert de hydrolytische splitsing van het glucolipide glucocerebroside in glucose en ceramide, de normale weg voor afbraak van membraanlipiden in de lysosomen. Glucocerebroside ontstaat hoofdzakelijk bij de omzet van hematopoëtische cellen. Chronische toediening van imiglucerase bij de ziekte van Gaucher type I geeft vermindering van de spleno- en hepatomegalie en de hematologische deficiënties. Door verbetering van de mineralisatie in het bot verminderen botbreuken en botpijn.

Kinetische gegevens

Overig stabiele plasmaspiegel: i.v. na ca. 30 min, lineair met de dosis.
V d 0,09–0,15 l/kg.
Overig na de infusie daalt de enzymatische activiteit in het plasma snel.
T 1/2el 4–10 min.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

pegunigalsidase alfa hoort bij de groep middelen bij metabole aandoeningen, enzymen.

  • agalsidase alfa (A16AB03) Vergelijk
  • agalsidase bèta (A16AB04) Vergelijk
  • alglucosidase alfa (A16AB07) Vergelijk
  • asfotase alfa (A16AB13) Vergelijk
  • avalglucosidase alfa (A16AB22) Vergelijk
  • cerliponase alfa (A16AB17) Vergelijk
  • cipaglucosidase alfa (A16AB23) Vergelijk
  • elosulfase alfa (A16AB12) Vergelijk
  • galsulfase (A16AB08) Vergelijk
  • idursulfase (A16AB09) Vergelijk
  • imiglucerase (A16AB02) Vergelijk
  • laronidase (A16AB05) Vergelijk
  • sebelipase alfa (A16AB14) Vergelijk
  • velaglucerase alfa (A16AB10) Vergelijk

Groepsinformatie

imiglucerase hoort bij de groep middelen bij metabole aandoeningen, enzymen.

  • agalsidase alfa (A16AB03) Vergelijk
  • agalsidase bèta (A16AB04) Vergelijk
  • alglucosidase alfa (A16AB07) Vergelijk
  • asfotase alfa (A16AB13) Vergelijk
  • avalglucosidase alfa (A16AB22) Vergelijk
  • cerliponase alfa (A16AB17) Vergelijk
  • cipaglucosidase alfa (A16AB23) Vergelijk
  • elosulfase alfa (A16AB12) Vergelijk
  • galsulfase (A16AB08) Vergelijk
  • idursulfase (A16AB09) Vergelijk
  • laronidase (A16AB05) Vergelijk
  • pegunigalsidase alfa (A16AB20) Vergelijk
  • sebelipase alfa (A16AB14) Vergelijk
  • velaglucerase alfa (A16AB10) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • middelen bij metabole aandoeningen, enzymen

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • middelen bij metabole aandoeningen, enzymen

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Kinderformularium (NKFK)
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
  • Toegankelijkheid
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".