Geneesmiddelen

Stofnaam

Geneesmiddel

Indicatie

Toediening

betamethason/salicylzuur

Diprosalic

psoriasis

cutaan

calcipotriol/betamethason

Calcipotriol/​Betamethason, Dovobet, Enstilar, Wynzora

psoriasis

cutaan

flumetason/clioquinol (bij secundaire huidinfectie)

Locacorten-Vioform crème

cutaan

flumetason/salicylzuur

Locasalen

psoriasis

cutaan

hydrocortison/cinchocaïne/framycetine

Proctosedyl

aambeien

cutaan

hydrocortison/ureum

Hydrocortison-Ureum Zalf FNA

constitutioneel eczeem seborroisch eczeem

cutaan

miconazol/hydrocortison

Miconazol/​Hydrocortison

dermatomycosen

cutaan

triamcinolon/salicylzuur

Triamcinolon-Salicylzuur Crème/​Oplossing/​Smeersel FNA

constitutioneel eczeem psoriasis seborroisch eczeem

cutaan

triamcinolon/ureum

Triamcinolon-Ureum Crème FNA

constitutioneel eczeem psoriasis seborroisch eczeem

cutaan

triamcinolonacetonide/lidocaïne

Trianal

aambeien

cutaan

Een volledig overzicht van alle indicaties per geneesmiddel kunt u vinden in de geneesmiddelteksten.

Werking

Deze groep bestaat uit combinaties van corticosteroïden met diverse middelen:

Werkingsmechanisme

Corticosteroïden:

  • Anti-inflammatoir:
    • remmen de accumulatie van afweercellen in het ontstoken weefsel;
    • verminderen de hechting van leukocyten aan capillair endotheel;
    • remmen de productie van ontstekingsmediatoren zoals prostaglandinen, leukotriënen, cytokinen en histamine.
  • Vasoconstrictief:
    • remmen het vrijkomen van mediatoren met vasoactieve werking zoals cytokinen, histamine en catecholaminen;
    • werken mogelijk ook direct constrictief op capillairen.
  • Antimitotisch:
    • remmen de celdeling in epidermis en de aanmaak van bindweefselcomponenten.
  • Antiprurigineus:
    • remmen het ontstekingsproces, waardoor de jeuk afneemt;
    • werken direct op vrije zenuwuiteinden in de huid.

Salicylzuur:

  • beïnvloedt direct de intercellulaire desmosomen.

Ureum:

  • vermindert de dichte structuur van de hoornlaag door hygroscopische en keratolytische eigenschappen.

Clioquinol:

  • werkt fungistatisch;
  • werkt overwegend bacteriostatisch.

Cinchocaïne:

  • werkt lokaal anesthetisch.

Framycetine:

  • remt de bacteriële eiwitsynthese door binding aan ribosomen;
  • werkt bactericide.

Effect

Corticosteroïden:

  • remming van ontstekingsreacties;
  • vermindering van de symptomen van verschillende huidaandoeningen.

Salicylzuur en ureum:

  • verhoogde penetratie van het corticosteroïd in de huid door verweking van de hoornlaag van de huid.

Clioquinol:

  • klaring van secundaire bacteriële en/of schimmelinfectie van de huid;
  • vermindering van de infectieverschijnselen van de huid.

Cinchocaïne:

  • verlichting van pijn en jeuk bij aambeien.

Framycetine:

  • een effect bij aambeien is niet bekend.

Voor het werkingsmechanisme en effect van calcipotriol zie de groepstekst vitamine D en analoga.

Voor het werkingsmechanisme en effect van miconazol zie de groepstekst imidazolen, cutaan.

Voor het werkingsmechanisme en effect van lidocaïne zie de groepstekst anesthetica, lokaal, overige.

Typerende bijwerkingen

Vanwege de diversiteit binnen deze groep, staan hier geen Typerende bijwerkingen; zie daarvoor de afzonderlijke groepsteksten:

Zie voor de bijwerkingen van onderstaande middelen de betreffende geneesmiddelteksten: