Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

velaglucerase alfa

middelen bij metabole aandoeningen, enzymen A16AB10

Sluiten

laronidase

middelen bij metabole aandoeningen, enzymen A16AB05

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

VPRIV XGVS Takeda Nederland bv

Toedieningsvorm
Poeder voor infusievloeistof
Sterkte
400 E

Bevat na reconstitutie 100 E/ml.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Aldurazyme XGVS Genzyme Europe bv

Toedieningsvorm
Concentraat voor infusie
Sterkte
100 U/ml
Verpakkingsvorm
flacon 5 ml

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

De effectiviteit van velaglucerase alfa is vergelijkbaar met die van imiglucerase. Geadviseerd wordt velaglucerase alfa voor te schrijven bij patiënten met de ziekte van Gaucher type 1 op basis van een behandelingsprotocol, gezien de moeilijke indicatiestelling en de onduidelijkheid over de optimale dosering en de effectiviteit. Het eerste voorschrift dient te geschieden door een gespecialiseerde arts verbonden aan een academisch ziekenhuis.

Advies

De ziekte mucopolysaccharidose type I is een heterogeen voorkomende erfelijke stofwisselingsziekte waarbij sprake is van een enzymdeficiëntie voor α-L-iduronidase. Bij een bevestigde diagnose van mucopolysaccharidose type I kan laronidase worden gebruikt, behandeling dient plaats te vinden in gespecialiseerde centra.

Indicaties

Langdurige enzymvervangingstherapie (EVT) bij patiënten met de ziekte van Gaucher type 1.

Indicaties

  • Langdurige enzym-substitutietherapie bij patiënten met een bevestigde diagnose van mucopolysaccharidose I (MPS I; α-L-iduronidasedeficiëntie) ter behandeling van de niet-neurologische manifestaties van de ziekte.

Doseringen

Tijdens de toediening moet onmiddellijk geschikte medische ondersteuning voorhanden zijn. Bij anafylactische of andere acute reacties de toediening direct staken.

Toediening thuis onder medisch toezicht kan worden overwogen indien ten minste 3 infusies goed zijn verdragen.

Klap alles open Klap alles dicht

Ziekte van Gaucher type 1

Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen ≥ 4 jaar

60 E/kg 1×/2 weken als i.v.-infusie gedurende 60 minuten; op geleide van de respons de dosering aanpassen; max 60 eenheden/kg. Bij eerder gebruik van imiglucerase voor de ziekte van Gaucher type 1 kan worden overgeschakeld in dezelfde dosering en frequentie.

Bij verminderde nierfunctie is geen aanpassing van de dosering nodig.

Bij verminderde leverfunctie is geen aanpassing van de dosering nodig.

Doseringen

Overweeg toediening van antihistaminica en/of antipyretica (paracetamol of ibuprofen) 60 minuten vóór begin van de infusie; dit wordt in ieder geval aanbevolen bij de eerste infusie en na een onderbreking van de behandeling; zie ook de rubriek Waarschuwingen en Voorzorgen.

Klap alles open Klap alles dicht

Mucopolysaccharidose type I

Volwassenen en kinderen

I.v. als infusie: 100 U/kg lichaamsgewicht 1× per week. De aanvankelijke infusiesnelheid van 2 U/kg/uur kan, als dit wordt verdragen, elke 15 minuten stapsgewijs worden verhoogd tot maximaal 43 U/kg/uur. De totale dosis in 3–4 uur toedienen.

Toediening

  • als intraveneuze infusie, gedurende in ieder geval de eerste maanden in een geschikte klinische omgeving waar reanimatieapparatuur voorhanden is.
  • Overweeg thuisinfusie voor patiënten die de infusies goed verdragen en gedurende een paar maanden geen matige of ernstige infusiegerelateerde bijwerkingen hebben gehad. Een zorgverlener moet de thuisinfusie controleren en altijd beschikbaar zijn gedurende de infusie en een bepaalde tijd erna. De dosis en infusiesnelheid moeten thuis constant blijven. Bij optreden van bijwerkingen de thuisinfusie direct stopzetten en passende medische behandeling inzetten.

Bijwerkingen

Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn, duizeligheid. Buikpijn. Botpijn, gewrichtspijn, rugpijn. Infusiegerelateerde reactie, asthenie, vermoeidheid, koorts.

Vaak (1-10%): overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische of anafylactoïde reacties en allergische dermatitis. Tachycardie. Dyspneu. Hypertensie, hypotensie, blozen. Misselijkheid. Huiduitslag, urticaria, jeuk. Ongemak op de borst. Verlengde APTT.

Soms (0,1-1%): wazig zicht. Braken (in sommige gevallen ernstig; meestal optredend tijdens en tot 24 uur na de infusie).

De meest waargenomen bijwerkingen zijn infusiegerelateerde reacties (IRR's); deze treden op binnen 24 uur na een infusie. Het vaakst komen voor: hoofdpijn, duizeligheid, hypotensie, hypertensie, misselijkheid, vermoeidheid/asthenie, koorts. Bij behandelingsnaïeve patiënten treden IRR's vooral op tijdens de eerste 6 maanden van de behandeling.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

De meeste bijwerkingen houden verband met de infusie en zijn in sommige gevallen ernstig. Bij een acute onderliggende ziekte lijkt het risico op infusiegerelateerde bijwerkingen groter.

Volwassenen en kinderen ≥ 5 jaar

Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn. Koorts. Misselijkheid, buikpijn. Artropathie, artralgie, rugpijn, pijn in de ledematen. Huiduitslag, roodheid in het gezicht. Reacties rond de plaats van infusie.

Vaak (1-10%): anafylactische reactie. Hypotensie, bleekheid, koude handen of voeten. Tachycardie. Braken, diarree. Ademhalingsproblemen, dyspneu, hoesten, afname zuurstofverzadiging. Angio-oedeem, opgezwollen gezicht, urticaria, jeuk, alopecia. Rusteloosheid. Paresthesie, duizeligheid. Toegenomen transpiratie, koud zweet, rillingen, warmte of koude sensaties, pijn in skeletspieren, vermoeidheid, griepachtige verschijnselen.

Verder zijn gemeld: bradycardie, hypertensie. Cyanose, hypoxie, tachypneu, bronchospasme, ademhalingsstilstand, ademhalingsfalen, faryngeaal of laryngeaal oedeem, stridor, obstructieve luchtwegaandoening. Zwelling van de lippen, gezwollen tong. Erytheem. Perifeer oedeem, extravasatie. Geneesmiddelspecifieke antilichamen, neutraliserende antilichamen.

Kinderen < 5 jaar

Zeer vaak (> 10%): stijging bloeddruk, afname zuurstofverzadiging, tachycardie, koorts, rillingen.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

Er is geen onderzoek naar interacties met velaglucerase α uitgevoerd.

Interacties

Chloroquine kan interfereren met de intracellulaire opname van laronidase.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.

Overig: Verhoogde ziekteactiviteit kan tijdens de zwangerschap worden ervaren.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken. Zorgvuldige monitoring van de zwangerschap en klinische manifestaties van de ziekte van Gaucher is noodzakelijk voor de individuele aanpassing van de behandeling.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Overig: Verhoogde ziekteactiviteit kan tijdens de kraamperiode worden ervaren.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Advies: Het geven van borstvoeding wordt ontraden.

Contra-indicaties

Eerder voorgekomen ernstige allergische reactie op velaglucerase α.

Contra-indicaties

  • Eerder voorgekomen ernstige overgevoeligheid (bv. een anafylactische reactie) voor laronidase.

Waarschuwingen en voorzorgen

Wees voorzichtig bij patiënten die in het verleden reeds symptomen van overgevoeligheid voor velaglucerase α of voor andere enzymvervangingstherapie hebben vertoond.

Infusiegerelateerde reacties kunnen worden verminderd door het verlagen van de infusiesnelheid, door toediening van antihistaminica, antipyretica en/of corticosteroïden en/of het onderbreken van de toediening gevolgd door een hervatting met een verlengde infusietijd. Recidiverende infusiegerelateerde reacties kunnen worden voorkomen met antihistaminica en/of corticosteroïden vooraf.

Bij ernstige infusiegerelateerde reacties en bij verlies van werkzaamheid testen op aanwezigheid van antistoffen. Vorming van IgG-antistoffen tegen velaglucerase α is gemeld, evenals enkele gevallen van antistoffen met een positief neutraliserende activiteit en gebrek aan werkzaamheid.

De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen < 4 jaar zijn niet vastgesteld.

Waarschuwingen en voorzorgen

Een intraveneus eiwitproduct zoals laronidase kan ernstige overgevoeligheidsreacties veroorzaken. In dat geval de toediening direct staken. Reanimatieapparatuur moet voorhanden zijn. Wees voorzichtig met epinefrine, vanwege de verhoogde prevalentie van coronaire hartziekte bij deze patiëntengroep. Bij ernstige overgevoeligheid kan een desensibilisatieprocedure worden overwogen.

Om de kans op infusiegerelateerde bijwerkingen (IAR's) te verminderen, overweeg toediening van antihistaminica en/of antipyretica (paracetamol of ibuprofen) 60 minuten vóór begin van de infusie. Dit wordt in ieder geval aanbevolen bij de eerste infusie en na een onderbreking van de behandeling. Bij een acute onderliggende ziekte lijkt het risico op IAR's groter.

Staak de infusie bij één ernstige IAR tot aan herstel en overweeg symptomatische behandeling met bv. antihistaminica en paracetamol of ibuprofen. De infusie kan worden hervat met een infusiesnelheid die 25–50% is van de snelheid waarbij de IAR optrad. Overweeg bij een milde of matige IAR symptomatische behandeling met bv. antihistaminica en paracetamol of ibuprofen en/of halveer de infusiesnelheid. Zodra de infusie wordt verdragen, kan de dosis worden verhoogd.

Bij bijna alle patiënten ontwikkelen zich antilichamen tegen het geneesmiddel (ADA), meestal binnen 3 maanden na aanvang van de behandeling. Controleer regelmatig antilichaamstatus, inclusief IgG, IgE en neutraliserende antilichamen voor enzymactiviteit of heropname van het enzym. Controleer de patiënt nauwlettend op infusiegeassocieerde reacties, vertraagde reacties en mogelijke immunologische reacties. Bij aanhoudend hoge ADA-titers wordt vaker een minder sterke verlaging van de GAG-uitscheiding in de urine gezien. De aanwezigheid van ADA is niet consistent gerelateerd aan de incidentie van infusiegerelateerde bijwerkingen. De ontwikkeling van IgE-antilichamen kan gepaard gaan met overgevoeligheid of anafylactische reacties.

Er is geen onderzoek gedaan bij patiënten met lever- of nierinsufficiëntie. Er zijn geen gegevens beschikbaar over veiligheid en werkzaamheid bij ouderen > 65 jaar.

Eigenschappen

Velaglucerase α is een met recombinant-DNA-technologie geproduceerd glycoproteïne, dat gebruikt wordt als aanvulling op, of vervanging van β-glucocerebrosidase (het enzym dat de hydrolyse van glucocerebroside naar glucose en ceramide in het lysosoom katalyseert). Het vermindert de hoeveelheid geaccumuleerde glucocerebroside en corrigeert de pathofysiologie van de ziekte van Gaucher. Velaglucerase α verhoogt de hemoglobineconcentratie en het aantal bloedplaatjes en vermindert het lever- en miltvolume bij patiënten met de ziekte van Gaucher type 1.

Kinetische gegevens

Resorptie snel via de mannose-receptor in de macrofagen.
T max 40–60 min.
T 1/2el 5–12 min.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Recombinante vorm van humaan α-L-iduronidase. Na intraveneuze infusie wordt het snel uit de circulatie verwijderd en door cellulaire lysosomen opgenomen, hoogstwaarschijnlijk via mannose-6-fosfaatreceptoren. Bij mucopolysaccharidose I (MPS I) is er sprake van een tekort aan het enzym α-L-iduronidase. Dit leidt tot stapeling van glycosaminoglycanen, dermatan- en heparansulfaat in een groot aantal celtypen en weefsels. Systemische manifestaties van MPS I zijn o.a. slecht uithoudingsvermogen, restrictieve longziekten, obstructie van de bovenste luchtwegen, beperkte gewrichtsbeweeglijkheid, hepatomegalie en visuele beperkingen. Enzymsubstitutie therapie met laronidase verhoogt de capaciteit om opgehoopt substraat (glycosaminoglycanen) te hydrolyseren en verdere stapeling te voorkomen. Er zijn geen klinische gegevens die een gunstig effect laten zien op de neurologische verschijnselen.

Kinetische gegevens

V d bij aanvang van de therapie ca. 0,4 l/kg, later afnemend tot ca. 0,2 l/kg. Het verdelingsvolume neemt bij voortgezette behandeling af, mogelijk door antilichaamvorming en/of een afgenomen levervolume.
Metabolisering waarschijnlijk door middel van peptidehydrolase.
T 1/2el bij aanvang van de therapie ca. 4 uur, later afnemend tot ca. 2 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

velaglucerase alfa hoort bij de groep middelen bij metabole aandoeningen, enzymen.

  • agalsidase alfa (A16AB03) Vergelijk
  • agalsidase bèta (A16AB04) Vergelijk
  • alglucosidase alfa (A16AB07) Vergelijk
  • asfotase alfa (A16AB13) Vergelijk
  • avalglucosidase alfa (A16AB22) Vergelijk
  • cerliponase alfa (A16AB17) Vergelijk
  • cipaglucosidase alfa (A16AB23) Vergelijk
  • elosulfase alfa (A16AB12) Vergelijk
  • galsulfase (A16AB08) Vergelijk
  • idursulfase (A16AB09) Vergelijk
  • imiglucerase (A16AB02) Vergelijk
  • laronidase (A16AB05) Vergelijk
  • pegunigalsidase alfa (A16AB20) Vergelijk
  • sebelipase alfa (A16AB14) Vergelijk

Groepsinformatie

laronidase hoort bij de groep middelen bij metabole aandoeningen, enzymen.

  • agalsidase alfa (A16AB03) Vergelijk
  • agalsidase bèta (A16AB04) Vergelijk
  • alglucosidase alfa (A16AB07) Vergelijk
  • asfotase alfa (A16AB13) Vergelijk
  • avalglucosidase alfa (A16AB22) Vergelijk
  • cerliponase alfa (A16AB17) Vergelijk
  • cipaglucosidase alfa (A16AB23) Vergelijk
  • elosulfase alfa (A16AB12) Vergelijk
  • galsulfase (A16AB08) Vergelijk
  • idursulfase (A16AB09) Vergelijk
  • imiglucerase (A16AB02) Vergelijk
  • pegunigalsidase alfa (A16AB20) Vergelijk
  • sebelipase alfa (A16AB14) Vergelijk
  • velaglucerase alfa (A16AB10) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • middelen bij metabole aandoeningen, enzymen

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • middelen bij metabole aandoeningen, enzymen

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • Kinderformularium (NKFK)
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
  • Toegankelijkheid
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".