Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

asparaginase

oncolytica, overige L01XX02

Sluiten

hydroxycarbamide (sikkelcelziekte)

oncolytica, overige L01XX05

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Erwinase (Erwinia L-asparaginase = crisantaspase) XGVS Jazz Pharmaceuticals Nederland BV

Toedieningsvorm
Poeder voor injectie- of infusievloeistof
Sterkte
10.000 IE

Spectrila (E. coli-asparaginase = colaspase) XGVS Pharmanovia Benelux BV

Toedieningsvorm
Poeder voor injectievloeistof
Sterkte
10.000 IE

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Siklos XGVS Addmedica

Toedieningsvorm
Tablet, omhuld
Sterkte
100 mg, 1000 mg

Xromi XGVS Addmedica

Toedieningsvorm
Drank
Sterkte
100 mg/ml

Hydroxycarbamide XGVS Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
capsule, hard
Sterkte
500 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Zie voor de behandeling van acute lymfatische leukemie de behandelrichtlijn via hovon.

Advies

Hydroxycarbamide-toediening vermindert het aantal (ziekenhuisopnamen door) vaso-occlusieve crises, waaronder het 'acute chest syndrome', bij patiënten met sikkelcelziekte (met ≥ 3 vaso-occlusieve crises in het voorafgaande jaar) met circa de helft. De voornaamste bijwerking is onderdrukking van het beenmerg. In de studies is geen significant effect op overleving aangetoond.

Indicaties

Erwinase

  • acute lymfatische leukemie (ALL), hoofdzakelijk bij kinderen, in combinatie met andere chemotherapeutica, bij overgevoeligheid (klinische allergie of stille inactivatie) voor E. coli asparaginase of pegaspargase.

Spectrila

  • acute lymfatische leukemie (ALL) bij kinderen vanaf de geboorte en bij volwassenen, in combinatie met andere anti-neoplastische geneesmiddelen.

Indicaties

Drank en tablet

  • Preventie van recidiverende, pijnlijke vaso-occlusieve crises bij volwassenen en kinderen > 2 jaar met symptomatische sikkelcelziekte.

Capsule

  • Chronische myeloïde leukemie (CML) in de chronische of versnelde fase.
  • Essentiële trombocytemie.
  • Polycythaemia vera, indien er sprake is van een groot risico op trombo-embolische complicaties.

Dosering

Een intracutane test of kleine intraveneuze testdosis voor iedere behandeling is te overwegen; de test voorspelt echter niet nauwkeurig welke patiënt een (ernstige) allergische reactie zal krijgen. De kans op overgevoeligheid tijdens de behandeling neemt toe met het aantal doses.

Ter preventie van uraatnefropathie door massale tumorcellysis, o.a. voldoende vloeistof toedienen en allopurinol/rasburicase overwegen.

Het wordt aanbevolen om tijdens de behandeling de dalwaarde van asparaginaseactiviteit te controleren (zie ook de rubriek Eigenschappen).

Klap alles open Klap alles dicht

Als onderdeel van combinatietherapie bij acute lymfatische leukemie:

Volwassenen:

Erwinase: i.v.-infusie of i.m.: gebruikelijke dosis 25.000 IE/m² lichaamsoppervlak 3×/week (maandag, woensdag, vrijdag) gedurende 2 weken, om elke dosis pegaspargase te vervangen of elke cyclus van de behandeling met asparaginase. De behandeling verder aanpassen volgens lokaal protocol.

Spectrila: i.v.-infusie: 5.000 IE/m² lichaamsoppervlak elke derde dag gegeven.

Kinderen:

Erwinase: als bij volwassenen.

Spectrila: i.v.-infusie: bij een leeftijd > 1 jaar: als bij volwassenen; bij 6–12 maanden: 7.500 IE/m² lichaamsoppervlak elke derde dag gegeven; bij < 6 maanden: 6.700 IE/m² lichaamsoppervlak elke derde dag gegeven.

Verminderde nierfunctie: een dosisaanpassing is niet nodig.

Verminderde leverfunctie: bij lichte tot matige leverfunctiestoornis is een dosisaanpassing niet nodig; ernstige leverfunctiestoornis is een contra-indicatie.

Toediening: Erwinase wordt via een i.m.-injectie toegediend of via i.v.-infusie gedurende 1-2 uur. Niet tegelijk met andere geneesmiddelen toedienen over dezelfde i.v. infuuslijn. Spectrila mag in verband met de kans op ernstige overgevoeligheidsreacties alleen worden toegediend via een i.v. infusie over een periode van ½–2 uur.

Dosering

Klap alles open Klap alles dicht

Sikkelcelziekte

Volwassenen en kinderen ≥ 2 jaar

Begindosering: 15 mg/kg lichaamsgewicht 1×/dag. Vervolgens zo nodig verhogen in stappen van 2.5-5 mg/kg lichaamsgewicht per dag tot veelal 15-30 mg/kg 1×/dag, max. 35 mg/kg 1×/dag. Zolang de patiënt klinisch of hematologisch (bv. toename van hemoglobine F (HbF), 'mean copular volume' (MCV), vermindering van aantal neutrofielen) op de behandeling reageert, de dosis handhaven.

Streefwaarden voor het absolute aantal neutrofielen is 1500-4000/microliter en voor aantal trombocyten > 80.000/microliter. Indien neutropenie of trombocytopenie optreedt de behandeling tijdelijk staken en het volledige bloedbeeld met differentiatie van leukocyten wekelijks controleren. Wanneer het bloedbeeld is hersteld (doorgaans na 2 weken) de behandeling hervatten met een dagdosering die 5 mg/kg lichaamsgewicht lager is.

Houd met de maximaal verdraagbare dosis een proeftijd van 6 maanden aan. Een klinische respons duurt doorgaans 3-6 maanden. Indien respons uitblijft definitief staken van de behandeling overwegen.

Bij ouderen (> 65 jaar) kan geen doseringsadvies gegeven worden vanwege het ontbreken van gegevens.

Verminderde nierfunctie (creatinineklaring ≥ 30 – ≤ 60 ml/min): de begindosis met 50% verminderen. Hydroxycarbamide is gecontra-indiceerd bij een ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring < 30 ml/min).

Verminderde leverfunctie bij een milde of matig verminderde leverfunctie (Child-Pughscore 5–9) is een aanpassing van de dosering niet nodig; wel het bloedbeeld nauwkeurig controleren. Hydroxycarbamide is gecontra-indiceerd bij een ernstige leverfunctiestoornis (Child-Pughscore 10–15).

Chronische myeloïde leukemie

Volwassenen

Begindosering: 40 mg/kg lichaamsgewicht 1×/dag. Als daarna het aantal leukocyten daalt tot < 20 × 10 9 de dosis verlagen naar 20 mg/kg 1×/dag. Vervolgens de dosis op individuele basis aanpassen zodat het aantal witte bloedcellen 5–10 × 10 9 /l blijft. De behandeling onderbreken als het aantal leukocyten daalt tot < 2,5 × 10 9 /l, of het aantal trombocyten daalt tot < 100 × 10 9 /l, totdat de waarden zijn hersteld. Houd een proefperiode van 6 weken aan ter bepaling van het anti-neoplastisch effect. De behandeling daarna voortzetten tot ziekteprogressie of onaanvaardbare toxiciteit.

Ouderen: een lagere dosis kan nodig zijn.

Verminderde nier- en leverfunctie: een dosisaanbeveling is niet mogelijk, vanwege een gebrek aan gegevens.

Essentiële trombocytemie

Volwassenen

Begindosering: 15 mg/kg lichaamsgewicht 1×/dag. Vervolgens de dosering aanpassen op geleide van het aantal trombocyten (streefwaarde < 600 × 10 9/l) en het aantal leukocyten (streefwaarde ≥ 4 × 10 9).

Ouderen: een lagere dosis kan nodig zijn.

Verminderde nier- en leverfunctie: een dosisaanbeveling is niet mogelijk, vanwege een gebrek aan gegevens.

Polycythaemia vera

Volwassenen

Begindosering: 15-20 mg/kg 1×/dag. Vervolgens de dosering aanpassen op geleide van het hematocriet (streefwaarde < 45%) en het aantal trombocyten (streefwaarde < 400 × 10 9/l). De gemiddelde dagelijkse onderhoudsdosis is 500-1000 mg.

Ouderen: een lagere dosis kan nodig zijn.

Verminderde nier- en leverfunctie: een dosisaanbeveling is niet mogelijk, vanwege een gebrek aan gegevens.

Toediening

  • Tabletten: de tabletten 1×/dag, bij voorkeur ’s morgens voor het ontbijt, eventueel met water of een zeer kleine hoeveelheid voedsel, innemen. Bij slikproblemen de tablet eventueel direct voorafgaand aan de inname oplossen in een kleine hoeveelheid water op een theelepel; eventueel een druppel siroop toevoegen of met wat voedsel vermengen ter maskering van de bittere smaak. De tablet van 100 mg kan in tweeën gebroken worden en die van 1000 mg in tweeën of in vieren; dit mag niet in de buurt van voedingsmiddelen gedaan worden. Poeder dat eventueel achterblijft met een vochtige tissue afnemen en afvoeren.
  • Capsules: de capsules geheel (dus niet openen, vermalen of kauwen) innemen met water. De capsules mogen niet in de mond uiteenvallen.
  • Drank: voor het afmeten van het juiste volume van de drank bij doses tot 3 ml de meegeleverde rode injectiespuit gebruiken, en bij doses > 3 ml de meegeleverde witte injectiespuit gebruiken. De drank iedere dag op hetzelfde tijdstip en op dezelfde wijze toedienen. Adviseer de patiënt na iedere dosis water te drinken, om te garanderen dat de gehele dosis in de maag terechtkomt.

Bijwerkingen

Erwinase

Zeer vaak (> 10%): infecties (viraal, bacterieel, schimmel-), sepsis (mogelijk fataal). Overgevoeligheidsreacties. Hepatotoxiciteit. Misselijkheid, braken. Gewichtsverlies. Skeletspierpijn, myalgie, artralgie, pijn in extremiteiten. Hyperglykemie, hyperlipidemie, hypercholesterolemie, hypertriglyceridemie. Leukopenie, (febriele) neutropenie, trombocytopenie, anemie. Verlaagde spiegel antitrombine III, fibrinogeen, verminderde activiteit proteïne C en proteïne S, verlengde geactiveerde partiële tromboplastinetijd (APTT), protrombinetijd (PT) en INR, stijging amylase, lipase, ALAT, ASAT, bilirubine en alkalische fosfatase (AF) in het bloed.

Vaak (1-10%): bloeding, veneuze en arteriële trombo-embolische voorvallen (waaronder sinustrombose en myocardinfarct). Pancreatitis (waaronder necrotiserende, hemorragische en pseudo-cystevorming, soms fataal). Dyspneu. Encefalopathie (primair, secundair), afasie, hallucinaties, verwarde toestand, hoofdpijn. Diarree, buikpijn. Pancytopenie. Mucositis, koorts, vermoeidheid, reactie op de injectieplaats of lokale overgevoeligheidsreactie zoals huiduitslag, jeuk, pijn of oedeem.

Soms (0,1-1%): anafylaxie. Hypotensie. Coma, convulsie, lethargie, parese, duizeligheid. Hepatische steatose. Nefrotoxiciteit. Diabetische ketoacidose, hyperammoniëmie.

Zelden (0,01-0,1%): posterieur reversibel encefalopathie syndroom (PRES). Leverfalen.

Zeer zelden (< 0,01%): reactieve artritis.

Verder zijn gemeld: hypertensie. Toxische epidermale necrolyse (soms fataal). Cholestase, leververgroting. Acuut nierfalen, verminderde nierfunctie, proteïnurie, uraatnefropathie. Slaperigheid, agitatie. Anorexie. Parotitis. Secundaire hypothyroïdie. Hypoproteïnemie, hypoalbuminemie (soms symptomatisch met perifeer oedeem), toegenomen broomsulfaleïne (BSP)-retentie. Hemolytische anemie. Afgenomen thyroxine-bindend globuline in het bloed.

In vergelijking met jonge kinderen is er bij adolescenten en jongvolwassenen een toegenomen kans op hepatische en pancreatische toxiciteiten en veneuze trombo-embolische complicaties.

Spectrila

Zeer vaak (> 10%): overgevoeligheid zoals overmatig blozen, hypotensie, angio-oedeem, dyspneu, huiduitslag. Misselijkheid, braken, diarree, buikpijn. Oedeem, vermoeidheid. Hyperglykemie. Daling van antitrombine III, fibrinogeen, totaal eiwit, cholesterol, LDL. Stijging van leverenzymwaarden, bilirubine, cholesterol, triglyceriden, VLDL, lipoproteïnase-activiteit, ureum, ammoniak, LDH. Hypoalbuminemie.

Vaak (1–10%): gedissemineerde intravasculaire stolling (DIC), trombose (vooral diep-veneuze trombose en sinus-cavernosustrombose), hemorragie. Bronchospasme. Depressie, verwardheid, hallucinaties. Duizeligheid, slaperigheid, agitatie. Acute pancreatitis (mogelijk fataal). Rugpijn, gewrichtspijn. Verminderde eetlust, gewichtsverlies, hypoglykemie. Anemie, trombocytopenie, leukopenie. Stijging amylase, lipase. Abnormaal EEG: verminderde alfagolf-activiteit, verhoogde thèta- en deltagolf-activiteit.

Soms (0,1–1%): hoofdpijn. Hyperurikemie, hyperammoniëmie.

Zelden (0,01–0,1%): anafylactische shock. Herseninfarct, convulsies, daling van het bewustzijn, coma, posterieur reversibel leuko-encefalopathiesyndroom (PRES). Hemorragische of necrotiserende pancreatitis. Cholestase, icterus, leverfalen, levernecrose. Parotitis. Diabetische ketoacidose.

Zeer zelden (< 0,01%): tremor. Secundaire hypothyroïdie, hypoparathyreoïdie.

Verder zijn gemeld: infecties.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Bij sikkelcelziekte

Zeer vaak (> 10%): dosisafhankelijke, reversibele beenmergsuppressie, waaronder neutropenie (< 2,0 × 109/l), reticulocytopenie (< 80 × 109/l) en macrocytose. (Doorgaans reversibele) azoöspermie en oligospermie.

Vaak (1-10%): trombocytopenie (< 80 × 109/l), ernstige anemie (hemoglobine < 2,8 mmol/l). Hoofdpijn. Huidreacties (bv. pigmentatie van mond, nagels, huid). Orale mucositis, misselijkheid, braken, obstipatie.

Soms (0,1-1%): duizeligheid. Stomatitis, diarree. Huiduitslag, zwarte verkleuring van de nagels, haaruitval.

Zelden (0,01-0,1%): stijging van leverenzymwaarden. Beenzweren.

Zeer zelden (< 0,01%): systemische en cutane lupus erythematodes.

Verder zijn gemeld: huidkanker (bij ouderen), leukemie. Bloeding. Maag- of darmzweer, andere maag-darmstoornissen. Amenorroe. Droge huid, ulceratieve cutane vasculitis. Ernstige hypomagnesiëmie. Gewichtstoename, vitamine D-tekort. Koorts, infectie met Parvovirus B19.

Bij kinderen is het bijwerkingenprofiel vergelijkbaar met die bij volwassenen. Wel kwam bij kinderen van 2–10 jaar neutropenie vaker voor, en een droge huid, alopecia, hoofdpijn en anemie minder vaak dan bij volwassenen. Bij kinderen van 10–18 jaar kwam een droge huid, huidzweer, alopecia, gewichtstoename en anemie minder vaak voor dan bij volwassenen.

Bij CML, essentiële trombocytemie en polycythaemia vera

Zeer vaak (> 10%): beenmergdepressie, daling aantal CD4-lymfocyten, leukocytopenie, anemie, trombocytopenie. Anorexia. Pancreatitis, misselijkheid, braken, diarree, obstipatie, stomatitis, mucositis, dyspepsie, buikpijn, melena. Huidulcera (voornamelijk beenulcera), cutane vasculitis, jeuk, blauw-paarse papels, dermatomyositis-achtige huidveranderingen, alopecia, maculopapuleuze huiduitslag, huidschilfering, huidatrofie, erytheem, hyperpigmentatie van de huid, nagelaandoening. Dysurie, reversibele tubulaire nierdisfunctie gepaard gaande met stijging urinezuur, ureum en creatinine in het bloed. Azoöspermie, oligospermie. Koorts, asthenie, rillingen, malaise.

Vaak (1-10%): plaveiselcelcarcinoom, basaalcelcarcinoom. Megaloblastose. Hallucinatie, desoriëntatie. Perifere neuropathie, slaperigheid, hoofdpijn, duizeligheid, convulsie, neurologische stoornis. Longfibrose, longoedeem, acute pulmonale reacties bestaande uit diffuse pulmonale infiltraten, koorts, dyspneu. Hepatotoxiciteit, stijging leverenzymwaarde, cholestase, hepatitis.

Soms (0,1-1%): stijging bilirubine in het bloed. Actinische keratose.

Zelden (0,1-1%): gangreen. Overgevoeligheidsreactie. Tumorlysissyndroom.

Zeer zelden (< 0,1%): systemische en cutane lupus erythematodes. Nierfunctiestoornis.

Verder zijn gemeld: hemolytische anemie. Hyperkaliëmie. Interstitiële longziekte, pneumonitis, (allergische) alveolitis, hoest. Droge huid.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

Ten vroegste 3 maanden na beëindigen van de behandelkuur een immunisatie met levende vaccins uitvoeren in verband met een grotere kans op ernstige infecties.

Gelijktijdig gebruik van glucocorticoïden (zoals prednison) vergroot de kans op trombose en op hyperglykemie. Voorts versterkt het de myelosuppressie met als gevolg meer kans op infecties; dit laatste is uiteraard ook het geval wanneer asparaginase in combinatie met andere myelosuppressieve geneesmiddelen wordt gecombineerd.

De hepatotoxiciteit kan toenemen bij gelijktijdig gebruik met imatinib of bij combinatie met andere geneesmiddelen die zelf ook hepatotoxisch zijn; controleer de leverparameters zoals ASAT, ALAT en bilirubine.

Asparaginase kan hyperglykemie veroorzaken; houd hiermee rekening bij reeds ingestelde antidiabetische medicatie.

Asparaginase vermindert de effectiviteit/toxiciteit van methotrexaat, indien het vóór of tegelijkertijd met methotrexaat wordt toegediend. Als asparaginase 24 uur ná methotrexaat wordt gegeven, versterkt het echter de werkzaamheid van methotrexaat.

Asparaginase vermindert de werkzaamheid van een hoge dosis cytarabine, indien het vóór cytarabine wordt toegediend. Als asparaginase ná cytarabine wordt gegeven, versterkt het echter de werkzaamheid van cytarabine. Dit effect is het duidelijkst met een interval van ca. 120 uur tussen de behandelingen.

Toediening van asparaginase vlak vóór of gelijktijdig met vincristine kan gepaard gaan met een verhoging van de toxiciteit van asparaginase. Daarom vincristine 3–24 uur vóór asparaginase toedienen.

Houd bij de combinatie met andere geneesmiddelen rekening met het feit dat asparaginase de toxiciteit van andere geneesmiddelen kan versterken door zijn effect op de leverfunctie en door de eventuele hypoalbuminemie.

Interacties

Gelijktijdig gebruik met antiretrovirale middelen voor hiv is gecontra-indiceerd, vanwege de kans op behandelingsfalen en ernstige toxiciteiten, zoals leverfalen en pancreatitis, die fataal kunnen zijn.

Vermijd het gebruik van levende vaccins tijdens en tot ten minste zes maanden na de behandeling, omdat de normale afweerreactie verminderd kan zijn.

In combinatie met (een voorgeschiedenis van) andere myelosuppressieve geneesmiddelen of radiotherapie kan verergering van beenmergsuppressie, maag-darmstoornissen en mucositis optreden.

Combinatie van hydroxycarbamide met radiotherapie kan het door radiotherapie veroorzaakte erytheem verergeren.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren in klinisch relevante doseringen schadelijk gebleken (skeletmalformaties, spina bifida, exencefalie, abdominale expulsie, afwijkingen in longen en nieren).

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

Overig: Een vruchtbare vrouw of man dient anticonceptieve maatregelen te nemen tijdens en gedurende 3 maanden na de therapie. Bij gebruik van orale anticonceptiva tevens een barrièremiddel toevoegen, omdat niet bekend is of asparaginase de werkzaamheid van orale anticonceptiva kan verminderen.

Zwangerschap

Hydroxycarbamide passeert de placenta.

Teratogenese: Bij de mens zeer weinig gegevens (< 50 zwangerschappen), deze wijzen echter niet op negatieve effecten op de zwangerschap of gezondheid van de foetus of pasgeborene. Bij dieren is reproductietoxiciteit gebleken (verminderde levensvatbaarheid van de foetus, minder levendgeboren jongen per nest en vertraagde ontwikkeling).

Farmacologisch effect: Bij dieren zijn gedeeltelijk verbeende schedelbeenderen, ontbreken van oogkassen, hydrocefalie, bilaterale sternebrae en ontbrekende lumbale wervels aangetoond.

Advies: Gebruik ontraden.

Vruchtbaarheid: Hydroxycarbamide verminderde bij dieren de vruchtbaarheid van de mannetjes na hoge doses. Bij de mens zijn zeer vaak gevallen van azoö– en oligospermie gemeld; dit kan echter ook verband houden met de aandoening.

Overige: Een vruchtbare vrouw of man dient adequate anticonceptieve maatregelen te nemen gedurende de therapie. Bij zwangerschapswens waar mogelijk 3 tot 6 maanden vóór de conceptie stoppen met therapie door de vrouw of de partner. Zorgvuldige follow-up wordt aanbevolen bij optreden van een zwangerschap als de zwangere en/of de partner hydroxycarbamide heeft gebruikt.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend. Een nadelig effect bij de zuigeling kan niet worden uitgesloten.

Advies: Het geven van borstvoeding ontraden.

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja.

Advies: Het gebruik óf het geven van borstvoeding is gecontra-indiceerd.

Contra-indicaties

  • ernstig verminderde leverfunctie (bilirubine > 3 × ULN, transaminasen > 10 × ULN);
  • pancreatitis (inclusief pancreatitis ten gevolge van asparaginase in de voorgeschiedenis);
  • Spectrila tevens:

    • reeds bestaande coagulopathie;
    • een vroegere episode van ernstige hemorragie of ernstige trombose door behandeling met asparaginase.

Contra-indicaties

Bij sikkelcelziekte

  • ernstige leverfunctiestoornis (Child-Pughscore 10–15);
  • ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring < 30 ml/min);
  • ernstige myelosuppressie: neutrofielen < 2,0 × 109/l, trombocyten < 80 × 109/l, hemoglobine < 2,8 mmol/l;
  • reticulocyten < 80 × 109/l bij een hemoglobine < 5,6 mmol/l.

Bij CML, essentiële trombocytemie en polycythaemia vera

  • ernstige beenmergdepressie: leukocyten <2,5 × 109, trombocyten < 100 x 109 of ernstige anemie.

Zie voor meer contra-indicaties de rubrieken Lactatie, Interacties.

Waarschuwingen en voorzorgen

Overgevoeligheidsreacties of infusie- of injectiegerelateerde reacties, komen vaak voor en kunnen ernstig zijn, met tekenen van anafylaxie of koorts. De lokale of niet-lokale reacties treden vooral op na herhaaldelijke toediening van asparaginase en doorgaans binnen 24 uur na toediening, maar na i.m.-toediening van Erwinase zijn ook vertraagde reacties, na 2 dagen of later gemeld. Bij ernstige overgevoeligheidsreacties de toediening onmiddellijk staken en een aangewezen behandeling geven, zoals corticosteroïden en antihistaminica.

Stollingsstoornissen: door het remmende effect van asparaginase op de eiwitsynthese (bv. verminderde synthese van factor II, V, VII, VIII en IX, antitrombine III (ATIII) en proteïne C en S) kunnen stollingsstoornissen optreden zoals trombose, gedissimineerde intravasculaire stolling of een bloeding. De kans op trombose lijkt groter te zijn dan de kans op een bloeding. Daarom voorafgaand aan en regelmatig tijdens de behandeling de stollingsparameters (PT, aPTT, ATIII en fibrinogeen) controleren; win deskundig advies in bij een daling in ATIII. De kans op trombose tijdens inductietherapie met asparaginase en prednison bij kinderen is groter bij een genetische protrombotische risicofactor (hyperhomocysteïnemie, verhoogd lipoproteïne A, factor VG1691A-mutaties, protrombine G20210A-variatie, methyleentetrahydrofolaatreductase [MTHFR] T677T-genotype). Onderbreek of staak de behandeling bij optreden van een ernstige stollingsstoornis.

Hepatotoxiciteit: voorafgaand aan en regelmatig tijdens de behandeling de leverparameters controleren. Onderbreek de behandeling bij de ontwikkeling van een ernstige leverfunctiestoornis (bilirubine > 3 × ULN; transaminasen > 10 × ULN).

Pancreatitis: tijdens de therapie kan pancreatitis ontstaan en in een enkel geval ook hemorragische of necrotiserende pancreatitis. Controleer regelmatig de serumamylase- en lipasespiegel, de glucosespiegel en of er glucose in de urine aanwezig is. Laat de patiënt zich onmiddellijk melden bij eerste tekenen van pancreatitis zoals vooral aanhoudende buikpijn die ernstig kan zijn en naar de rug kan uitstralen, en mogelijk ook misselijkheid, braken, diarree en koorts. Een ernstige hypertriglyceridemie is een risicofactor voor de ontwikkeling van acute pancreatitis. Staak de behandeling definitief indien ernstige pancreatitis optreedt.

Neurotoxiciteit: bij bijwerkingen op het centrale zenuwstelsel (zoals convulsies, duizeligheid, hoofdpijn, lethargie en coma, afwijkingen in EEG), hyperammoniëmie en veneuze sinustrombose uitsluiten. Symptomen als hypertensie, hoofdpijn, lethargie, verwardheid, convulsies, acute visusstoornis (voornamelijk corticale blindheid of een homonieme hemianopsie), misselijkheid en braken kunnen passen bij de bijwerking posterieur reversibel (leuko-)encefalopathiesyndroom (PRES). Het is onduidelijk of asparaginase bijdraagt aan de ontwikkeling van dit syndroom. Bij vermoeden van PRES de behandeling onderbreken en een MRI laten uitvoeren. Bij bevestiging van de diagnose overwegen de behandeling definitief te staken.

Hyperammoniëmie kan optreden tijdens de behandeling, de kans is groter bij bestaande leverfunctiestoornis. In zeldzame gevallen kan een ernstige vorm ontstaan met neurologische stoornissen zoals convulsies en coma.

Hyperglykemie kan optreden door o.a. een afgenomen insulineproductie en -afgifte door asparaginase. In zeldzame gevallen kan het leiden tot diabetische ketoacidose. Glucocorticosteroïden versterken overigens dit effect. Controleer regelmatig de glucosespiegel en de aanwezigheid van glucose in de urine.

Hyperlipidemie: diverse veranderingen in de lipiden kunnen optreden, vaak zonder klinische symptomen. Ernstige hypertriglyceridemie kan echter voorkomen en de kans op acute pancreatitis vergroten. Controleer tijdens de behandeling regelmatig de triglyceriden en het cholesterol; hyperlipidemie behandelen.

Overschakelen op andere asparaginasebevattende geneesmiddelen: kan zinvol zijn bv. bij lage asparaginaseniveaus (waarbij vaak sprake is van antilichaamvorming en wat in verband wordt gebracht met afgenomen asparaginase-activiteit) of bij overgevoeligheid voor colaspase of crisantaspase.

Onderzoeksgegevens: de werkzaamheid en veiligheid zijn niet vastgesteld bij Philadelphia-chromosoompositieve patiënten (Spectrila). Er zijn weinig gegevens over het gebruik van Spectrila bij volwassenen (incl. ouderen > 65 jaar), bij kinderen < 1 jaar en bij de toepassing tijdens de behandelfasen ná de inductie.

Waarschuwingen en voorzorgen

Bloedbeeld: beenmergdepressie manifesteert zich meestal als eerste met leukopenie, hierna kunnen trombocytopenie en anemie optreden. Controleer regelmatig het volledige bloedbeeld: o.a. bepaling van het hemoglobinegehalte, totale leukocytendifferentiatietellingen en het aantal trombocyten, ook nadat individueel de optimale dosis is vastgesteld. Indien ernstige daling van het aantal leukocyten of trombocyten optreedt de behandeling onderbreken. Na herstel van het bloedbeeld de behandeling hervatten in een lagere dosis, zie ook de rubriek Dosering. Corrigeer ernstige anemie d.m.v. een volledige bloedtransfusie voorafgaand aan de start van de behandeling. Als tijdens de behandeling anemie optreedt, dit corrigeren zonder de behandeling te onderbreken. Evalueer de laboratoriumtesten van patiënten met ernstige anemie op hemolyse. Indien de diagnose hemolytische anemie wordt vastgesteld, dient men de behandeling te staken. Gebruik veroorzaakt tevens macrocytose; dit kan het incidentele tekort aan foliumzuur en vitamine B12 maskeren. Om die reden wordt profylactische toediening van foliumzuur aanbevolen.

Nier- en leverfunctie: controleer gedurende de behandeling regelmatig de nier- en leverfunctie, met name in het begin van de behandeling. Extra controle is aangewezen bij een bestaande licht of matig verminderde nier- of leverfunctie, omdat de ervaring bij deze patiënten beperkt is. Voor de indicatie sikkelcelziekte is de toepassing bij een ernstig verminderde nier- of leverfunctie gecontra-indiceerd.

Cutane vasculitis: wees voorzichtig bij beenzweren vanwege mogelijk optreden van toxische vasculitis waaronder vasculitische ulceraties en gangreen vooral bij interferongebruik (in de anamnese). Bij optreden van ulceratieve cutane vasculitis de toediening staken en/of de dosering verminderen.

Beenulcera: bij patiënten met beenulcera is voorzichtigheid geboden. Beenulcer is een veelvoorkomende complicatie van sikkelcelziekte, maar is ook gemeld bij met hydroxycarbamide behandelde patiënten.

Huidkanker is gemeld bij langdurige behandeling. Adviseer de patiënt om de huid te beschermen tegen zonlicht en zelf de huid te inspecteren tijdens en na de behandeling.

Secundaire leukemie: Bij langdurige behandeling vanwege myeloproliferatieve aandoeningen zoals polycythaemia vera en trombocytemie, kan secundaire leukemie optreden. Het is momenteel niet bekend in welke mate dit samenhangt met de onderliggende aandoening of de behandeling met hydroxycarbamide.

Interstitiële longaandoeningen: vanwege de kans hierop bij de behandeling van CML, de patiënt nauwlettend controleren op symptomen als koorts, hoest en dyspneu. Indien een interstitiële longaandoening zich voordoet de behandeling staken en passende zorg bieden.

Stijging urinezuur: controleer regelmatig de urinezuurconcentratie en adviseer de patiënt veel te drinken. Houd er rekening mee dat er sprake is van een analytische interferentie van hydroxycarbamide met de enzymen urease, uricase en lactaatdehydrogenase die worden gebruikt bij de bepaling van ureum, urinezuur en melkzuur, waardoor de resultaten bij patiënten die met hydroxycarbamide worden behandeld vals verhoogd zijn.

Kinderen: voor de indicatie CML, essentiële trombocytemie en polycythaemia vera is er geen toepassing bij kinderen. Voor de indicatie sikkelcelziekte wordt langdurig volgen van de groei van behandelde kinderen aanbevolen; Behandeling van kinderen jonger dan 2 jaar wordt niet aanbevolen, vanwege het ontbreken van gegevens.

Overdosering

Symptomen

Afgezien van acute allergische reacties, kan een overdosering asparaginase chronische intoxicatie, gekenmerkt door verminderde lever- en nierfunctie veroorzaken.

Therapie

Er is geen specifiek antidotum.

Neem voor informatie over een vergiftiging met asparaginase contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Overdosering

Symptomen

Acute mucocutane toxiciteit ernstige beenmergsuppressie. Verder: neutropenie, pijn, violet erytheem, oedeem op handpalmen en voetzolen gevolgd door schilfering, ernstige gegeneraliseerde hyperpigmentatie van de huid en stomatitis.

Neem voor meer informatie over een vergiftiging met hydroxycarbamide contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.

Eigenschappen

Enzym met oncolytische werking, waarvan het werkzame bestanddeel is afgescheiden door Erwinia chrysanthemi (crisantaspase) of Escherichia coli (colaspase). L-asparaginase katalyseert de splitsing van L-asparagine, een voor bepaalde tumorcellen essentieel aminozuur, in L-asparaginezuur en ammoniak. Ook katalyseert het de afbraak van glutamine, dat een rol speelt bij de aanmaak van L-asparagine. Door aanhoudende depletie van exogeen asparagine wordt de eiwitsynthese verstoord en de groei van deze tumorcellen geremd. Eén eenheid L-asparaginase bevat de enzymactiviteit die onder gestandaardiseerde omstandigheden per minuut 1 micromol ammoniak uit L-asparagine afsplitst. Een minimale serumactiviteit van asparaginase ≥ 0,1 IE/ml is gecorreleerd aan complete asparaginedepletie in serum en cerebrospinaalvocht.

Kinetische gegevens

V d ca. 0,04 l/kg.
Overig de distributie beperkt zich voornamelijk tot de intravasculaire ruimte. Er is een geringe passage van de bloed-hersenbarrière.
Metabolisering niet bekend, maar vermoedelijk via degradatie binnen het reticulo-histiocytaire systeem en door serumproteasen.
T 1/2el ca. 6 uur (i.v. Erwinase), 16 uur (i.m. Erwinase).
T 1/2el ca. 26 uur (Spectrila; spreiding 14–44 uur), bij kinderen ca. 17 uur (spreiding 13–23 uur).

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Het exacte werkingsmechanisme van hydroxycarbamide is niet bekend. De belangrijkste werking van hydroxycarbamide lijkt een blokkering van het ribonucleotidereductasesysteem te zijn, waardoor de DNA-synthese wordt geremd. Cellulaire resistentie is doorgaans het gevolg van een toegenomen concentratie ribonucleotidereductase veroorzaakt door gen-amplificatie. Bij sikkelcelziekte voorkomt hydroxycarbamide mogelijk vaso-occlusieve crises door het aantal sikkelcellen te reduceren. Het verhoogt het percentage foetaal hemoglobine (HbF). HbF gaat de polymerisatie van sikkelcelhemoglobine (HbS) tegen en daarmee de sikkelvorming van rode bloedcellen. Daarnaast onderdrukt hydroxycarbamide het beenmerg. Met name de afname van het aantal perifere neutrofielen lijkt het aantal crises te verminderen.

Kinetische gegevens

Resorptie snel.
T max 1,2 uur (volwassene), 0,75 uur (kind).
V d ca. 0.48-0.9 l/kg bij volwassenen en ca. 0,7 l/kg bij kinderen.
Overig hydroxycarbamide verspreidt zich snel door het hele lichaam, dringt door tot in de liquor, is ook aanwezig in peritoneaal vocht (ascites) en concentreert zich in leukocyten en erytrocyten.
Eliminatie 50–60% onveranderd met de urine.
T 1/2el 1,7-7 uur, afhankelijk van de indicatie en patiëntkenmerken.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

asparaginase hoort bij de groep oncolytica, overige.

  • aflibercept (bij maligne aandoening) (L01XX44) Vergelijk
  • alpelisib (L01EM03) Vergelijk
  • amsacrine (L01XX01) Vergelijk
  • anagrelide (L01XX35) Vergelijk
  • arseentrioxide (L01XX27) Vergelijk
  • axicabtagen ciloleucel (L01XX70) Vergelijk
  • bortezomib (L01XG01) Vergelijk
  • carfilzomib (L01XG02) Vergelijk
  • eribuline (L01XX41) Vergelijk
  • estramustine (L01XX11) Vergelijk
  • hydroxycarbamide (bij maligne aandoening) (L01XX05) Vergelijk
  • hydroxycarbamide (sikkelcelziekte) (L01XX05) Vergelijk
  • ixazomib (L01XG03) Vergelijk
  • methotrexaat (bij tumoren) (L01BA01) Vergelijk
  • mitotaan (L01XX23) Vergelijk
  • niraparib (L01XK02) Vergelijk
  • olaparib (L01XK01) Vergelijk
  • panobinostat (L01XH03) Vergelijk
  • pegaspargase (L01XX24) Vergelijk
  • pemetrexed (L01BA04) Vergelijk
  • rucaparib (L01XK03) Vergelijk
  • sonidegib (L01XJ02) Vergelijk
  • talazoparib (L01XK04) Vergelijk
  • temoporfine (L01XD05) Vergelijk
  • tisagenlecleucel (L01XX71) Vergelijk
  • trabectedine (L01CX01) Vergelijk
  • venetoclax (L01XX52) Vergelijk
  • vismodegib (L01XJ01) Vergelijk

Groepsinformatie

hydroxycarbamide (sikkelcelziekte) hoort bij de groep oncolytica, overige.

  • aflibercept (bij maligne aandoening) (L01XX44) Vergelijk
  • alpelisib (L01EM03) Vergelijk
  • amsacrine (L01XX01) Vergelijk
  • anagrelide (L01XX35) Vergelijk
  • arseentrioxide (L01XX27) Vergelijk
  • asparaginase (L01XX02) Vergelijk
  • axicabtagen ciloleucel (L01XX70) Vergelijk
  • bortezomib (L01XG01) Vergelijk
  • carfilzomib (L01XG02) Vergelijk
  • eribuline (L01XX41) Vergelijk
  • estramustine (L01XX11) Vergelijk
  • hydroxycarbamide (bij maligne aandoening) (L01XX05) Vergelijk
  • ixazomib (L01XG03) Vergelijk
  • methotrexaat (bij tumoren) (L01BA01) Vergelijk
  • mitotaan (L01XX23) Vergelijk
  • niraparib (L01XK02) Vergelijk
  • olaparib (L01XK01) Vergelijk
  • panobinostat (L01XH03) Vergelijk
  • pegaspargase (L01XX24) Vergelijk
  • pemetrexed (L01BA04) Vergelijk
  • rucaparib (L01XK03) Vergelijk
  • sonidegib (L01XJ02) Vergelijk
  • talazoparib (L01XK04) Vergelijk
  • temoporfine (L01XD05) Vergelijk
  • tisagenlecleucel (L01XX71) Vergelijk
  • trabectedine (L01CX01) Vergelijk
  • venetoclax (L01XX52) Vergelijk
  • vismodegib (L01XJ01) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • oncolytica, overige

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • oncolytica, overige

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
  • Kinderformularium (NKFK)
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".