Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

fenoterol/​ipratropium

parasympathicolyticum met bèta2-sympathicomimeticum R03AL01

Sluiten

salbutamol/​ipratropium

parasympathicolyticum met bèta2-sympathicomimeticum R03AL02

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Berodual Boehringer Ingelheim bv

Toedieningsvorm
Aerosol CFK vrij
Verpakkingsvorm
200 doses

Bevat per dosis: ipratropium(bromide) 20 microg, fenoterol(hydrobromide) 50 microg.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Combivent Boehringer Ingelheim bv

Toedieningsvorm
Vernevelvloeistof voor eenmalig gebruik 'Unit Dose'
Sterkte
Verpakkingsvorm
flacon à 2,5 ml

Bevat per flacon: ipratropium(bromide) 0,5 mg, salbutamol (als sulfaat) 2,5 mg.

Ipramol Teva Nederland bv

Toedieningsvorm
Vernevelvloeistof voor eenmalig gebruik 'Steri-Neb'
Verpakkingsvorm
ampul 2,5 ml

Bevat per ampul: ipratropium(bromide) 0,5 mg, salbutamol (als sulfaat) 2,5 mg.

Ipratropium/Salbutamol Diverse fabrikanten

Toedieningsvorm
Vernevelvloeistof voor eenmalig gebruik 'Unit Dose'
Sterkte
Verpakkingsvorm
ampul 2,5 ml

Bevat per ampul: ipratropium(bromide) 0,5 mg, salbutamol (als sulfaat) 2,5 mg.

Ipratropium/Salbutamol Vernevelvloeistof FNA Formularium der Nederlandse Apothekers

Toedieningsvorm
Vernevelvloeistof '0,1/1'
Sterkte

Bevat per ml: ipratropium(bromide) 0,1 mg, salbutamol (als sulfaat) 1 mg.

Toedieningsvorm
Vernevelvloeistof '0,25/2,5'
Sterkte

Bevat per ml: ipratropium(bromide) 0,25 mg, salbutamol (als sulfaat) 2,5 mg. Conserveermiddel: benzalkoniumchloride.

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

De belangrijkste niet-medicamenteuze adviezen bij astma zijn stoppen met roken en zorgen voor een rookvrije omgeving. Verder is het vermijden van expositie aan allergenen en andere prikkels van groot belang, met name bij allergisch astma. Bij volwassenen is de basis van de medicamenteuze behandeling een inhalatiecorticosteroïde (ICS), al dan niet in combinatie met een langwerkend β2-sympathicomimeticum (LABA). Het indicatiegebied voor gebruik van een kortwerkend β2-sympathicomimeticum (SABA) is beperkt; alleen bij zeer weinig frequente astmaklachten (≤ 2×/week overdag) of bij inspanningsklachten is 'zo nodig'-gebruik (max. 2x/week) van een SABA geïndiceerd. Bij kinderen bestaat de behandeling bij weinig frequente klachten (≤ 2×/week overdag) of bij inspanningsklachten uit ‘zo nodig’-gebruik een SABA; bij frequentere klachten deze behandeling combineren met een onderhoudsbehandeling ICS.

Geef bij een ernstige longaanval van astma bij volwassenen en kinderen (die ABCDE-stabiel zijn) salbutamol en eventueel bij volwassenen ook ipratropium. Geef tevens een orale predniso(lo)nkuur. Start bij een minder ernstige longaanval van astma bij volwassenen een kortwerkende β2-sympathicomimeticum (SABA) of verhoog de dosis. Overweeg daarnaast te starten met inhalatiecorticoteroïde (ICS) of formoterol-ICS of verhoog de dosis. Overweeg een orale predniso(lo)nkuur op basis van eerdere ervaring.

Bij COPD is verreweg de belangrijkste interventie stoppen met roken, naast andere leefstijladviezen zoals meer bewegen. De medicamenteuze behandeling is symptomatisch en een aanvulling op niet-medicamenteuze adviezen; bij weinig klachten of beperkingen kan medicatie achterwege blijven. Behandel infrequente dyspneuklachten bij iemand die geen longaanval heeft gehad, met ‘zo nodig’-gebruik van een kortwerkende luchtwegverwijder, dit is een kortwerkende β2-receptoragonist (SABA) of muscarine-antagonist (SAMA). Behandel regelmatige dyspneuklachten met een onderhoudsbehandeling van één of meer langwerkende luchtwegverwijders, zoals een langwerkende β2-receptoragonist (LABA) en/of muscarine-antagonist (LAMA). Overweeg een inhalatiecorticosteroïde (ICS) alléén bij frequente longaanvallen (≥ 2 per jaar), ondanks behandeling met één of meer langwerkende luchtwegverwijders.

Bij een blijvende indicatie voor een combinatietherapie kan een combinatiepreparaat worden overwogen: vanwege gebruiksgemak en ter bevordering van de therapietrouw.

Voor een optimaal effect van geneesmiddelen bij astma en/of COPD is een juiste inhalatietechniek onontbeerlijk. Houd rekening met: patiëntgebonden factoren zoals coördinatie en inspiratiekracht, en milieuaspecten (aerosolen bevatten in verschillende mate een sterk milieubelastend broeikasgas).

Advies

Geef bij een ernstige longaanval van astma bij volwassenen en kinderen (die ABCDE-stabiel zijn) salbutamol en eventueel bij volwassenen ook ipratropium. Geef tevens een orale predniso(lo)nkuur. Start bij een minder ernstige longaanval van astma bij volwassenen een kortwerkende β2-sympathicomimeticum (SABA) of verhoog de dosis. Overweeg daarnaast te starten met inhalatiecorticoteroïde (ICS) of formoterol-ICS of verhoog de dosis. Overweeg een orale predniso(lo)nkuur op basis van eerdere ervaring.

Bij COPD is verreweg de belangrijkste interventie stoppen met roken, naast andere leefstijladviezen zoals meer bewegen. De medicamenteuze behandeling is symptomatisch en een aanvulling op niet-medicamenteuze adviezen; bij weinig klachten of beperkingen kan medicatie achterwege blijven. Behandel infrequente dyspneuklachten bij iemand die geen longaanval heeft gehad, met ‘zo nodig’-gebruik van een kortwerkende luchtwegverwijder, dit is een kortwerkende β2-receptoragonist (SABA) of muscarine-antagonist (SAMA). Behandel regelmatige dyspneuklachten met een onderhoudsbehandeling van één of meer langwerkende luchtwegverwijders, zoals een langwerkende β2-receptoragonist (LABA) en/of muscarine-antagonist (LAMA). Overweeg een inhalatiecorticosteroïde (ICS) alléén bij frequente longaanvallen (≥ 2 per jaar), ondanks behandeling met één of meer langwerkende luchtwegverwijders.

Bij een blijvende indicatie voor een combinatietherapie kan een combinatiepreparaat worden overwogen: vanwege gebruiksgemak en ter bevordering van de therapietrouw.

Voor een optimaal effect van geneesmiddelen bij astma en/of COPD is een juiste inhalatietechniek onontbeerlijk. Houd rekening met: patiëntgebonden factoren zoals coördinatie en inspiratiekracht, en milieuaspecten (aerosolen bevatten in verschillende mate een sterk milieubelastend broeikasgas).

Indicaties

  • Preventie en behandeling van bronchospasmen bij astma en chronisch obstructieve longziekte (COPD).

Gerelateerde informatie

  • COPD, onderhoudsbehandeling
  • astma, aanvalsbehandeling
  • astma, onderhoudsbehandeling

Indicaties

  • Behandeling van bronchospasmen bij chronisch obstructieve longziekte (COPD) bij volwassenen en kinderen ≥ 12 jaar, indien is aangetoond dat een combinatie van salbutamol en ipratropium nodig is in de dosisverhouding van dit combinatiepreparaat.
  • Offlabel: ernstige exacerbatie astma, indien tevens sprake is van alarmsymptomen.

Gerelateerde informatie

  • COPD, onderhoudsbehandeling
  • astma, aanvalsbehandeling

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Acute astma-aanval

Volwassenen en kinderen > 6 jaar

2 inhalaties, zo nodig na 5 min herhalen; max. 8 inhalaties per dag.

Astma en COPD

Volwassenen en kinderen > 6 jaar

1–2 inhalaties per keer, max. 8 inhalaties per dag; gemiddeld 1–2 inhalaties 3×/dag. Bij astma alleen gebruiken indien nodig, bij COPD kan symptoomgeoriënteerd gebruik de voorkeur hebben boven regelmatig gebruik.

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Behandeling van bronchospasmen bij COPD

Volwassenen (incl. ouderen) en kinderen ≥ 12 jaar

Vernevelvloeistof voor eenmalig gebruik: 1 ampul/flacon vernevelvloeistof '0,5/2,5' (ipratropium/salbutamol) 3–4×/dag; in zeer ernstige gevallen 2 ampullen/flacons in één keer toedienen. Volgens de NHG-Standaard COPD (2015): Bij ernstige exacerbatie van COPD 2,5–5 mg salbutamol met 0,5 mg ipratropium; gezien deze doseringen komt verneveling met 1 ampul/flacon '0,5/2,5' óf met 5 ml '0,1/1' óf met 2 ml '0,25/2,5' in aanmerking.

Offlabel: Ernstige exacerbatie astma met alarmsymptomen

Algemeen

Alarmsymptomen zijn uitputting, cyanose, bewustzijnsdaling, of een daling van de zuurstofsaturatie ≤ 92% (bij een zwangere < 94%); deze afkapwaarde geldt niet bij pre-existente lagere saturatiewaarden zoals die bij (oudere) patiënten met astma kunnen voorkomen. Indien zuurstof beschikbaar: geef zuurstof (streef naar zuurstofsaturatie ≥ 94%; start indien nodig met 10–15 liter/min (kinderen: 10 liter/min) en bouw af op geleide van de saturatie); combineer dit, indien vernevelapparatuur beschikbaar is, met salbutamol/ipratropium in de hieronder ondergenoemde doseringen. Streef bij patiënten met astma én COPD naar een saturatie van 90–92%.

Volwassenen (incl. ouderen)

Volgens de NHG-Standaard Astma bij volwassenen (2015): Bij ernstige exacerbatie van astma 2,5–5 mg salbutamol met 0,5 mg ipratropium; gezien deze doseringen komt verneveling met 1 ampul/flacon '0,5/2,5' óf met 5 ml '0,1/1' óf met 2 ml '0,25/2,5' in aanmerking.

Kinderen ≥ 4 jaar

Volgens de NHG-Standaard Astma bij kinderen (2014): 2,5–5 mg salbutamol met 0,5 mg ipratropium; gezien deze doseringen komt verneveling met 1 ampul/flacon '0,5/2,5' óf met 5 ml '0,1/1' óf met 2 ml '0,25/2,5' in aanmerking.

Kinderen < 4 jaar

Volgens de NHG-Standaard Astma bij kinderen (2014): 2,5 mg salbutamol met 0,25 mg ipratropium; gezien deze doseringen komt verneveling met 2,5 ml '0,1/1' óf met 1 ml '0,25/2,5' in aanmerking.

Toediening: toedienen met behulp van 'jetvernevelaars' aangedreven door perslucht of gecomprimeerde zuurstof.

Bijwerkingen

Vaak (1-10%): hoest.

Soms (0,1-1%): tremor, duizeligheid, tachycardie, palpitaties, verhoging systolische bloeddruk, hoofdpijn, faryngitis, heesheid, droge mond, misselijkheid, braken, diarree, nervositeit, huidreacties.

Zelden (0,01-0,1%): obstipatie, diarree, gestoorde gastro-intestinale motiliteit, stomatitis, glossitis, irritatie van de keel, overgevoeligheidsreacties zoals angio–oedeem van keel, mond, tong, lippen, ogen en aangezicht, broncho- en laryngospasmen, oculaire effecten (mydriase, verhoogde intraoculaire druk, wazig zien, oogpijn, halovisie, nauwe-kamerhoekglaucoom, conjuctivale hyperemie), urticaria, jeuk, huiduitslag en anafylactische reacties, ritmestoornissen, atriumfibrilleren, supraventriculaire tachycardie, myocardischemie, verhoging van de diastolische bloeddruk, spierpijn, spierkramp, angio-oedeem, hyperhidrose, hypokaliëmie, urineretentie, agitatie, psychische stoornissen.

Verder is gemeld: hyperactiviteit.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Vaak (1-10%): droge mond, misselijkheid.

Soms (0,1-1%): verhoogde systolische bloeddruk, palpitaties, tachycardie, aritmie. Irritatie van keel, smaakverandering, hoesten, dysfonie. (Draai)duizeligheid, hoofdpijn, tremor. Nervositeit. Huidreacties.

Zelden (0,01-0,1%): atriumfibrilleren, supraventriculaire tachycardie, myocardischemie, verlaagde diastolische bloeddruk. Overgevoeligheidsreacties, anafylactische reactie, angio-oedeem, (oro)faryngeaal oedeem, urticaria, huiduitslag, jeuk. (Overmatig) zweten. Gastro-intestinale motiliteitsstoornis (zoals mondoedeem, stomatitis, tandcariës, smaakveranderingen, braken, darmpassagestoornissen, diarree, obstipatie). (Paradoxale) bronchospasmen, laryngospasmen. Spierspasmen, spierpijn, spierzwakte. Asthenie. Psychische stoornis, angst, depressie, rusteloosheid, hyperactiviteit (vooral bij kinderen), geheugenstoornis. Oculaire effecten, zoals wazig zien, lichtverstrooiing, oogpijn, mydriase, cornea-oedeem, conjunctivale hyperemie, verhoogde intraoculaire druk, (nauwe-kamerhoek)glaucoom, accommodatiestoornis. Urineretentie (vaker bij bestaande urinewegobstructie). Hypokaliëmie.

Verder is gemeld: lactaatacidose.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

β-Blokkers, in het bijzonder niet-selectieve, antagoneren de werking van fenoterol.

Een additief effect kan optreden bij combinatie met andere sympathicomimetica en theofylline.

Het risico van ventriculaire aritmieën is groter bij combinatie van β-sympathicomimetica met andere middelen die het QTc-interval verlengen.

Gelijktijdig gebruik van tricyclische antidepressiva kan de cardiovasculaire effecten versterken.

Hypokaliëmie kan eerder optreden bij gelijktijdig gebruik van diuretica, corticosteroïden of theofylline.

Bij gelijktijdig gebruik van systemische corticosteroïden is er meer kans op hyperglykemie.

Interacties

β-Blokkers, in het bijzonder niet-selectieve, antagoneren de werking van salbutamol; gebruik van niet-selectieve β-blokkers (zoals propranolol) zo mogelijk vermijden.

Gelijktijdige toediening van andere anticholinergica is niet onderzocht en wordt daarom niet aanbevolen.

Een additief effect kan optreden door combinatie met andere sympathicomimetica (bv. efedrine) en theofylline.

Hypokaliëmie kan eerder optreden bij gelijktijdig gebruik van diuretica, corticosteroïden of theofylline; controleer de kaliumspiegel. Als gevolg van hypokaliëmie kan het effect van digoxine worden versterkt; aritmieën kunnen optreden.

Gelijktijdig gebruik van MAO-remmers of tricyclische antidepressiva geeft meer kans op cardiovasculaire bijwerkingen.

Bij anesthesie met gehalogeneerde koolwaterstoffen is er meer kans op aritmieën.

Bij gelijktijdig gebruik van corticosteroïden is er meer kans op hyperglykemie.

Zwangerschap

Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren, zowel voor ipratropiumbromide als voor fenoterolhydrobromide geen aanwijzingen voor schadelijkheid.

Farmacologisch effect: Toediening aan het einde van de zwangerschap of in hogere doseringen kan foetale tachycardie en stoornissen in de bloedglucosehuishouding bij de pasgeborene veroorzaken.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Teratogenese: Salbutamol: Geen aanwijzingen voor schadelijkheid (ruime ervaring). Ipratropium: Bij de mens, onvoldoende gegevens (gedocumenteerde ervaring zeer beperkt). Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Ja (fenoterol).

Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Salbutamol: waarschijnlijk, in kleine hoeveelheden. Ipratropium: onbekend.

Farmacologisch effect: Jarenlange ervaring met inhalatie van salbutamol tijdens het geven van borstvoeding laat geen nadelige effecten bij de zuigeling zien. Ervaring met het gebruik van ipratropium wijst erop dat het door de zuigeling goed wordt verdragen.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel tijdens het geven van borstvoeding is waarschijnlijk veilig.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Contra-indicaties

  • hyperthyroïdie;
  • hypertrofische obstructieve cardiomyopathie, subvalvulaire aortastenose;
  • tachycardie en andere ritmestoornissen, m.n. bij hypokaliëmie;
  • overgevoeligheid voor parasympathicolytica of sympathicomimetica.

Contra-indicaties

  • tachyaritmie;
  • hypertrofische obstructieve cardiomyopathie;
  • overgevoeligheid voor atropine of atropinederivaten.

Waarschuwingen en voorzorgen

Staak de behandeling bij het optreden van paradoxale bronchospasmen.

Hypokaliëmie: Fenoterol kan een potentieel ernstige, dosisafhankelijke afname van de plasmakaliumconcentratie veroorzaken.

Oculaire effecten: Parasympathicolytica kunnen door pupilverwijding de oogdruk verhogen en een aanval van acuut glaucoom veroorzaken. Contact met de ogen vermijden; pijn of onaangenaam gevoel in de ogen, wazig zien, visuele halo's gecombineerd met rode ogen en cornea-oedeem kunnen tekenen zijn van een acute nauwe-kamerhoekglaucoom.

Comorbiditeit: Wees voorzichtig bij myocardinsufficiëntie en andere ernstige cardiovasculaire aandoeningen, diabetes mellitus, feochromocytoom, obstructie van de blaashals en prostaathypertrofie. Gebruik bij aangeboren lange-QT-intervalsyndroom (LQTS) wordt ontraden. Bij dyspneu en pijn op de borst bedacht zijn op zowel respiratoire als cardiale problemen.

Cystische fibrose (CF): Mogelijk zijn patiënten met CF gevoeliger voor het effect van ipratropium op de gastro-intestinale motiliteit.

Waarschuwingen en voorzorgen

Toenemend gebruik van bronchusverwijdende middelen duidt op een vermindering van controle; het behandelschema dient te worden aangepast.

Vanwege de kans op potentieel ernstige hypokaliëmie, bij verneveling de plasmakaliumspiegel controleren. Hypoxie vergroot de kans op hypokaliëmie. Tevens controleren op het ontstaan van een stijging van de serumlactaatwaarden en daaruit voortvloeiende metabole acidose.

In verband met mogelijk optreden van tandcariës bij kinderen letten op goede mondhygiëne en regelmatig het gebit laten controleren.

Bij gebruik van sympathicomimetica kunnen cardiovasculaire effecten worden waargenomen; wees daarom voorzichtig bij ernstige hart- en vaataandoeningen, zoals ischemische hartziekte, tachyaritmie, ernstig hartfalen. Bij pijn op de borst of acute dyspneu is medisch onderzoek noodzakelijk.

Bij optreden van paradoxale bronchospasmen met een onmiddellijke toename van dyspneu na inhalatie, de therapie staken en een vervangende therapie starten.

Gebruik bij aangeboren lange-QT-intervalsyndroom (LQTS) wordt ontraden.

Wees vanwege kans op systemische effecten voorzichtig bij onvoldoende gecontroleerde diabetes mellitus, feochromocytoom, hyperthyroïdie, prostaathyperplasie en obstructie van de blaashals.

Oculaire effecten: Parasympathicolytica kunnen door pupilverwijding de oogdruk verhogen en een aanval van acuut glaucoom veroorzaken. Contact met de ogen vermijden, aangezien dit kan leiden tot nauwe-kamerhoekglaucoom, pijn of onaangenaam gevoel in de ogen, wazig zien, visuele halo's gecombineerd met rode ogen en cornea-oedeem.

Mogelijk zijn patiënten met cystische fibrose gevoeliger voor het effect van ipratropium op de gastro-intestinale motiliteit.

Onderzoeksgegevens: Wees voorzichtig bij een verminderde lever- of nierfunctie vanwege onvoldoende gegevens. Het gebruik van dit combinatiepreparaat is niet onderzocht bij kinderen < 12 jaar.

Overdosering

Symptomen

Opvliegers, tremor, palpitaties, nausea, onrust, hoofdpijn, tachycardie, verhoging of verlaging van de bloeddruk, verhoogde polsdruk, beklemd gevoel op de borst, opwinding, extrasystolen, aritmieën (vooral bij hypokaliëmie) en metabole acidose.

Therapie

Zie voor meer symptomen en behandeling vergiftigingen.info.

Overdosering

Symptomen

Cardiovasculaire symptomen van salbutamol: tachycardie, palpitaties, hypo- of hypertensie, beklemd gevoel op de borst, aritmieën (vooral bij hypokaliëmie). Centrale symptomen: sterke tremoren (met name van de handen, maar ook van het hele lichaam), misselijkheid, duizeligheid, rusteloosheid, slapeloosheid, en soms psychotische reacties. Verder kunnen optreden: hypokaliëmie, hyperglykemie, hyperlipidemie, hyperketonemie, lactaatacidose. Door ipratropium: droge mond, accommodatiestoornissen.

Therapie

Zie voor meer symptomen en behandeling de monografieën op vergiftigingen.info.

Eigenschappen

Ipratropium (een quaternaire ammoniumverbinding) is een parasympathicolyticum, dat bij inhalatie bronchospasmolytisch werkt. Tevens vermindert het de bronchiale hypersecretie. De werking van ipratropium treedt binnen 15 min in, is maximaal na 1–2 uur en houdt 3–6 uur aan. Fenoterol is een sympathicomimeticum met selectieve werking op m.n. de β2-receptoren; het heeft een spasmolytisch effect op de bronchusmusculatuur. De werking van fenoterol begint binnen enkele minuten en houdt 3–5 uur aan.

Kinetische gegevens

Fenoterol
F 7-11% (bij astmapatiënten na inhalatie); 1,5% (oraal).
T max 11 min.
V d 2.7 l/kg.
T 1/2el ca. 3 uur.
Ipratropium
F 7-28% (na inhalatie); 2% (oraal).
T max 20 min.
V d 2.4 l/kg.
T 1/2el ca. 1,6 uur.

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Combinatie van een parasympathicolyticum en een β2-sympathicomimeticum, die beide een bronchospasmolytische werking hebben echter via verschillende mechanismen.

Kinetische gegevens

  • salbutamol#eigenschappen
  • ipratropium#eigenschappen

Groepsinformatie

fenoterol/ipratropium hoort bij de groep parasympathicolyticum met bèta2-sympathicomimeticum.

  • aclidinium/formoterol (R03AL05) Vergelijk
  • beclometason/formoterol/glycopyrronium (R03AL09) Vergelijk
  • fluticason/umeclidinium/vilanterol (R03AL08) Vergelijk
  • formoterol/glycopyrronium/budesonide (R03AL11) Vergelijk
  • glycopyrronium/formoterol (R03AL07) Vergelijk
  • indacaterol/glycopyrronium (R03AL04) Vergelijk
  • indacaterol/glycopyrronium/mometason (R03AL12) Vergelijk
  • salbutamol/ipratropium (R03AL02) Vergelijk
  • tiotropium/olodaterol (R03AL06) Vergelijk
  • umeclidinium/vilanterol (R03AL03) Vergelijk

Groepsinformatie

salbutamol/ipratropium hoort bij de groep parasympathicolyticum met bèta2-sympathicomimeticum.

  • aclidinium/formoterol (R03AL05) Vergelijk
  • beclometason/formoterol/glycopyrronium (R03AL09) Vergelijk
  • fenoterol/ipratropium (R03AL01) Vergelijk
  • fluticason/umeclidinium/vilanterol (R03AL08) Vergelijk
  • formoterol/glycopyrronium/budesonide (R03AL11) Vergelijk
  • glycopyrronium/formoterol (R03AL07) Vergelijk
  • indacaterol/glycopyrronium (R03AL04) Vergelijk
  • indacaterol/glycopyrronium/mometason (R03AL12) Vergelijk
  • tiotropium/olodaterol (R03AL06) Vergelijk
  • umeclidinium/vilanterol (R03AL03) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • parasympathicolyticum met bèta2-sympathicomimeticum

Indicaties

  • COPD, onderhoudsbehandeling
  • astma, aanvalsbehandeling
  • astma, onderhoudsbehandeling

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
  • Kinderformularium (NKFK)

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • parasympathicolyticum met bèta2-sympathicomimeticum

Indicaties

  • COPD, onderhoudsbehandeling
  • astma, aanvalsbehandeling

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
  • Kinderformularium (NKFK)
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".