Farmacotherapeutisch Kompas

U bevindt zich hier:

Farmacotherapeutisch Kompas Geneesmiddelen
Wis invoer

Uitbreiden…

Open/sluiten

Welke geneesmiddelen wilt u aan de vergelijking toevoegen?

dydrogesteron

progestagenen, excl. anticonceptiva G03DB01

Sluiten

medroxyprogesteron (bij maligne aandoening)

progestagenen, excl. anticonceptiva L02AB02

Sluiten

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Duphaston Abbott bv

Toedieningsvorm
Tablet, omhuld
Sterkte
10 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Samenstelling

Zie voor hulpstoffen de productinformatie van CBG/EMA of raadpleeg een apotheker.

Depo-Provera '500' (acetaat) Pfizer bv

Toedieningsvorm
Injectievloeistof
Sterkte
150 mg/ml
Verpakkingsvorm
flacon 3,3 ml

Provera tablet 200/250 mg (acetaat) Pfizer bv

Toedieningsvorm
Tablet
Sterkte
200 mg, 250 mg

Uitleg symbolen

XGVS Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS).
OTC 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel.
Bijlage 2 Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering.
Aanvullende monitoring Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb.

Advies

Bij dysmenorroe kan plaatselijke warmte de pijn verlichten; als geneesmiddel kan paracetamol of een NSAID (ibuprofen, naproxen, diclofenac) worden gebruikt. NSAID’s lijken effectiever door remming van de prostaglandineproductie en daarmee de uteruscontractie. Hormonale anticonceptie (sub-50 combinatiepil, hormoonspiraal) kan de pijn ook verlichten.

Dydrogesteron kan worden overwogen, maar deze toepassing berust meer op klinische ervaring dan op wetenschappelijk onderzoek. De effectiviteit is niet vastgesteld.

Behandel endometriose-gerelateerde pijn farmacologisch met analgetica (paracetamol en/of NSAID’s) en/of gecombineerde hormonale anticonceptiva of progestagenen (oraal, IUD). In de tweedelijnszorg kunnen GnRH-agonisten gegeven worden. Overweeg operatieve behandeling afhankelijk van de mate van klachten en (kinder)wens van de vrouw. Zie hiervoor de ESHRE guideline on endometriosis op de webpagina uro-gynaecologie van de NVOG.

Kunstmatige voortplantingstechnieken (zoals IVF of ICSI) kunnen een uitkomst bieden voor ongewenst kinderloze personen en vinden plaats in de tweede- of derdelijnszorg. Hormoonbehandeling is hier een essentieel onderdeel van. Voor meer informatie wordt verwezen naar de richtlijnen en kwaliteitsnormen van de NVOG en de NICE-richtlijn; zie ook Ondersteuning bij kunstmatige voortplantingstechnieken.

Overweeg, bij hinderlijke vasomotorische klachten tijdens de overgang, hormoontherapie; evalueer na drie maanden. Maak in samenspraak met de vrouw de keuze tussen oraal of transdermaal estradiol. Geef vrouwen met een uterus, naast het oestrogeen, een (oraal) progestageen: cyclisch in de perimenopauze, continu in de postmenopauze. Geef vrouwen zonder uterus alleen oestrogeen. Overweeg bij klachten door urogenitale atrofie, behandeling met een vaginaal oestrogeen en/of een indifferent middel.

Dydrogesteron heeft als endometriumprotectie bij oestrogeensuppletie de voorkeur, vanwege het laagste risico op ernstige bijwerkingen. Het is ook beschikbaar als een oraal combinatiepreparaat met estradiol, wat de therapietrouw kan bevorderen. Bij intolerantie voor dydrogesteron: overweeg progesteron.

Bij abnormaal vaginaal bloedverlies wordt zo mogelijk de oorzaak behandeld. Bij hevig menstrueel bloedverlies door myomen of zonder (verdenking op) een specifieke oorzaak zijn er verschillende gelijkwaardige medicamenteuze opties, namelijk: een IUD met levonorgestrel, een combinatiepil (voorkeur 30 microg ethinylestradiol en 150 microg levonorgestrel), NSAID’s (naproxen of ibuprofen) en tranexaminezuur. De keuze wordt bepaald door specifieke kenmerken van de medicatie en de voorkeur van de patiënt. Bij acuut hevig vaginaal bloedverlies in de reproductieve levensperiode waarbij een direct effect gewenst is, gaat de voorkeur uit naar kortdurend gebruik van een oraal progestageen.

Advies

Zie voor de behandeling van de betreffende indicaties de geldende behandelrichtlijnen.

Indicaties

  • Regulering van de cyclus;
  • Dysmenorroe;
  • Endometriose;
  • Infertiliteit door corpus luteuminsufficiëntie;
  • Ondersteuning van de luteale fase als onderdeel van de behandeling bij kunstmatige voortplantingstechnieken;
  • Dreigende abortus en herhaalde abortus ten gevolge van progesterontekort.

Als cyclische toevoeging aan oestrogeentherapie bij vrouwen met intacte uterus:

  • bij climacterische klachten ter preventie van endometriumhyperplasie in de postmenopauze,
  • bij disfunctionele uterusbloedingen,
  • bij secundaire amenorroe.

Gerelateerde informatie

  • Vaginaal bloedverlies
  • climacterische klachten
  • dysmenorroe
  • endometriose
  • ondersteuning bij kunstmatige voortplantingstechnieken

Indicaties

Hormoongevoelige tumoren bij vrouwen in de menopauze, zoals:

  • inoperabel endometriumcarcinoom;
  • gemetastaseerd mammacarcinoom.

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Regulering van de cyclus

Volwassenen

10 mg 1×/dag van cyclusdag 11 tot 25 bij een cyclusduur van 28 dagen.

Dysmenorroe

Volwassenen

10 mg 1–2×/dag van cyclusdag 5 tot 25.

Endometriose

Volwassenen

10 mg 1–3×/dag van cyclusdag 5 tot 25 of gedurende de gehele cyclus.

Corpus luteuminsufficiëntie

Volwassenen

10 mg 1×/dag van cyclusdag 14 tot 25, gedurende ten minste 6 opeenvolgende cycli. Gedurende de eerste maanden van een eventuele zwangerschap de dosering zoals bij herhaalde abortus geven.

Ondersteuning van de luteale fase bij kunstmatige voortplantingstechnieken

Volwassenen

10 mg 3×/dag, te beginnen na het oogsten van de eicellen, gedurende 10 weken tijdens de zwangerschap. De behandeling staken in geval van een abortus of miskraam.

Dreigende abortus

Volwassenen

begindosering 40 mg in 1 dosis, gevolgd door 10 mg iedere 8 uur; zo nodig de dosis elke 8 uur met 10 mg verhogen.

De effectieve dosis gedurende een week aanhouden, daarna geleidelijk verminderen. Bij terugkeer symptomen, de behandeling hervatten met de effectief gebleken dosis.

Herhaalde abortus

Volwassenen

de medicatie bij voorkeur vóór de conceptie starten: 10 mg 1×/dag tot de 20 e week van de zwangerschap, daarna de dosering geleidelijk verminderen. Bij dreigende abortus de dosering zoals onder die indicatie is beschreven aanhouden.

Ter preventie van endometriumhyperplasie in de postmenopauze

Volwassenen

per cyclus van 28 dagen oestrogeentherapie: de eerste 14 dagen alleen oestrogeen en gedurende de daarop volgende 14 dagen gecombineerd met dydrogesteron 10 mg 1–2×/dag. Een onttrekkingsbloeding treedt meestal op tijdens het gecombineerde gebruik.

Disfunctionele uterusbloedingen

Volwassenen

de bloeding tot staan brengen met 10 mg 2×/dag gedurende 5–7 dagen. Het bloedverlies neemt binnen enkele dagen sterk af. Enkele dagen na staken treedt een hevige onttrekkingsbloeding op. Volgende hevige bloedingen voorkómen met profylactische toediening van 10 mg 1×/dag gedurende cyclusdag 11 tot 25, eventueel gecombineerd met een oestrogeen gedurende 2–3 cycli. Daarna de behandeling stoppen om na te gaan of de vrouw weer een normale cyclus heeft.

Secundaire amenorroe

Volwassenen

10 mg 1–2×/dag van cyclusdag 11 tot 25, na voorbehandeling met een oestrogeen.

Doseringen

Klap alles open Klap alles dicht

Endometriumcarcinoom

Volwassenen

Oraal: 200–500 mg per dag.

Intramusculair: 400–1000 mg per week; bij verbetering binnen enkele weken of maanden en stabilisatie van de ziekte, zo mogelijk een onderhoudsdosering van 400 mg per maand.

Mammacarcinoom

Volwassenen

Oraal: ten minste 500 mg per dag.

Intramusculair: 500–1000 mg per dag gedurende 4 weken; vervolgens overgaan op een onderhoudsdosering van 500 mg 2×/week. Respons treedt soms pas op na 8-10 weken; de behandeling daarna voortzetten tot aan ziekteprogressie.

Toediening

  • Tabletten innemen tijdens of na de maaltijd.
  • De injectievloeistof krachtig schudden voor gebruik.

Bijwerkingen

Zeer vaak (≥ 10%): vaginale bloeding.

Vaak (1-10%): migraine of hoofdpijn. Misselijkheid, braken, buikpijn. Metrorragie, menorragie, oligo- of amenorroe, dysmenorroe, onregelmatige menstruatie, pijnlijke of gevoelige borsten.

Soms (0,1-1%): depressieve stemming. Duizeligheid. Gestoorde leverfunctie (met icterus, asthenie, malaise en buikpijn). Allergische huidreactie (zoals huiduitslag, jeuk, urticaria). Gewichtstoename.

Zelden (0,01-0,1%): groei van progestageenafhankelijk neoplasma (zoals meningeoom). Hemolytische anemie. Overgevoeligheid. Slaperigheid. Angio-oedeem. Zwelling van de borsten. Oedeem.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Bijwerkingen

Vaak (1-10%): oedeem, vochtretentie. Vermoeidheid. Hoofdpijn, duizeligheid, trillen. Slapeloosheid. Misselijkheid, braken, obstipatie. Toegenomen eetlust, gewichtsfluctuaties. Hyperhidrose. Reactie op de injectieplaats.

Soms (0,1-1%): trombo-embolie (o.a. longembolie), tromboflebitis. Hartfalen. Angio-oedeem, acne, hirsutisme. Droge mond, diarree. Depressie, euforische stemming, libidoverlies. Spierspasmen. Menstruatiestoornis (onregelmatig, toe- of afname, 'spotting'), pijnlijke borsten. Cushing-achtige verschijnselen. Verlaagde glucosetolerantie, verergering diabetes mellitus. Hypercalciëmie. Pijn of gevoeligheid op de injectieplaats.

Zelden (0,01-0,1%): myocardinfarct, herseninfarct. Hypertensie. Geelzucht. Overgevoeligheid. Huiduitslag, alopecia. Nervositeit. Malaise, koorts.

Verder zijn gemeld: tachycardie, hartkloppingen. Anafylactische of anafylactoïde reactie. Urticaria, jeuk, verworven lipodystrofie. Retinale embolie, diabetisch cataract, afgenomen zicht. Adrenerg syndroom, epilepsie, migraine, aandachtsstoornis. Verwardheid. Veranderde cervixslijmsecretie, portio-erosie, galactorroe. Anovulatie. Osteoporose. Verhoging aantal leukocyten en/of trombocyten, afwijkende leverfunctiewaarden. Persistente atrofie, indeuking of vorming van kuiltjes op de injectieplaats, nodus op de injectieplaats.

Na herhaalde injecties ontstaan in de meeste gevallen amenorroe en anovulatie, welke 18 maanden of soms langer na staken van de behandeling kunnen aanhouden. Verder treden bij herhaalde injecties frequent op: pijn en gluteaal abces.

  • Informatie van Lareb over dit middel
  • Meldformulier bijwerkingen

Interacties

Enzyminducerende stoffen kunnen de spiegel van dydrogesteron verlagen, zoals fenobarbital, fenytoïne, carbamazepine, primidon, rifampicine en sint-janskruid.

Veel combinaties van HIV-proteaseremmers en niet-nucleoside reverse-transcriptase remmers, incl. combinaties met HCV-remmers kunnen de spiegels van progestagenen verlagen of verhogen; raadpleeg de voorschrijfinformatie van deze middelen.

Interacties

Mogelijk kunnen sterke CYP3A4-remmers (zoals claritromycine, ketoconazol, itraconazol, sommige HIV-proteaseremmers) de bloedspiegel van medroxyprogesteron verhogen en sterke CYP3A4-inductoren (zoals rifampicine, fenytoïne, carbamazepine, fenobarbital, sint-janskruid) die verlagen.

Een verandering van de bloedglucosespiegel door medroxyprogesteron kan optreden; controleer nauwlettend de patiënten die bloedglucoseverlagende geneesmiddelen gebruiken.

Zwangerschap

Teratogenese: Op basis van ruime ervaring bij de mens zijn er geen aanwijzingen voor schadelijke effecten.

Advies: Kan worden gebruikt ter ondersteuning van de luteale fase, zoals bij ivf of bij herhaalde miskramen.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Zwangerschap

Gezien de geregistreerde indicatie in principe niet van toepassing.

Teratogenese: Bij de mens, aanwijzingen voor schadelijkheid. Gegevens over progestagenen, toegediend in hogere doses dan die in de anticonceptiepillen en na de tiende zwangerschapweek, wijzen op nadelige effecten op de foetus (vooral hypertrofie van de clitoris).

Advies: Gebruik valt niet binnen de indicatie, offlabel-gebruik is omwille van voorgaande, gecontra-indiceerd.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij zwangerschap

Lactatie

Overgang in de moedermelk: Onbekend.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.

  • Informatie van Lareb over dit middel bij lactatie

Lactatie

Gezien de geregistreerde indicatie in principe niet van toepassing.

Overgang in de moedermelk: Ja, in geringe mate. Er zijn geen gegevens over het effect van hoge doses progestageen op de zuigeling. Mogelijk wordt de lactatie geremd en/of verandert de samenstelling van de moedermelk.

Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden indien de zuigeling jonger is dan 6 weken (vanwege een onvoldoende ontwikkeld enzymsysteem), daarna afwegen.

Contra-indicaties

  • ernstige leveraandoening (in de anamnese), zolang de leverfunctie niet is genormaliseerd;
  • aanwezigheid of vermoeden van geslachtshormoonafhankelijke maligniteit;
  • onverklaard vaginaal bloedverlies;
  • acute porfyrie.

Bij ondersteuning van de luteale fase bij kunstmatige voortplantingstechnieken: het gebruik staken in geval van een abortus of miskraam.

Contra-indicaties

  • ernstig hartfalen;
  • hypertensie en recidiverende trombo-embolische aandoeningen;
  • ernstig gestoorde leverfunctie (o.a. bij icterus, hepatitis, levertumoren);
  • onverklaarde vaginale bloedingen;
  • onverklaarde urinewegbloeding;
  • onverklaarde borstafwijking;
  • In de anamnese: een zeldzame aandoening die verergerde tijdens zwangerschap of door gebruik van geslachtshormonen, zoals icterus, herpes gestationis, porfyrie, otosclerose of hevige jeuk.

Zie ook de rubriek Zwangerschap.

Waarschuwingen en voorzorgen

Staak de toediening bij optreden van veneuze trombo-embolie, sterke bloeddrukstijging of bij hevige hoofdpijn, migraine of symptomen die op een cerebrale ischemie kunnen duiden.

Als doorbraakbloedingen of 'spotting' optreden na geruime tijd van therapie of aanhouden na het stoppen van de behandeling, dan nader onderzoek verrichten om maligniteit van het endometrium uit te sluiten.

De volgende zelden voorkomende aandoeningen kunnen ontstaan of verergeren tijdens gebruik van geslachtshormonen: cholestatische icterus, herpes gestationis, ernstige jeuk, otosclerose en porfyrie.

Patiënten met depressie in de anamnese zorgvuldig observeren; staak de behandeling indien de depressie in ernstige mate terugkeert.

Bij adolescenten van 12 tot 18 jaar is de veiligheid en werkzaamheid niet vastgesteld.

Bij gecombineerde oestrogeen/progestageentherapie bij postmenopauzale vrouwen ook de waarschuwingen en voorzorgen in acht nemen die gelden voor oestrogeentherapie. Zie bv. estradiol (oraal) of estradiol (transdermaal).

Waarschuwingen en voorzorgen

Comorbiditeit: Controleer patiënten met astma, hart- of nierfunctiestoornis, migraine of epilepsie regelmatig, omdat progestagenen een zekere mate van vochtretentie kunnen veroorzaken. Bij diabetes mellitus extra controleren, omdat de glucosetolerantie kan afnemen. Bij depressie in de voorgeschiedenis controleren op symptomen hiervan en staak de behandeling indien een ernstige depressie optreedt.

Wees voorzichtig bij risicofactoren voor trombo-embolie zoals een hogere leeftijd (> 60 j.), roken, adipositas, recente operatie, recent trauma, langdurige immobilisatie en aanwezigheid van spataderen, acute inflammatoire darmziekten of longaandoeningen. Controleer op symptomen van trombo-embolische aandoeningen en staak de behandeling definitief indien deze optreden.

Sluit met oftalmologisch onderzoek vaatlaesies en papiloedeem uit bij acute visusstoornis, exoftalmie, dubbelzien of migraine-achtige hoofdpijn.

Tijdens de behandeling en na staken van de behandeling kunnen (vooral bij hoge doses) symptomen optreden van adrenale insufficiëntie zoals hypotensie, duizeligheid, misselijkheid, braken, diarree of langdurige vermoeidheid. Evaluatie van laboratoriumgegevens en hoge doseringen van een snel werkend glucocorticoïd kunnen geïndiceerd zijn.

Het gebruik hangt samen met verlies van botdichtheid, als gevolg van daling van de oestrogeenspiegel. Botverlies wordt groter bij een langere gebruiksduur. De botdichtheid lijkt toe te nemen na staken van de behandeling. Heroverweeg het gebruik na 2 jaar, vooral bij risicofactoren voor osteoporose. Tijdens de behandeling wordt voldoende inname van calcium en vitamine D aangeraden.

Het gebruik kan bepaalde laboratoriumonderzoeken beïnvloeden.

Meld het gebruik van medroxyprogesteron aan de klinisch patholoog, indien weefselonderzoek van endometrium of endocervix verricht wordt.

Hulpstoffen: parahydroxybenzoaten, in de injectievloeistof, kunnen in zeldzame gevallen bronchospasmen geven.

Eigenschappen

Synthetisch progestageen zonder oestrogene, androgene, anabole of corticoïde activiteit. Brengt een endometrium, dat onder invloed van oestrogeen tot ontwikkeling is gebracht, in de secretiefase. Voorkomt het extra risico op endometriumhyperplasie en endometriumcarcinoom dat wordt veroorzaakt door oestrogeensuppletie in de postmenopauze. Onderdrukt de ovulatie niet.

Kinetische gegevens

T max ¾ uur (dydrogesteron), 1¾ uur (DHD).
F ca. 28%.
Eiwitbinding > 90%.
Metabolisering de belangrijkste actieve metaboliet is 20α-dihydrodydrogesteron (DHD), voornamelijk gegenereerd door aldo-keto reductase 1C. DHD en in mindere mate dydrogesteron worden voornamelijk omgezet door CYP3A4.
Eliminatie ca. 63% met de urine.
T 1/2el ca. 15 uur (dydrogesteron en DHD).

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Eigenschappen

Synthetisch progestageen met een anti-oestrogene werking en geen of slechts geringe androgene werking. Medroxyprogesteron remt de secretie van de hypofysaire gonadotrofinen waardoor follikelrijping wordt voorkomen. De remmende werking op de hypofysaire-gonadale as, oestrogeenreceptoren en op het steroïdenmetabolisme verklaart mogelijk het effect bij hormoongevoelige tumoren.

Kinetische gegevens

Overig na i.m.-injectie wordt medroxyprogesteron langzaam afgegeven, resulterend in lage maar aanhoudende waarden in de circulatie.
T max 2–7 uur (oraal); 4–20 dagen (i.m.-toediening).
Eiwitbinding 90–95%.
V d ca. 0,3 l/kg.
Overig medroxyprogesteron wordt ruim verspreid in de weefsels.
Metabolisering uitgebreid in de lever, vooral door CYP3A4.
Eliminatie vnl. met de feces; ca. 44% (oraal) of 30% (i.m.) met de urine, vnl. als geconjugeerd glucuronide.
T 1/2el 6 weken na een enkelvoudige i.m.-injectie.
T 1/2el 30–60 uur (oraal).

Uitleg afkortingen

F biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt)
T max tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening
V d verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam)
T 1/2 plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren)
T 1/2el plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd

Groepsinformatie

dydrogesteron hoort bij de groep progestagenen, excl. anticonceptiva.

  • dienogest (G03DB08) Vergelijk
  • lynestrenol (G03DC03) Vergelijk
  • medroxyprogesteron (bij maligne aandoening) (L02AB02) Vergelijk
  • medroxyprogesteron (oraal) (G03DA02) Vergelijk
  • megestrol (L02AB01) Vergelijk
  • norethisteron (G03DC02) Vergelijk
  • progesteron (oraal) (G03DA04) Vergelijk
  • progesteron (parenteraal) (G03DA04) Vergelijk
  • progesteron (vaginaal) (G03DA04) Vergelijk
  • tibolon (G03CX01) Vergelijk
  • ulipristal (bij uterusmyomen) (G03XB02) Vergelijk

Groepsinformatie

medroxyprogesteron (bij maligne aandoening) hoort bij de groep progestagenen, excl. anticonceptiva.

  • dienogest (G03DB08) Vergelijk
  • dydrogesteron (G03DB01) Vergelijk
  • lynestrenol (G03DC03) Vergelijk
  • medroxyprogesteron (oraal) (G03DA02) Vergelijk
  • megestrol (L02AB01) Vergelijk
  • norethisteron (G03DC02) Vergelijk
  • progesteron (oraal) (G03DA04) Vergelijk
  • progesteron (parenteraal) (G03DA04) Vergelijk
  • progesteron (vaginaal) (G03DA04) Vergelijk
  • tibolon (G03CX01) Vergelijk
  • ulipristal (bij uterusmyomen) (G03XB02) Vergelijk

Kosten

Kosten laden…

Kosten

Kosten laden…

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • progestagenen, excl. anticonceptiva

Indicaties

  • Vaginaal bloedverlies
  • climacterische klachten
  • dysmenorroe
  • endometriose
  • ondersteuning bij kunstmatige voortplantingstechnieken

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten

Zie ook

Geneesmiddelgroep

  • progestagenen, excl. anticonceptiva

Externe links

  • Officiële productinformatie CBG/EMA
  • Medicijnkosten.nl
  • GIPdatabank
  • Geneesmiddelinformatie voor patiënten
???naar.zoeken???
Zorginstituut Nederland
Onafhankelijke geneesmiddelinformatie
voor zorgprofessionals

Service

  • Contact
  • E-learning cursus FK
  • Mobiele apps
  • Help

Over

  • Over deze site
  • Verantwoording
  • Veelgestelde vragen
  • Proclaimer
  • Copyright
  • Cookies
Het Farmacotherapeutisch Kompas gebruikt analytische cookies om het gebruik van de website te analyseren en daarmee de website te kunnen verbeteren.
Lees meer over cookies en hoe u cookies kunt uitschakelen

Web-App

Installeer deze Web-App op je iPhone: Tap het deel-icoon en daarna "Zet op beginscherm".