Samenstelling
DTP-Vaccin
Bijlage 2
Bilthoven Biologicals
- Toedieningsvorm
- Suspensie voor injectie
- Verpakkingsvorm
- wegwerpspuit 1 ml
Bevat per ml: difterietoxoïd ≥ 5 IE, tetanustoxoïd ≥ 20 IE, geïnactiveerd gezuiverd poliomyelitisvaccin type 1: 40 DE (= D-antigeen eenheden), type 2: 4 DE, type 3: 7,5 DE.
Revaxis XGVS Sanofi SA
- Toedieningsvorm
- Suspensie voor injectie
- Verpakkingsvorm
- wegwerpspuit 0,5 ml
Bevat per dosis (0,5 ml): difterietoxoïd ≥ 2 IE, tetanustoxoïd ≥ 20 IE, geïnactiveerd gezuiverd poliomyelitisvaccin type 1: 40 DE (= D-antigeen eenheden), type 2: 8 DE, type 3: 32 DE.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Apexxnar XGVS Aanvullende monitoring Pfizer bv
- Toedieningsvorm
- Suspensie voor injectie
- Verpakkingsvorm
- wegwerpspuit 0,5 ml
Bevat per dosis à 0,5 ml: serotypen 1, 3, 4, 5, 6A, 7F, 8, 9V, 10A, 11A, 12F, 14, 15B, 18C, 19A, 19F, 22F, 23F, 33F: 2,2 microg; serotype 6B: 4,4 microg. Is geconjugeerd aan dragereiwit CRM 197 en geadsorbeerd aan aluminiumfosfaat.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Het DTP-vaccin maakt onderdeel uit van het Rijksvaccinatieprogramma.
Aan de vergoeding van DTP-Vaccin zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering, bijlage 2.
Advies
De richtlijn Pneumokokkenziekte en de factsheet Pneumokokkenvaccinatie op de site van het RIVM informeert over de actieve immunisatie met behulp van een pneumokokkenvaccin.
Indicaties
- DTP-vaccin (leeftijd ≥ 5 jaar): primaire immunisatie of revaccinatie voor actieve immunisatie tegen difterie, tetanus en poliomyelitis.
- Revaxis (leeftijd ≥ 6 jaar): revaccinatie voor actieve immunisatie tegen difterie, tetanus en poliomyelitis, volgend op een primaire vaccinatie.
Indicaties
- Actieve immunisatie tegen invasieve ziekten en pneumonie veroorzaakt door Streptococcus pneumoniae bij volwassenen.
Doseringen
Primaire immunisatie
Kinderen vanaf 5 jaar en volwassenen
DTP-vaccin: driemaal 1 dosis à 1 ml i.m.; de eerste twee doses met ten minste een maand tussentijd, de derde dosis ten minste 6 maanden na de tweede dosis. Indien het Rijksvaccinatieprogramma gevolgd wordt, heeft men op de leeftijd van 5 jaar echter de primaire immunisatie al doorlopen met het DKTP-vaccin.
Revaccinatie
Kinderen vanaf 6 jaar en volwassenen
Indien een volledige primaire immunisatie met DaKTP-(Hib-(HepB)) vaccin is ontvangen; DTP-vaccin: 1 ml i.m., indien het Rijksvaccinatieprogramma gevolgd wordt op de leeftijd van ca. 9 jaar. Revaxis: 0,5 ml i.m. Revaxis is ook geschikt als herhalingsvaccin volgend op een primaire immunisatie met geïnactiveerd poliomyelitis vaccin.
Toediening: voor gebruik het vaccin zwenken. I.m. toedienen, bij voorkeur in de deltaspier. Revaxis kan onder bijzondere omstandigheden (bv. bloedstollingsstoornis) diep subcutaan worden toegediend.
Doseringen
Actieve immunisatie
Volwassenen
i.m. 1 dosis (0,5 ml). De noodzaak voor een boostervaccinatie is niet vastgesteld.
Toediening: bij voorkeur in de deltaspier. In uitzonderlijke gevallen (bv. trombocytopenie of bij risico van bloeding) mag het vaccin subcutaan worden toegediend. Niet intravasculair toedienen.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): zwelling, roodheid, jeuk, pijn, verharding en nodule op injectieplaats. Misselijkheid. Lusteloosheid.
Vaak (1-10%): hoofdpijn. Koorts. Vertigo. Blauwe plek op de injectieplaats. Flauwvallen rond het moment van de vaccinatie (soms met myoclonieën).
Soms (0,1-1%): braken. Myalgie. Malaise. Lymfadenopathie.
Zelden (0,1-0,01%): artralgie.
Zeer zelden (< 0,01%): (atypische) huiduitslag (o.a. exantheem), urticaria, jeuk, angio-oedeem. Buikpijn, diarree. Oedeem (overgevoeligheidsreactie), zwelling van de injectie-arm (met roodheid en/of pijn).
Verder zijn gemeld: zwelling van bepaalde gezichtsdelen, nek, arm of andere lichaamsdelen ten gevolge van een allergische reactie, anafylactische reacties inclusief shock. Griepachtige symptomen, rillingen, bleekheid en asthenie (binnen enkele dagen optredend en verdwijnend). Convulsies, Guillain-Barrésyndroom, brachiale neuritis, tijdelijk paresthesie/hypo-esthesie of pijn van/in de gevaccineerde ledemaat.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): pijn, gevoeligheid op injectieplaats. Vermoeidheid. Hoofdpijn. Gewrichtspijn, spierpijn.
Vaak (1-10%): reacties op injectieplaats (induratie, zwelling, erytheem), koorts.
Soms (0,1-1%): overgevoeligheidsreactie (zoals gezichtoedeem, dyspneu, bronchospasme). Reacties op injectieplaats (jeuk, urticaria). Lymfadenopathie, koude rillingen. Diarree, misselijkheid, braken. Huiduitslag, angio-oedeem.
Gemeld zijn: beperking van armbeweging. Verminderde eetlust. Het 20-valent vaccin bevat alle componenten van het 13-valent vaccin waarbij zijn gemeld: anafylaxie waaronder shock, erythema multiforme en dermatitis op de vaccinatieplaats.
Interacties
Er is geen onderzoek naar interacties uitgevoerd.
Overweeg bij personen met onderliggende aandoeningen die gepaard gaan met een hoog risico op het ontwikkelen van levensbedreigende pneumokokkenziekte, het griepvaccin (quadrivalent) apart toe te dienen (bv. met ca. 4 w. ertussen). Bij gelijktijdige toediening was de immuunrespons niet minder, maar werden wel lagere titers waargenomen voor alle pneumokokkenserotypen die Apexxnar bevat, dan wanneer Apexxnar alleen werd toegediend. De klinische relevantie is onbekend.
Kan samen met COVID-19-mRNA-vaccin worden toegediend.
Bij combinatie met immunosuppressieve therapie wordt mogelijk geen adequate respons op de vaccinatie bereikt.
Zwangerschap
Teratogenese: Ruime ervaring bij de mens laat geen aanwijzingen voor schadelijkheid zien.
Advies: Kan worden gebruikt.
Zwangerschap
Antistoffen kunnen de placenta passeren.
Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren onvoldoende gegevens. De beschikbare gegevens over de toediening van vaccins met geïnactiveerde micro-organismen of delen daarvan, wijzen niet op een groter risico op aangeboren afwijkingen of andere nadelige effecten.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. Wel kunnen antistoffen van de moeder via de moedermelk bij de zuigeling terecht komen. Dit is aangetoond voor polioantistoffen.
Overig: Polioantistoffen geven de zuigeling in de eerste weken bescherming.
Advies: Vaccins met gedode/geïnactiveerde antigenen kunnen (voor zover bekend zonder gevaar) volgens voorschrift worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Farmacologisch effect: Er zijn geen negatieve effecten bekend.
Advies: Kan worden gebruikt.
Contra-indicaties
- acute ernstige ziekte gepaard gaande met koorts;
- overgevoeligheid voor gentamicine, streptomycine of polymixine B.
Contra-indicaties
- overgevoeligheid voor difterietoxoïd.
Waarschuwingen en voorzorgen
Bij Guillain-Barrésyndroom of brachiale neuritis in de voorgeschiedenis na eerdere vaccinatie met tetanustoxoïd, zorgvuldig afwegen om te vaccineren.
Na subcutane injectie kan een heftige lokale reactie ontstaan, vaak gepaard gaande met stijging van de temperatuur tot hoge waarden gedurende 1–2 dagen; bij hoge uitzondering kan een steriel abces ontstaan. Grote reacties op de injectieplaats zoals grote zwelling van de ledemaat tot voorbij gewrichten zijn gerapporteerd; deze reacties ontstaan binnen 24–72 uur na vaccinatie en verdwijnen spontaan binnen 3–5 dagen.
Bij een immunosuppressieve behandeling of een immuundeficiëntie kan de immuunrespons op het DTP-vaccin uitblijven.
Wees voorzichtig bij trombocytopenie en bloedstollingsstoornissen; intramusculaire bloedingen kunnen ontstaan na i.m.-injectie.
DTP-vaccin: de kleur van het vaccin is oranjerood. Indien de kleur geel of violet is, het vaccin niet gebruiken.
De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen < 5 jaar (DTP-vaccin) en < 6 jaar (Revaxis) zijn niet vastgesteld.
Waarschuwingen en voorzorgen
Stel vaccinatie uit bij een acute ernstige ziekte gepaard gaande met koorts. Bij aanwezigheid van een lichte infectie hoeft de vaccinatie niet uitgesteld te worden.
Er zijn geen veiligheids- en immunogeniciteitsgegevens beschikbaar voor immunogecompromitteerden. Vaccinatie dient op een individuele basis te worden overwogen. Bij een verminderde immuunrespons, hetzij door het gebruik van immunosuppressiva, een genetische afwijking, HIV-infectie of andere oorzaken, is een verminderde antilichaamrespons mogelijk. De klinische relevantie hiervan is niet bekend.
Van een beperkt aantal personen met een HIV-infectie of een HSCT zijn veiligheids- en immunogeniciteitsgegevens beschikbaar met Prevenar 13 (een vaccin met 13 polysacharideconjugaten die ook in het 20-valent vaccin zitten). Voor het 20-valent vaccin werden voor de meeste serotypen lagere gemiddelde titers waargenomen dan met het 13-valent vaccin. De klinische relevantie voor immunogecompromitteerde personen is echter niet bekend.
Er zijn geen gegevens beschikbaar over opeenvolgende vaccinatie met andere pneumokokkenvaccins of een boosterdosis. Als het gebruik van een 23-valent pneumokokkenpolysacharidevaccin (Pneumovax 23) zinvol wordt geacht, dient volgens de fabrikant eerst het 20-valent vaccin gegeven te worden, gebaseerd op de klinische ervaring met het 13-valent vaccin.
De veiligheid en werkzaamheid bij kinderen < 18 jaar zijn niet vastgesteld. Er zijn geen gegevens over toepassing bij speciale populaties.
Eigenschappen
De tetanus- en difteriecomponenten geven aanleiding tot vorming van toxineneutraliserende antistoffen en stimulering van het immunologische geheugen. De poliocomponent resulteert in humorale immuniteit, immunologisch geheugen en bescherming. Vaccin met dood, bacterieel materiaal (difterie, tetanus) en geïnactiveerd viraal materiaal (poliomyelitis).
Eigenschappen
Pneumokokkenconjugaatvaccin (PCV), bevat kapselpolysachariden van twintig Streptococcus pneumoniae-serotypen (20-valent). Het wijzigt de immuunrespons op de polysacharide van een T-cel-onafhankelijke respons in een T-cel-afhankelijke respons. De T-cel-afhankelijke respons leidt tot een betere antilichaamrespons en generatie van B-geheugencellen, waardoor een anamnestische (booster-)respons op nieuwe blootstelling aan de bacterie mogelijk wordt gemaakt.
Groepsinformatie
difterie-/tetanus-/poliovaccin hoort bij de groep vaccins.
- BCG-vaccin (als vaccin) (J07AN01) Vergelijk
- bof-/mazelen-/rubellavaccin (J07BD52) Vergelijk
- cholera, geïnactiveerd, hele cel (J07AE01) Vergelijk
- COVID-19 geïnactiveerd virusvaccin (Valneva) (J07BN03) Vergelijk
- COVID-19 mRNA vaccin (Comirnaty) (J07BN01) Vergelijk
- COVID-19 mRNA vaccin (Spikevax) (J07BN01) Vergelijk
- COVID-19 subunitvaccin (Nuvaxovid) (J07BN04) Vergelijk
- COVID-19 vectorvaccin (Jcovden) (J07BN02) Vergelijk
- COVID-19 vectorvaccin (Vaxzevria) (J07BN02) Vergelijk
- denguevaccin (J07BX04) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/polio-/haemophilus influenzae B-/hepatitis B-vaccin (J07CA09) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/poliovaccin (J07CA02) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanusvaccin (J07AJ52) Vergelijk
- gelekoortsvaccin (J07BL01) Vergelijk
- haemophilus influenzae B-vaccin (J07AG01) Vergelijk
- hepatitis A+B-vaccin (J07BC20) Vergelijk
- hepatitis A-vaccin (J07BC02) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Engerix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Fendrix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (HBVAX) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (PreHevbri) (J07BC01) Vergelijk
- influenzavaccin (J07BB02) Vergelijk
- japanse-encefalitisvaccin (J07BA02) Vergelijk
- leptospirosevaccin (J07AX01) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type A, C, W135, Y (J07AH08) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type B (J07AH09) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type C (J07AH07) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (2-valent) (J07BM02) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (4-valent) (J07BM01) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (9-valent) (J07BM03) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (10-valent) (J07AL52) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (13-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (15-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (20-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (23-valent) (J07AL01) Vergelijk
- pokkenvaccin (J07BX01) Vergelijk
- poliomyelitisvaccin (J07BF03) Vergelijk
- rabiësvaccin (J07BG01) Vergelijk
- rotavirusvaccin (J07BH01) Vergelijk
- RS-virusvaccin (J07BX) Vergelijk
- tekenencefalitisvaccin (J07BA01) Vergelijk
- tetanusvaccin (J07AM01) Vergelijk
- tyfusvaccin (parenteraal) (J07AP03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Provarivax) (J07BK01) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Shingrix) (J07BK03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Zostavax) (J07BK02) Vergelijk
Groepsinformatie
pneumokokkenvaccin (20-valent) hoort bij de groep vaccins.
- BCG-vaccin (als vaccin) (J07AN01) Vergelijk
- bof-/mazelen-/rubellavaccin (J07BD52) Vergelijk
- cholera, geïnactiveerd, hele cel (J07AE01) Vergelijk
- COVID-19 geïnactiveerd virusvaccin (Valneva) (J07BN03) Vergelijk
- COVID-19 mRNA vaccin (Comirnaty) (J07BN01) Vergelijk
- COVID-19 mRNA vaccin (Spikevax) (J07BN01) Vergelijk
- COVID-19 subunitvaccin (Nuvaxovid) (J07BN04) Vergelijk
- COVID-19 vectorvaccin (Jcovden) (J07BN02) Vergelijk
- COVID-19 vectorvaccin (Vaxzevria) (J07BN02) Vergelijk
- denguevaccin (J07BX04) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/polio-/haemophilus influenzae B-/hepatitis B-vaccin (J07CA09) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/poliovaccin (J07CA02) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanusvaccin (J07AJ52) Vergelijk
- difterie-/tetanus-/poliovaccin (J07CA01) Vergelijk
- gelekoortsvaccin (J07BL01) Vergelijk
- haemophilus influenzae B-vaccin (J07AG01) Vergelijk
- hepatitis A+B-vaccin (J07BC20) Vergelijk
- hepatitis A-vaccin (J07BC02) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Engerix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Fendrix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (HBVAX) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (PreHevbri) (J07BC01) Vergelijk
- influenzavaccin (J07BB02) Vergelijk
- japanse-encefalitisvaccin (J07BA02) Vergelijk
- leptospirosevaccin (J07AX01) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type A, C, W135, Y (J07AH08) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type B (J07AH09) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type C (J07AH07) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (2-valent) (J07BM02) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (4-valent) (J07BM01) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (9-valent) (J07BM03) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (10-valent) (J07AL52) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (13-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (15-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (23-valent) (J07AL01) Vergelijk
- pokkenvaccin (J07BX01) Vergelijk
- poliomyelitisvaccin (J07BF03) Vergelijk
- rabiësvaccin (J07BG01) Vergelijk
- rotavirusvaccin (J07BH01) Vergelijk
- RS-virusvaccin (J07BX) Vergelijk
- tekenencefalitisvaccin (J07BA01) Vergelijk
- tetanusvaccin (J07AM01) Vergelijk
- tyfusvaccin (parenteraal) (J07AP03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Provarivax) (J07BK01) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Shingrix) (J07BK03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Zostavax) (J07BK02) Vergelijk