Samenstelling
Allerfre
OTC
Bijlage 2
Reckitt Benckiser Nederland bv
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 10 mg
Loratadine
OTC
Bijlage 2
Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 10 mg
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld
- Sterkte
- 10 mg
- Toedieningsvorm
- Tablet, orodispergeerbaar
- Sterkte
- 10 mg
De orodispergeerbare tablet bevat tevens sorbitol en aspartaam (0,5 mg/tablet, overeenkomend met 0,25 mg fenylalanine).
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Cinnarizine XGVS OTC Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 25 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Ebastine Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Orodispergeerbare tablet
- Sterkte
- 10 mg
Bevat per tablet: 2,5 mg aspartaam, overeenkomend met 1,4 mg fenylalanine.
Kestine Almirall bv
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld
- Sterkte
- 10 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Fenistil (waterstofmaleaat) GlaxoSmithKline Consumer Healthcare bv
- Toedieningsvorm
- Druppelvloeistof
- Sterkte
- 1 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 20 ml
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Vermijd bij allergische rinitis zoveel mogelijk de prikkels die klachten veroorzaken. Incidentele klachten kunnen medicamenteus behandeld worden met een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) vanwege de snelle werking. Bij intermitterende en milde klachten kan een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) of een nasaal corticosteroïd worden gebruikt. Bij een verstopte neus en bij persisterende en matig-ernstige tot ernstige klachten, gaat de voorkeur uit naar een nasaal corticosteroïd dat bij onvoldoende effect kan worden gecombineerd met een antihistaminicum (oraal niet-sederend of nasaal). Faalt ook de combinatietherapie en zijn de klachten ernstig, dan kan een allergeen-specifieke immunotherapie in aanmerking komen, na zorgvuldige afweging van de voor- en nadelen samen met de patiënt.
Bij een allergische conjunctivitis geven oogdruppels met een antihistaminicum veelal verlichting van de klachten. Voeg bij hardnekkige en hevige conjunctivitisklachten, prednisolon-oogdruppels toe (max. 3 dagen). Bij hevige klachten aan de oogleden, kan aanbrengen van hydrocortisoncrème gedurende enkele dagen effectief zijn. Overweeg bij frequent recidiverende conjunctivitis een onderhoudsbehandeling met een antihistaminicum-oogdruppel; combineer met een (‘niet-sederend’) oraal antihistaminicum bij onvoldoende effect. Behandel een rinoconjunctivitis in eerste instantie met een corticosteroïdneusspray, aangezien de oogklachten hierdoor vaak al afnemen.
Offlabel: De aanpak bij chronische jeuk van onbekende oorsprong is gericht op symptoombestrijding. Lokale indifferente middelen hebben een verzachtende, verkoelende en jeukstillende werking. Voeg eventueel levomenthol en/of een lokaal anestheticum toe. Start orale antihistaminica bij onvoldoende effect. Bij falen van lokale middelen en orale antihistaminica kunnen in de tweedelijnszorg enkele andere opties overwogen worden.
Vermijd bij urticaria in eerste instantie uitlokkende factoren indien bekend. Start bij jeuk bij urticaria met lokale anti-jeukmiddelen. Geef vervolgens een tweedegeneratie-antihistaminicum, bij voorkeur levocetirizine of desloratadine en verdubbel de dosering bij onvoldoende effect. Overweeg bij aanhoudende, ernstige klachten van acute urticaria bij volwassenen ondanks een dubbele dosering antihistaminicum, eenmalig een kuur prednisolon. Doseer bij chronische spontane urticaria in de tweedelijnszorg tweedegeneratie-antihistaminica tot viermaal de geregistreerde dosis. Bij onvoldoende effect, overweeg als zijstap om te switchen tussen tweedegeneratie-antihistaminica, de toevoeging van montelukast en/of een korte kuur orale corticosteroïden. Vervolgens kan omalizumab en/of ciclosporine worden overwogen.
Aan de vergoeding van loratadine zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering, bijlage 2.
Advies
Vermijd bij allergische rinitis zoveel mogelijk de prikkels die klachten veroorzaken. Incidentele klachten kunnen medicamenteus behandeld worden met een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) vanwege de snelle werking. Bij intermitterende en milde klachten kan een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) of een nasaal corticosteroïd worden gebruikt. Bij een verstopte neus en bij persisterende en matig-ernstige tot ernstige klachten, gaat de voorkeur uit naar een nasaal corticosteroïd dat bij onvoldoende effect kan worden gecombineerd met een antihistaminicum (oraal niet-sederend of nasaal). Faalt ook de combinatietherapie en zijn de klachten ernstig, dan kan een allergeen-specifieke immunotherapie in aanmerking komen, na zorgvuldige afweging van de voor- en nadelen samen met de patiënt.
Vanwege meer kans op sedatie en interacties bij gebruik van een sederend antihistaminicum, gaat de voorkeur uit naar een niet-sederend antihistaminicum. Het gebruik van een sederend antihistaminicum wordt afgeraden.
Van geen enkel medicament is de werkzaamheid aangetoond bij de behandeling van (draai)duizeligheid (vertigo). Gebruik van medicatie, specifiek gericht op de duizeligheid, wordt daarom niet aanbevolen.
Voor de preventie of behandeling van reisziekte hebben niet-medicamenteuze adviezen de voorkeur boven medicamenteuze behandeling. Als niet-medicamenteuze adviezen onvoldoende helpen kan bij relatief ernstige, aanhoudende klachten een licht-sederend antihistaminicum (zoals cyclizine, cinnarizine of meclozine) overwogen worden. Bewijs voor de effectiviteit bij reisziekte is echter zeer beperkt, om deze reden wordt gebruik bij kinderen ontraden. Transdermale scopolamine kan worden overwogen bij volwassenen, indien langdurige preventie van reisziekte (zoals tijdens een lange zeereis) gewenst is.
Advies
Vermijd bij allergische rinitis zoveel mogelijk de prikkels die klachten veroorzaken. Incidentele klachten kunnen medicamenteus behandeld worden met een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) vanwege de snelle werking. Bij intermitterende en milde klachten kan een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) of een nasaal corticosteroïd worden gebruikt. Bij een verstopte neus en bij persisterende en matig-ernstige tot ernstige klachten, gaat de voorkeur uit naar een nasaal corticosteroïd dat bij onvoldoende effect kan worden gecombineerd met een antihistaminicum (oraal niet-sederend of nasaal). Faalt ook de combinatietherapie en zijn de klachten ernstig, dan kan een allergeen-specifieke immunotherapie in aanmerking komen, na zorgvuldige afweging van de voor- en nadelen samen met de patiënt.
Bij een allergische conjunctivitis geven oogdruppels met een antihistaminicum veelal verlichting van de klachten. Voeg bij hardnekkige en hevige conjunctivitisklachten, prednisolon-oogdruppels toe (max. 3 dagen). Bij hevige klachten aan de oogleden, kan aanbrengen van hydrocortisoncrème gedurende enkele dagen effectief zijn. Overweeg bij frequent recidiverende conjunctivitis een onderhoudsbehandeling met een antihistaminicum-oogdruppel; combineer met een (‘niet-sederend’) oraal antihistaminicum bij onvoldoende effect. Behandel een rinoconjunctivitis in eerste instantie met een corticosteroïdneusspray, aangezien de oogklachten hierdoor vaak al afnemen.
Offlabel: De aanpak bij chronische jeuk van onbekende oorsprong is gericht op symptoombestrijding. Lokale indifferente middelen hebben een verzachtende, verkoelende en jeukstillende werking. Voeg eventueel levomenthol en/of een lokaal anestheticum toe. Start orale antihistaminica bij onvoldoende effect. Bij falen van lokale middelen en orale antihistaminica kunnen in de tweedelijnszorg enkele andere opties overwogen worden.
Vermijd bij urticaria in eerste instantie uitlokkende factoren indien bekend. Start bij jeuk bij urticaria met lokale anti-jeukmiddelen. Geef vervolgens een tweedegeneratie-antihistaminicum, bij voorkeur levocetirizine of desloratadine en verdubbel de dosering bij onvoldoende effect. Overweeg bij aanhoudende, ernstige klachten van acute urticaria bij volwassenen ondanks een dubbele dosering antihistaminicum, eenmalig een kuur prednisolon. Doseer bij chronische spontane urticaria in de tweedelijnszorg tweedegeneratie-antihistaminica tot viermaal de geregistreerde dosis. Bij onvoldoende effect, overweeg als zijstap om te switchen tussen tweedegeneratie-antihistaminica, de toevoeging van montelukast en/of een korte kuur orale corticosteroïden. Vervolgens kan omalizumab en/of ciclosporine worden overwogen.
Advies
Vermijd bij allergische rinitis zoveel mogelijk de prikkels die klachten veroorzaken. Incidentele klachten kunnen medicamenteus behandeld worden met een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) vanwege de snelle werking. Bij intermitterende en milde klachten kan een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) of een nasaal corticosteroïd worden gebruikt. Bij een verstopte neus en bij persisterende en matig-ernstige tot ernstige klachten, gaat de voorkeur uit naar een nasaal corticosteroïd dat bij onvoldoende effect kan worden gecombineerd met een antihistaminicum (oraal niet-sederend of nasaal). Faalt ook de combinatietherapie en zijn de klachten ernstig, dan kan een allergeen-specifieke immunotherapie in aanmerking komen, na zorgvuldige afweging van de voor- en nadelen samen met de patiënt. Vanwege meer kans op sedatie en interacties bij gebruik van een sederend antihistaminicum, gaat de voorkeur uit naar een niet-sederend antihistaminicum. Het gebruik van een sederend antihistaminicum wordt afgeraden.
De aanpak bij chronische jeuk van onbekende oorsprong is gericht op symptoombestrijding. Lokale indifferente middelen hebben een verzachtende, verkoelende en jeukstillende werking. Voeg eventueel levomenthol en/of een lokaal anestheticum toe. Start orale antihistaminica bij onvoldoende effect. Bij falen van lokale middelen en orale antihistaminica kunnen in de tweedelijnszorg enkele andere opties overwogen worden.
Vermijd bij urticaria in eerste instantie uitlokkende factoren indien bekend. Start bij jeuk bij urticaria met lokale anti-jeukmiddelen. Geef vervolgens een tweedegeneratie-antihistaminicum, bij voorkeur levocetirizine of desloratadine en verdubbel de dosering bij onvoldoende effect. Overweeg bij aanhoudende, ernstige klachten van acute urticaria bij volwassenen ondanks een dubbele dosering antihistaminicum, eenmalig een kuur prednisolon. Doseer bij chronische spontane urticaria in de tweedelijnszorg tweedegeneratie-antihistaminica tot viermaal de geregistreerde dosis. Bij onvoldoende effect, overweeg als zijstap om te switchen tussen tweedegeneratie-antihistaminica, de toevoeging van montelukast en/of een korte kuur orale corticosteroïden. Vervolgens kan omalizumab en/of ciclosporine worden overwogen.
Eerstegeneratie-antihistaminica (clemastine, dimetindeen, hydroxyzine en promethazine) kunnen kortdurend worden toegevoegd bij verstoring van de nachtrust door hevige jeuk bij urticaria bij volwassenen.
Indicaties
- Verlichting van symptomen van allergische rinitis.
- Symptomatische behandeling van chronische urticaria.
Gerelateerde informatie
Indicaties
Volwassenen:
- Vertigo van vestibulaire oorsprong.
- Allergische aandoeningen.
Volwassenen en kinderen vanaf 5 jaar:
- Profylaxe en behandeling van reisziekte.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Symptomatische behandeling van seizoensgebonden en niet–seizoensgebonden allergische rinitis, al dan niet samengaand met een allergische conjunctivitis.
- Orodispergeerbare tablet ook: Urticaria.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Behandeling van allergische aandoeningen die berusten op het vrijkomen van histamine (allergie van het directe type), zoals hooikoorts, niet–seizoengebonden allergische rinitis, urticaria.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Symptomatische behandeling allergische rinitis of chronische urticaria:
Volwassenen en kinderen vanaf 6 jaar met een lichaamgewicht > 30 kg:
10 mg 1×/dag.
Kinderen 2–6 jaar:
Lichaamsgewicht ≤ 30 kg: 5 mg 1×/dag.
Lichaamsgewicht > 30 kg: 10 mg 1×/dag.
Bij leverinsufficiëntie: bij een milde of matige leverfunctiestoornis is aanpassing van de dosering niet nodig. Bij ernstige leverfunctiestoornis bij volwassenen en kinderen met lichaamsgewicht > 30 kg: aanvankelijk 10 mg elke 2 dagen; bij kinderen met lichaamsgewicht ≤ 30 kg: aanvankelijk 5 mg elke 2 dagen.
Bij nierfunctiestoornis: is aanpassing van de dosis niet nodig.
Bij ouderen: is aanpassing van de dosis niet nodig.
Toedieningsinformatie: de orodispergeerbare tablet op de tong houden tot deze volledig is opgelost.
Doseringen
Vertigo en allergische aandoeningen:
Volwassenen:
25–50 mg 2–3×/dag.
Reisziekte:
Volwassenen:
25–50 mg 0,5–2 uur voor vertrek, zo nodig vervolgens 25 mg elke 6–8 uur.
Kinderen 12–18 jaar:
25 mg 0,5–2 uur voor vertrek, zo nodig vervolgens 25 mg elke 6–8 uur.
Kinderen 5–12 jaar:
12,5 mg (een halve tablet) 0,5–2 uur voor vertrek, zo nodig vervolgens 12,5 mg elke 6–8 uur.
De tabletten met een ruime hoeveelheid water innemen, bij voorkeur tijdens de maaltijden.
Doseringen
Allergische rinitis
Volwassenen en kinderen ≥ 12 jaar
Gewone tablet of orodispergeerbare tablet: 10 mg 1×/dag, in ernstige gevallen 20 mg 1×/dag.
Urticaria
Volwassenen
Orodispergeerbare tablet: 10 mg 1×/dag
Verminderde nierfunctie: Geen dosisaanpassing nodig.
Verminderde leverfunctie: Bij ernstige leverfunctiestoornis: max. 10 mg 1× per dag.
Toediening: De orodispergeerbare tablet op de tong leggen en laten smelten.
Doseringen
1 ml = ca. 20 druppels = 1 mg.
Allergische aandoeningen
Volwassenen en kinderen vanaf 12 jaar
60–120 druppels per dag in 3 doses, d.w.z. 20-40 druppels 3×/dag. Bij neiging tot slaperigheid 40 druppels 's avonds en 20 druppels 's morgens.
Kinderen van 1 tot 12 jaar
2 druppels per kilogram lichaamsgewicht per dag in 3 doses. Als het totale aantal druppels per dag geen veelvoud van 6 druppels is, het totale aantal druppels afronden naar beneden op het dichtstbijzijnde veelvoud van 6. Bv. kind van 26 kg (totaal 52 druppels) dosering voor 24 kg geven (totaal 48 druppels). Zie tabel in rubriek 4.2 in de officiële productinformatie CBG/EMA (via Zie ook). Voor kinderen die ≥ 30 kg wegen: 20 druppels 3×/dag.
De druppelvloeistof mag niet worden blootgesteld aan hoge temperaturen: de druppels toevoegen aan lauwe voeding onmiddellijk vóór het voeden of geef ze onverdund op een theelepel.
Bijwerkingen
Ademhalingsstelsel, borstkas en mediastinum
Bloedneus | - |
---|---|
Droge keel | - |
Dyspneu | - |
Farynxoedeem | - |
Algemeen en toedieningsplaats
Asthenie | - |
---|---|
Drukkend gevoel op de borst | - |
Gezichtsoedeem | - |
Oedeem | - |
Vermoeidheid | Zeer zelden |
Hart
Hartkloppingen | Zeer zelden |
---|---|
Tachycardie | Zeer zelden |
Huid en onderhuid
Alopecia | Zeer zelden |
---|---|
Angio-oedeem | Zeer zelden |
Dermatitis | - |
Eczeem | - |
Erythema exsudativum multiforme | - |
Pruritus | - |
Rash | Zeer zelden |
Urticaria | - |
Immuunsysteem
Anafylactische reactie | Zeer zelden |
---|---|
Overgevoeligheid | Zeer zelden |
Infecties
Faryngitis | - |
---|---|
Rhinitis | - |
Lever en galwegen
Cholestase | - |
---|---|
Hepatitis | - |
Leverfunctie afwijkend | Zeer zelden |
Maagdarmstelsel
Braken | - |
---|---|
Buikpijn | - |
Droge mond | Zeer zelden |
Dyspepsie | - |
Gastritis | Zeer zelden |
Maag-darmfunctiestoornis | - |
Nausea | Zeer zelden |
Nieren en urinewegen
Urineretentie | - |
---|
Onderzoeken
Gewichtstoename | ? |
---|---|
Leverfunctietest abnormaal | - |
Oog
Accommodatiestoornis | - |
---|
Psyche
Insomnia | Soms |
---|---|
Prikkelbaarheid | - |
Zenuwachtigheid | - |
Skeletspieren en bindweefsel
Spierspasmen | - |
---|
Stofwisseling en voeding
Gestimuleerde eetlust | Soms |
---|
Voortplantingsstelsel en borst
Dysmenorroe | - |
---|---|
Menstruatiestoornis | - |
Zenuwstelsel
Convulsie | Zeer zelden |
---|---|
Coördinatie afwijkend | - |
Duizeligheid | - |
Dysesthesie | - |
Dysgeusie | - |
Extrapiramidale symptomen | - |
Hoofdpijn | Soms |
Hypo-esthesie | - |
Parkinsonisme | - |
Sedatie | - |
Smaakstoornis | - |
Somnolentie | Vaak |
Tremor | - |
- Bij kinderen vaak: hoofdpijn, zenuwachtigheid, vermoeidheid.
Bijwerkingen
Ademhalingsstelsel, borstkas en mediastinum
Bloedneus | - |
---|---|
Droge keel | - |
Dyspneu | - |
Farynxoedeem | - |
Algemeen en toedieningsplaats
Asthenie | - |
---|---|
Drukkend gevoel op de borst | Zelden |
Gezichtsoedeem | - |
Oedeem | - |
Vermoeidheid | - |
Hart
Hartkloppingen | - |
---|---|
Tachycardie | Zelden |
Huid en onderhuid
Alopecia | - |
---|---|
Angio-oedeem | - |
Dermatitis | - |
Eczeem | - |
Erythema exsudativum multiforme | - |
Pruritus | - |
Rash | - |
Urticaria | - |
Immuunsysteem
Anafylactische reactie | - |
---|---|
Overgevoeligheid | - |
Infecties
Faryngitis | - |
---|---|
Rhinitis | - |
Lever en galwegen
Cholestase | - |
---|---|
Hepatitis | - |
Leverfunctie afwijkend | - |
Maagdarmstelsel
Braken | - |
---|---|
Buikpijn | - |
Droge mond | Vaak |
Dyspepsie | - |
Gastritis | - |
Maag-darmfunctiestoornis | Soms |
Nausea | - |
Nieren en urinewegen
Urineretentie | Soms |
---|
Onderzoeken
Gewichtstoename | - |
---|---|
Leverfunctietest abnormaal | - |
Oog
Accommodatiestoornis | Soms |
---|
Psyche
Insomnia | Zelden |
---|---|
Prikkelbaarheid | Zelden |
Zenuwachtigheid | - |
Skeletspieren en bindweefsel
Spierspasmen | - |
---|
Stofwisseling en voeding
Gestimuleerde eetlust | - |
---|
Voortplantingsstelsel en borst
Dysmenorroe | - |
---|---|
Menstruatiestoornis | - |
Zenuwstelsel
Convulsie | Zelden |
---|---|
Coördinatie afwijkend | Vaak |
Duizeligheid | Vaak |
Dysesthesie | - |
Dysgeusie | - |
Extrapiramidale symptomen | Zelden |
Hoofdpijn | - |
Hypo-esthesie | - |
Parkinsonisme | Zelden |
Sedatie | Vaak |
Smaakstoornis | - |
Somnolentie | Vaak |
Tremor | Zelden |
Bijwerkingen
Ademhalingsstelsel, borstkas en mediastinum
Bloedneus | Soms |
---|---|
Droge keel | - |
Dyspneu | - |
Farynxoedeem | - |
Algemeen en toedieningsplaats
Asthenie | Zelden |
---|---|
Drukkend gevoel op de borst | - |
Gezichtsoedeem | - |
Oedeem | Zelden |
Vermoeidheid | - |
Hart
Hartkloppingen | Zelden |
---|---|
Tachycardie | Zelden |
Huid en onderhuid
Alopecia | - |
---|---|
Angio-oedeem | Zelden |
Dermatitis | Zelden |
Eczeem | Zeer zelden |
Erythema exsudativum multiforme | - |
Pruritus | - |
Rash | Zelden |
Urticaria | Zelden |
Immuunsysteem
Anafylactische reactie | Zelden |
---|---|
Overgevoeligheid | Zelden |
Infecties
Faryngitis | Soms |
---|---|
Rhinitis | Soms |
Lever en galwegen
Cholestase | Zelden |
---|---|
Hepatitis | Zelden |
Leverfunctie afwijkend | - |
Maagdarmstelsel
Braken | Zelden |
---|---|
Buikpijn | Zelden |
Droge mond | Vaak |
Dyspepsie | Zelden |
Gastritis | - |
Maag-darmfunctiestoornis | - |
Nausea | Zelden |
Nieren en urinewegen
Urineretentie | - |
---|
Onderzoeken
Gewichtstoename | ? |
---|---|
Leverfunctietest abnormaal | Zelden |
Oog
Accommodatiestoornis | - |
---|
Psyche
Insomnia | Zelden |
---|---|
Prikkelbaarheid | - |
Zenuwachtigheid | Zelden |
Skeletspieren en bindweefsel
Spierspasmen | - |
---|
Stofwisseling en voeding
Gestimuleerde eetlust | ? |
---|
Voortplantingsstelsel en borst
Dysmenorroe | Zeer zelden |
---|---|
Menstruatiestoornis | Zelden |
Zenuwstelsel
Convulsie | - |
---|---|
Coördinatie afwijkend | - |
Duizeligheid | Zelden |
Dysesthesie | Zeer zelden |
Dysgeusie | Zelden |
Extrapiramidale symptomen | - |
Hoofdpijn | Zeer vaak |
Hypo-esthesie | Zelden |
Parkinsonisme | - |
Sedatie | - |
Smaakstoornis | Zelden |
Somnolentie | Vaak |
Tremor | - |
Bijwerkingen
Ademhalingsstelsel, borstkas en mediastinum
Bloedneus | - |
---|---|
Droge keel | Zelden |
Dyspneu | Zeer zelden |
Farynxoedeem | Zeer zelden |
Algemeen en toedieningsplaats
Asthenie | - |
---|---|
Drukkend gevoel op de borst | - |
Gezichtsoedeem | Zeer zelden |
Oedeem | - |
Vermoeidheid | Zeer vaak |
Hart
Hartkloppingen | - |
---|---|
Tachycardie | - |
Huid en onderhuid
Alopecia | - |
---|---|
Angio-oedeem | - |
Dermatitis | - |
Eczeem | - |
Erythema exsudativum multiforme | ? |
Pruritus | ? |
Rash | Zeer zelden |
Urticaria | ? |
Immuunsysteem
Anafylactische reactie | Zeer zelden |
---|---|
Overgevoeligheid | - |
Infecties
Faryngitis | - |
---|---|
Rhinitis | - |
Lever en galwegen
Cholestase | - |
---|---|
Hepatitis | - |
Leverfunctie afwijkend | - |
Maagdarmstelsel
Braken | - |
---|---|
Buikpijn | - |
Droge mond | Zelden |
Dyspepsie | - |
Gastritis | - |
Maag-darmfunctiestoornis | Zelden |
Nausea | Zelden |
Nieren en urinewegen
Urineretentie | - |
---|
Onderzoeken
Gewichtstoename | - |
---|---|
Leverfunctietest abnormaal | - |
Oog
Accommodatiestoornis | - |
---|
Psyche
Insomnia | - |
---|---|
Prikkelbaarheid | Zelden |
Zenuwachtigheid | Vaak |
Skeletspieren en bindweefsel
Spierspasmen | Zeer zelden |
---|
Stofwisseling en voeding
Gestimuleerde eetlust | - |
---|
Voortplantingsstelsel en borst
Dysmenorroe | - |
---|---|
Menstruatiestoornis | - |
Zenuwstelsel
Convulsie | - |
---|---|
Coördinatie afwijkend | - |
Duizeligheid | Zelden |
Dysesthesie | - |
Dysgeusie | - |
Extrapiramidale symptomen | - |
Hoofdpijn | Zelden |
Hypo-esthesie | - |
Parkinsonisme | - |
Sedatie | - |
Smaakstoornis | - |
Somnolentie | Vaak |
Tremor | - |
Interacties
Antihistaminica beïnvloeden immunotherapie bij allergie.
Interacties
Alcohol, andere centraal dempende stoffen en tricyclische antidepressiva kunnen de centrale werking van antihistaminica versterken en vice versa. MAO-remmers kunnen de parasympathicolytische werking van antihistaminica versterken. Antihistaminica kunnen symptomen van ototoxiciteit door bijvoorbeeld cisplatine, salicylaten en vancomycine maskeren.
Interacties
Gelijktijdige toediening van rifampicine kan de plasmaconcentraties van ebastine verlagen en aanleiding geven tot een verminderd antihistaminerg effect.
Gelijktijdige toediening van de sterke CYP3A4-remmers ketoconazol, itraconazol of erytromycine leidt tot verhoging van de concentratie ebastine; dit wordt niet geassocieerd met klinisch significante farmacodynamische gevolgen.
Antihistaminica beïnvloeden immunotherapie bij allergie.
Interacties
Alcohol en andere centraal dempende stoffen kunnen de centrale werking van dimetindeen versterken.
Combinatie met stoffen met anticholinerge werking zoals tricyclische antidepressiva, parasympathicolytische antiparkinsonmiddelen of sommige antipsychotica geeft een versterkt anticholinerg effect.
Antihistaminica beïnvloeden immuuntherapie bij allergie.
Zwangerschap
Antihistaminica passeren de placenta.
Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Kan worden gebruikt. Bij vrouwen met fenylketonurie is het gebruik van preparaten die aspartaam bevatten (orodispergeerbare tablet) gecontra-indiceerd.
Zwangerschap
Cinnarizine passeert de placenta.
Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Farmacologisch effect: Bij gebruik tot vlak voor de partus kan sedatie (ademhalingsdepressie) van de neonaat optreden.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken. Houd bij gebruik tot vlak voor de partus, rekening met mogelijke sufheid en ademhalingsdepressie bij de neonaat.
Zwangerschap
Antihistaminica passeren de placenta.
Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens, bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Gebruik ontraden.
Zwangerschap
Antihistaminica passeren de placenta.
Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren onvoldoende gegevens.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, in kleine hoeveelheden. Preparaten die aspartaam bevatten: de metabolieten, inclusief fenylalanine, gaan in geringe mate over in de moedermelk.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt. Bij kinderen met fenylketonurie dient de moeder in de periode van het geven van borstvoeding geen preparaten die aspartaam bevatten (orodispergeerbare tablet) te gebruiken.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja.
Farmacologisch effect: Kan mogelijk sedatie en irritatie veroorzaken bij de zuigeling en de lactatie remmen.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. De hoge eiwitbinding van ebastine en carebastine suggereert geen excretie in de moedermelk.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Lactatie
Overgang in moedermelk: Onbekend. Ja, in geringe mate (bij dieren).
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel óf het geven van borstvoeding ontraden.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.
Contra-indicaties
- ziekte van Parkinson en extrapiramidale verschijnselen in de anamnese;
- overgevoeligheid voor antihistaminica;
- gebruik bij prematuren en neonaten.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.
Contra-indicaties
- prostaathyperplasie met urineretentie;
- acuut glaucoom;
- gebruik bij kinderen jonger dan één jaar.
Waarschuwingen en voorzorgen
Wees terughoudend bij ernstige leveraandoeningen; indien toch toegepast de dosering verlagen, zie rubriek Dosering.
Bij patiënten met fenylketonurie de hoeveelheid overeenkomende fenylalanine in de orodispergeerbare tabletten doorberekenen in het voedingsvoorschrift.
Antihistaminica beïnvloeden de uitslagen van allergietesten; bij een allergietest moet het gebruik van loratadine ten minste 48 uur vóór de test worden gestaakt.
De hulpstof propyleenglycol kan bij langdurig systemisch gebruik en/of hoge doses ernstige bijwerkingen hebben, vooral bij een verlaagd metabolisme ervan, zoals bij jonge kinderen. Er gelden doseringslimieten; zie de informatie van de EMA: Questions and answers on propylene glycol hierover.
De werkzaamheid en veiligheid zijn niet vastgesteld bij kinderen < 2 jaar.
Dit middel kan invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen. Raadpleeg ‘Rij Veilig met Medicijnen’ van het IVM.
Waarschuwingen en voorzorgen
Wees voorzichtig bij prostaathyperplasie, pylorusstenose, urineretentie, epilepsie (focale cerebrale corticale laesies), cardiovasculaire aandoeningen en hypertensie. Dit middel kan door pupilverwijding de oogboldruk verhogen. Vooral bij ouderen, vrouwen en na het innemen van doses boven 150 mg per dag is incidenteel verergering of optreden van extrapiramidale symptomen gedurende langdurige therapie gemeld. De dosering dient dan te worden verlaagd; bij aanhouden van de bijwerking de behandeling staken. (Kleine) kinderen zijn extra gevoelig voor cinnarizine (m.n. door penetratie in het centrale zenuwstelsel): niet gebruiken bij jonge kinderen.
Dit middel kan invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen. Raadpleeg ‘Rij Veilig met Medicijnen’ van het IVM.
Waarschuwingen en voorzorgen
Wees voorzichtig bij ernstige leverfunctiestoornissen.
Antihistaminica beïnvloeden de uitslagen van allergietesten. Deze 5 -7 dagen na het staken van ebastine niet uitvoeren.
Bij homozygote patiënten met fenylketonurie (bij gebruik van orodispergeerbare tablet) de overeenkomende hoeveelheid fenylalanine doorberekenen in het voedingsvoorschrift.
De werkzaamheid en veiligheid bij kinderen < 12 jaar zijn niet vastgesteld.
Dit middel kan invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen. Raadpleeg ‘Rij Veilig met Medicijnen’ van het IVM.
Waarschuwingen en voorzorgen
Gebruik is gecontra-indiceerd bij kinderen jonger dan een jaar, omdat het sedatief effect kan leiden tot perioden met ademhalingsstilstand tijdens de slaap.
Dit middel kan door pupilverwijding de oogdruk verhogen en een aanval van acuut glaucoom veroorzaken.
Antihistaminica beïnvloeden de uitslagen van allergietesten.
Voorzichtig zijn bij ouderen die meer kans hebben op bijwerkingen zoals agitatie en vermoeidheid.
Dit middel kan invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen. Raadpleeg ‘Rij Veilig met Medicijnen’ van het IVM.
Overdosering
Symptomen
slaperigheid, hoofdpijn en tachycardie.
Zie voor symptomen en behandeling de stofmonografie loratadine op vergiftigingen.info.
Overdosering
Symptomen
kinderen en ouderen: hyperthermie, tremoren, coördinatiestoornissen en athetose, convulsies, hallucinaties. Na een excitatiefase kan een diep coma optreden. Volwassenen: aanvankelijk sufheid en coma, meestal gevolgd door een excitatieperiode die opnieuw in coma overgaat en eindigt in ademhalingsdepressie/- stilstand en cardiovasculaire collaps.
Zie voor meer symptomen en behandeling de monografie cinnarizine op vergiftigingen.info.
Overdosering
Neem voor (meer) informatie over een vergiftiging metebastine contact op met het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum.
Overdosering
Symptomen
Slaperigheid, voornamelijk bij volwassenen. Vooral bij kinderen en ouderen, stimulatie van het CZS en antimuscarinische effecten waaronder excitatie, ataxie, hallicunaties, tremoren, convulsies, urineretentie en koorts. Verder kunnen hypotensie, coma en cardiorespiratoire collapsen optreden.
Zie voor meer symptomen en de behandeling vergiftigingen.info.
Eigenschappen
H1-receptorantagonist zonder uitgesproken sederende of anticholinerge werking (geen centraal aangrijpingspunt) bij een dosis van 10 mg/dag. De werking treedt binnen 1-3 uur in, is maximaal binnen 8-12 uur en houdt ten minste 24 uur aan.
Kinetische gegevens
Resorptie | snel en praktisch volledig. Belangrijk 'first pass'-effect. |
T max | 1–2 uur (loratadine), 2–4 uur (actieve metaboliet). |
Eiwitbinding | 97–99% (loratadine). |
Metabolisering | in de lever via CYP3A4 en CYP2D6 tot o.a. actief desloratadine. |
Eliminatie | met de urine 40% en feces 42%, vnl. als geconjugeerde metabolieten. Hemodialyse verwijdert loratadine niet uit de circulatie. |
T 1/2el | ca. 8 uur (loratadine), ca. 28 uur (actieve metaboliet); bij chronische (alcoholische) leveraandoeningen zijn deze verlengd tot resp. ca. 24 en 37 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Antihistaminicum met zwak sederende, zwak anticholinerge en sterke anti-emetische werking. Verhindert de meeste effecten van histamine op het gladde spierweefsel van het maag-darmkanaal, de uterus, de grote bloedvaten en de bronchiën. Werking: na 30 min. Werkingsduur: 4–6 uur.
Kinetische gegevens
Resorptie | langzaam en zeer variabel. |
T max | 1–4 uur. |
Metabolisering | in de lever. |
Eliminatie | 20% met de urine, deels als onveranderde stof en deels als metaboliet, en 40% met de feces. |
T 1/2el | 3–4 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Krachtige, selectieve H1–receptorantagonist. Werking: binnen 1 uur. Werkingsduur: 24-48 uur.
Kinetische gegevens
Resorptie | snel. Uitgebreid 'first pass'-effect via CYP3A4, waarbij actief carebastine wordt gevormd. |
T max | 1–3 uur (ebastine), 2½–4 uur (carebastine). |
Eiwitbinding | > 95% (ebastine, carebastine). |
Metabolisering | in de lever. |
Eliminatie | vnl. met de urine als metabolieten. |
T 1/2el | 15–19 uur (carebastine). |
Overig | Gelijktijdige inname met voedsel geeft 1,5-2-voudige toename van de plasmaspiegel en de AUC van de belangrijkste actieve metaboliet; de Tmax en klinisch effect blijven gelijk. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
H 1-receptorantagonist met een centraal aangrijpingspunt en een sederende en anticholinerge werking.
Kinetische gegevens
F | 70%. |
T max | 2 uur. |
Metabolisering | in de lever, gedeeltelijk. |
Eliminatie | via gal- en urinewegen. |
T 1/2el | circa 6 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
loratadine hoort bij de groep antihistaminica, systemisch.
- acrivastine (R06AX18) Vergelijk
- cetirizine (R06AE07) Vergelijk
- chloorcyclizine/cinnarizine (N07CA52) Vergelijk
- cinnarizine (N07CA02) Vergelijk
- clemastine (R06AA04) Vergelijk
- cyclizine (R06AE03) Vergelijk
- desloratadine (R06AX27) Vergelijk
- dimetindeen (R06AB03) Vergelijk
- doxylamine/pyridoxine (R06AA59) Vergelijk
- ebastine (R06AX22) Vergelijk
- fexofenadine (R06AX26) Vergelijk
- hydroxyzine (N05BB01) Vergelijk
- ketotifen (systemisch) (R06AX17) Vergelijk
- levocetirizine (R06AE09) Vergelijk
- meclozine (R06AE05) Vergelijk
- meclozine/pyridoxine (R06AE55) Vergelijk
- mizolastine (R06AX25) Vergelijk
- promethazine (R06AD02) Vergelijk
- rupatadine (R06AX28) Vergelijk
Groepsinformatie
cinnarizine hoort bij de groep antihistaminica, systemisch.
- acrivastine (R06AX18) Vergelijk
- cetirizine (R06AE07) Vergelijk
- chloorcyclizine/cinnarizine (N07CA52) Vergelijk
- clemastine (R06AA04) Vergelijk
- cyclizine (R06AE03) Vergelijk
- desloratadine (R06AX27) Vergelijk
- dimetindeen (R06AB03) Vergelijk
- doxylamine/pyridoxine (R06AA59) Vergelijk
- ebastine (R06AX22) Vergelijk
- fexofenadine (R06AX26) Vergelijk
- hydroxyzine (N05BB01) Vergelijk
- ketotifen (systemisch) (R06AX17) Vergelijk
- levocetirizine (R06AE09) Vergelijk
- loratadine (R06AX13) Vergelijk
- meclozine (R06AE05) Vergelijk
- meclozine/pyridoxine (R06AE55) Vergelijk
- mizolastine (R06AX25) Vergelijk
- promethazine (R06AD02) Vergelijk
- rupatadine (R06AX28) Vergelijk
Groepsinformatie
ebastine hoort bij de groep antihistaminica, systemisch.
- acrivastine (R06AX18) Vergelijk
- cetirizine (R06AE07) Vergelijk
- chloorcyclizine/cinnarizine (N07CA52) Vergelijk
- cinnarizine (N07CA02) Vergelijk
- clemastine (R06AA04) Vergelijk
- cyclizine (R06AE03) Vergelijk
- desloratadine (R06AX27) Vergelijk
- dimetindeen (R06AB03) Vergelijk
- doxylamine/pyridoxine (R06AA59) Vergelijk
- fexofenadine (R06AX26) Vergelijk
- hydroxyzine (N05BB01) Vergelijk
- ketotifen (systemisch) (R06AX17) Vergelijk
- levocetirizine (R06AE09) Vergelijk
- loratadine (R06AX13) Vergelijk
- meclozine (R06AE05) Vergelijk
- meclozine/pyridoxine (R06AE55) Vergelijk
- mizolastine (R06AX25) Vergelijk
- promethazine (R06AD02) Vergelijk
- rupatadine (R06AX28) Vergelijk
Groepsinformatie
dimetindeen hoort bij de groep antihistaminica, systemisch.
- acrivastine (R06AX18) Vergelijk
- cetirizine (R06AE07) Vergelijk
- chloorcyclizine/cinnarizine (N07CA52) Vergelijk
- cinnarizine (N07CA02) Vergelijk
- clemastine (R06AA04) Vergelijk
- cyclizine (R06AE03) Vergelijk
- desloratadine (R06AX27) Vergelijk
- doxylamine/pyridoxine (R06AA59) Vergelijk
- ebastine (R06AX22) Vergelijk
- fexofenadine (R06AX26) Vergelijk
- hydroxyzine (N05BB01) Vergelijk
- ketotifen (systemisch) (R06AX17) Vergelijk
- levocetirizine (R06AE09) Vergelijk
- loratadine (R06AX13) Vergelijk
- meclozine (R06AE05) Vergelijk
- meclozine/pyridoxine (R06AE55) Vergelijk
- mizolastine (R06AX25) Vergelijk
- promethazine (R06AD02) Vergelijk
- rupatadine (R06AX28) Vergelijk