Samenstelling
Cetirizine
(dihydrochloride)
OTC
Bijlage 2
Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 10 mg
- Toedieningsvorm
- Drank
- Sterkte
- 1 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- 200 ml
Prevalin allerstop
OTC
Bijlage 2
Omega Pharma Nederland
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld
- Sterkte
- 10 mg
Reactine
OTC
Bijlage 2
Johnson & Johnson Consumer bv
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 10 mg
Zyrtec
OTC
Bijlage 2
UCB Pharma bv
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld
- Sterkte
- 10 mg
- Toedieningsvorm
- Drank
- Sterkte
- 1 mg/ml
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Primatour XGVS OTC Mylan bv
- Toedieningsvorm
- Tablet
Bevat per tablet: chloorcyclizine(hydrochloride) 25 mg, cinnarizine 12,5 mg.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Allerfre
OTC
Bijlage 2
Reckitt Benckiser Nederland bv
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 10 mg
Loratadine
OTC
Bijlage 2
Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 10 mg
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld
- Sterkte
- 10 mg
- Toedieningsvorm
- Tablet, orodispergeerbaar
- Sterkte
- 10 mg
De orodispergeerbare tablet bevat tevens sorbitol en aspartaam (0,5 mg/tablet, overeenkomend met 0,25 mg fenylalanine).
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Clemastine (als waterstoffumaraat) Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 1 mg
Tavegyl (als waterstoffumaraat) Centrafarm bv
- Toedieningsvorm
- Injectievloeistof
- Sterkte
- 1 mg/ml
- Verpakkingsvorm
- ampul 2 ml
Bevat tevens: sorbitol, alcohol (140 mg per ampul).
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 1 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Vermijd bij allergische rinitis zoveel mogelijk de prikkels die klachten veroorzaken. Incidentele klachten kunnen medicamenteus behandeld worden met een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) vanwege de snelle werking. Bij intermitterende en milde klachten kan een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) of een nasaal corticosteroïd worden gebruikt. Bij een verstopte neus en bij persisterende en matig-ernstige tot ernstige klachten, gaat de voorkeur uit naar een nasaal corticosteroïd dat bij onvoldoende effect kan worden gecombineerd met een antihistaminicum (oraal niet-sederend of nasaal). Faalt ook de combinatietherapie en zijn de klachten ernstig, dan kan een allergeen-specifieke immunotherapie in aanmerking komen, na zorgvuldige afweging van de voor- en nadelen samen met de patiënt.
Bij een allergische conjunctivitis geven oogdruppels met een antihistaminicum veelal verlichting van de klachten. Voeg bij hardnekkige en hevige conjunctivitisklachten, prednisolon-oogdruppels toe (max. 3 dagen). Bij hevige klachten aan de oogleden, kan aanbrengen van hydrocortisoncrème gedurende enkele dagen effectief zijn. Overweeg bij frequent recidiverende conjunctivitis een onderhoudsbehandeling met een antihistaminicum-oogdruppel; combineer met een (‘niet-sederend’) oraal antihistaminicum bij onvoldoende effect. Behandel een rinoconjunctivitis in eerste instantie met een corticosteroïdneusspray, aangezien de oogklachten hierdoor vaak al afnemen.
Offlabel: De aanpak bij chronische jeuk van onbekende oorsprong is gericht op symptoombestrijding. Lokale indifferente middelen hebben een verzachtende, verkoelende en jeukstillende werking. Voeg eventueel levomenthol en/of een lokaal anestheticum toe. Start orale antihistaminica bij onvoldoende effect. Bij falen van lokale middelen en orale antihistaminica kunnen in de tweedelijnszorg enkele andere opties overwogen worden.
Vermijd bij urticaria in eerste instantie uitlokkende factoren indien bekend. Start bij jeuk bij urticaria met lokale anti-jeukmiddelen. Geef vervolgens een tweedegeneratie-antihistaminicum, bij voorkeur levocetirizine of desloratadine en verdubbel de dosering bij onvoldoende effect. Overweeg bij aanhoudende, ernstige klachten van acute urticaria bij volwassenen ondanks een dubbele dosering antihistaminicum, eenmalig een kuur prednisolon. Doseer bij chronische spontane urticaria in de tweedelijnszorg tweedegeneratie-antihistaminica tot viermaal de geregistreerde dosis. Bij onvoldoende effect, overweeg als zijstap om te switchen tussen tweedegeneratie-antihistaminica, de toevoeging van montelukast en/of een korte kuur orale corticosteroïden. Vervolgens kan omalizumab en/of ciclosporine worden overwogen.
Aan de vergoeding van cetirizine zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering, bijlage 2.
Advies
Voor de preventie of behandeling van reisziekte hebben niet-medicamenteuze adviezen de voorkeur boven medicamenteuze behandeling. Als niet-medicamenteuze adviezen onvoldoende helpen kan bij relatief ernstige, aanhoudende klachten een licht-sederend antihistaminicum (zoals cyclizine, cinnarizine of meclozine) overwogen worden. Bewijs voor de effectiviteit bij reisziekte is echter zeer beperkt, om deze reden wordt gebruik bij kinderen ontraden. Transdermale scopolamine kan worden overwogen bij volwassenen, indien langdurige preventie van reisziekte (zoals tijdens een lange zeereis) gewenst is.
De combinatie van cinnarizine en chloorcyclizine heeft geen voordelen boven cinnarizine of cyclizine.
Advies
Vermijd bij allergische rinitis zoveel mogelijk de prikkels die klachten veroorzaken. Incidentele klachten kunnen medicamenteus behandeld worden met een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) vanwege de snelle werking. Bij intermitterende en milde klachten kan een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) of een nasaal corticosteroïd worden gebruikt. Bij een verstopte neus en bij persisterende en matig-ernstige tot ernstige klachten, gaat de voorkeur uit naar een nasaal corticosteroïd dat bij onvoldoende effect kan worden gecombineerd met een antihistaminicum (oraal niet-sederend of nasaal). Faalt ook de combinatietherapie en zijn de klachten ernstig, dan kan een allergeen-specifieke immunotherapie in aanmerking komen, na zorgvuldige afweging van de voor- en nadelen samen met de patiënt.
Bij een allergische conjunctivitis geven oogdruppels met een antihistaminicum veelal verlichting van de klachten. Voeg bij hardnekkige en hevige conjunctivitisklachten, prednisolon-oogdruppels toe (max. 3 dagen). Bij hevige klachten aan de oogleden, kan aanbrengen van hydrocortisoncrème gedurende enkele dagen effectief zijn. Overweeg bij frequent recidiverende conjunctivitis een onderhoudsbehandeling met een antihistaminicum-oogdruppel; combineer met een (‘niet-sederend’) oraal antihistaminicum bij onvoldoende effect. Behandel een rinoconjunctivitis in eerste instantie met een corticosteroïdneusspray, aangezien de oogklachten hierdoor vaak al afnemen.
Offlabel: De aanpak bij chronische jeuk van onbekende oorsprong is gericht op symptoombestrijding. Lokale indifferente middelen hebben een verzachtende, verkoelende en jeukstillende werking. Voeg eventueel levomenthol en/of een lokaal anestheticum toe. Start orale antihistaminica bij onvoldoende effect. Bij falen van lokale middelen en orale antihistaminica kunnen in de tweedelijnszorg enkele andere opties overwogen worden.
Vermijd bij urticaria in eerste instantie uitlokkende factoren indien bekend. Start bij jeuk bij urticaria met lokale anti-jeukmiddelen. Geef vervolgens een tweedegeneratie-antihistaminicum, bij voorkeur levocetirizine of desloratadine en verdubbel de dosering bij onvoldoende effect. Overweeg bij aanhoudende, ernstige klachten van acute urticaria bij volwassenen ondanks een dubbele dosering antihistaminicum, eenmalig een kuur prednisolon. Doseer bij chronische spontane urticaria in de tweedelijnszorg tweedegeneratie-antihistaminica tot viermaal de geregistreerde dosis. Bij onvoldoende effect, overweeg als zijstap om te switchen tussen tweedegeneratie-antihistaminica, de toevoeging van montelukast en/of een korte kuur orale corticosteroïden. Vervolgens kan omalizumab en/of ciclosporine worden overwogen.
Aan de vergoeding van loratadine zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering, bijlage 2.
Advies
In het algemeen: Bij de keuze van een antihistaminicum gaat de voorkeur uit naar een niet-sederend antihistaminicum. Bij aandoeningen waarbij niet-sederende antihistaminica niet of onvoldoende effectief zijn gebleken (bv. constitutioneel eczeem) kunnen klassieke sederende antihistaminica (zoals clemastine) van nut zijn.
Bij anafylaxie kan i.v.-toepassing van clemastine aangewezen zijn.
Vermijd bij allergische rinitis zoveel mogelijk de prikkels die klachten veroorzaken. Incidentele klachten kunnen medicamenteus behandeld worden met een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) vanwege de snelle werking. Bij intermitterende en milde klachten kan een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) of een nasaal corticosteroïd worden gebruikt. Bij een verstopte neus en bij persisterende en matig-ernstige tot ernstige klachten, gaat de voorkeur uit naar een nasaal corticosteroïd dat bij onvoldoende effect kan worden gecombineerd met een antihistaminicum (oraal niet-sederend of nasaal). Faalt ook de combinatietherapie en zijn de klachten ernstig, dan kan een allergeen-specifieke immunotherapie in aanmerking komen, na zorgvuldige afweging van de voor- en nadelen samen met de patiënt.
Vanwege meer kans op sedatie en interacties bij gebruik van een sederend antihistaminicum, gaat de voorkeur uit naar een niet-sederend antihistaminicum. Het gebruik van een sederend antihistaminicum wordt afgeraden.
Offlabel: De aanpak bij chronische jeuk van onbekende oorsprong is gericht op symptoombestrijding. Lokale indifferente middelen hebben een verzachtende, verkoelende en jeukstillende werking. Voeg eventueel levomenthol en/of een lokaal anestheticum toe. Start orale antihistaminica bij onvoldoende effect. Bij falen van lokale middelen en orale antihistaminica kunnen in de tweedelijnszorg enkele andere opties overwogen worden.
Vermijd bij urticaria in eerste instantie uitlokkende factoren indien bekend. Start bij jeuk bij urticaria met lokale anti-jeukmiddelen. Geef vervolgens een tweedegeneratie-antihistaminicum, bij voorkeur levocetirizine of desloratadine en verdubbel de dosering bij onvoldoende effect. Overweeg bij aanhoudende, ernstige klachten van acute urticaria bij volwassenen ondanks een dubbele dosering antihistaminicum, eenmalig een kuur prednisolon. Doseer bij chronische spontane urticaria in de tweedelijnszorg tweedegeneratie-antihistaminica tot viermaal de geregistreerde dosis. Bij onvoldoende effect, overweeg als zijstap om te switchen tussen tweedegeneratie-antihistaminica, de toevoeging van montelukast en/of een korte kuur orale corticosteroïden. Vervolgens kan omalizumab en/of ciclosporine worden overwogen.
Eerstegeneratie-antihistaminica (clemastine, dimetindeen, hydroxyzine en promethazine) kunnen kortdurend worden toegevoegd bij verstoring van de nachtrust door hevige jeuk bij urticaria bij volwassenen.
Indicaties
- Symptomatische behandeling van neusklachten en oogklachten bij seizoensgebonden en niet-seizoensgebonden allergische rinitis;
- Chronische urticaria.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Preventie en behandeling van reisziekte.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Verlichting van symptomen van allergische rinitis.
- Symptomatische behandeling van chronische urticaria.
Gerelateerde informatie
Indicaties
Allergische aandoeningen
- Oraal:
- profylaxe en symptomatische behandeling van allergische aandoeningen (zoals hooikoorts, niet-seizoengebonden allergische rinitis, urticaria) en andere dermatosen berustend op allergie van het directe type (insectensteken, prurigo), geneesmiddelenexanthemen en als adjuvans bij andere vormen van eczeem;
- profylaxe van allergische bijwerkingen van hyposensibilisatiekuren;
- adjuvans bij allergisch astma.
- Parenteraal:
- adjuvans bij de behandeling van anafylaxie en bij angio-oedeem;
- profylaxe van allergische reacties bij diagnostisch onderzoek, zoals bijvoorbeeld anafylactoïde reacties ten gevolge van contrastmiddelen.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Allergische rinitis, chronische urticaria
Volwassenen en kinderen ≥ 12 jaar
10 mg (1 tablet of 10 ml drank) 1×/dag.
Nierfunctiestoornis, volwassenen: bij een matige nierfunctiestoornis (creatinineklaring 30–60 ml/min): 5 mg 1×/dag; bij ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring 15–30 ml/min) 5 mg 1×/twee dagen; bij een creatinineklaring < 15 ml/min en bij dialysepatiënten: gecontra-indiceerd; > 60 ml/min geen dosisaanpassing nodig.
Nierfunctiestoornis, kinderen ≥ 12 jaar: volgens het Kinderformularium van het NKFK: bij een creatinineklaring van 10–50 ml/min/1,73m²: 5 mg 1×/dag; > 50 ml/min: geen dosisaanpassing nodig.
Kinderen 6–12 jaar
5 mg (½ tablet of 5 ml drank) 2×/dag.
Bij nierfunctiestoornis: volgens het Kinderformularium van het NKFK: bij een creatinineklaring van 10–50 ml/min/1,73m²: 5 mg 1×/dag; > 50 ml/min geen dosisaanpassing nodig.
Kinderen 2–6 jaar
Drank: 2,5 mg (= 2,5 ml drank) 2×/dag.
Bij nierfunctiestoornis: volgens het Kinderformularium van het NKFK: bij een creatinineklaring van 10–50 ml/min/1,73m²: 2,5 mg 1×/dag; > 50 ml/min geen dosisaanpassing nodig.
Kinderen 1–2 jaar
Volgens het Kinderformularium van het NKFK: 0,5 mg/kg lichaamsgewicht/dag verdeeld over 2 doses, max. 5 mg/dag.
Bij nierfunctiestoornis: volgens het Kinderformularium van het NKFK (> 3 mnd.): bij een creatinineklaring van 10–50 ml/min/1,73m²: 0,25 mg/kg lichaamsgewicht 1×/dag; > 50 ml/min geen dosisaanpassing nodig.
Bij alleen een leverfunctiestoornis is volgens de productinformatie geen dosisaanpassing nodig. Zie voor het doseeradvies van Health Base bij levercirrose: Systemische antihistaminica op geneesmiddelenbijlevercirrose.nl.
Doseringen
Reisziekte:
Volwassenen:
1 tablet; bij langdurig reizen zo nodig 3×/dag.
Kinderen > 6 jaar:
½ tablet, bij langdurig reizen zo nodig 3×/dag;
2-6 jaar: ¼ tablet.
Tablet innemen minstens ½ uur vóór vertrek.
Doseringen
Symptomatische behandeling allergische rinitis of chronische urticaria:
Volwassenen en kinderen vanaf 6 jaar met een lichaamgewicht > 30 kg:
10 mg 1×/dag.
Kinderen 2–6 jaar:
Lichaamsgewicht ≤ 30 kg: 5 mg 1×/dag.
Lichaamsgewicht > 30 kg: 10 mg 1×/dag.
Bij leverinsufficiëntie: bij een milde of matige leverfunctiestoornis is aanpassing van de dosering niet nodig. Bij ernstige leverfunctiestoornis bij volwassenen en kinderen met lichaamsgewicht > 30 kg: aanvankelijk 10 mg elke 2 dagen; bij kinderen met lichaamsgewicht ≤ 30 kg: aanvankelijk 5 mg elke 2 dagen.
Bij nierfunctiestoornis: is aanpassing van de dosis niet nodig.
Bij ouderen: is aanpassing van de dosis niet nodig.
Toedieningsinformatie: de orodispergeerbare tablet op de tong houden tot deze volledig is opgelost.
Doseringen
Allergische aandoeningen en profylaxe allergische bijwerkingen van hyposensibilisatiekuren:
Volwassenen en kinderen > 12 jaar:
Oraal: 1 mg 2×/dag.
Anafylaxie en angio-oedeem:
Volwassenen:
2 mg i.v. of i.m., 's ochtends en 's avonds.
Kinderen > 1 jaar:
Volgens de productinformatie: i.m.: 0,025 mg/kg/dag in 2 giften.
Kinderen > 1 maand:
Volgens het Kinderformularium van het NKFK: i.m., i.v. of oraal: 0,025–0,050 mg/kg/dosis, maximaal 2×/dag.
Profylaxe van allergische reacties bij diagnostisch onderzoek, bv. ten gevolge van contrastmiddelen:
Volwassenen:
2 mg i.v., onmiddellijk vóór het mogelijk optreden van anafylactische of door histamine veroorzaakte reacties toedienen.
Ouderen: geen dosisaanpassing nodig. Vermijd gebruik bij ouderen met verwarring; zie voor meer informatie Waarschuwingen en voorzorgen.
Toedieningsinformatie: De tabletten bij voorkeur vóór de maaltijd met water innemen. De breukstreep is alleen om het inslikken makkelijker te maken, niet om de tablet in gelijke doses te verdelen.
De i.v.-injectie zeer langzaam toedienen (2–3 min/ampul). Ook kan de oplossing voor injectie met een isotone NaCl-oplossing of een 5%-glucose-oplossing in een verhouding 1:5 worden verdund. Intra-arteriële injectie vermijden.
Bijwerkingen
Ademhalingsstelsel, borstkas en mediastinum
Dyspneu | - |
---|
Algemeen en toedieningsplaats
Asthenie | Soms |
---|---|
Drukkend gevoel op de borst | - |
Malaise | Soms |
Oedeem | Zelden |
Vermoeidheid | Vaak |
Verwardheid | Zelden |
Bloed en lymfestelsel
Agranulocytose | - |
---|---|
Aplastische anemie | - |
Hemolytische anemie | - |
Trombocytopenie | Zeer zelden |
Bloedvaten
Shock | - |
---|
Chirurgische en medische verrichtingen
Stimulatie CZS | - |
---|
Hart
Hartkloppingen | - |
---|---|
Tachycardie | Zelden |
Huid en onderhuid
Alopecia | - |
---|---|
Angio-oedeem | Zeer zelden |
Dermatitis | Zeer zelden |
Gegeneraliseerd pustuleus exantheem acuut | ? |
Huidirritatie | - |
Hyperhidrose | - |
Pruritus | Soms |
Rash | Soms |
Urticaria | Zelden |
Immuunsysteem
Anafylactische reactie | - |
---|---|
Anafylactische shock | Zeer zelden |
Overgevoeligheid | Zelden |
Overgevoeligheidsreactie | - |
Infecties
Faryngitis | Vaak |
---|---|
Rhinitis | Vaak |
Lever en galwegen
Allergische hepatitis | - |
---|---|
Cholestatische icterus | - |
Hepatitis | ? |
Leverfunctie afwijkend | - |
Verminderde leverfunctie | Zelden |
Maagdarmstelsel
Buikpijn | Soms |
---|---|
Diarree | Soms |
Droge mond | Vaak |
Gastralgie | - |
Gastritis | - |
Maag-darmfunctiestoornis | - |
Nausea | Vaak |
Obstipatie | - |
Nieren en urinewegen
Dysurie | Zeer zelden |
---|---|
Urineretentie | ? |
Onderzoeken
Bloed alkalische fosfatase verhoogd | Zelden |
---|---|
Bloed bilirubine verhoogd | Zelden |
Gamma-GT verhoogd | Zelden |
Gewichtstoename | Zelden |
Gewichtstoename | - |
Transaminasen verhoogd | Zelden |
Oog
Accommodatieafwijking | Zeer zelden |
---|---|
Accommodatiestoornis | - |
Oculogyratie | Zeer zelden |
Oogpijn | ? |
Wazig zien | Zeer zelden |
Oor en evenwichtsorgaan
Vertigo | ? |
---|
Psyche
Agitatie | Soms |
---|---|
Agressie | Zelden |
Bedplassen | Zeer zelden |
Depressie | Zelden |
Erythema fixatum | Zeer zelden |
Hallucinatie | Zelden |
Insomnia | Zelden |
Nachtmerrie | ? |
Prikkelbaarheid | - |
Tic | Zeer zelden |
Zelfmoordgedachte | ? |
Skeletspieren en bindweefsel
Artralgie | ? |
---|
Stofwisseling en voeding
Gestimuleerde eetlust | ? |
---|---|
Verminderde eetlust | - |
Voortplantingsstelsel en borst
Erectiele disfunctie | ? |
---|
Zenuwstelsel
Chorea | - |
---|---|
Convulsie | Zelden |
Coördinatie afwijkend | - |
Duizeligheid | Vaak |
Dysgeusie | Zeer zelden |
Dyskinesie | Zeer zelden |
Dystonie | Zeer zelden |
Extrapiramidale symptomen | - |
Geheugenstoornis | ? |
Hoofdpijn | Vaak |
Paresthesie | Soms |
Sedatie | - |
Somnolentie | Vaak |
Syncope | Zeer zelden |
Tremor | Zeer zelden |
- In lichte mate en van voorbijgaande aard: slaperigheid, vermoeidheid, duizeligheid, hoofdpijn, droge mond, misselijkheid en faryngitis.
- Bij kleine kinderen vaak diarree, slaperigheid, vermoeidheid en rinitis.
- Verminderde leverfunctie (stijging van transaminase-, alkalische fosfatase-, γ-GT- en bilirubinewaarden).
Bijwerkingen
Ademhalingsstelsel, borstkas en mediastinum
Dyspneu | - |
---|
Algemeen en toedieningsplaats
Asthenie | - |
---|---|
Drukkend gevoel op de borst | Zelden |
Malaise | - |
Oedeem | - |
Vermoeidheid | - |
Verwardheid | - |
Bloed en lymfestelsel
Agranulocytose | ? |
---|---|
Aplastische anemie | ? |
Hemolytische anemie | ? |
Trombocytopenie | - |
Bloedvaten
Shock | - |
---|
Chirurgische en medische verrichtingen
Stimulatie CZS | - |
---|
Hart
Hartkloppingen | - |
---|---|
Tachycardie | Zelden |
Huid en onderhuid
Alopecia | - |
---|---|
Angio-oedeem | - |
Dermatitis | - |
Gegeneraliseerd pustuleus exantheem acuut | - |
Huidirritatie | ? |
Hyperhidrose | - |
Pruritus | - |
Rash | - |
Urticaria | - |
Immuunsysteem
Anafylactische reactie | - |
---|---|
Anafylactische shock | - |
Overgevoeligheid | - |
Overgevoeligheidsreactie | - |
Infecties
Faryngitis | - |
---|---|
Rhinitis | - |
Lever en galwegen
Allergische hepatitis | ? |
---|---|
Cholestatische icterus | Zelden |
Hepatitis | - |
Leverfunctie afwijkend | - |
Verminderde leverfunctie | - |
Maagdarmstelsel
Buikpijn | - |
---|---|
Diarree | - |
Droge mond | Vaak |
Gastralgie | - |
Gastritis | - |
Maag-darmfunctiestoornis | Soms |
Nausea | - |
Obstipatie | - |
Nieren en urinewegen
Dysurie | - |
---|---|
Urineretentie | Soms |
Onderzoeken
Bloed alkalische fosfatase verhoogd | - |
---|---|
Bloed bilirubine verhoogd | - |
Gamma-GT verhoogd | - |
Gewichtstoename | - |
Gewichtstoename | - |
Transaminasen verhoogd | - |
Oog
Accommodatieafwijking | - |
---|---|
Accommodatiestoornis | Soms |
Oculogyratie | - |
Oogpijn | - |
Wazig zien | - |
Oor en evenwichtsorgaan
Vertigo | - |
---|
Psyche
Agitatie | - |
---|---|
Agressie | - |
Bedplassen | - |
Depressie | - |
Erythema fixatum | - |
Hallucinatie | ? |
Insomnia | Zelden |
Nachtmerrie | ? |
Prikkelbaarheid | Zelden |
Tic | - |
Zelfmoordgedachte | - |
Skeletspieren en bindweefsel
Artralgie | - |
---|
Stofwisseling en voeding
Gestimuleerde eetlust | - |
---|---|
Verminderde eetlust | ? |
Voortplantingsstelsel en borst
Erectiele disfunctie | - |
---|
Zenuwstelsel
Chorea | ? |
---|---|
Convulsie | Zelden |
Coördinatie afwijkend | Soms |
Duizeligheid | ? |
Dysgeusie | - |
Dyskinesie | - |
Dystonie | - |
Extrapiramidale symptomen | Zelden |
Geheugenstoornis | - |
Hoofdpijn | - |
Paresthesie | - |
Sedatie | Vaak |
Somnolentie | Vaak |
Syncope | - |
Tremor | Zelden |
- Bijwerkingen met frequentie onbekend zijn gemeld bij het gebruik van de aan cyclizine verwante stof chloorcyclizine.
Bijwerkingen
Ademhalingsstelsel, borstkas en mediastinum
Dyspneu | - |
---|
Algemeen en toedieningsplaats
Asthenie | - |
---|---|
Drukkend gevoel op de borst | - |
Malaise | - |
Oedeem | - |
Vermoeidheid | Zeer zelden |
Verwardheid | - |
Bloed en lymfestelsel
Agranulocytose | - |
---|---|
Aplastische anemie | - |
Hemolytische anemie | - |
Trombocytopenie | - |
Bloedvaten
Shock | - |
---|
Chirurgische en medische verrichtingen
Stimulatie CZS | - |
---|
Hart
Hartkloppingen | Zeer zelden |
---|---|
Tachycardie | Zeer zelden |
Huid en onderhuid
Alopecia | Zeer zelden |
---|---|
Angio-oedeem | Zeer zelden |
Dermatitis | - |
Gegeneraliseerd pustuleus exantheem acuut | - |
Huidirritatie | - |
Hyperhidrose | - |
Pruritus | - |
Rash | Zeer zelden |
Urticaria | - |
Immuunsysteem
Anafylactische reactie | Zeer zelden |
---|---|
Anafylactische shock | - |
Overgevoeligheid | Zeer zelden |
Overgevoeligheidsreactie | - |
Infecties
Faryngitis | - |
---|---|
Rhinitis | - |
Lever en galwegen
Allergische hepatitis | - |
---|---|
Cholestatische icterus | - |
Hepatitis | - |
Leverfunctie afwijkend | Zeer zelden |
Verminderde leverfunctie | - |
Maagdarmstelsel
Buikpijn | - |
---|---|
Diarree | - |
Droge mond | Zeer zelden |
Gastralgie | - |
Gastritis | Zeer zelden |
Maag-darmfunctiestoornis | - |
Nausea | Zeer zelden |
Obstipatie | - |
Nieren en urinewegen
Dysurie | - |
---|---|
Urineretentie | - |
Onderzoeken
Bloed alkalische fosfatase verhoogd | - |
---|---|
Bloed bilirubine verhoogd | - |
Gamma-GT verhoogd | - |
Gewichtstoename | - |
Gewichtstoename | ? |
Transaminasen verhoogd | - |
Oog
Accommodatieafwijking | - |
---|---|
Accommodatiestoornis | - |
Oculogyratie | - |
Oogpijn | - |
Wazig zien | - |
Oor en evenwichtsorgaan
Vertigo | - |
---|
Psyche
Agitatie | - |
---|---|
Agressie | - |
Bedplassen | - |
Depressie | - |
Erythema fixatum | - |
Hallucinatie | - |
Insomnia | Soms |
Nachtmerrie | - |
Prikkelbaarheid | - |
Tic | - |
Zelfmoordgedachte | - |
Skeletspieren en bindweefsel
Artralgie | - |
---|
Stofwisseling en voeding
Gestimuleerde eetlust | Soms |
---|---|
Verminderde eetlust | - |
Voortplantingsstelsel en borst
Erectiele disfunctie | - |
---|
Zenuwstelsel
Chorea | - |
---|---|
Convulsie | Zeer zelden |
Coördinatie afwijkend | - |
Duizeligheid | - |
Dysgeusie | - |
Dyskinesie | - |
Dystonie | - |
Extrapiramidale symptomen | - |
Geheugenstoornis | - |
Hoofdpijn | Soms |
Paresthesie | - |
Sedatie | - |
Somnolentie | Vaak |
Syncope | - |
Tremor | - |
- Bij kinderen vaak: hoofdpijn, zenuwachtigheid, vermoeidheid.
Bijwerkingen
Ademhalingsstelsel, borstkas en mediastinum
Dyspneu | Zelden |
---|
Algemeen en toedieningsplaats
Asthenie | - |
---|---|
Drukkend gevoel op de borst | - |
Malaise | - |
Oedeem | - |
Vermoeidheid | Vaak |
Verwardheid | - |
Bloed en lymfestelsel
Agranulocytose | - |
---|---|
Aplastische anemie | - |
Hemolytische anemie | - |
Trombocytopenie | - |
Bloedvaten
Shock | Zelden |
---|
Chirurgische en medische verrichtingen
Stimulatie CZS | Zelden |
---|
Hart
Hartkloppingen | Zeer zelden |
---|---|
Tachycardie | - |
Huid en onderhuid
Alopecia | - |
---|---|
Angio-oedeem | - |
Dermatitis | - |
Gegeneraliseerd pustuleus exantheem acuut | - |
Huidirritatie | - |
Hyperhidrose | Zeer zelden |
Pruritus | - |
Rash | Zelden |
Urticaria | - |
Immuunsysteem
Anafylactische reactie | - |
---|---|
Anafylactische shock | - |
Overgevoeligheid | - |
Overgevoeligheidsreactie | Zelden |
Infecties
Faryngitis | - |
---|---|
Rhinitis | - |
Lever en galwegen
Allergische hepatitis | - |
---|---|
Cholestatische icterus | - |
Hepatitis | - |
Leverfunctie afwijkend | - |
Verminderde leverfunctie | - |
Maagdarmstelsel
Buikpijn | - |
---|---|
Diarree | Zelden |
Droge mond | Zelden |
Gastralgie | Zelden |
Gastritis | - |
Maag-darmfunctiestoornis | - |
Nausea | Zelden |
Obstipatie | Zelden |
Nieren en urinewegen
Dysurie | - |
---|---|
Urineretentie | - |
Onderzoeken
Bloed alkalische fosfatase verhoogd | - |
---|---|
Bloed bilirubine verhoogd | - |
Gamma-GT verhoogd | - |
Gewichtstoename | - |
Gewichtstoename | - |
Transaminasen verhoogd | - |
Oog
Accommodatieafwijking | - |
---|---|
Accommodatiestoornis | - |
Oculogyratie | - |
Oogpijn | - |
Wazig zien | - |
Oor en evenwichtsorgaan
Vertigo | - |
---|
Psyche
Agitatie | - |
---|---|
Agressie | - |
Bedplassen | - |
Depressie | - |
Erythema fixatum | - |
Hallucinatie | - |
Insomnia | Vaak |
Nachtmerrie | - |
Prikkelbaarheid | Zelden |
Tic | - |
Zelfmoordgedachte | - |
Skeletspieren en bindweefsel
Artralgie | - |
---|
Stofwisseling en voeding
Gestimuleerde eetlust | - |
---|---|
Verminderde eetlust | - |
Voortplantingsstelsel en borst
Erectiele disfunctie | - |
---|
Zenuwstelsel
Chorea | - |
---|---|
Convulsie | - |
Coördinatie afwijkend | - |
Duizeligheid | Soms |
Dysgeusie | - |
Dyskinesie | - |
Dystonie | - |
Extrapiramidale symptomen | - |
Geheugenstoornis | - |
Hoofdpijn | Vaak |
Paresthesie | - |
Sedatie | - |
Somnolentie | Vaak |
Syncope | - |
Tremor | - |
- Overgevoeligheidsreacties gepaard gaande met dyspneu en/of shock (soms bij injectie).
- Prikkelbaarheid en paradoxale stimulatie van het centrale zenuwstelselvoornamelijk bij kinderen.
- Obstipatie zeer zelden bij injectie.
Interacties
Interacties met alcohol en andere centraal dempende middelen kunnen niet worden uitgesloten.
Antihistaminica beïnvloeden immunotherapie bij allergie.
Sorbitol, in de drank, kan de biologische beschikbaarheid van andere oraal toegediende geneesmiddelen beïnvloeden.
Interacties
Antihistaminica kunnen het centraal suppressieve effect van alcohol, antipsychotica, hypnotica, opioïden, sedativa en anxiolytica versterken.
Interacties
Antihistaminica beïnvloeden immunotherapie bij allergie.
Interacties
Alcohol en andere centraal dempende stoffen zoals hypnotica, (tricyclische) antidepressiva, MAO-remmers, parasympathicolytica, narcotische analgetica en anxiolytica) versterken het sedatieve effect. MAO-remmers verlengen en versterken het anticholinerg effect.
Antihistaminica beïnvloeden immunotherapie bij allergie.
Zwangerschap
Antihistaminica passeren de placenta.
Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Kan worden gebruikt.
Overig: Propyleenglycol, in de drank, bij voorkeur niet gebruiken.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens (cinnarizine), voldoende gegevens (chloorcyclizine). Bij dieren onvoldoende gegevens (cinnarizine) of in zeer hoge doses schadelijk gebleken (chloorcyclizine).
Advies: Gebruik ontraden.
Zwangerschap
Antihistaminica passeren de placenta.
Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Kan worden gebruikt. Bij vrouwen met fenylketonurie is het gebruik van preparaten die aspartaam bevatten (orodispergeerbare tablet) gecontra-indiceerd.
Zwangerschap
Antihistaminica passeren de placenta.
Teratogenese: Zowel bij de mens als bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Farmacologisch effect: Houd rekening met sedatie van de pasgeborene bij gebruik vlak voor de partus.
Advies: Kan worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, 25% tot 90% van de plasmaconcentratie van de moeder.
Overig: In het algemeen geldt dat sedatie van de zuigeling de belangrijkste bijwerking is na maternaal gebruik van een antihistaminicum; de meeste kans hierop is er bij oudere antihistaminica. Daarnaast kunnen ook effecten zoals slecht drinken en een droge mond optreden.
Farmacologisch effect: Het is niet waarschijnlijk dat er centrale effecten bij de zuigeling optreden, vanwege de geringe werking op het centraal zenuwstelsel.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in moedermelk: Onbekend (cinnarizine), ja (chloorcyclizine).
Farmacologisch effect: Bij overgang in moedermelk kan mogelijk bij de zuigeling sedering optreden.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja, in kleine hoeveelheden. Preparaten die aspartaam bevatten: de metabolieten, inclusief fenylalanine, gaan in geringe mate over in de moedermelk.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt. Bij kinderen met fenylketonurie dient de moeder in de periode van het geven van borstvoeding geen preparaten die aspartaam bevatten (orodispergeerbare tablet) te gebruiken.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Ja.
Farmacologisch effect: Mogelijke effecten op het centraal zenuwstelsel. Sufheid, nekstijfheid en overprikkeling bij de zuigeling zijn gemeld.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel óf het geven van borstvoeding ontraden.
Contra-indicaties
- ernstig gestoorde nierfunctie (creatinineklaring < 15 ml/min), dialysepatiënten;
- overgevoeligheid voor hydroxyzine of andere piperazinederivaten, of voor het conserveermiddel (in de drank).
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor verwante antihistaminica. Ziekte van Parkinson en/of extrapiramidale stoornissen, nauwe kamerhoek-glaucoom.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.
Contra-indicaties
- acute porfyrie.
Waarschuwingen en voorzorgen
Bij een risico van convulsies (bv. epilepsie) en bij risicofactoren voor urineretentie (zoals ruggenmerglaesie, prostaathyperplasie) voorzichtig zijn.
Antihistaminica beïnvloeden de uitslagen van allergietesten; het gebruik van cetirizine drie dagen vóór de test staken.
Jeuk en/of urticaria (in sommige gevallen ernstig) kunnen optreden na staken van de behandeling, zelfs indien deze symptomen niet aanwezig waren vóór start van de behandeling. Bij ernstige jeuk en/of urticaria behandeling opnieuw beginnen waarna de klachten zouden moeten verdwijnen.
Acute gegeneraliseerde exanthemateuze pustulose (AGEP) kan binnen de eerste twee dagen optreden, met name in huidplooien, op de torso en bovenste ledematen. Staak behandeling bij symptomen, waaronder koorts, erytheem of vele kleine pustels.
Hulpstoffen
- Propyleenglycol, in de drank, bij een nier- of leverfunctiestoornis alleen gebruiken met extra controle op achteruitgang. Wees voorzichtig met propyleenglycol bij kinderen < 5 jaar, zeker in combinatie met andere middelen die een substraat van alcoholdehydrogenase, zoals propyleenglycol of ethanol, bevatten.
- Sorbitol, in de drank, kan maag-darmklachten veroorzaken en licht laxerende werking hebben.
Dit middel kan invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen. Raadpleeg ‘Rij Veilig met Medicijnen’ van het IVM.
Waarschuwingen en voorzorgen
Ouderen zijn zeer gevoelig voor de sederende effecten. Voorzichtig bij nier– en/of leverfunctiestoornis en bij aandoeningen die mogelijk verergeren door anticholinerge therapie, bv. verhoogde oogdruk, obstructieve aandoeningen van het maag-darmstelsel (bv. pylorusstenose), prostaathypertrofie, epilepsie, asthma bronchiale, cardiovasculaire aandoeningen, hyperthyroïdie. Tijdens langdurige behandeling met cinnarizine en vooral bij ouderen, vrouwen en bij gebruik van hoge doses, kunnen extrapiramidale symptomen optreden. In dit geval de dosering verlagen of bij aanhouden van deze bijwerkingen de behandeling staken. De werkzaamheid en veiligheid bij kinderen jonger dan 2 jaar zijn niet vastgesteld.
Dit middel kan invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen. Raadpleeg ‘Rij Veilig met Medicijnen’ van het IVM.
Waarschuwingen en voorzorgen
Wees terughoudend bij ernstige leveraandoeningen; indien toch toegepast de dosering verlagen, zie rubriek Dosering.
Bij patiënten met fenylketonurie de hoeveelheid overeenkomende fenylalanine in de orodispergeerbare tabletten doorberekenen in het voedingsvoorschrift.
Antihistaminica beïnvloeden de uitslagen van allergietesten; bij een allergietest moet het gebruik van loratadine ten minste 48 uur vóór de test worden gestaakt.
De hulpstof propyleenglycol kan bij langdurig systemisch gebruik en/of hoge doses ernstige bijwerkingen hebben, vooral bij een verlaagd metabolisme ervan, zoals bij jonge kinderen. Er gelden doseringslimieten; zie de informatie van de EMA: Questions and answers on propylene glycol hierover.
De werkzaamheid en veiligheid zijn niet vastgesteld bij kinderen < 2 jaar.
Dit middel kan invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen. Raadpleeg ‘Rij Veilig met Medicijnen’ van het IVM.
Waarschuwingen en voorzorgen
Vermijd het gebruik bij ouderen met verwarring. Wees extra voorzichtig bij ouderen vanwege het grotere risico van bijwerkingen (bv. anticholinerge bijwerkingen en paradoxale opwinding).
Wees voorzichtig bij prostaathyperplasie, pylorusstenose, stenoserend ulcus pepticum, epilepsie (focale cerebrale corticale laesies), cardiovasculaire aandoeningen en hypertensie.
Dit middel kan een aanval van acuut glaucoom veroorzaken.
Antihistaminica beïnvloeden de uitslagen van allergietesten.
Er is weinig ervaring met het gebruik van clemastine bij kinderen < 1 jaar.
Dit middel kan invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen. Raadpleeg ‘Rij Veilig met Medicijnen’ van het IVM.
Overdosering
Symptomen
Verwardheid, diarree, duizeligheid, vermoeidheid, hoofdpijn, malaise, mydriase, jeuk, rusteloosheid, sedatie, slaperigheid, stupor, tachycardie, tremor en urineretentie.
Zie voor meer informatie over symptomen en behandeling de stofmonografie cetirizine op vergiftigingen.info.
Overdosering
Symptomen
slaperigheid, hoofdpijn en tachycardie.
Zie voor symptomen en behandeling de stofmonografie loratadine op vergiftigingen.info.
Overdosering
Symptomen
Acuut: verwardheid, misselijkheid en braken. CZS-effecten variëren van sterke sedatie tot excitatie (bij kinderen eerst excitatieverschijnselen), hallucinaties, convulsie. Anticholinerge symptomen: onder andere droge mond, wijde lichtstijve pupillen, hartkloppingen, temperatuurverhoging, urineretentie.
Zie voor meer informatie over symptomen en behandeling de monografie eerste generatie H1-antihistaminica via vergiftigingen.info (zoek op clemastine).
Eigenschappen
Selectieve H1-receptorantagonist. Heeft slechts bij hoge doseringen een sederende werking. Heeft tevens een remmende werking op de migratie van eosinofielen, die een rol spelen bij de late fase van allergische reacties. De werking treedt binnen 2 uur in, is maximaal na 4 uur en houdt ten minste 24 uur aan.
Kinetische gegevens
Resorptie | snel. Voedselinname vertraagt de absorptie. |
T max | 60–90 min. |
V d | 0,5 l/kg. |
Overig | passage bloed-liquorbarrière: slecht. |
Eiwitbinding | ca. 93%. |
Metabolisering | in de lever, in geringe mate. |
Eliminatie | ca. twee derde onveranderd met de urine. Cetirizine wordt niet effectief verwijderd door hemodialyse. |
T 1/2el | 10 uur (volwassenen), 5–6 uur (kinderen), verlengd bij nier- en/of leverinsufficiëntie. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Combinatie van een kort en een lang werkende H₁-receptorantagonist. Cyclizine werkt op het braakcentrum in de hersenen en heeft een zwak sederende, zwak anticholinerge en sterke anti-emetische werking. Cinnarizine heeft daarnaast calciumremmende eigenschappen, waardoor het vestibulaire systeem minder wordt geprikkeld. Werking (cyclizine): na 20–30 min. Werkingsduur: 4–6 uur.
Kinetische gegevens cinnarizine:
Kinetische gegevens
Overig | Van chloorcyclizine zijn weinig kinetische gegevens bekend. Het wordt in de lever gemetaboliseerd en o.a. in de urine uitgescheiden. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
H1-receptorantagonist zonder uitgesproken sederende of anticholinerge werking (geen centraal aangrijpingspunt) bij een dosis van 10 mg/dag. De werking treedt binnen 1-3 uur in, is maximaal binnen 8-12 uur en houdt ten minste 24 uur aan.
Kinetische gegevens
Resorptie | snel en praktisch volledig. Belangrijk 'first pass'-effect. |
T max | 1–2 uur (loratadine), 2–4 uur (actieve metaboliet). |
Eiwitbinding | 97–99% (loratadine). |
Metabolisering | in de lever via CYP3A4 en CYP2D6 tot o.a. actief desloratadine. |
Eliminatie | met de urine 40% en feces 42%, vnl. als geconjugeerde metabolieten. Hemodialyse verwijdert loratadine niet uit de circulatie. |
T 1/2el | ca. 8 uur (loratadine), ca. 28 uur (actieve metaboliet); bij chronische (alcoholische) leveraandoeningen zijn deze verlengd tot resp. ca. 24 en 37 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Langwerkend antihistaminicum (van de 1e generatie) met centraal aangrijpingspunt en een zwak sederende werking: max. binnen 5–7 uur. Werkingsduur: tot 12 uur.
Kinetische gegevens
Resorptie | volledig. |
T max | oraal: 2–4 uur. |
Eiwitbinding | 95%. |
Metabolisering | in sterke mate in de lever. |
Eliminatie | voornamelijk (45–65%) met de urine als metabolieten. |
T 1/2el | tot 37 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
cetirizine hoort bij de groep antihistaminica, systemisch.
- acrivastine (R06AX18) Vergelijk
- chloorcyclizine/cinnarizine (N07CA52) Vergelijk
- cinnarizine (N07CA02) Vergelijk
- clemastine (R06AA04) Vergelijk
- cyclizine (R06AE03) Vergelijk
- desloratadine (R06AX27) Vergelijk
- dimetindeen (R06AB03) Vergelijk
- doxylamine/pyridoxine (R06AA59) Vergelijk
- ebastine (R06AX22) Vergelijk
- fexofenadine (R06AX26) Vergelijk
- hydroxyzine (N05BB01) Vergelijk
- ketotifen (systemisch) (R06AX17) Vergelijk
- levocetirizine (R06AE09) Vergelijk
- loratadine (R06AX13) Vergelijk
- meclozine (R06AE05) Vergelijk
- meclozine/pyridoxine (R06AE55) Vergelijk
- mizolastine (R06AX25) Vergelijk
- promethazine (R06AD02) Vergelijk
- rupatadine (R06AX28) Vergelijk
Groepsinformatie
chloorcyclizine/cinnarizine hoort bij de groep antihistaminica, systemisch.
- acrivastine (R06AX18) Vergelijk
- cetirizine (R06AE07) Vergelijk
- cinnarizine (N07CA02) Vergelijk
- clemastine (R06AA04) Vergelijk
- cyclizine (R06AE03) Vergelijk
- desloratadine (R06AX27) Vergelijk
- dimetindeen (R06AB03) Vergelijk
- doxylamine/pyridoxine (R06AA59) Vergelijk
- ebastine (R06AX22) Vergelijk
- fexofenadine (R06AX26) Vergelijk
- hydroxyzine (N05BB01) Vergelijk
- ketotifen (systemisch) (R06AX17) Vergelijk
- levocetirizine (R06AE09) Vergelijk
- loratadine (R06AX13) Vergelijk
- meclozine (R06AE05) Vergelijk
- meclozine/pyridoxine (R06AE55) Vergelijk
- mizolastine (R06AX25) Vergelijk
- promethazine (R06AD02) Vergelijk
- rupatadine (R06AX28) Vergelijk
Groepsinformatie
loratadine hoort bij de groep antihistaminica, systemisch.
- acrivastine (R06AX18) Vergelijk
- cetirizine (R06AE07) Vergelijk
- chloorcyclizine/cinnarizine (N07CA52) Vergelijk
- cinnarizine (N07CA02) Vergelijk
- clemastine (R06AA04) Vergelijk
- cyclizine (R06AE03) Vergelijk
- desloratadine (R06AX27) Vergelijk
- dimetindeen (R06AB03) Vergelijk
- doxylamine/pyridoxine (R06AA59) Vergelijk
- ebastine (R06AX22) Vergelijk
- fexofenadine (R06AX26) Vergelijk
- hydroxyzine (N05BB01) Vergelijk
- ketotifen (systemisch) (R06AX17) Vergelijk
- levocetirizine (R06AE09) Vergelijk
- meclozine (R06AE05) Vergelijk
- meclozine/pyridoxine (R06AE55) Vergelijk
- mizolastine (R06AX25) Vergelijk
- promethazine (R06AD02) Vergelijk
- rupatadine (R06AX28) Vergelijk
Groepsinformatie
clemastine hoort bij de groep antihistaminica, systemisch.
- acrivastine (R06AX18) Vergelijk
- cetirizine (R06AE07) Vergelijk
- chloorcyclizine/cinnarizine (N07CA52) Vergelijk
- cinnarizine (N07CA02) Vergelijk
- cyclizine (R06AE03) Vergelijk
- desloratadine (R06AX27) Vergelijk
- dimetindeen (R06AB03) Vergelijk
- doxylamine/pyridoxine (R06AA59) Vergelijk
- ebastine (R06AX22) Vergelijk
- fexofenadine (R06AX26) Vergelijk
- hydroxyzine (N05BB01) Vergelijk
- ketotifen (systemisch) (R06AX17) Vergelijk
- levocetirizine (R06AE09) Vergelijk
- loratadine (R06AX13) Vergelijk
- meclozine (R06AE05) Vergelijk
- meclozine/pyridoxine (R06AE55) Vergelijk
- mizolastine (R06AX25) Vergelijk
- promethazine (R06AD02) Vergelijk
- rupatadine (R06AX28) Vergelijk