Samenstelling
Cyclizine tablet (hydrochloride) XGVS OTC Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Tablet
- Sterkte
- 50 mg
Cyclizine zetpil FNA (hydrochloride) Formularium der Nederlandse Apothekers
- Toedieningsvorm
- Zetpil FNA
- Sterkte
- 100 mg
(Suppositoria cyclizini FNA)
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Ebastine Diverse fabrikanten
- Toedieningsvorm
- Orodispergeerbare tablet
- Sterkte
- 10 mg
Bevat per tablet: 2,5 mg aspartaam, overeenkomend met 1,4 mg fenylalanine.
Kestine Almirall bv
- Toedieningsvorm
- Tablet, omhuld
- Sterkte
- 10 mg
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Bij de behandeling van misselijkheid en braken bij reisziekte hebben antihistaminica uit de anti-emeticagroep (zoals cyclizine, cinnarizine of meclozine) de voorkeur. Cyclizine is geschikt bij korte reizen (< 4 uur).
Voor de symptomatische behandeling van misselijkheid en braken komen domperidon en metoclopramide in aanmerking. Om de bijwerkingen te minimaliseren gelden voor zowel domperidon als metoclopramide strikte doseringsadviezen.
Advies
Vermijd bij allergische rinitis zoveel mogelijk de prikkels die klachten veroorzaken. Bij gebruik van geneesmiddelen is bij incidentele klachten een niet-sederend antihistaminicum (oraal of nasaal) eerste keus vanwege de snelle werking. Bij intermitterende en milde klachten kan een antihistaminicum (oraal niet-sederend of nasaal) of een nasaal corticosteroïd worden gebruikt. Bij een verstopte neus en bij persisterende en matig ernstige tot ernstige klachten gaat de voorkeur uit naar een nasaal corticosteroïd dat bij onvoldoende effect kan worden gecombineerd met een antihistaminicum (oraal niet-sederend of nasaal). Faalt ook de combinatietherapie en zijn de klachten ernstig, dan kan een allergeen-specifieke, subcutane immunotherapie in aanmerking komen, na zorgvuldige afweging van de voor- en nadelen samen met de patiënt.
Bij een allergische conjunctivitis geven oogdruppels met een antihistaminicum veelal verlichting van de klachten. Voeg bij hardnekkige en hevige conjunctivitisklachten, prednisolon-oogdruppels toe (max. 3 dagen). Bij hevige klachten aan de oogleden, kan aanbrengen van hydrocortisoncrème gedurende enkele dagen effectief zijn. Overweeg bij frequent recidiverende conjunctivitis een onderhoudsbehandeling met een antihistaminicum-oogdruppel; combineer met een (‘niet-sederend’) oraal antihistaminicum bij onvoldoende effect. Behandel een rinoconjunctivitis in eerste instantie met een corticosteroïdneusspray, aangezien de oogklachten hierdoor vaak al afnemen.
Bij jeuk eerst de oorzaak van de jeuk achterhalen en deze zo mogelijk behandelen. Indien het wegnemen van de oorzaak niet mogelijk is, of bij onbekende oorzaak, proberen de jeuk te verminderen door symptomatische behandeling. Niet-medicamenteuze maatregelen kunnen daarbij worden aangewend evenals lokale of systemische behandeling. Systemische, niet-sederende, antihistaminica (zoals ebastine) worden geadviseerd wanneer vrijmaking van histamine in de huid een rol speelt, zoals bij urticaria. Indien histamine geen of slechts geringe rol speelt bij het ontstaan van de jeuk, kunnen centraal aangrijpende antihistaminica worden gebruikt. Houd hierbij wel rekening met het sederende effect van deze middelen.
Indicaties
Profylaxe en behandeling van reisziekte. Profylaxe en behandeling van Misselijkheid en braken ten gevolge van diverse oorzaken.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Symptomatische behandeling van seizoensgebonden en niet–seizoensgebonden allergische rinitis, al dan niet samengaand met een allergische conjunctivitis.
- Orodispergeerbare tablet ook: Urticaria.
Gerelateerde informatie
Dosering
Reisziekte:
Volwassenen en kinderen > 12 jaar:
50 mg 1–2 uur voor vertrek, zo nodig 3×/dag.
Kinderen 6–12 jaar:
25 mg 1–2 uur voor vertrek, zo nodig 3×/dag.
Misselijkheid en braken:
Volwassenen en kinderen > 12 jaar:
Oraal 50 mg, zo nodig 3×/dag;
Rectaal 100 mg 3×/dag.
Kinderen 6–12 jaar:
Oraal 25 mg, zo nodig 3×/dag.
Dosering
Allergische rinitis:
Volwassenen en kinderen ≥ 12 jaar:
Gewone tablet of orodispergeerbare tablet: 10 mg 1×/dag, in ernstige gevallen 20 mg 1×/dag.
Urticaria:
Volwassenen:
Orodispergeerbare tablet: 10 mg 1×/dag
Gewone tablet: bij ernstig gestoorde leverfunctie max. 10 mg per dag. Orodisp: bij milde tot matige leverinsufficiëntie is geen dosisaanpassing nodig bij een behandeling tot 7 dagen; bij een nierinsufficiëntie is geen dosisaanpassing nodig bij een behandeling tot 5 dagen.
De orodispergeerbare tablet op de tong leggen en laten smelten.
Bijwerkingen
Depressie van het centrale zenuwstelsel met als gevolg sedatie, slaperigheid, duizeligheid en coördinatiestoornissen. Droge mond, neus en keel. Accommodatiestoornissen. Urineretentie, dysurie. Tachycardie. In hoge doses stimulering van het centrale zenuwstelsel (slapeloosheid, irritatie, tremoren, nachtmerries, hallucinaties). Cholestatische icterus.
Verder zijn gemeld: huidverschijnselen. Maag-darmstoornissen, anorexie. Gegeneraliseerde chorea. Bloedbeeldafwijkingen (agranulocytose, hemolytische anemie, aplastische anemie). Allergische hepatitis.
Bijwerkingen
Zeer vaak (≥ 10%): hoofdpijn.
Vaak (1-10%): slaperigheid. Droge mond.
Soms (0,1–1%): bloedneus, rinitis, faryngitis.
Zelden (0,01-0,1%): overgevoeligheidsreacties (zoals anafylaxie en angio-oedeem), urticaria, huiduitslag, dermatitis, hypo-esthesie. Smaakstoornis. Asthenie. Tachycardie, hartkloppingen. Duizeligheid. Oedeem. Nervositeit, slapeloosheid. Braken, buikpijn, misselijkheid, dyspepsie, dysgeusie. Menstruatiestoornissen. Hepatitis, cholestase. Abnormale waarden van leverfunctietesten.
Zeer zelden (< 0,01%): dysmenorroe. Eczeem. Dysesthesie.
Verder zijn gemeld: toegenomen eetlust, gewichtstoename.
Interacties
Alcohol en andere centraal dempende stoffen kunnen de centrale werking van antihistaminica versterken. MAO-remmers kunnen de parasympathicolytische werking van antihistaminica verlengen en versterken. De werking van parasympathicolytica kan toenemen. Verschijnselen van ototoxiciteit door geneesmiddelen (bv. cisplatine, salicylaten, vancomycine) kunnen gemaskeerd worden. Cyclizine kan door het anti-emetisch effect de toxiciteit van alcohol doen toenemen.
Interacties
Gelijktijdige toediening van rifampicine kan de plasmaconcentraties van ebastine verlagen en aanleiding geven tot een verminderd antihistamine effect.
Gelijktijdige toediening van de sterke CYP3A4-remmers ketoconazol, itraconazol of erytromycine leidt tot verhoging van de concentratie ebastine; dit wordt niet geassocieerd met klinisch significante farmacodynamische gevolgen.
Antihistaminica beïnvloeden immunotherapie bij allergie.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onvoldoende gegevens. Bij dieren teratogeen.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Zwangerschap
Antihistaminica passeren de placenta.
Teratogenese: Bij de mens onvoldoende gegevens, bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Gebruik ontraden.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Overig: Cyclizine kan de lactatie remmen.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. De hoge eiwitbinding van ebastine en carebastine suggereren geen excretie in de moedermelk.
Advies: Het gebruik van dit geneesmiddel of het geven van borstvoeding ontraden.
Contra-indicaties
Nauwe kamerhoekglaucoom.
Contra-indicaties
Er zijn van dit middel geen klinisch relevante contra-indicaties bekend.
Waarschuwingen en voorzorgen
Voorzichtigheid is geboden bij prostaathyperplasie, epilepsie, obstructieve aandoeningen van het maag-darmstelsel (bv. pylorusstenose), hypertensie en ernstig hartfalen (hierbij kan cyclizine het hartminuutvolume doen dalen, gepaard gaand met toename van de hartfrequentie, gemiddelde arteriële bloeddruk en pulmonale wigdruk). Dit middel kan door pupilverwijding de oogdruk verhogen en een aanval van acuut glaucoom veroorzaken. Niet toepassen bij kinderen jonger dan 1 jaar omdat het sedatieve effect perioden van ademstilstand tijdens de slaap zou kunnen veroorzaken.
Dit middel kan invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen. Raadpleeg ‘Rij Veilig met Medicijnen’ van het IVM.
Waarschuwingen en voorzorgen
Wees voorzichtig bij ernstige leverfunctiestoornissen.
Antihistaminica beïnvloeden de uitslagen van allergietesten.
De werkzaamheid en veiligheid bij kinderen < 12 jaar zijn niet vastgesteld.
Dit middel kan invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen. Raadpleeg ‘Rij Veilig met Medicijnen’ van het IVM.
Overdosering
Symptomen
Slaperigheid, duizeligheid, coördinatiestoornissen, slapte, convulsies, hyperpyrexie, respiratoire depressie. Agitatie, ataxie, desoriëntatie, euforie, cognitieve stoornissen en hallucinaties treden soms op. Jonge kinderen zijn gevoeliger voor convulsies, bij kinderen jonger dan 5 jaar is de kans hierop ca. 60% bij doses > 40 mg/kg.
Eigenschappen
Histamine H₁-receptorblokker met zwak sederende, zwak anticholinerge en sterk anti-emetische eigenschappen. Anti-emetische werking: binnen 2 uur, vanaf 20 minuten. Werkingsduur: 4–6 uur.
Kinetische gegevens
Metabolisering | in de lever. |
Eliminatie | met de urine, vnl. als metabolieten. |
T 1/2el | 24 uur. |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Eigenschappen
Krachtige, selectieve H1–receptorantagonist. Werking: binnen 1 uur. Werkingsduur: ≥ 24 uur.
Kinetische gegevens
Resorptie | snel. Uitgebreid 'first pass'-effect via CYP3A4, waarbij actief carebastine wordt gevormd. |
T max | 1–3 uur (ebastine), 2½–4 uur (carebastine). |
Eiwitbinding | > 95% (ebastine, carebastine). |
Metabolisering | in de lever. |
Eliminatie | vnl. met de urine als metabolieten. |
T 1/2el | 15–19 uur (carebastine). |
Uitleg afkortingen
F | biologische beschikbaarheid (fractie van de dosis die in de systemische circulatie verschijnt) |
T max | tijdsduur tot maximale bloedspiegel na toediening |
V d | verdelingsvolume (fictief volume waarin een geneesmiddel zich verdeelt over het lichaam) |
T 1/2 | plasmahalfwaardetijd (tijd die nodig is om een bepaalde plasmaconcentratie te halveren) |
T 1/2el | plasmahalfwaardetijd in de eliminatiefase, terminale halfwaardetijd |
Groepsinformatie
cyclizine hoort bij de groep antihistaminica, systemisch.
- acrivastine (R06AX18) Vergelijk
- cetirizine (R06AE07) Vergelijk
- chloorcyclizine/cinnarizine (N07CA52) Vergelijk
- cinnarizine (N07CA02) Vergelijk
- clemastine (R06AA04) Vergelijk
- desloratadine (R06AX27) Vergelijk
- dimetindeen (R06AB03) Vergelijk
- doxylamine/pyridoxine (R06AA59) Vergelijk
- ebastine (R06AX22) Vergelijk
- fexofenadine (R06AX26) Vergelijk
- hydroxyzine (N05BB01) Vergelijk
- ketotifen (systemisch) (R06AX17) Vergelijk
- levocetirizine (R06AE09) Vergelijk
- loratadine (R06AX13) Vergelijk
- meclozine (R06AE05) Vergelijk
- meclozine/pyridoxine (R06AE55) Vergelijk
- mizolastine (R06AX25) Vergelijk
- oxomemazine (R06AD08) Vergelijk
- promethazine (R06AD02) Vergelijk
- rupatadine (R06AX28) Vergelijk
Groepsinformatie
ebastine hoort bij de groep antihistaminica, systemisch.
- acrivastine (R06AX18) Vergelijk
- cetirizine (R06AE07) Vergelijk
- chloorcyclizine/cinnarizine (N07CA52) Vergelijk
- cinnarizine (N07CA02) Vergelijk
- clemastine (R06AA04) Vergelijk
- cyclizine (R06AE03) Vergelijk
- desloratadine (R06AX27) Vergelijk
- dimetindeen (R06AB03) Vergelijk
- doxylamine/pyridoxine (R06AA59) Vergelijk
- fexofenadine (R06AX26) Vergelijk
- hydroxyzine (N05BB01) Vergelijk
- ketotifen (systemisch) (R06AX17) Vergelijk
- levocetirizine (R06AE09) Vergelijk
- loratadine (R06AX13) Vergelijk
- meclozine (R06AE05) Vergelijk
- meclozine/pyridoxine (R06AE55) Vergelijk
- mizolastine (R06AX25) Vergelijk
- oxomemazine (R06AD08) Vergelijk
- promethazine (R06AD02) Vergelijk
- rupatadine (R06AX28) Vergelijk