Samenstelling
Ambirix
Bijlage 2
GlaxoSmithKline bv
- Toedieningsvorm
- Suspensie voor injectie
- Verpakkingsvorm
- wegwerpspuit 1 ml
De suspensie voor injectie bevat: > 720 E/ml geïnactiveerd hepatitis A-virus en 20 microg/ml recombinant HBsAg-eiwit. Bevat tevens: aluminiumhydroxyfosfaat en sporen van neomycine.
Twinrix Adult
Bijlage 2
GlaxoSmithKline bv
- Toedieningsvorm
- Suspensie voor injectie
- Verpakkingsvorm
- wegwerpspuit 1 ml
De suspensie voor injectie bevat: > 720 E/ml geïnactiveerd hepatitis A-virus en 20 microg/ml recombinant HBsAg-eiwit. Bevat tevens: aluminiumhydroxyfosfaat en sporen van neomycine.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Gardasil 9 XGVS Merck Sharp & Dohme bv
- Toedieningsvorm
- Suspensie voor injectie
- Verpakkingsvorm
- wegwerpspuit 0,5 ml
Bevat per dosis (0,5 ml): humaan papillomavirus (HPV) type 6-L1-eiwit 30 microg, type 11–L1-eiwit 40 microg, type 16–L1-eiwit 60 microg, type 18–L1-eiwit 40 microg, type 31-L1-eiwit 20 microg, type 33-L1-eiwit 20 microg, type 45-L1-eiwit 20 microg, type 52-L1-eiwit 20 microg, type 58-L1-eiwit 20 microg.
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Rotarix XGVS GlaxoSmithKline bv
- Toedieningsvorm
- Suspensie voor oraal gebruik
- Verpakkingsvorm
- tube 1,5 ml
Bevat per dosis: humaan rotavirus RIX4414 stam (levend, verzwakt) ≥ 1.000.000 CCID 50 (Cell Culture Infective Dose 50%).
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Samenstelling
Avaxim
Bijlage 2
Sanofi SA
- Toedieningsvorm
- Suspensie voor injectie
- Sterkte
- 320 E/ml
- Verpakkingsvorm
- wegwerpspuit 0,5 ml
Havrix 1440
Bijlage 2
GlaxoSmithKline bv
- Toedieningsvorm
- Suspensie voor injectie
- Sterkte
- 1440 E/ml
- Verpakkingsvorm
- wegwerpspuit 1 ml
Havrix Junior
Bijlage 2
GlaxoSmithKline bv
- Toedieningsvorm
- Suspensie voor injectie
- Sterkte
- 1440 E/ml
- Verpakkingsvorm
- wegwerpspuit 0,5 ml
Vaqta Adult
Bijlage 2
Merck Sharp & Dohme bv
- Toedieningsvorm
- Suspensie voor injectie
- Sterkte
- 50 E/ml
- Verpakkingsvorm
- wegwerpspuit 1 ml
Vaqta Junior
Bijlage 2
Merck Sharp & Dohme bv
- Toedieningsvorm
- Suspensie voor injectie
- Sterkte
- 50 E/ml
- Verpakkingsvorm
- wegwerpspuit 0,5 ml
Uitleg symbolen
XGVS | Dit geneesmiddel is niet opgenomen in het geneesmiddelen vergoedings systeem (GVS). |
OTC | 'Over the counter', dit geneesmiddel is een zelfzorgmiddel. |
Bijlage 2 | Aan de vergoeding van dit geneesmiddel zijn bepaalde voorwaarden verbonden, die zijn vermeld op bijlage 2 van de Regeling zorgverzekering. |
Aanvullende monitoring | Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Extra aandacht wordt gevraagd voor onverwachte bijwerkingen. Meldt u dit via het meldformulier van het Lareb. |
Advies
Pre-expositieprofylaxe van hepatitis A met hepatitis A-vaccin komt in aanmerking bij personen met meer kans op een infectie met het hepatitis A-virus. Als postexpositieprofylaxe van contacten gaat, binnen een interval van maximaal 14 dagen na de eerste ziektedag van de hepatitis A-patiënt, bij gezonde personen tot 40 jaar de voorkeur uit naar actieve immunisatie met hepatitis A-vaccin. Kies bij alle overige personen of binnen een interval van 14–28 dagen voor passieve immunisatie met normaal immunoglobuline. Indien gewenst kunnen actieve en passieve immunisatie gelijktijdig worden gegeven. De behandeling van een patiënt met hepatitis A is vooral symptomatisch.
Actieve immunisatie van risicogroepen tegen hepatitis B, met een hepatitis B-vaccin gebeurt in Nederland via preventieprogramma’s en naar aanleiding van risicocontacten. Soms, bv. wanneer een directe bescherming is gewenst, is passieve immunisatie met hepatitis B-immunoglobuline geïndiceerd, meestal gecombineerd met of gevolgd door actieve immunisatie. De behandeling van chronische hepatitis B bestaat uit entecavir of tenofovirdisoproxil of –alafenamide of, in selecte gevallen, peginterferon α.
Aan de vergoeding van hepatitis A+B-vaccin zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering, bijlage 2.
Advies
Voor dit 9-valente papillomavirusvaccin is geen advies vastgesteld over de plaats in de medicamenteuze behandeling.
De commissie Vaccinaties van de Gezondheidsraad adviseert bij de vaccinatie tegen HPV aan alle groepen twee doses vaccin te geven (offlabelgebruik). Voor de leeftijdsgroep van 15 jaar en ouder betekent dat een vermindering van 3 naar 2 doses. Voorwaarde is wel dat het interval tussen beide doses ten minste zes maanden bedraagt. Voor jongere kinderen blijft het aantal doses gelijk. Zie voor meer informatie Aanpassing doses HPV-vaccinatie van de Gezondheidsraad.
Advies
Vaccinatie tegen het rotavirus is opgenomen in het Rijksvaccinatieprogramma. Het vaccin wordt rond de leeftijd van 6-9 weken en 3 maanden gegeven. De rotavirusvaccinatie is beschikbaar voor kinderen die vanaf 1 januari 2024 worden geboren. Zie Rotavirusvaccinatie op rijksvaccinatieprogramma.nl.
Advies
Pre-expositieprofylaxe van hepatitis A met hepatitis A-vaccin komt in aanmerking bij mensen met meer kans op een infectie met het hepatitis A-virus. Als postexpositieprofylaxe van contacten gaat, binnen een interval van maximaal 14 dagen na de eerste ziektedag van de hepatitis A-patiënt, bij gezonde mensen tot 40 jaar de voorkeur uit naar actieve immunisatie met hepatitis A-vaccin. Kies bij alle overige mensen of binnen een interval van 14-28 dagen voor passieve immunisatie met normaal immunoglobuline. Indien gewenst kunnen actieve en passieve immunisatie gelijktijdig worden gegeven. De behandeling van een patiënt met hepatitis A is vooral symptomatisch.
Aan de vergoeding van hepatitis A-vaccin zijn voorwaarden verbonden, zie Regeling zorgverzekering, bijlage 2.
Indicaties
Actieve immunisatie tegen hepatitis A- en B-virusinfecties van personen vanaf één jaar met meer kans op blootstelling aan zowel het hepatitis A- als hepatitis B-virus.
Gerelateerde informatie
Indicaties
- Actieve immunisatie van personen > 9 jaar tegen:
- Premaligne laesies en carcinomen van cervix, vulva, vagina en anus veroorzaakt door HPV-typen waartegen dit vaccin werkzaam is;
- Genitale wratten (condylomata acuminata) veroorzaakt door specifieke HPV-typen.
Indicaties
- Actieve immunisatie van zuigelingen van 6–24 weken tegen gastro-enteritis veroorzaakt door rotavirus.
Indicaties
- Actieve immunisatie tegen een hepatitis A-virusinfectie bij mensen die kans lopen op blootstelling aan het hepatitis A-virus.
Gerelateerde informatie
Doseringen
Actieve immunisatie tegen hepatitis A- en B-infecties:
Volwassenen en jongeren ≥ 16 jaar:
Twinrix Adult: primaire vaccinatie (3 doses): één dosis van 1 ml i.m. op dag 0, na 1 maand en 6 maanden na de eerste dosis. Wanneer een snelle bescherming is vereist (bv. < 1 maand voor vertrek naar risicogebied) een dosis op dag 0, 7 en 21 toedienen; bij dit schema wordt aanbevolen om 12 maanden na de eerste dosis een vierde dosis toe te dienen.
Kinderen van 1 tot 16 jaar:
Ambirix: primaire vaccinatie (2 doses): een dosis van 1 ml i.m. en na 6–12 maanden nogmaals een dosis van 1 ml.
Algemene richtlijnen voor het geven van een boostervaccinatie zijn af te leiden uit de ervaring met de monovalente hepatitis A- en B-vaccins. Een revaccinatiedosis kan met de afzonderlijke vaccins worden toegediend. (zie hepatitis B-vaccin fendrix#doseringen, hepatitis B-vaccin hbvax#doseringen en hepatitis A-vaccin).
De injectievloeistof i.m. toedienen in de deltaspier, bij jonge kinderen in het anterolaterale deel van de dij. In uitzonderlijke gevallen (bv. trombocytopenie of bij kans op bloeding) mag het vaccin subcutaan worden toegediend. Niet intraveneus toedienen.
De suspensie zwenken voor gebruik.
Doseringen
De fabrikant adviseert een 3‑dosesschema. Het offlabelgebruik volgens een 2‑dosesschema is echter voldoende onderbouwd in de literatuur en in het advies van de Gezondheidsraad. Ook in het Rijksvaccinatieprogramma wordt bij de HPV-vaccinatie vanaf 2023 gevaccineerd volgens een 2‑dosesschema.
Actieve immunisatie
Volwassenen en kinderen vanaf 9 jaar
Volgens advies Gezondheidsraad): i.m. 2 doses met minimaal 6 maanden ertussen. Bij voorkeur binnen 1 jaar toedienen. Bij het afmaken van een al eerder opgestart 3-dosesschema: 0, 1 en 6-maandenschema aanhouden. Het minimuminterval tussen de eerste en tweede vaccinatie is 3 weken (21 dagen); het minimuminterval tussen de tweede en derde vaccinatie is 120 dagen. Verkorte intervallen alleen in uitzonderingsgevallen, gebruik bij voorkeur de streefintervallen voor een optimale werking. Zie ook factsheet HPV-vaccinatie op lci.rivm.nl.
Immuungecompromitteerde personen en personen met HIV
Volgens LCI-richtlijn: i.m. drie doses (0, 1 en 6 maanden).
Toediening
- De suspensie goed schudden voor gebruik;
- Intramusculair toedienen, bij voorkeur toedienen in de deltaspier van de bovenarm of in het hogere anterolaterale gebied van de dij, Niet intravasculair, subcutaan of intradermaal toedienen;
- Wees voorzichtig bij trombocytopenie en bloedstollingsstoornissen; intramusculaire bloedingen kunnen ontstaan na i.m.-injectie.
Doseringen
Actieve immunisatie tegen het rotavirus
Leeftijd 6–24 weken
Oraal: 2 doses met een interval van ten minste 4 weken. De eerste dosis vanaf de leeftijd van 6 weken, de tweede dosis bij voorkeur vóór de leeftijd van 16 weken, maar uiterlijk vóór de leeftijd van 24 weken. Het vaccin kan ook gegeven worden aan premature zuigelingen geboren na ten minste 27 weken zwangerschap (zelfde dosering); zie ook rubriek Waarschuwingen en voorzorgen. Mocht de zuigeling kort na de inname het grootste deel van het vaccin uitspugen of uitbraken, dan kan meteen een vervangende dosis worden gegeven.
Toediening: Bij toediening het kind in een zittende positie licht achterover houden en de hele inhoud van de tube in de mond toedienen op de binnenkant van de wang. Het kan nodig zijn om een paar keer in de tube te knijpen om alle vaccinvloeistof eruit te krijgen.
Doseringen
De verschillende hepatitis-A-vaccins zijn onderling uitwisselbaar.
Immunisatie tegen hepatitis A
Volwassenen en kinderen ≥ 16 jaar
Avaxim (≥ 16 jaar): primaire vaccinatie: een dosis van 160 U i.m. en na 6–12 maanden nogmaals een dosis van 160 U. De tweede dosis kan echter op basis van ervaring tot 3 jaar na de eerste immunisatie worden gegeven.
Havrix (≥ 16 jaar): primaire vaccinatie: een dosis van 1440 E i.m. en na 6–12 maanden nogmaals een dosis van 1440 E. De tweede dosis kan echter op basis van ervaring bij volwassenen tot 5 jaar na de eerste immunisatie worden gegeven.
Vaqta Adult (≥ 18 jaar): primaire vaccinatie: een dosis van 50 E i.m. en na 6–12 maanden nogmaals een dosis van 50 E; bij HIV-geïnfecteerde volwassenen na 6 maanden de tweede dosis toedienen.
Kinderen
Havrix junior (1–15 jaar): primaire vaccinatie: een dosis van 720 E i.m. en na 6–12 maanden nogmaals een dosis van 720 E. De tweede dosis kan echter op basis van ervaring bij volwassenen tot 5 jaar na de eerste immunisatie worden gegeven.
Vaqta Junior (1–17 jaar): primaire vaccinatie: een dosis van 25 E i.m. en na 6–18 maanden nogmaals een dosis van 25 E.
Bij blootstelling aan, of veel kans op besmetting met hepatitis A-virus kan het vaccin gelijktijdig met immunoglobulinen worden toegediend, echter op afzonderlijke injectieplaatsen.
Voor toediening goed schudden zodat een homogene suspensie ontstaat.
De injectievloeistof i.m. toedienen in de regio deltoideae, bij jonge kinderen in het anterolaterale deel van de dij. Niet toedienen in de bilstreek wegens wisselende hoeveelheden vetweefsel in deze regio welke bijdragen aan schommelingen in de doeltreffendheid. In uitzonderlijke gevallen (bv. trombocytopenie of bij risico van bloeding) mag het vaccin subcutaan worden toegediend.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn. Vermoeidheid, prikkelbaarheid. Verlies van eetlust. Pijn en roodheid op de injectieplaats.
Vaak (1-10%): maag-darmklachten incl. misselijkheid en diarree. Malaise, sufheid. Zwelling, jeuk of hematoom op de injectieplaats.
Soms (0,1-1%): duizeligheid. Koorts, myalgie. Bovenste luchtweginfecties. Braken, abdominale pijn.
Zelden (0,01-0,1%): hypotensie. Hypo-esthesie, paresthesie. Griepachtige verschijnselen, rillingen, artralgie, lymfadenopathie. Huiduitslag, jeuk.
Zeer zelden (< 0,01%): urticaria.
Verder zijn gemeld: syncope. Anafylaxie, angio-oedeem, gegeneraliseerd oedeem, op serumziekte lijkende allergische reacties, lichen planus. Gevallen van perifere en/of centraal neurologische aandoeningen zoals: convulsies, meningitis, encefalitis, encefalopathie, multiple sclerose, myelitis, facialisparese, neuropathie, neuritis optica, polyneuritis zoals het Guillain-Barrésyndroom. Erythema exsudativum multiforme, vasculitis. Artritis, spierzwakte. Trombocytopenie, abnormale leverfunctiewaarden.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): reacties op de injectieplaats zoals erytheem, pijn en zwelling. Hoofdpijn.
Vaak (1-10%): reactie op de injectieplaats zoals hematoom, jeuk. Koorts. Duizeligheid. Vermoeidheid. Misselijkheid.
Soms (0,1-1%): lymfadenopathie. Syncope (soms gepaard gaand met tonisch-klonische bewegingen). Braken. Urticaria. Artralgie, myalgie. Asthenie, rillingen, malaise.
Zelden (0,01-0,1%): overgevoeligheid.
Verder zijn gemeld (bij quadrivalent HPV-vaccin met gemeenschappelijke L1-HPV-eiwitten van 4 HPV-typen): cellulitis op de injectieplaats. Immuungemedieerde trombocytopenie. Anafylactoïde reacties, bronchospasme. Acute gedissemineerde encefalomyelitis, Guillain-Barré-syndroom.
Bijwerkingen
Vaak (1-10%): diarree. Prikkelbaarheid.
Soms (0,1-1%): buikpijn, flatulentie. Dermatitis.
Zeer zelden (< 0,01%): intussusceptie (zie ook rubriek Waarschuwingen en voorzorgen). Urticaria.
Verder zijn gemeld: apneu (bij zeer premature kinderen). Bloederige feces. Gastro-enteritis met uitscheiding van vaccinvirus bij kinderen met SCID.
Bijwerkingen
Zeer vaak (> 10%): prikkelbaarheid, hoofdpijn, vermoeidheid, slaperigheid. Asthenie. Reactie op de injectieplaats (pijn, gevoeligheid, warmte, zwelling, erytheem, knobbel).
Vaak (1-10%): misselijkheid, braken, diarree, anorexie, buikpijn. Koorts, malaise. Myalgie, artralgie. Ecchymose, zwelling of verharding van injectieplaats. Pijn in geïnjecteerde arm.
Soms (0,1-1%): jeuk, hematoom en doof gevoel op de injectieplaats. Koude rillingen, griepachtige aandoening, pijn. Bovensteluchtweginfectie, faryngitis, congestie van de ademhalingswegen, rinitis, neusverstopping, hoest. Lymfadenopathie. Oorpijn. Opvliegers. Flatulentie. Jeuk. Duizeligheid. Huiduitslag, urticaria. Stijve spieren. Paresthesie.
Zelden (0,01-0,1%): branderig gevoel op injectieplaats. Pijn op de borst. Bronchitis, faryngeaal oedeem, sinusaandoening, infectieuze gastro-enteritis. Jeukend oog, fotofobie, tranende ogen. Droge mond, mondzweer. Nachtzweten. Verhoogde transaminasewaarden (mild, reversibel). Hypo-esthesie. Apathie, slapeloosheid. Migraine, slaperigheid. Tremor. Spierkrampen, spiertrillingen. Menstruatiestoornissen.
Verder zijn gemeld: anafylaxie, allergische reacties zoals anafylactische reactie, hypotensie, serumziekte-achtige symptomen, vasovagale syncope, angio-oedeem, gegeneraliseerd oedeem, erythema multiforme. Neuritis, convulsies, Guillain-Barrésyndroom, transverse myelitis, encefalopathie. Vasculitis. Trombocytopenie, trombocytopenische purpura.
Bij kleine kinderen komen vooral voor: prikkelbaarheid, koorts, diarree en verder dehydratie, slaperigheid, slapeloosheid en huilen.
Interacties
Gelijktijdige toediening van specifiek hepatitis A- of hepatitis B-immunoglobuline kan leiden tot relatief lagere antilichaamtiters.
Indien gelijktijdige toediening met andere vaccins noodzakelijk is, deze op afzonderlijke injectieplaatsen toedienen.
Bij behandeling met immunosuppressiva kunnen mogelijk onvoldoende hoge antistoftiters worden bereikt.
Interacties
Gelijktijdig gebruik van immunosuppressiva kan resulteren in een onvoldoende respons op de vaccinatie.
Interacties
Gelijktijdige toediening van specifiek hepatitis A-immunoglobuline is mogelijk (verschillende injectieplaatsen gebruiken), maar kan leiden tot relatief lagere antilichaamtiters van hepatitis A-virus. Indien gelijktijdige toediening met andere vaccins noodzakelijk is (dit is bv. mogelijk (Avaxim, Vaqta Junior en Adult) met het gelekoortsvaccin en het parenteraal tyfusvaccin); deze op afzonderlijke injectieplaatsen toedienen. Er zijn geen klinische gegevens over gelijktijdige toediening met andere geïnactiveerde (dode) vaccins of recombinante hepatitis B vaccins.
Bij behandeling met immunosuppressiva kunnen mogelijk onvoldoende hoge antistoftiters worden bereikt.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onbekend. Bij dieren geen aanwijzingen voor schadelijkheid. Aangenomen wordt dat het risico voor de foetus te verwaarlozen is.
Advies: Alleen op strikte indicatie gebruiken.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens geen aanwijzingen voor schadelijkheid.
Advies: Kan worden gebruikt. De fabrikant adviseert de vaccinatie uit te stellen tot na de zwangerschap.
Zwangerschap
Gezien de geregistreerde indicatie niet van toepassing.
Zwangerschap
Teratogenese: Bij de mens, onbekend. Bij dieren, onvoldoende gegevens. Aangenomen wordt dat het risico voor de foetus te verwaarlozen is.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. Risico voor de zuigeling kan niet worden uitgesloten.
Advies: Weeg het risico van het gebruik van dit geneesmiddel in combinatie met het geven van borstvoeding af.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. Ervaring bij ruim 90 lacterende vrouwen liet geen nadelige effecten bij de zuigeling zien.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Lactatie
Gezien de geregistreerde indicatie is het geven van borstvoeding niet van toepassing. Het ontvangen van borstvoeding heeft geen invloed op de mate van bescherming die het vaccin biedt.
Advies: de borstvoeding kan worden voortgezet rondom de vaccinatie.
Lactatie
Overgang in de moedermelk: Onbekend. Wel kunnen antistoffen van de moeder via de moedermelk bij de zuigeling terecht komen. Er zijn voorts geen negatieve effecten bekend van het vaccineren tijdens de lactatie.
Advies: Kan waarschijnlijk veilig worden gebruikt.
Contra-indicaties
-
met hoge koorts gepaard gaande ziekte;
-
overgevoeligheid voor neomycine.
Contra-indicaties
- Acute, ernstige ziekte met koorts.
Contra-indicaties
- acute ernstige koorts;
- diarree en braken;
- darminvaginatie in de voorgeschiedenis, of een ongecorrigeerde aangeboren afwijking van het gastro-intestinale stelsel die predisponeert voor darminvaginatie;
- ernstig gecombineerd immunodeficiëntiesyndroom (SCID).
Contra-indicaties
- met hoge koorts gepaard gaande ziekte.
Waarschuwingen en voorzorgen
Overweeg serologische testen wanneer er kans is op onvoldoende hoge antistoftiters en overweeg extra doses bij geen/onvoldoende immuunrespons. Bij hemodialysepatiënten, bij een stoornis van het immuunsysteem, obesitas (BMI ≥ 30 kg/m²) of bij gebruik van een andere toedieningsweg is er meer kans op onvoldoende immuunrespons. Daarnaast blijken hogere leeftijd, mannelijk geslacht, roken en chronische ziekten de immuunrespons op hepatitis B-vaccins te verminderen.
Het is niet bekend of hepatitis A en B worden voorkomen als iemand zich in de incubatieperiode van een hepatitis A- of B-infectie bevindt op moment van vaccinatie. Deze vaccins afraden voor profylaxe na (mogelijke) infectie, bijvoorbeeld na een prikaccident.
Waarschuwingen en voorzorgen
Er zijn onvoldoende gegevens over het gebruik bij personen met een verzwakte immuunrespons. Deze personen kunnen mogelijk onvoldoende reageren op het vaccin.
Vaccinatie is geen vervanging voor routinematige cervicale screening of voor voorzorgsmaatregelen tegen blootstelling aan HPV en soa's.
Vaccinatie is alleen voor profylactisch gebruik en heeft geen effect op actieve HPV-infecties of al aanwezige ziekte veroorzaakt door HPV; het voorkomt dus geen laesies ten gevolge van HPV bij personen die ten tijde van vaccinatie al met HPV zijn besmet.
Gebruik voor het hele vaccinatieschema dezelfde vaccins; er zijn geen gegevens rond veiligheid, immunogeniciteit of werkzaamheid bij overstap naar bivalente of quadrivalente HPV-vaccins. Bij eerdere vaccinatiereeks met 3 doses van een quadrivalent vaccin tegen HPV-typen 6, 11, 16 en 18, kan gevaccineerd worden met 3 doses Gardasil 9.
De volledige duur van de bescherming is nog niet vastgesteld.
Veiligheid en werkzaamheid zijn niet vastgesteld bij kinderen < 9 jaar en bij vrouwen ≥ 27 jaar.
Waarschuwingen en voorzorgen
Wees voorzichtig bij zuigelingen met een bekende of verdachte immunodeficiëntie waaronder blootstelling in utero aan een immunosuppressieve behandeling. Bij zuigelingen met een asymptomatische HIV-infectie of met een HIV-infectie met milde symptomen zijn geen veiligheidsproblemen waargenomen. Wees voorzichtig met toediening aan zuigelingen met immuungecompromitteerden in hun nabije omgeving (zoals personen met maligniteiten of personen die immunosuppressieve therapie ondergaan), vanwege het risico van overdracht van in de ontlasting uitgescheiden vaccinvirus. Na contacten met recentelijk gevaccineerden denken om persoonlijke hygiëne (bv. handen wassen).
Apneu: Bij primaire immunisatie in zeer premature kinderen (≤ 28 weken zwangerschap) alert zijn op het optreden van apneu. Overweeg de respiratoire functies gedurende 48–72 uur te monitoren, in het bijzonder voor kinderen met een nog niet volledig ontwikkeld ademhalingsstelsel in de voorgeschiedenis.
Er is een toegenomen kans op intussusceptie, meestal binnen 7 dagen na toediening van de vaccinatie; wees alert op symptomen hiervan zoals ernstige buikpijn, aanhoudend braken, bloederige ontlasting, een opgezwollen buik en/of hoge koorts.
Er zijn geen gegevens over de veiligheid en werkzaamheid van rotavirusvaccin bij zuigelingen met gastro-intestinale aandoeningen of een groeiachterstand.
Er zijn geen gegevens over het gebruik van rotavirusvaccin als profylaxe na blootstelling.
Hulpstoffen: Fenylalanine kan schadelijk zijn voor mensen met fenylketonurie (PKU).
Waarschuwingen en voorzorgen
Zoals bij elk vaccin kan het zijn dat een beschermende immuunrespons niet gehaald wordt bij alle gevaccineerden. Immunodeficiëntie of behandeling met immunosuppressiva kan de immuunrespons verminderen; bepaal de antistofrespons om zeker te zijn van bescherming tegen het virus. Wacht zo mogelijk tot de immunosuppressieve therapie afgelopen is.
Mensen die opgroeiden in gebieden waar geelzucht hoog endemisch is en/of mensen met een ziektegeschiedenis van geelzucht, kunnen immuun zijn voor hepatitis A; in dit geval is vaccinatie niet nodig. Bepaal bij deze mensen de hepatitis A-antistoffen. Seropositiviteit voor hepatitis A is geen contra-indicatie; de vaccinatie is gelijk te verdragen als het geval is bij seronegatieve mensen.
Wegens de lange incubatietijd van hepatitis A is het mogelijk dat een niet-herkende infectie reeds aanwezig is ten tijde van de toediening. Het vaccin biedt dan mogelijk geen bescherming tegen deze infectie.
Wees voorzichtig bij leveraandoeningen, vanwege onvoldoende gegevens.
Hulpstof: fenylalanine in Havrix en Avaxim kan schadelijk zijn voor mensen met fenylketonurie (PKU).
Eigenschappen
Het vaccin bestaat uit een combinatie van geïnactiveerd hepatitis A-virus en geïnactiveerd hepatitis B-oppervlakte-antigeen (HBsAg-antigeen), die afzonderlijk aan aluminiumzouten zijn geadsorbeerd. Na een primaire kuur zijn bij vrijwel alle gezonde personen antistoffen tegen hepatitis A en B gevormd. Voor Ambirix zijn langetermijngegevens van antistoffenpersistentie beschikbaar tot maximaal 15 jaar na vaccinatie; voor Twinrix zijn er gegevens tot 20 jaar na vaccinatie.
Eigenschappen
Humaan papillomavirusvaccin. Recombinant vaccin, bereid van de gezuiverde virusachtige deeltjes ('viruslike particles' = VLP) van het hoofdcapside-L1-eiwit van HPV type 6, 11, 16, 18, 31, 33, 45, 52 en 58. Uit dierexperimenteel onderzoek wordt verondersteld dat de werkzaamheid van L1 VLP-vaccins gemedieerd wordt door de ontwikkeling van een humorale immuunrespons. Het eiwit is geadsorbeerd op amorf aluminiumhydroxyfosfaatsulfaat adjuvans. De verwachting is dat Gardasil 9 bescherming biedt tegen de HPV-typen die verantwoordelijk zijn voor circa 90% van de gevallen van cervixcarcinoom, meer dan 95% van de gevallen van adenocarcinoom in situ (AIS), 75–85% van de gevallen van hooggradige cervicale intra-epitheliale neoplasie (CIN 2/3), 85–90% van de gevallen van aan HPV gerelateerd vulvacarcinoom, 90–95% van de gevallen van aan HPV gerelateerde hooggradige vulvaire intra-epitheliale neoplasie (VIN 2/3), 80–85% van de gevallen van aan HPV gerelateerd vaginacarcinoom, 75–85% van de gevallen van aan HPV gerelateerde hooggradige vaginale intraepitheliale neoplasie (VaIN 2/3), 90–95% van de gevallen van aan HPV gerelateerd anuscarcinoom, 85–90% van de gevallen van aan HPV gerelateerde hooggradige anale intra-epitheliale neoplasie (AIN 2/3) en 90% van de gevallen van genitale wratten. De volledige duur van de bescherming is nog niet vastgesteld.
Eigenschappen
Levend, verzwakt humaan rotavirusvaccin. Het vaccin is geproduceerd op Vero-cellen. Geeft bescherming tegen gastro-enteritis veroorzaakt door de meest voorkomende rotavirustypen G1P[8], G2P[4], G3P[8], G4P[8] en G9P[8]. Daarnaast is het werkzaam tegen de soms voorkomende typen G8P[4] en G12P[6]. Het immunologische werkingsmechanisme is niet volledig opgehelderd. Een relatie tussen antilichaamrespons tegen rotavirusvaccin en bescherming tegen rotavirus gastro-enteritis is nog niet aangetoond.
Eigenschappen
Vaccin van geïnactiveerd hepatitis A-virus (Avaxim van GBM-stam, Havrix van HM 175-stam, Vaqta van CR326F-stam) geadsorbeerd aan een aluminiumverbinding. Na vaccinatie worden bij vrijwel iedereen specifieke antilichamen tegen het hepatitis A-virus gevormd en is een hoog percentage tegen het virus beschermd. De immuniteit treedt snel in; binnen twee weken is circa 90% van de immunocompetente patiënten beschermd, na een maand circa 100%. Serologische gegevens tonen aan dat mensen die op primaire vaccinatie reageren, 3–5 jaar tegen hepatitis A beschermd zijn.
Voor het opwekken van langdurige antilichaamtiters bij voorkeur 6–18 maanden na de primaire vaccinatie een tweede vaccinatie geven. Zie voor geneesmiddelspecifieke informatie hierover bij Dosering. Aan de hand van gegevens 17 jaar na vaccinatie van gezonde volwassenen, is berekend dat hepatitis A-antistoffen bij minimaal 95% van de gevaccineerden 30 jaar na de boostervaccinatie nog aanwezig (≥ 15 IU/l) zijn en bij 90% na 40 jaar.
Groepsinformatie
hepatitis A+B-vaccin hoort bij de groep vaccins.
- BCG-vaccin (als vaccin) (J07AN01) Vergelijk
- bof-/mazelen-/rubellavaccin (J07BD52) Vergelijk
- choleravaccin, geïnactiveerd, hele cel (J07AE01) Vergelijk
- choleravaccin, levend verzwakt (J07AE02) Vergelijk
- COVID-19 mRNA vaccin (Comirnaty) (J07BN01) Vergelijk
- COVID-19 subunitvaccin (Nuvaxovid) (J07BN04) Vergelijk
- denguevaccin (J07BX04) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/polio-/haemophilus influenzae B-/hepatitis B-vaccin (J07CA09) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/poliovaccin (J07CA02) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanusvaccin (J07AJ52) Vergelijk
- difterie-/tetanus-/poliovaccin (J07CA01) Vergelijk
- gelekoortsvaccin (J07BL01) Vergelijk
- haemophilus influenzae B-vaccin (J07AG01) Vergelijk
- hepatitis A-vaccin (J07BC02) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Engerix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Fendrix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (HBVAX) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (PreHevbri) (J07BC01) Vergelijk
- influenzavaccin (J07BB02) Vergelijk
- japanse-encefalitisvaccin (J07BA02) Vergelijk
- leptospirosevaccin (J07AX01) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type A, C, W135, Y (J07AH08) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type B (J07AH09) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type C (J07AH07) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (2-valent) (J07BM02) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (4-valent) (J07BM01) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (9-valent) (J07BM03) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (10-valent) (J07AL52) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (13-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (15-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (20-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (23-valent) (J07AL01) Vergelijk
- pokkenvaccin (J07BX01) Vergelijk
- poliomyelitisvaccin (J07BF03) Vergelijk
- rabiësvaccin (J07BG01) Vergelijk
- rotavirusvaccin (J07BH01) Vergelijk
- RS-virusvaccin (J07BX05) Vergelijk
- tekenencefalitisvaccin (J07BA01) Vergelijk
- tetanusvaccin (J07AM01) Vergelijk
- tyfusvaccin (parenteraal) (J07AP03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Provarivax) (J07BK01) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Shingrix) (J07BK03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Zostavax) (J07BK02) Vergelijk
Groepsinformatie
papillomavirusvaccin (9-valent) hoort bij de groep vaccins.
- BCG-vaccin (als vaccin) (J07AN01) Vergelijk
- bof-/mazelen-/rubellavaccin (J07BD52) Vergelijk
- choleravaccin, geïnactiveerd, hele cel (J07AE01) Vergelijk
- choleravaccin, levend verzwakt (J07AE02) Vergelijk
- COVID-19 mRNA vaccin (Comirnaty) (J07BN01) Vergelijk
- COVID-19 subunitvaccin (Nuvaxovid) (J07BN04) Vergelijk
- denguevaccin (J07BX04) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/polio-/haemophilus influenzae B-/hepatitis B-vaccin (J07CA09) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/poliovaccin (J07CA02) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanusvaccin (J07AJ52) Vergelijk
- difterie-/tetanus-/poliovaccin (J07CA01) Vergelijk
- gelekoortsvaccin (J07BL01) Vergelijk
- haemophilus influenzae B-vaccin (J07AG01) Vergelijk
- hepatitis A+B-vaccin (J07BC20) Vergelijk
- hepatitis A-vaccin (J07BC02) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Engerix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Fendrix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (HBVAX) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (PreHevbri) (J07BC01) Vergelijk
- influenzavaccin (J07BB02) Vergelijk
- japanse-encefalitisvaccin (J07BA02) Vergelijk
- leptospirosevaccin (J07AX01) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type A, C, W135, Y (J07AH08) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type B (J07AH09) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type C (J07AH07) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (2-valent) (J07BM02) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (4-valent) (J07BM01) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (10-valent) (J07AL52) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (13-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (15-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (20-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (23-valent) (J07AL01) Vergelijk
- pokkenvaccin (J07BX01) Vergelijk
- poliomyelitisvaccin (J07BF03) Vergelijk
- rabiësvaccin (J07BG01) Vergelijk
- rotavirusvaccin (J07BH01) Vergelijk
- RS-virusvaccin (J07BX05) Vergelijk
- tekenencefalitisvaccin (J07BA01) Vergelijk
- tetanusvaccin (J07AM01) Vergelijk
- tyfusvaccin (parenteraal) (J07AP03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Provarivax) (J07BK01) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Shingrix) (J07BK03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Zostavax) (J07BK02) Vergelijk
Groepsinformatie
rotavirusvaccin hoort bij de groep vaccins.
- BCG-vaccin (als vaccin) (J07AN01) Vergelijk
- bof-/mazelen-/rubellavaccin (J07BD52) Vergelijk
- choleravaccin, geïnactiveerd, hele cel (J07AE01) Vergelijk
- choleravaccin, levend verzwakt (J07AE02) Vergelijk
- COVID-19 mRNA vaccin (Comirnaty) (J07BN01) Vergelijk
- COVID-19 subunitvaccin (Nuvaxovid) (J07BN04) Vergelijk
- denguevaccin (J07BX04) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/polio-/haemophilus influenzae B-/hepatitis B-vaccin (J07CA09) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/poliovaccin (J07CA02) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanusvaccin (J07AJ52) Vergelijk
- difterie-/tetanus-/poliovaccin (J07CA01) Vergelijk
- gelekoortsvaccin (J07BL01) Vergelijk
- haemophilus influenzae B-vaccin (J07AG01) Vergelijk
- hepatitis A+B-vaccin (J07BC20) Vergelijk
- hepatitis A-vaccin (J07BC02) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Engerix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Fendrix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (HBVAX) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (PreHevbri) (J07BC01) Vergelijk
- influenzavaccin (J07BB02) Vergelijk
- japanse-encefalitisvaccin (J07BA02) Vergelijk
- leptospirosevaccin (J07AX01) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type A, C, W135, Y (J07AH08) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type B (J07AH09) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type C (J07AH07) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (2-valent) (J07BM02) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (4-valent) (J07BM01) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (9-valent) (J07BM03) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (10-valent) (J07AL52) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (13-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (15-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (20-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (23-valent) (J07AL01) Vergelijk
- pokkenvaccin (J07BX01) Vergelijk
- poliomyelitisvaccin (J07BF03) Vergelijk
- rabiësvaccin (J07BG01) Vergelijk
- RS-virusvaccin (J07BX05) Vergelijk
- tekenencefalitisvaccin (J07BA01) Vergelijk
- tetanusvaccin (J07AM01) Vergelijk
- tyfusvaccin (parenteraal) (J07AP03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Provarivax) (J07BK01) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Shingrix) (J07BK03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Zostavax) (J07BK02) Vergelijk
Groepsinformatie
hepatitis A-vaccin hoort bij de groep vaccins.
- BCG-vaccin (als vaccin) (J07AN01) Vergelijk
- bof-/mazelen-/rubellavaccin (J07BD52) Vergelijk
- choleravaccin, geïnactiveerd, hele cel (J07AE01) Vergelijk
- choleravaccin, levend verzwakt (J07AE02) Vergelijk
- COVID-19 mRNA vaccin (Comirnaty) (J07BN01) Vergelijk
- COVID-19 subunitvaccin (Nuvaxovid) (J07BN04) Vergelijk
- denguevaccin (J07BX04) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/polio-/haemophilus influenzae B-/hepatitis B-vaccin (J07CA09) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanus-/poliovaccin (J07CA02) Vergelijk
- difterie-/acellulair kinkhoest-/tetanusvaccin (J07AJ52) Vergelijk
- difterie-/tetanus-/poliovaccin (J07CA01) Vergelijk
- gelekoortsvaccin (J07BL01) Vergelijk
- haemophilus influenzae B-vaccin (J07AG01) Vergelijk
- hepatitis A+B-vaccin (J07BC20) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Engerix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (Fendrix) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (HBVAX) (J07BC01) Vergelijk
- hepatitis B-vaccin (PreHevbri) (J07BC01) Vergelijk
- influenzavaccin (J07BB02) Vergelijk
- japanse-encefalitisvaccin (J07BA02) Vergelijk
- leptospirosevaccin (J07AX01) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type A, C, W135, Y (J07AH08) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type B (J07AH09) Vergelijk
- meningokokkenvaccin type C (J07AH07) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (2-valent) (J07BM02) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (4-valent) (J07BM01) Vergelijk
- papillomavirusvaccin (9-valent) (J07BM03) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (10-valent) (J07AL52) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (13-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (15-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (20-valent) (J07AL02) Vergelijk
- pneumokokkenvaccin (23-valent) (J07AL01) Vergelijk
- pokkenvaccin (J07BX01) Vergelijk
- poliomyelitisvaccin (J07BF03) Vergelijk
- rabiësvaccin (J07BG01) Vergelijk
- rotavirusvaccin (J07BH01) Vergelijk
- RS-virusvaccin (J07BX05) Vergelijk
- tekenencefalitisvaccin (J07BA01) Vergelijk
- tetanusvaccin (J07AM01) Vergelijk
- tyfusvaccin (parenteraal) (J07AP03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Provarivax) (J07BK01) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Shingrix) (J07BK03) Vergelijk
- varicella-zostervaccin (Zostavax) (J07BK02) Vergelijk